EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32020L1828

Consumentenbescherming — Representatieve vorderingen

Consumentenbescherming — Representatieve vorderingen

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn (EU) 2020/1828 betreffende representatieve vorderingen ter bescherming van de collectieve belangen van consumenten en tot intrekking van Richtlijn 2009/22/EG

WAT IS HET DOEL VAN DE RICHTLIJN?

De richtlijn geeft door de lidstaten van de Europese Unie (EU) aangewezen organisaties of overheidsinstanties de bevoegdheid om namens groepen consumenten stakings- of herstelmaatregelen te vorderen door middel van representatieve vorderingen (met inbegrip van grensoverschrijdende representatieve vorderingen). Dit omvat het vorderen van compensatie van handelaren die inbreuk maken op de rechten van consumenten op gebieden zoals financiële diensten, reizen en toerisme, energie, gezondheid, telecommunicatie en gegevensbescherming, al naargelang dat passend en op grond van het EU-recht of het nationale recht mogelijk is.

Aangezien zowel gerechtelijke als administratieve procedures doeltreffend en efficiënt kunnen bijdragen tot het beschermen van de collectieve belangen van consumenten, wordt het aan de lidstaten overgelaten te bepalen of een representatieve vordering kan worden ingesteld in het kader van een gerechtelijke procedure dan wel een administratieve procedure of allebei, afhankelijk van het betrokken rechtsgebied of de betrokken economische sector.

KERNPUNTEN

Bevoegde instanties

De lidstaten wijzen de instanties aan die de mogelijkheid krijgen om namens consumenten representatieve vorderingen in te stellen (bevoegde instanties).

Om de mogelijkheid te krijgen de representatieve vorderingen in een andere lidstaat dan die van aanwijzing in te stellen (grensoverschrijdende vorderingen), geldt dat een bevoegde instantie:

  • een rechtspersoon moet zijn die overeenkomstig het nationale recht van de lidstaat van aanwijzing opgericht is;
  • moet kunnen aantonen dat zij vóór het aanwijzingsverzoek twaalf maanden daadwerkelijk openbaar actief geweest is op het gebied van de bescherming van consumentenbelangen;
  • geen winstoogmerk mag hebben;
  • moet aantonen dat uit haar statutaire doel blijkt dat zij een legitiem belang heeft bij de bescherming van consumentenbelangen zoals bepaald in de in bijlage I bij de richtlijn bedoelde regels van EU-recht;
  • niet in een insolventieprocedure verwikkeld mag zijn en ook niet insolvent mag zijn verklaard;
  • onafhankelijk moet zijn en niet mag worden beïnvloed door personen die geen consumenten zijn, met name marktdeelnemers;
  • over procedures moet beschikken die dergelijke beïnvloeding en belangenconflicten voorkomen;
  • haar financieringsbronnen openbaar moet maken;
  • haar organisatie-, bestuurs- en lidmaatschapsstructuur, doelstellingen, werkmethoden en activiteiten openbaar moet maken;
  • informatie openbaar moet maken waaruit blijkt dat zij voldoet aan alle bovengenoemde criteria.

De lidstaten kunnen bovengenoemde criteria ook toepassen op de bevoegde instanties die vooraf zijn aangewezen en in staat zijn gesteld om binnenlandse vorderingen in te stellen (in de lidstaat van aanwijzing). De lidstaten kunnen een bevoegde instantie ook op ad-hocbasis aanwijzen als een instantie die bevoegd is voor het instellen van een welbepaalde binnenlandse representatieve vordering.

De Europese Commissie publiceert de lijst van voor grensoverschrijdende vorderingen aangewezen bevoegde instanties op een online portaal en werkt deze zo nodig bij.

Stakingsmaatregelen

Een stakingsmaatregel is een voorlopige of definitieve maatregel om een praktijk te beëindigen of te verbieden. Beide kunnen worden gebruikt om een bestaande praktijk te beëindigen of een dreigende praktijk te verbieden. Een maatregel kan ook (afhankelijk van het nationale recht) een verplichting omvatten om het besluit van de rechtbank of een rechtzetting te publiceren.

De bevoegde instantie hoeft geen bewijs te leveren van het daadwerkelijke verlies dat of de daadwerkelijke schade die de individuele consumenten door de inbreuk hebben geleden, noch van opzet of nalatigheid van de handelaar.

Herstel

Een herstelmaatregel verplicht de handelaar om remedies te bieden zoals compensatie, reparatie, vervanging, prijsvermindering, contractbeëindiging of terugbetaling van de betaalde prijs, al naargelang dat passend en op grond van het EU-recht of het nationale recht mogelijk is.

De lidstaten zorgen ervoor dat:

  • consumenten die uitdrukkelijk of stilzwijgend te kennen hebben gegeven dat zij in een representatieve vordering vertegenwoordigd willen worden (voor “opting in” of “opting out” hebben gekozen), niet vertegenwoordigd kunnen worden in andere representatieve vorderingen op dezelfde grond en tegen dezelfde handelaar, en evenmin een individuele vordering op dezelfde grond tegen dezelfde handelaar kunnen instellen;
  • consumenten niet meer dan eenmaal schadevergoeding ontvangen op dezelfde grond;
  • een herstelmaatregel consumenten het recht geeft op de voordelen van die remedie zonder een afzonderlijke vordering te hoeven instellen;
  • regels worden vastgesteld met betrekking tot de termijnen waarbinnen individuele consumenten de voordelen van de herstelmaatregelen kunnen genieten.

Deze remedies laten elke aanvullende remedie die niet onder de representatieve vordering valt, onverlet.

Om belangenconflicten te voorkomen wanneer herstelmaatregelen door derden worden gefinancierd, moeten de lidstaten die dat soort financiering toestaan, er met name voor zorgen dat:

  • de besluiten van bevoegde instanties niet door de externe financier worden beïnvloed ten nadele van de collectieve belangen van de betrokken consumenten;
  • de representatieve vordering niet wordt ingesteld tegen een concurrent van de financier of tegen een verweerder waarvan de financier afhankelijk is.

Schikkingen

De lidstaten moeten ervoor zorgen dat:

  • de bevoegde instantie en de handelaar gezamenlijk een schikking inzake herstel kunnen voorstellen; of
  • de rechtbank of administratieve autoriteit de bevoegde instantie en de handelaar, na met hen te hebben overlegd, kunnen verzoeken om binnen een redelijke termijn een schikking te bereiken;
  • door de rechtbank of administratieve autoriteit goedgekeurde schikkingen bindend zijn voor de bevoegde instanties, de handelaren en de betrokken consumenten, maar de lidstaten kunnen regels vaststellen op grond waarvan de betrokken consumenten de schikking kunnen aanvaarden of weigeren.

Procedurekosten

  • De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet in beginsel de procedurekosten betalen.
  • De procedurekosten worden niet betaald door de individuele consumenten die betrokken zijn bij een representatieve vordering, behalve misschien als de kosten zijn veroorzaakt door opzettelijk of nalatig gedrag van de individuele consument.
  • De lidstaten moeten maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat de procedurekosten in verband met representatieve vorderingen bevoegde instanties niet beletten hun recht om stakingsmaatregelen te vorderen, daadwerkelijk uit te oefenen.
  • De lidstaten kunnen regels vaststellen op grond waarvan het bevoegde instanties is toegestaan om van consumenten die door hen vertegenwoordigd willen worden in het kader van een specifieke representatieve vordering met het oog op herstelmaatregelen, een bescheiden inschrijvingsvergoeding of soortgelijke vergoeding voor deelname aan die representatieve vordering te vragen.

Sancties

De lidstaten moeten:

  • regels vaststellen inzake sancties die van toepassing zijn op de niet-naleving of weigering van naleving van een stakingsmaatregel, informatieverplichting of verplichting tot openbaarmaking van bewijs;
  • ervoor zorgen dat die regels worden toegepast; sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.

Intrekking

Richtlijn 2009/22/EG (zie samenvatting) wordt met ingang van 25 juni 2023 ingetrokken door Richtlijn (EU) 2020/1828.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

De richtlijn is op 24 december 2020 in werking getreden. De richtlijn moet vóór 25 december 2022 in de lidstaten in wetgeving worden omgezet en vanaf 25 juni 2023 in de lidstaten worden toegepast.

ACHTERGROND

De richtlijn maakt deel uit van het pakket “new deal voor consumenten”.

Zie voor meer informatie:

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn (EU) 2020/1828 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2020 betreffende representatieve vorderingen ter bescherming van de collectieve belangen van consumenten en tot intrekking van Richtlijn 2009/22/EG (PB L 409 van 4.12.2020, blz. 1–27).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Richtlijn 2020/1828/EU zijn opgenomen in het oorspronkelijke document. Deze geconsolideerde versie heeft slechts informatieve waarde.

Laatste bijwerking 02.05.2023

Naar boven