Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61999CJ0381

    Samenvatting van het arrest

    Trefwoorden
    Samenvatting

    Trefwoorden

    Sociale politiek - Mannelijke en vrouwelijke werknemers - Gelijke beloning - Beloning - Begrip - Maandelijkse salaristoelage overeengekomen in individuele arbeidsovereenkomst - Daaronder begrepen - Toepassing op elk onderdeel van beloning afzonderlijk beschouwd - Werknemers die gelijke of gelijkwaardige arbeid verrichten - Beoordelingscriteria - Indeling in zelfde functiegroep bij collectieve overeenkomst - Bewijslast betreffende afwezigheid van discriminatie - Rechtvaardiging van verschil in beloning - Beoordelingscriteria

    [EG-Verdrag, art. 119 (de artikelen 117-120 EG-Verdrag zijn vervangen door de artikelen 136 EG-143 EG); richtlijn 75/117 van de Raad, art. 1]

    Samenvatting

    $$Het beginsel van gelijke beloning voor mannelijke en vrouwelijke werknemers, geformuleerd in artikel 119 van het Verdrag (de artikelen 117 tot en met 120 van het Verdrag zijn vervangen door de artikelen 136 EG tot en met 143 EG) en nader uitgewerkt door richtlijn 75/117 betreffende het nader tot elkaar brengen van de wetgevingen der lidstaten inzake de toepassing van het beginsel van gelijke beloning voor mannelijke en vrouwelijke werknemers, moet als volgt worden uitgelegd:

    - een maandelijkse salaristoelage waarop de betrokken werknemers aanspraak hebben krachtens hun individuele arbeidsovereenkomst en die door de werkgever uit hoofde van hun dienstbetrekking wordt betaald, vormt een beloning die binnen de werkingssfeer van genoemd artikel 119 en van richtlijn 75/117 valt; gelijke beloning moet niet alleen aan de hand van een globale beoordeling van de aan de werknemers toegekende voordelen, maar ook met betrekking tot ieder afzonderlijk bestanddeel van de beloning verzekerd zijn;

    - het feit dat de vrouwelijke werknemer die stelt het slachtoffer te zijn van discriminatie op grond van geslacht en de met haar vergeleken mannelijke werknemer in dezelfde functiegroep zijn ingedeeld volgens de voor hun functie geldende collectieve overeenkomst, is op zichzelf niet voldoende om te concluderen dat de twee werknemers gelijke arbeid verrichten of arbeid waaraan gelijke waarde wordt toegekend in de zin van artikel 119 van het Verdrag en artikel 1 van richtlijn 75/117, omdat deze omstandigheid slechts één van de mogelijke aanwijzingen is dat aan dit criterium is voldaan;

    - als algemene regel geldt, dat de werknemer die het slachtoffer meent te zijn van discriminatie, dient te bewijzen dat hij een lagere beloning ontvangt dan de werkgever aan zijn collega van het andere geslacht betaalt, en dat hij in feite gelijke of gelijkwaardige arbeid verricht, vergelijkbaar met de arbeid die zijn bij de vergelijking betrokken collega verricht; de werkgever heeft in dat geval niet alleen de mogelijkheid te betwisten dat de voorwaarden voor toepassing van het beginsel van gelijke beloning voor mannelijke en vrouwelijke werknemers in het concrete geval zijn vervuld, hij kan ook objectieve gronden aanvoeren die niets van doen hebben met discriminatie op grond van geslacht, om het vastgestelde verschil in beloning te rechtvaardigen;

    - een verschil in beloning kan worden gerechtvaardigd door omstandigheden die in de voor de betrokken werknemers geldende collectieve overeenkomst niet in aanmerking zijn genomen, mits het gaat om objectieve gronden die niets van doen hebben met discriminatie op grond van geslacht en beantwoorden aan het evenredigheidsbeginsel;

    - in geval van arbeid in tijdloon kan een verschil in de beloning die aan twee werknemers van verschillend geslacht voor eenzelfde functie of gelijkwaardige arbeid bij hun aanstelling is toegekend, niet worden gerechtvaardigd door factoren die eerst na de indiensttreding van de betrokken werknemers bekend zijn geworden en eerst in de loop van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst kunnen worden beoordeeld, zoals een verschil in persoonlijke arbeidscapaciteit van de betrokkenen of in de kwaliteit van de prestaties van de ene werknemer in vergelijking met die van zijn collega.

    ( cf. punten 34-35, 44-45, 58, 60-62, 68, 76, 79-80 en dictum )

    Top