This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62007CJ0239
Samenvatting van het arrest
Samenvatting van het arrest
Zaak C-239/07
Grondwettelijke toetsingsprocedure
ingesteld door
Julius Sabatauskas e.a.
(verzoek van het Lietuvos Respublikos Konstitucinis Teismas om een prejudiciële beslissing)
„Interne markt voor elektriciteit — Richtlijn 2003/54/EG — Artikel 20 — Transmissie- en distributiesystemen — Toegang van derden — Verplichtingen van lidstaten — Vrije toegang van derden tot elektriciteitstransmissie- en elektriciteitsdistributiesystemen”
Conclusie van advocaat-generaal J. Kokott van 12 juni 2008 I ‐ 7525
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 9 oktober 2008 I ‐ 7539
Samenvatting van het arrest
Harmonisatie van wetgevingen – Maatregelen ter verwezenlijking en inzake werking van interne elektriciteitsmarkt – Richtlijn 2003/54 – Toegang van derden tot elektriciteitstransmissie- en elektriciteitsdistributiesystemen
(Richtlijn 2003/54 van het Europees Parlement en de Raad, art. 20)
Artikel 20 van richtlijn 2003/54 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en houdende intrekking van richtlijn 96/92 moet aldus worden uitgelegd dat het alleen de verplichtingen van de lidstaten op het gebied van de toegang van derden tot elektriciteitstransmissie- en elektriciteitsdistributiesystemen en niet de aansluiting van derden daarop regelt, en dat het niet bepaalt dat het systeem voor toegang tot de netwerken, dat de lidstaten moeten invoeren, de in aanmerking komende afnemer in staat moet stellen om naar eigen goeddunken het soort systeem te kiezen waarop hij zich wil aansluiten.
Dit artikel 20 moet voorts aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling die bepaalt dat de apparatuur van een in aanmerking komende afnemer slechts op een transmissiesysteem mag worden aangesloten, wanneer de distributiesysteembeheerder wegens vaststaande technische of exploitatievereisten weigert om de apparatuur van de in aanmerking komende afnemer die zich op het in de vergunning vastgestelde gebied van de distributiesysteembeheerder bevindt, aan te sluiten op zijn systeem. Het staat echter aan de nationale rechter om na te gaan of de invoering en de toepassing van dit systeem plaatsvinden op basis van objectieve criteria en zonder onderscheid te maken tussen gebruikers van het systeem.
(cf. punt 49 en dictum)