Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62003CJ0220

    Samenvatting van het arrest

    Trefwoorden
    Samenvatting

    Trefwoorden

    1. Voorrechten en immuniteiten van Europese Gemeenschappen – Belastingimmuniteit van Gemeenschappen – Overeenkomst inzake zetel van Europese Centrale Bank – Teruggave van omzetbelasting over leveringen van goederen en diverse diensten in kader van verrichtingen die bestemd zijn voor officieel gebruik door Bank – Voorwaarde – Afzonderlijke facturering – Duidelijke en precieze voorwaarde

    (Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, art. 3, tweede alinea)

    2. Voorrechten en immuniteiten van Europese Gemeenschappen – Belastingimmuniteit van Gemeenschappen – Teruggave van indirecte belastingen en belastingen over verkopen van goederen – Toepassing op omzetbelasting over leveringen van goederen en diverse diensten – Voorwaarde – Afzonderlijke facturering – Toelaatbaarheid – Vrijheid van instellingen en lidstaten met betrekking tot sluiten van uitvoeringsovereenkomsten op gebied van teruggave

    (Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, art. 3, tweede alinea)

    Samenvatting

    1. Artikel 8, lid 1, van de overeenkomst van 18 september 1998 tussen de regering van de Bondsrepubliek Duitsland en de Europese Centrale Bank inzake de zetel van deze instelling stelt de teruggave van omzetbelasting over leveringen van goederen en diverse diensten in het kader van verrichtingen die bestemd zijn voor officieel gebruik door de Bank uitdrukkelijk en ondubbelzinnig afhankelijk van de voorwaarde, dat deze belasting „afzonderlijk in rekening is gebracht” aan de Bank. Hoewel een bepaling in een overeenkomst in beginsel „in het licht” van haar juridische context kan worden uitgelegd om een redactionele onduidelijkheid op te lossen, mag een dergelijke uitlegging er niet toe leiden dat aan de duidelijke en precieze bewoordingen van deze bepaling elk nuttig effect wordt ontnomen.

    (cf. punt 31)

    2. De in artikel 8, lid 1, van de overeenkomst van 18 september 1998 tussen de regering van de Bondsrepubliek Duitsland en de Europese Centrale Bank inzake de zetel van deze instelling neergelegde voorwaarde volgens welke de omzetbelasting over leveringen en diverse diensten in het kader van verrichtingen die bestemd zijn voor officieel gebruik door de Bank „afzonderlijk in rekening is gebracht” aan de Bank om te kunnen worden terugbetaald door de lidstaat, is niet in strijd met de doelstellingen of de bewoordingen van artikel 3, tweede alinea, van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, dat voorziet in de kwijtschelding of teruggave door de lidstaten van indirecte belastingen en belastingen op de verkoop, welke een deel vormen van de prijs van belangrijke aankopen die de Gemeenschappen doen voor haar officieel gebruik. Deze bepaling voorziet enkel in het treffen van „passende maatregelen” met het oog op de teruggave van belastingen, en zulks alleen wat betreft „belangrijke aankopen” en „telkens wanneer [...] dit mogelijk is”. Zowel aan de gemeenschapsinstellingen als aan de lidstaten wordt met betrekking tot het sluiten van overeenkomsten betreffende de uitvoering van voornoemd artikel 3, tweede alinea, van het protocol dus een zekere vrijheid gelaten.

    (cf. punt 32)

    Top