This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62011CO0582
Rügen Fisch/BHIM
Rügen Fisch/BHIM
Beschikking van het Hof (Achtste kamer) van 10 juli 2012 – Rügen Fisch/BHIM
(Zaak C-582/11 P)
„Hogere voorziening — Verordening (EG) nr. 40/94 — Artikel 7, leden 1 en 2 — Gemeenschapsmerk — Woordmerk SCOMBER MIX — Absolute nietigheidsgrond — Beschrijvend karakter”
Hogere voorziening — Middelen — Onjuiste beoordeling van feiten en bewijsmateriaal — Niet-ontvankelijkheid — Toetsing door Hof van beoordeling van feiten en bewijsmateriaal — Uitgesloten, behoudens geval van onjuiste opvatting (Art. 256, lid 1, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea) (cf. punt 46)
Voorwerp
Hogere voorziening tegen het arrest van het Gerecht (Derde kamer) van 21 september 2011, Rügen Fisch/BHIM (T-201/09), houdende verwerping van rekwirantes beroep tot vernietiging van de beslissing van de vierde kamer van beroep van het BHIM van 20 maart 2009 (zaak R 230/2007-4) inzake een nietigheidsprocedure tussen Rügen Fisch AG en Schwaaner Fischwaren GmbH – Schending van de artikelen 7, lid 1, sub c, en 51, lid 1, sub a, van verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1) – Beschrijvend karakter van het woordteken SCOMBER MIX
Dictum
1) |
De hogere voorziening wordt afgewezen. |
2) |
Rügen Fisch AG wordt verwezen in de kosten. |