This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62016CJ0278
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 12 oktober 2017.
Strafzaak tegen Frank Sleutjes.
Prejudiciële verwijzing – Justitiële samenwerking in strafzaken – Richtlijn 2010/64/EU – Artikel 3, lid 1 – Recht op vertolking en vertaling in strafprocedures – Vertaling van ‚essentiële processtukken’ – Begrip ‚essentiële processtukken’ – Strafbeschikking die na afloop van een vereenvoudigde eenzijdige procedure wordt gegeven en waarbij de adressaat ervan een geldboete krijgt opgelegd wegens een kleinere inbreuk.
Zaak C-278/16.
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 12 oktober 2017.
Strafzaak tegen Frank Sleutjes.
Prejudiciële verwijzing – Justitiële samenwerking in strafzaken – Richtlijn 2010/64/EU – Artikel 3, lid 1 – Recht op vertolking en vertaling in strafprocedures – Vertaling van ‚essentiële processtukken’ – Begrip ‚essentiële processtukken’ – Strafbeschikking die na afloop van een vereenvoudigde eenzijdige procedure wordt gegeven en waarbij de adressaat ervan een geldboete krijgt opgelegd wegens een kleinere inbreuk.
Zaak C-278/16.
Zaak C‑278/16
Strafzaak
tegen
Franck Sleutjes
(verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Landgericht Aachen)
„Prejudiciële verwijzing – Justitiële samenwerking in strafzaken – Richtlijn 2010/64/EU – Artikel 3, lid 1 – Recht op vertolking en vertaling in strafprocedures – Vertaling van ‚essentiële processtukken’ – Begrip ‚essentiële processtukken’ – Strafbeschikking die na afloop van een vereenvoudigde eenzijdige procedure wordt gegeven en waarbij de adressaat ervan een geldboete krijgt opgelegd wegens een kleinere inbreuk”
Samenvatting – Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 12 oktober 2017
Justitiële samenwerking in strafzaken–Recht op vertolking en vertaling in strafprocedures–Richtlijn 2010/64–Werkingssfeer–Verzet tegen een niet-definitieve beschikking houdende oplegging van een straf, gegeven in het kader van een vereenvoudigde procedure–Daaronder begrepen
(Richtlijn 2010/64 van het Europees Parlement en de Raad, art. 1)
Justitiële samenwerking in strafzaken–Recht op vertolking en vertaling in strafprocedures–Richtlijn 2010/64–Recht op vertaling van essentiële processtukken–Begrip „essentieel processtuk”–Beschikking houdende bestraffing van kleinere strafrechtelijke inbreuken die na afloop van een vereenvoudigde procedure is gegeven–Daaronder begrepen
(Richtlijn 2010/64 van het Europees Parlement en de Raad, art. 3)
Zie de tekst van de beslissing.
(zie punt 27)
Artikel 3 van richtlijn 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures moet aldus worden uitgelegd dat een rechtshandeling zoals een beschikking die krachtens het nationale recht kan worden uitgevaardigd om kleinere strafrechtelijke inbreuken te bestraffen en die door een rechter na afloop van een vereenvoudigde eenzijdige procedure wordt gegeven, een „essentieel processtuk” in de zin van lid 1 van dit artikel vormt, waarvan overeenkomstig de in die bepaling gestelde formele vereisten een schriftelijke vertaling moet worden bezorgd aan de verdachte of beklaagde die de taal van de betrokken procedure niet begrijpt, zodat deze zijn recht van verdediging kan uitoefenen en het eerlijke verloop van de procedure wordt gewaarborgd.
(zie punt 34 en dictum)