Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62012CJ0458

    Samenvatting van het arrest

    Zaak C‑458/12

    Lorenzo Amatori e.a.

    tegen

    Telecom Italia SpA en Telecom Italia Information Technology Srl

    (verzoek van het Tribunale di Trento om een prejudiciële beslissing)

    „Prejudiciële verwijzing — Sociale politiek — Overgang van ondernemingen — Behoud van de rechten van de werknemers — Richtlijn 2001/23/EG — Overgang van de arbeidsbetrekkingen in geval van overgang krachtens een overeenkomst van een onderdeel van een vestiging dat niet kan worden geïdentificeerd als een autonome economische eenheid die reeds bestond op het ogenblik van de overgang”

    Samenvatting – Arrest van het Hof (Negende kamer) van 6 maart 2014

    1. Prejudiciële vragen – Bevoegdheid van het Hof – Grenzen – Vaststelling van de strekking van de vraag

      (Art. 267 VWEU)

    2. Sociale politiek – Harmonisatie van de wetgevingen – Overgang van ondernemingen – Behoud van de rechten van de werknemers – Richtlijn 2001/23 – Werkingssfeer – Overgang van de arbeidsbetrekkingen in geval van overgang krachtens een overeenkomst van een onderdeel van een vestiging dat niet kan worden geïdentificeerd als een autonome economische eenheid die reeds bestond op het ogenblik van de overgang – Daarvan uitgesloten – Beoordeling door de nationale rechter

      (Richtlijn 2001/23 van de Raad)

    3. Sociale politiek – Harmonisatie van de wetgevingen – Overgang van ondernemingen – Behoud van de rechten van de werknemers – Richtlijn 2001/23 – Nationale regeling die de overgang van de arbeidsbetrekkingen toestaat in geval van overgang krachtens een overeenkomst van een onderdeel van een vestiging dat niet kan worden geïdentificeerd als een autonome economische eenheid die reeds bestond op het ogenblik van de overgang – Bepaling die gunstiger is dan de richtlijn – Toelaatbaarheid

      (Richtlijn 2001/23 van de Raad, art. 1, lid 1, sub a en b, en 8)

    4. Sociale politiek – Harmonisatie van de wetgevingen – Overgang van ondernemingen – Behoud van de rechten van de werknemers – Richtlijn 2001/23 – Werkingssfeer – Opvolging van de vervreemder door de verkrijger in de arbeidsbetrekkingen, waarbij de vervreemder na de overgang van de onderneming de verkrijger sterk overheerst – Daaronder begrepen

      (Richtlijn 2001/23 van de Raad)

    5. Sociale politiek – Harmonisatie van de wetgevingen – Overgang van ondernemingen – Behoud van de rechten van de werknemers – Richtlijn 2001/23 – Nationale regeling op grond waarvan de verkrijger de vervreemder kan opvolgen in de arbeidsbetrekkingen en laatstgenoemde na de overgang van de onderneming de verkrijger sterk overheerst – Toelaatbaarheid

      (Richtlijn 2001/23 van de Raad, art. 1, lid 1, sub a en b)

    1.  Zie de tekst van de beslissing.

      (cf. punten 24‑28, 45, 46)

    2.  Zie de tekst van de beslissing.

      (cf. punten 29‑35)

    3.  Artikel 1, lid 1, sub a en b, van richtlijn 2001/23 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij overgang van ondernemingen, vestigingen of onderdelen van ondernemingen of vestigingen moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling op grond waarvan bij een overgang van een deel van een onderneming de verkrijger de vervreemder kan opvolgen in de arbeidsbetrekkingen, wanneer dat deel van de onderneming geen functioneel autonome economische eenheid is die reeds bestond op het ogenblik van de overgang.

      Indien zou blijken dat de overgedragen eenheid vóór de overgang niet over een voldoende functionele autonomie beschikte, valt die overgang niet onder richtlijn 2001/23.

      Dat de overgedragen entiteit niet over functionele autonomie beschikt, mag op zich evenwel niet beletten dat een lidstaat in zijn nationale recht waarborgt dat de rechten van de werknemers behouden blijven na de verandering van het hoofd van de onderneming.

      Die conclusie vindt steun in artikel 8 van richtlijn 2001/23, dat bepaalt dat die richtlijn geen afbreuk doet aan de bevoegdheid van de lidstaten om wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen toe te passen of in te voeren die gunstiger zijn voor de werknemers.

      Die richtlijn beoogt namelijk de betrokken materie slechts gedeeltelijk te harmoniseren en strekt er niet toe een uniforme bescherming voor de hele Unie op basis van gemeenschappelijke criteria in te voeren, maar te verzekeren dat de betrokken werknemer ten opzichte van de verkrijger dezelfde bescherming geniet als die waarop hij op grond van het recht van de betrokken lidstaat aanspraak had ten opzichte van de vervreemder.

      (cf. punten 35, 39‑42, dictum 1)

    4.  Zie de tekst van de beslissing.

      (cf. punten 47‑51)

    5.  Artikel 1, lid 1, sub a en b, van richtlijn 2001/23 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij overgang van ondernemingen, vestigingen of onderdelen van ondernemingen of vestigingen moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling op grond waarvan de verkrijger de vervreemder kan opvolgen in de arbeidsbetrekkingen wanneer die vervreemder na de overgang van het deel van de betrokken onderneming de verkrijger sterk overheerst.

      (cf. punt 52, dictum 2)

    Top