This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62013CJ0533
AKT
AKT
Zaak C‑533/13
Auto- ja Kuljetusalan Työntekijäliitto AKT ry
tegen
Öljytuote ry
en
Shell Aviation Finland Oy
(verzoek van de Työtuomioistuin om een prejudiciële beslissing)
„Prejudiciële verwijzing — Sociale politiek — Richtlijn 2008/104/EG — Uitzendarbeid — Artikel 4, lid 1 — Verboden of beperkingen op de inzet van uitzendkrachten — Rechtvaardigingsgronden — Redenen van algemeen belang — Verplichting tot heronderzoek — Omvang”
Samenvatting – Arrest van het Hof (Grote kamer) van 17 maart 2015
Sociale politiek – Uitzendarbeid – Richtlijn 2008/104 – Verboden of beperkingen op de inzet van uitzendkrachten – Rechtvaardigingsgrond – Redenen van algemeen belang – Verplichting tot heronderzoek – Omvang
(Richtlijn 2008/104 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, lid 1)
Artikel 4, lid 1, van richtlijn 2008/104 betreffende uitzendarbeid moet aldus worden uitgelegd:
— |
dat het uitsluitend is gericht tot de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, die hun nationale regelgeving in heroverweging dienen te nemen om na te gaan of de eventuele verboden en beperkingen ter zake van de inzet van uitzendkrachten gerechtvaardigd zijn, en bijgevolg, |
— |
dat het de nationale rechterlijke instanties niet verplicht, elke bepaling van nationaal recht waarin verboden of beperkingen voor de inzet van uitzendkrachten zijn opgenomen die niet gerechtvaardigd zijn om redenen van algemeen belang in de zin van dat artikel 4, lid 1, buiten toepassing te laten. |
De lidstaten kunnen namelijk ofwel de verboden of beperkingen die niet kunnen worden gerechtvaardigd krachtens artikel 4, lid 1, van richtlijn 2008/104 afschaffen ofwel die verboden of beperkingen aanpassen zodat zij in voorkomend geval krachtens die bepaling kunnen worden gerechtvaardigd.
(cf. punten 30, 32 en dictum)
Zaak C‑533/13
Auto- ja Kuljetusalan Työntekijäliitto AKT ry
tegen
Öljytuote ry
en
Shell Aviation Finland Oy
(verzoek van de Työtuomioistuin om een prejudiciële beslissing)
„Prejudiciële verwijzing — Sociale politiek — Richtlijn 2008/104/EG — Uitzendarbeid — Artikel 4, lid 1 — Verboden of beperkingen op de inzet van uitzendkrachten — Rechtvaardigingsgronden — Redenen van algemeen belang — Verplichting tot heronderzoek — Omvang”
Samenvatting – Arrest van het Hof (Grote kamer) van 17 maart 2015
Sociale politiek — Uitzendarbeid — Richtlijn 2008/104 — Verboden of beperkingen op de inzet van uitzendkrachten — Rechtvaardigingsgrond — Redenen van algemeen belang — Verplichting tot heronderzoek — Omvang
(Richtlijn 2008/104 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, lid 1)
Artikel 4, lid 1, van richtlijn 2008/104 betreffende uitzendarbeid moet aldus worden uitgelegd:
— |
dat het uitsluitend is gericht tot de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, die hun nationale regelgeving in heroverweging dienen te nemen om na te gaan of de eventuele verboden en beperkingen ter zake van de inzet van uitzendkrachten gerechtvaardigd zijn, en bijgevolg, |
— |
dat het de nationale rechterlijke instanties niet verplicht, elke bepaling van nationaal recht waarin verboden of beperkingen voor de inzet van uitzendkrachten zijn opgenomen die niet gerechtvaardigd zijn om redenen van algemeen belang in de zin van dat artikel 4, lid 1, buiten toepassing te laten. |
De lidstaten kunnen namelijk ofwel de verboden of beperkingen die niet kunnen worden gerechtvaardigd krachtens artikel 4, lid 1, van richtlijn 2008/104 afschaffen ofwel die verboden of beperkingen aanpassen zodat zij in voorkomend geval krachtens die bepaling kunnen worden gerechtvaardigd.
(cf. punten 30, 32 en dictum)