EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014CO0296

Griekenland/Commissie

Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 5 februari 2015 –

Griekenland/Commissie

(Zaak C‑296/14 P) 1 ( 1 )

„Hogere voorziening — Staatssteun — Renteloze leningen met staatswaarborg door de Griekse autoriteiten aan marktdeelnemers uit de graansector verleend — Besluit waarbij de steunmaatregelen onverenigbaar met de interne markt worden verklaard — Beroep kennelijk niet-ontvankelijk en kennelijk ongegrond”

1. 

Hogere voorziening — Middelen — Middelen die kennelijk niet-ontvankelijk of kennelijk ongegrond zijn — Afwijzing, op elk moment, bij met redenen omklede beschikking, zonder mondelinge behandeling (Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 181) (cf. punt 22)

2. 

Hogere voorziening — Middelen — Onjuiste beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaal — Niet-ontvankelijkheid — Toetsing door het Hof van de beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaal — Uitgesloten, behoudens geval van onjuiste opvatting (Art. 256 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea) (cf. punt 32)

3. 

Steunmaatregelen van de staten — Begrip — Beoordeling volgens het criterium van de normale marktvoorwaarden (Art. 107, lid 1, VWEU) (cf. punt 34)

4. 

Hogere voorziening — Middelen — Loutere herhaling van de voor het Gerecht aangevoerde middelen en argumenten — Niet-ontvankelijkheid (Art. 256 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 169, lid 2) (cf. punten 42, 43)

Dictum

1) 

De hogere voorziening wordt afgewezen.

2) 

De Helleense Republiek wordt verwezen in de kosten.


( 1 ) PB C 253 van 4.8.2014.

Top

Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 5 februari 2015 –

Griekenland/Commissie

(Zaak C‑296/14 P) 1 ( 1 )

„Hogere voorziening — Staatssteun — Renteloze leningen met staatswaarborg door de Griekse autoriteiten aan marktdeelnemers uit de graansector verleend — Besluit waarbij de steunmaatregelen onverenigbaar met de interne markt worden verklaard — Beroep kennelijk niet-ontvankelijk en kennelijk ongegrond”

1. 

Hogere voorziening — Middelen — Middelen die kennelijk niet-ontvankelijk of kennelijk ongegrond zijn — Afwijzing, op elk moment, bij met redenen omklede beschikking, zonder mondelinge behandeling (Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 181) (cf. punt 22)

2. 

Hogere voorziening — Middelen — Onjuiste beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaal — Niet-ontvankelijkheid — Toetsing door het Hof van de beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaal — Uitgesloten, behoudens geval van onjuiste opvatting (Art. 256 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea) (cf. punt 32)

3. 

Steunmaatregelen van de staten — Begrip — Beoordeling volgens het criterium van de normale marktvoorwaarden (Art. 107, lid 1, VWEU) (cf. punt 34)

4. 

Hogere voorziening — Middelen — Loutere herhaling van de voor het Gerecht aangevoerde middelen en argumenten — Niet-ontvankelijkheid (Art. 256 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 169, lid 2) (cf. punten 42, 43)

Dictum

1) 

De hogere voorziening wordt afgewezen.

2) 

De Helleense Republiek wordt verwezen in de kosten.


( 1 )   PB C 253 van 4.8.2014.

Top