This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62012CJ0093
Samenvatting van het arrest
Samenvatting van het arrest
1. Recht van de Unie – Rechtstreekse werking – Individuele rechten – Bescherming door nationale rechterlijke instanties – Beroep in rechte – Beginsel van procedurele autonomie – Vaststelling zowel van rechterlijke instanties die bevoegd zijn om kennis te nemen van vorderingen die op gemeenschapsrecht zijn gebaseerd, als van procedureregels voor beroep – Grenzen – Eerbiediging van beginselen van gelijkwaardigheid en doeltreffendheid – Toetsing door nationale rechterlijke instantie
2. Recht van de Unie – Rechtstreekse werking – Individuele rechten – Bescherming door nationale rechterlijke instanties – Beroep in rechte – Beginsel van procedurele autonomie – Vaststelling zowel van rechterlijke instanties die bevoegd zijn om kennis te nemen van vorderingen die op gemeenschapsrecht zijn gebaseerd, als van procedureregels voor beroep – Nationale regel van rechterlijke bevoegdheid op grond waarvan alle geschillen betreffende beslissingen van nationale instantie die belast is met betaling van landbouwsteun in het kader van de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie, worden toegewezen aan één enkele rechterlijke instantie – Toelaatbaarheid – Voorwaarden
(Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47)
1. Zie de tekst van de beslissing.
(cf. punten 35-39, 42, 43, 48)
2. Het Unierecht, in het bijzonder de beginselen van gelijkwaardigheid en doeltreffendheid alsook artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, staat niet in de weg aan een nationale regel van rechterlijke bevoegdheid die tot gevolg heeft dat alle geschillen betreffende de beslissingen van een nationale instantie die belast is met de betaling van landbouwsteun in het kader van de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie, worden toegewezen aan één enkele rechterlijke instantie, voor zover de voorwaarden voor vorderingen die worden ingediend ter bescherming van de rechten die de justitiabelen aan het recht van de Unie ontlenen, niet ongunstiger zijn dan die welke gelden voor vorderingen ter bescherming van de rechten die worden ontleend aan eventuele in het nationale recht vastgestelde steunregelingen voor landbouwers, en een dergelijke bevoegdheidsregel voor de justitiabelen geen procedurele nadelen inhoudt ter zake van met name de duur van de procedure, waardoor de uitoefening van de aan het recht van de Unie ontleende rechten uiterst moeilijk kan worden gemaakt, hetgeen door de verwijzende rechterlijke instantie moet worden nagegaan.
(cf. punt 61 en dictum)
Zaak C-93/12
ET Agrokonsulting-04-Velko Stoyanov
tegen
Izpalnitelen direktor na Darzhaven fond „Zemedelie” – Razplashtatelna agentsia
(verzoek van de Administrativen sad Sofia-grad om een prejudiciële beslissing)
„Landbouw — Procedurele autonomie van lidstaten — Gemeenschappelijk landbouwbeleid — Steun — Beslechting van bestuursrechtelijke geschillen — Bepaling van bevoegd gerecht — Nationaal criterium — Bestuursrechtbank binnen rechtsgebied waarvan overheidsinstantie die bestreden handeling heeft verricht, is gevestigd — Gelijkwaardigheidsbeginsel — Doeltreffendheidsbeginsel — Artikel 47 van Handvest van de grondrechten van de Europese Unie”
Samenvatting – Arrest van het Hof (Derde kamer) van 27 juni 2013
Recht van de Unie – Rechtstreekse werking – Individuele rechten – Bescherming door nationale rechterlijke instanties – Beroep in rechte – Beginsel van procedurele autonomie – Vaststelling zowel van rechterlijke instanties die bevoegd zijn om kennis te nemen van vorderingen die op gemeenschapsrecht zijn gebaseerd, als van procedureregels voor beroep – Grenzen – Eerbiediging van beginselen van gelijkwaardigheid en doeltreffendheid – Toetsing door nationale rechterlijke instantie
Recht van de Unie – Rechtstreekse werking – Individuele rechten – Bescherming door nationale rechterlijke instanties – Beroep in rechte – Beginsel van procedurele autonomie – Vaststelling zowel van rechterlijke instanties die bevoegd zijn om kennis te nemen van vorderingen die op gemeenschapsrecht zijn gebaseerd, als van procedureregels voor beroep – Nationale regel van rechterlijke bevoegdheid op grond waarvan alle geschillen betreffende beslissingen van nationale instantie die belast is met betaling van landbouwsteun in het kader van de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie, worden toegewezen aan één enkele rechterlijke instantie – Toelaatbaarheid – Voorwaarden
(Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47)
Zie de tekst van de beslissing.
(cf. punten 35-39, 42, 43, 48)
Het Unierecht, in het bijzonder de beginselen van gelijkwaardigheid en doeltreffendheid alsook artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, staat niet in de weg aan een nationale regel van rechterlijke bevoegdheid die tot gevolg heeft dat alle geschillen betreffende de beslissingen van een nationale instantie die belast is met de betaling van landbouwsteun in het kader van de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de Europese Unie, worden toegewezen aan één enkele rechterlijke instantie, voor zover de voorwaarden voor vorderingen die worden ingediend ter bescherming van de rechten die de justitiabelen aan het recht van de Unie ontlenen, niet ongunstiger zijn dan die welke gelden voor vorderingen ter bescherming van de rechten die worden ontleend aan eventuele in het nationale recht vastgestelde steunregelingen voor landbouwers, en een dergelijke bevoegdheidsregel voor de justitiabelen geen procedurele nadelen inhoudt ter zake van met name de duur van de procedure, waardoor de uitoefening van de aan het recht van de Unie ontleende rechten uiterst moeilijk kan worden gemaakt, hetgeen door de verwijzende rechterlijke instantie moet worden nagegaan.
(cf. punt 61 en dictum)