This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62008CJ0340
Samenvatting van het arrest
Samenvatting van het arrest
1. Recht van de Unie – Uitlegging – Meertalige teksten – Verordening nr. 881/2002 – Divergentie tussen verschillende taalversies
(Verordening nr. 881/2002 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 561/2003)
2. Europese Unie – Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Osama bin Laden, Al-Qa'ida-netwerk en Taliban – Verordening nr. 881/2002
(Verordening nr. 881/2002 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 561/2003, art. 2, lid 2)
1. Indien er verschillen bestaan tussen de verschillende taalversies van een tekst van de Europese Unie, moet de betrokken bepaling worden uitgelegd met inachtneming van de algemene opzet en de doelstelling van de regeling waarvan zij een onderdeel vormt.
Voor de uitlegging van verordening nr. 881/2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Osama bin Laden, het Al-Qa’ida-netwerk en de Taliban, zoals gewijzigd bij verordening nr. 561/2003, dient ook rekening te worden gehouden met de bewoordingen en het doel van resolutie 1390 (2002) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, ter uitvoering waarvan deze verordening volgens punt 4 van de considerans ervan is vastgesteld. Bovendien moet een bepaling van afgeleid Unierecht, zoals die verordening, voor zover mogelijk worden uitgelegd in overeenstemming met de algemene beginselen van het Unierecht en, in het bijzonder, in overeenstemming met het rechtszekerheidsbeginsel. Dit beginsel vereist dat een regeling die beperkende maatregelen oplegt die belangrijke gevolgen hebben voor de rechten en vrijheden van aangewezen personen, duidelijk en nauwkeurig is, zodat de betrokken personen, met inbegrip van derden, ondubbelzinnig de daaruit voortvloeiende rechten en verplichtingen kunnen kennen en dienovereenkomstig hun voorzieningen kunnen treffen.
(cf. punten 44‑45, 64‑65)
2. Artikel 2, lid 2, van verordening nr. 881/2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Osama bin Laden, het Al-Qa’ida-netwerk en de Taliban, zoals gewijzigd bij verordening nr. 561/2003, moet aldus worden uitgelegd dat het niet van toepassing is op de verstrekking van overheidswege van socialezekerheids- of socialebijstandsuitkeringen aan de echtgeno(o)t(e) van een persoon die is aangewezen door het ter uitvoering van paragraaf 6 van resolutie 1267 (1999) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties ingestelde Comité en wordt genoemd in bijlage I bij deze verordening, op de enkele grond dat deze echtgeno(o)t(e) met de aangewezen persoon samenleeft en een gedeelte van deze uitkeringen zal of kan gebruiken om goederen en diensten te betalen die deze laatste zal consumeren of die aan deze aangewezen persoon ten goede zullen komen.
Omzetting van deze tegoeden in middelen die kunnen dienen om terroristische activiteiten te ondersteunen, lijkt immers weinig plausibel, temeer daar die uitkeringen op een dusdanig niveau zijn vastgesteld dat daarmee enkel de strikt noodzakelijke levensbehoeften van de betrokken personen worden gedekt.
(cf. punten 61, 74 en dictum)