EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61999CJ0269

Samenvatting van het arrest

Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

1. Landbouw - Uniforme wetgevingen - Bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen - Verordening nr. 2081/92 - Vereenvoudigde procedure - Registratie van wettelijk beschermde of algemeen gangbaar geworden benamingen - Verplichting voor lidstaat om binnen termijn van zes maanden definitieve versie van productdossier en van andere relevante documenten mee te delen - Geen

(Verordening nr. 2081/92 van de Raad, art. 17)

2. Landbouw - Uniforme wetgevingen - Bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen - Verordening nr. 2081/92 - Vereenvoudigde procedure - Registratie van wettelijk beschermde of algemeen gangbaar geworden benamingen - Voorwaarden - Verzoek tot registratie in lidstaat niet omstreden - Daarvan uitgesloten

(Verordening nr. 2081/92 van de Raad, art. 17)

3. Landbouw - Uniforme wetgevingen - Bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen - Verordening nr. 2081/92 - Bezwaar van lidstaat tegen registratie - Doel

(Verordening nr. 2081/92 van de Raad, art. 7)

4. Gemeenschapsrecht - Beginselen - Recht op beroep in rechte - Verplichtingen van nationale rechterlijke instanties - Onderzoek, ondanks eventuele nationale procedurevoorschriften die eraan in de weg staan, van wettigheid van aanvraag tot inschrijving van benaming, die stap is in procedure die leidt tot communautair besluit

5. Landbouw - Uniforme wetgevingen - Bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen - Verordening nr. 2081/92 - Geografische aanduiding - Begrip

(Verordening nr. 2081/92 van de Raad, art. 2, lid 2)

Samenvatting

1. Artikel 17 van verordening nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen, dat voorziet in de vereenvoudigde registratieprocedure, kan niet aldus worden uitgelegd dat het de lidstaten verplicht, binnen de termijn van zes maanden de definitieve versie van het productdossier en van de andere relevante documenten mee te delen, zodat iedere wijziging in het aanvankelijk ingediende productdossier tot toepassing van de normale procedure zou leiden.

( cf. punt 32 )

2. Artikel 17 van verordening nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen, kan niet aldus worden uitgelegd dat het slechts kan worden toegepast indien het verzoek tot registratie op nationaal vlak niet omstreden is. Een dergelijke voorwaarde, die de toepassing van de vereenvoudigde procedure aanzienlijk zou hebben beperkt, vindt immers geen grondslag in de bewoordingen van dat artikel, en volgt evenmin uit het bij verordening nr. 2081/92 ingevoerde stelsel.

( cf. punt 40 )

3. Blijkens de bewoordingen en de opzet van artikel 7 van verordening nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen, kan het tegen een registratie aangetekend bezwaar niet uitgaan van de lidstaat die de aanvraag tot registratie heeft ingediend, en is de bij artikel 7 van deze verordening ingestelde bezwaarprocedure dus niet bedoeld om geschillen te beslechten tussen de bevoegde autoriteit van de lidstaat die de registratie van een benaming heeft aangevraagd, en een natuurlijke of rechtspersoon die in die lidstaat woont of is gevestigd.

( cf. punt 55 )

4. Het vereiste van een rechterlijke controle vloeit voort uit de gemeenschappelijke constitutionele tradities van de lidstaten en eveneens is neergelegd in de artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens. Aan dat vereiste moet ook worden voldaan ten aanzien van een handeling, zoals de aanvraag tot inschrijving die in het hoofdgeding aan de orde is, die een noodzakelijke stap is in de procedure tot goedkeuring van een gemeenschapshandeling, wanneer de gemeenschapsinstellingen ter zake van die handeling slechts een beperkte of helemaal geen beoordelingsmarge hebben.

Het staat derhalve aan de nationale rechterlijke instanties om zich uit te spreken over de wettigheid van een aanvraag tot registratie van een benaming, zoals die welke in de onderhavige zaak aan de orde is, en wel volgens dezelfde toetsingsmaatstaven als gelden bij elk definitief besluit van dezelfde nationale autoriteit dat afbreuk kan doen aan rechten die derden aan het gemeenschapsrecht ontlenen, en derhalve dienen zij het daartoe ingestelde beroep als ontvankelijk te beschouwen, zelfs indien het nationale procesrecht niet in een dergelijk geval voorziet.

( cf. punten 57-58 )

5. Volgens artikel 2, lid 2, sub b, van verordening nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen, kan een levensmiddel, anders dan volgens punt a van die bepaling, worden geacht uit het betrokken geografische gebied afkomstig te zijn wanneer het in dat gebied is verwerkt of bereid, ook al zijn de grondstoffen in een ander gebied geproduceerd.

( cf. punt 61 )

Top