Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993D0196

    Voorschriften voor de invoer van voor de slacht bestemde paardachtigen

    Juridische status van het document Deze samenvatting is gearchiveerd en wordt niet meer bijgewerkt omdat het betrokken document achterhaald of niet meer van kracht is.

    Voorschriften voor de invoer van voor de slacht bestemde paardachtigen

     

    SAMENVATTING VAN:

    Beschikking 93/196/EEG inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor de invoer van voor de slacht bestemde paardachtigen

    WAT IS HET DOEL VAN DEZE BESCHIKKING?

    De beschikking staat EU-landen toe goedkeuring te verlenen voor de invoer van paardachtigen* voor de slacht vanuit de niet-EU-landen die zijn vermeld in Beschikking 93/100/EEG en de regio’s van deze landen die zijn vermeld in Beschikking 2004/211/EG.

    KERNPUNTEN

    Wanneer paardachtigen in de EU worden ingevoerd voor de slacht, moeten deze aan strenge vereisten voldoen. Deze omvatten:

    Daarnaast zijn in deze dieren geen op hormonen gebaseerde substanties toegestaan die worden gebruikt voor mestdoeleinden.

    De dieren moeten worden voorzien van het brandmerk „S” dat niet kleiner is dan 3 cm op de hoef van de linkervoorpoot en ze moeten binnen vijf dagen na aankomst in de EU worden geslacht. Wanneer de dieren evenwel gedurende meer dan acht dagen over zee worden vervoerd, kunnen nationale autoriteiten besluiten dat die dieren binnen 21 dagen na aankomst in het slachthuis mogen worden geslacht, op voorwaarde dat zij onder dagelijks toezicht van de dierenarts staan.

    Ze moeten tevens voldoen aan de gedetailleerde vereisten in het gezondheidscertificaat in bijlage I van deze beschikking. Deze bevat informatie betreffende de oorsprong en de bestemming van het dier, de gezondheid en de voor het dier verantwoordelijke persoon. Voor dieren die via een markt of een verzamelcentrum passeren alvorens zij worden geslacht, moet het gezondheidscertificaat in bijlage II worden ingevuld door de eigenaar of de voor het dier verantwoordelijke persoon.

    VANAF WANNEER IS DE BESCHIKKING VAN TOEPASSING?

    De beschikking is van toepassing sinds 17 februari 1993.

    ACHTERGROND

    In 1992 ging de EU akkoord met een aanpassing van Beschikking 79/542/EEG om een lijst niet-EU-landen op te stellen van waaruit EU-landen paardachtigen mogen invoeren. Nadat paardachtigen uit het toepassingsgebied waren uitgesloten middens een wijziging in 2004, werd met Beschikking 2004/211/EG van de Commissie een lijst vastgesteld met niet-EU-landen en hun regio’s van waaruit de invoer van paardachtigen in de EU is toegestaan.

    In 1986 werd wetgeving ingevoerd waarin residubewaking is vastgelegd voor stoffen met een hormonale werking in voor de slacht bestemde dieren, waaronder paardachtigen. Deze wetgeving werd in 1996 herroepen en vervangen door Richtlijn 96/23/EG.

    In 1990 kwam de EU veterinairrechtelijke voorschriften voor paardachtigen overeen die van buiten de EU worden ingevoerd. In 2009 werd deze wetgeving herroepen en vervangen door Richtlijn 2009/156/EG welke vervolgens zal worden herroepen en vervangen door Verordening (EU) 2016/429 vanaf 21 april 2021.

    In 1991 werd Richtlijn 91/496/EEG aangenomen, waarin de regels zijn vastgelegd betreffende de organisatie van veterinaire controles op dieren die in de EU worden ingevoerd. Deze wordt vanaf 13 december 2019 herroepen en vervangen door Verordening (EU) 2017/625.

    KERNBEGRIPPEN

    Paardachtigen: Omvat paardachtigen (paarden), ezels en hun kruisingen.

    BELANGRIJKSTE DOCUMENT

    Beschikking 93/196/EEG van de Commissie van 5 februari 1993 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor de invoer van voor de slacht bestemde paardachtigen (PB L 86 van 6.4.1993, blz. 7-15)

    Achtereenvolgende wijzigingen aan Beschikking 93/196/EG werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

    GERELATEERDE DOCUMENTEN

    Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1-142)

    Zie de geconsolideerde versie.

    Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid („diergezondheidswetgeving”) (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1-208)

    Zie de geconsolideerde versie.

    Besluit 477/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 tot intrekking van Beschikking 79/542/EEG van de Raad tot vaststelling van een lijst van derde landen of delen van derde landen, alsmede tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften, gezondheidsvoorschriften en voorschriften inzake de veterinaire certificering voor de invoer in de Gemeenschap van levende dieren en vers vlees daarvan (PB L 135 van 2.6.2010, blz. 1-2)

    Richtlijn 2009/156/EG van de Raad van 30 november 2009 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het verkeer van paardachtigen en de invoer van paardachtigen uit derde landen (PB L 192 van 23.7.2010, blz. 1-24)

    Zie de geconsolideerde versie.

    Beschikking 2004/211/EG van de Commissie van 6 januari 2004 tot vaststelling van de lijst van derde landen en delen van hun grondgebied waaruit de lidstaten de invoer toestaan van levende paardachtigen en sperma, eicellen en embryo’s van paarden en tot wijziging van de Beschikkingen 93/195/EEG en 94/63/EG (PB L 73 van 11.3.2004, blz. 1–10)

    Zie de geconsolideerde versie.

    Richtlijn 96/23/EG van de Raad van 29 april 1996 inzake controlemaatregelen ten aanzien van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in producten daarvan en tot intrekking van de Richtlijnen 85/358/EEG en 86/469/EEG en de Beschikkingen 89/187/EEG en 91/664/EEG (PB L 125 van 23.5.1996, blz. 10-32)

    Zie de geconsolideerde versie.

    Richtlijn 96/43/EG van de Raad van 26 juni 1996 tot wijziging en codificering van Richtlijn 85/73/EEG om de financiering van de keuringen en veterinaire controles van levende dieren en bepaalde dierlijke producten te garanderen en tot wijziging van de Richtlijnen 90/675/EEG en 91/496/EEG (PB L 162 van 1.7.1996, blz. 1-13)

    Richtlijn 91/496/EEG van de Raad van 15 juli 1991 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor dieren uit derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG en 90/675/EEG (PB L 268 van 24.9.1991, blz. 56-68)

    Zie de geconsolideerde versie.

    Laatste bijwerking 31.01.2018

    Naar boven