Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61995CJ0300

    Samenvatting van het arrest

    Trefwoorden
    Samenvatting

    Trefwoorden

    Harmonisatie van wetgevingen - Aansprakelijkheid voor producten met gebreken - Richtlijn 85/374 - Uitsluiting van aansprakelijkheid - Voorwaarde - Onmogelijkheid gebrek te ontdekken, gelet op stand van wetenschappelijke en technische kennis - Begrip - Nationale omzettingsbepaling - Niet-nakoming niet aangetoond

    (Richtlijn 85/374 van de Raad, art. 7, sub e)

    Samenvatting

    Om een producent op grond van richtlijn 85/374 aansprakelijk te kunnen stellen voor zijn gebrekkige producten, behoeft de gelaedeerde niet de schuld van de producent te bewijzen, maar de producent moet zich overeenkomstig het beginsel van de rechtvaardige verdeling van de risico's tussen de gelaedeerde en de producent, neergelegd in artikel 7 van de richtlijn, van zijn aansprakelijkheid kunnen bevrijden, indien hij het bestaan van enkele hem ontlastende feiten aantoont, met name "dat het op grond van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis op het tijdstip waarop hij het product in het verkeer bracht, onmogelijk was het bestaan van het gebrek te ontdekken". Hiervoor moet de producent weliswaar aantonen, dat het op grond van de objectieve stand van genoemde kennis zonder meer, daaronder begrepen het meest geavanceerde niveau en niet beperkt tot de betrokken industriesector, onmogelijk was het gebrek te ontdekken, doch om deze kennis met succes aan de producent te kunnen tegenwerpen, moet zij wel toegankelijk zijn geweest op het tijdstip waarop het product in het verkeer werd gebracht.

    Een nationale omzettingsbepaling volgens welke de producent zich van zijn aansprakelijkheid kan bevrijden indien hij bewijst, dat bij de stand van bedoelde kennis "van een producent van soortgelijke producten als het product in kwestie niet kon worden verwacht dat hij het gebrek zou hebben ontdekt indien het bestond toen de producten zich in zijn macht bevonden", is kennelijk niet in strijd met dit gemeenschapsvoorschrift. Het argument dat bij genoemde bepaling kan worden uitgegaan van de subjectieve kennis die een normaal zorgvuldige producent bezit, rekening houdend met de gebruikelijke voorzichtigheid in de betrokken industriesector, legt immers op selectieve wijze de nadruk op bepaalde woorden in de bepaling, zonder dat wordt aangetoond dat volledige uitvoering van de richtlijn niet doeltreffend kan worden gewaarborgd door de algemene juridische context van de bepaling.

    Top