EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61997CJ0042

Samenvatting van het arrest

Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

Industrie - Maatregelen die nodig zijn om concurrentievermogen van industrie te verzekeren - Beschikking van Raad tot vaststelling van meerjarenprogramma ter bevordering van taalverscheidenheid in Gemeenschap in informatiemaatschappij - Rechtsgrondslag - Artikel 130 van Verdrag - Bijkomstige of ondergeschikte gevolgen voor cultuur - Geen invloed

(EG-Verdrag, art. 128 en 130; beschikking 96/664 van de Raad)

Samenvatting

De Raad kon beschikking 96/664 tot vaststelling van een meerjarenprogramma ter bevordering van de taalverscheidenheid in de Gemeenschap in de informatiemaatschappij, geldig vaststellen op de enkele grondslag van artikel 130 van het Verdrag, dat de Gemeenschap toestaat specifieke maatregelen vast te stellen ter ondersteuning van de activiteiten die in de lidstaten worden ondernomen om het concurrentievermogen van de industrie van de Gemeenschap te verzekeren.

Dienaangaande kan de tekst van de titel van een handeling op zich niet bepalend zijn voor de rechtsgrondslag, en in casu kunnen de woorden "ter bevordering van de taalverscheidenheid" in de titel van de beschikking niet los worden gezien van de handeling in haar geheel en autonoom worden uitgelegd. Naar haar doel en inhoud betreft die beschikking evenwel niet gelijktijdig en onverbrekelijk zowel industrie als cultuur. Ook al is onbetwist, dat het betrokken programma gunstige gevolgen zal hebben voor de verspreiding van culturele werken, met name door verbetering van de hulpmiddelen voor vertaalwerkzaamheden, het betreft evenwel slechts indirecte en bijkomstige gevolgen in vergelijking met de beoogde rechtstreekse gevolgen, die economisch van aard zijn, zodat er geen grond aanwezig is om de beschikking tevens op artikel 128 van het Verdrag te baseren.

Een dergelijke uitlegging strookt voorts met de tekst van artikel 128, lid 4, van het Verdrag, volgens hetwelk de Gemeenschap bij haar optreden uit hoofde van andere bepalingen van het Verdrag rekening houdt met de culturele aspecten. Uit die bepaling volgt namelijk, dat een beschrijving van de culturele aspecten van een communautair optreden niet noodzakelijkerwijs inhoudt, dat artikel 128 de rechtsgrondslag vormt, wanneer de component "cultuur" niet essentieel is en niet onverbrekelijk is verbonden met de andere component waarop de betrokken handeling is gebaseerd, doch in vergelijking hiermee slechts een bijkomstig of ondergeschikt element is.

Top