EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52013IR8115

Advies van het Comité van de Regio’s — Het toekomstige EU-beleid inzake justitie en binnenlandse zaken

PB C 271 van 19.8.2014, p. 30–35 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

19.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 271/30


Advies van het Comité van de Regio’s — Het toekomstige EU-beleid inzake justitie en binnenlandse zaken

2014/C 271/06

Rapporteur:

Lotta Håkansson Harju (SE/PSE), lid van de gemeenteraad van Järfälla

Referentiedocumenten

Op weg naar de verwezenlijking van een open en veilig Europa

COM(2014) 154 final

De EU-agenda voor justitie voor 2020 — Meer vertrouwen, mobiliteit en groei binnen de Unie

COM(2014) 144 final

I.   BELEIDSAANBEVELINGEN

HET COMITÉ VAN DE REGIO’S

Algemene aanbevelingen

1.

juicht het toe dat de Commissie de op het gebied van justitie en binnenlandse zaken geboekte vooruitgang wil consolideren door middel van een juiste uitvoering en een effectieve follow-up (monitoring). Een dergelijke consolidatie kan wel leiden tot meer wetgeving, waarbij het subsidiariteits- en proportionaliteitsbeginsel worden nageleefd, om leemten op te vullen en te zorgen voor een flexibele EU die is opgewassen tegen nieuwe internationale uitdagingen.

2.

De grotere nadruk op de grondrechten, waartoe de EU zich heeft verbonden, moet op alle niveaus tot uiting komen. Overeenkomstig haar Handvest van de grondrechten moet de EU haar werkzaamheden op dit gebied voortzetten en uitbouwen om een open en veilige regio te blijven die op wederzijdse inachtneming van de grondrechten is gebaseerd.

3.

Het is een goede zaak dat de Europese Commissie werkt aan een kader voor de aanpak van systemische bedreigingen van het rechtsstaatbeginsel in de lidstaten. De rechtstaat, met het beginsel van rechtsgelijkheid, is namelijk een voorwaarde voor het toepassen en respecteren van grondrechten in de EU (1).

4.

Het handvest van de EU omvat zowel rechten die gelden voor alle mensen als specifieke rechten die op de EU-burgers van toepassing zijn. Om ervoor te zorgen dat al deze rechten ook daadwerkelijk door de mensen kunnen worden uitgeoefend zijn op meerdere niveaus langetermijnmaatregelen nodig. Voor lokale en regionale overheden is hierbij een vooraanstaande, actieve en toekomstgerichte rol weggelegd.

5.

In de lokale gemeenschap wordt de basis gelegd voor een inclusieve samenleving waar grondrechten worden gerespecteerd — een pluralistische samenleving waar mannen en vrouwen gelijk behandeld worden en de meest kwetsbaren bescherming genieten. Op lokaal en regionaal niveau zijn juridische en binnenlandse problemen ook het best voelbaar en treden de gevolgen ervan voor de individuele inwoner het duidelijkst aan de dag.

6.

Het Comité steunt het voorstel van de Commissie om aanvullende normen vast te stellen die het leven van de burgers vergemakkelijken en bijdragen tot de groei, zolang ze leemten aanvullen, doeltreffend zijn en — in de mate van het mogelijke — leiden tot een grotere harmonisering en vereenvoudiging van het huidige regelgevend kader. Betere wetgeving stimuleert de economische groei, omdat ze de onderlinge bedrijfsrelaties evenals het dagelijks leven van de burgers helpt stroomlijnen.

7.

De Europese Commissie zou vooral specifieke, praktische wetgevingsvoorstellen moeten formuleren die de burgers rechtstreeks ten goede komen — vooral in tijden van toenemende economische en sociale problemen — en die hen op zeer concrete wijze kunnen helpen om het hoofd te bieden aan de problemen die zij vaak als gevolg van de economische crisis. ondervinden. Dit soort problemen komt met name voor in de minder ontwikkelde grensgebieden, waar de economische en sociale activiteiten van de burgers meer problemen opleveren.

8.

Om de grondrechten van alle Europeanen ten volle te respecteren is dan ook een gemeenschappelijke, duidelijke aanpak en een gevoel van collectieve verantwoordelijkheid op alle niveaus noodzakelijk. Actie op het gebied van de grondrechten moet worden gezien als een langdurig en continu proces. Op lokaal, regionaal, nationaal en Europees niveau moet consensus bestaan over hoe deze actie moet worden gevoerd. Gebrek aan samenwerking tussen de verschillende niveaus kan extremistische, racistische en xenofobe groeperingen in de kaart spelen en een positieve ontwikkeling van de hele EU op de helling zetten.

9.

Het Comité van de Regio’s wijst op de cruciale rol die lokale en regionale overheden spelen als het aankomt op beleidsmaatregelen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken. Zij zijn in belangrijke mate verantwoordelijk voor de toepassing van diverse onderdelen van de nationale en EU-wetgeving, zij ontwikkelen en testen nieuwe beleidsoplossingen, zij bieden de inwoners steun bij de uitoefening van hun grondrechten en zij verzamelen informatie en ervaringen die nodig zijn om het beleid verder te ontwikkelen. Lokale en regionale overheden zijn daarom goed in staat om aan de beleidsvorming — van planning en uitvoering tot follow-up en evaluatie — een bijdrage te leveren.

10.

Dat maakt hen tot onmisbare partners bij de ontwikkeling en uitvoering van juridisch en binnenlands beleid. De Commissie, het Parlement en de Raad zouden gemeenten en regio’s daarom expliciet moeten erkennen als volwaardige partners op deze beleidsterreinen en hun de mogelijkheid moeten geven om een deel van de verantwoordelijkheid op zich te nemen.

11.

Het beleid op het gebied van justitie en binnenlandse zaken moet worden afgestemd op het overige EU-beleid. Juridische en binnenlandse aangelegenheden moeten beter worden gecoördineerd met het economisch beleid, sociaal beleid en buitenlands beleid van de EU om ervoor te zorgen dat het recht op alle beleidsterreinen beter gerespecteerd wordt en deze beter op elkaar zijn afgestemd. Het beleid inzake justitie en binnenlandse zaken zou moeten worden afgestemd op het door de structuurfondsen en het Europese Investeringsfonds ondersteunde economisch en sociaal beleid, in het bijzonder in de minder ontwikkelde regio’s, met name op het gebied van opleiding en werkgelegenheid. Het Comité van de Regio’s is het ook met de Commissie eens dat het beleid inzake justitie en binnenlandse zaken zo moet worden geïntegreerd in het overkoepelende buitenlands beleid van de EU dat meer overleg en samenwerking met derde landen en synergieën met de andere EU-beleidsterreinen mogelijk worden (2).

Versterking van een Europa van de rechten

12.

Alle overheidsniveaus moeten zich actief inzetten voor de bescherming en bevordering van de grondrechten en fundamentele vrijheden van alle mensen. Aangezien de lokale en regionale overheden dicht bij de burger staan, hebben zij een extra grote verantwoordelijkheid om mensen bewust te maken van hun grondrechten.

13.

Het Comité van de Regio’s wil onderstrepen dat de grondrechten en fundamentele vrijheden voor alle mensen gelden, ongeacht geslacht, ras, huidskleur, etnische of sociale afkomst, genetische kenmerken, taal, godsdienst of overtuiging, politieke of andere denkbeelden, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, functiebeperkingen, leeftijd of seksuele geaardheid, en dat bij de planning, uitvoering, follow-up en evaluatie altijd extra aandacht moet uitgaan naar kwetsbare groepen, zoals kinderen, migranten zonder papieren en asielzoekers.

14.

Strategische communicatie over de verantwoordelijkheid van alle niveaus voor de inachtneming, bescherming, uitoefening en bevordering van de grondrechten, voor het nakomen van gemeenschappelijke internationale verplichtingen en voor het zien van de voordelen op lange termijn van de opvang van asielzoekers en vluchtelingen is van primordiaal belang voor het indammen van de toename van extremisme, racisme en vreemdelingenhaat in veel EU-lidstaten.

15.

Kennis over de manier waarop grondrechten in praktijk worden gebracht is van centraal belang om een Europese justitiële ruimte tot stand te brengen waarin grondrechten, verscheidenheid en samenwerking gerespecteerd en bevorderd worden. Het Comité van de Regio’s is dan ook verheugd over de internetgids die door het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten is opgesteld om ambtenaren van lokale, regionale en nationale overheden te helpen de bescherming en bevordering van de grondrechten in hun dagelijkse praktijk door middel van samenwerking op meerdere niveaus te verbeteren (3). Het Comité van de Regio’s verzoekt de Commissie om meer middelen vrij te maken om dit soort praktische instrumenten voor ambtenaren en volksvertegenwoordigers op de verschillende beleidsniveaus te ontwikkelen, te actualiseren en te verspreiden.

16.

Er zou een forum moeten komen om informatie en goede praktijken uit te wisselen tussen de lokale en regionale overheden — gezien hun centrale rol, hun grote capaciteit en hun ervaring -, het maatschappelijk middenveld en andere bestuurslagen (nationaal, Europees en internationaal niveau). Het CvdR dringt erop aan dat de EU een en ander door middel van gerichte maatregelen of programma’s verder vergemakkelijkt.

17.

De toepassing van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie op lokaal of regionaal niveau dient in samenhang met de jaarverslagen over het Handvest beschouwd te worden. Hieruit zal blijken op welke gebieden de lokale en regionale overheden mogelijk hun inspanningen moeten opvoeren en de communicatie tussen de niveaus moeten verbeteren.

18.

Grondrechten zijn niet alleen relevant voor justitie en binnenlandse zaken, maar gaan vrijwel alle directoraten-generaal aan. Om de rol en het horizontale karakter ervan te versterken zouden, volgens het Comité van de Regio’s, de commissarissen die verantwoordelijk zijn voor justitie en binnenlandse zaken de grondrechten moeten coördineren met alle directoraten-generaal van de Europese Commissie.

19.

Doel van deze coördinatie is een brug te slaan tussen de directoraten-generaal om tegenstrijdige doelstellingen te voorkomen, toezicht te houden op de toepassing van grondrechten, rechten- en genderevaluaties uit te voeren, feitenmateriaal te verzamelen, lidstaten aan te sporen om centrale internationale en regionale rechtsinstrumenten te ratificeren en te implementeren, de verschillende belanghebbende partijen te raadplegen en erop toe te zien dat een correcte terminologie wordt gebruikt en er sprake is van een goede communicatie. De ontwikkeling van de coördinatie dient in nauwe samenwerking met het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten plaats te vinden.

20.

De samenwerking op het gebied van de grondrechten zou aanzienlijk worden vergemakkelijkt indien de rechten die in het handvest worden gegarandeerd, rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten zouden zijn.

21.

De kennis omtrent de specifieke rechten die EU-burgers in andere EU-lidstaten hebben dient vergroot te worden. De toepassing van de richtlijn inzake vrij verkeer van personen is van centraal belang voor de waarborging van het recht van EU-burgers en hun gezinsleden om zich vrij tussen lidstaten te bewegen en in lidstaten te vestigen.

22.

Het Comité van de Regio’s vindt dat het recht op vrij verkeer nog verder verduidelijkt kan worden. Zoals de Commissie ook opmerkt stuiten EU-burgers vaak op praktische en juridische problemen wanneer zij de rechten die zij in hun eigen lidstaat hebben, willen uitoefenen in een andere lidstaat (4). Tegelijkertijd moeten de uitdagingen die het vrije verkeer in bepaalde gemeenten en/of regio’s met zich mee brengt, beter aangepakt worden. Ook hier kunnen gerichte maatregelen of programma’s toegepast worden.

Een op rechten gebaseerd Europa dat solidariteit aan de dag legt op het gebied van immigratie en asiel

23.

Het Comité van de Regio’s beklemtoont dat de EU meer moet inzetten op de uitvoering van een Europees asiel- en migratiebeleid dat gebaseerd is op grondrechten, solidariteit, wederzijds vertrouwen en gedeelde verantwoordelijkheid tussen de lidstaten en de lokale en regionale overheden.

24.

De EU moet een toevluchtsoord blijven voor mensen die op de vlucht zijn voor vervolging of bescherming nodig hebben. De behoefte aan een gereguleerde opvang van migranten en aan de bescherming van de buitengrenzen mag het recht om internationale bescherming te zoeken nooit in de weg staan. Daarom herinnert het Comité van de Regio’s eraan dat de controle en bewaking van lands- en maritieme grenzen niet mag leiden tot enigerlei verzaking van de fundamentele plicht om levens te redden en om de mensenrechten te respecteren.

25.

Een goede samenwerking en een vertrouwensband tussen het lokale, regionale, nationale en Europese niveau met het oog op de verdeling van middelen en van verantwoordelijkheid zijn een absolute voorwaarde voor een duurzaam en gelijkwaardig asiel- en vluchtelingenbeleid. Deze samenwerking ontbreekt momenteel op tal van terreinen, wat de inburgering van nieuwkomers in ernstige mate belemmert en xenofobe tendensen in de hand werkt. Bij de opvang van andere soorten migranten bestaat in wezen dezelfde behoefte aan goede samenwerking.

26.

Het Comité van de Regio’s pleit ervoor dat alle bestuursniveaus in de EU de verantwoordelijkheid voor de opvang en integratie van vluchtelingen samen dragen en roept op tot meer interregionale samenwerking, coördinatie en solidariteit door een manier te vinden om tot een herverdeling tussen lidstaten, regio’s en gemeenten te komen, rekening houdend met structurele beperkingen, middelen en andere relevante factoren. Elke staat is momenteel zelf verantwoordelijk voor het asiel- en vluchtelingenbeleid en draagt ook de economische verantwoordelijkheid voor de opvang. De opvang van vluchtelingen is echter zowel tussen landen als binnen de landsgrenzen ongelijk verdeeld, en veel lokale en regionale overheden dragen meer verantwoordelijkheid dan andere omdat zij een groot deel van de nieuwkomers opvangen. Het wijst erop dat de Europese Unie oog moet hebben voor de specifieke moeilijkheden van de Europese regio’s, die op een bepaald moment de toegangspoort vormen voor deze migranten en aan wie ze bijstand en diensten moeten verlenen die hun capaciteiten vaak te boven gaan. Daarom zou er een specifiek financieel instrument in het leven moeten worden geroepen dat in de eerste plaats bestemd is voor dit soort opvangregio’s en doorgangsgebieden van immigranten.

27.

Het CvdR merkt bezorgd op dat niet alle EU-lidstaten zich aan het VN-verdrag inzake de rechten van het kind evenals het Actieplan voor niet-begeleide minderjarigen (2010-2014) houden wanneer het gaat om de opvang van migranten- en vluchtelingenkinderen en niet-begeleide minderjarige asielzoekers, zowel jongens als meisjes. Onderlinge steun tussen lokale en regionale overheden is belangrijk om ervoor te zorgen dat elk van deze overheden ertoe kan bijdragen dat deze bepalingen worden nageleefd. Het herinnert de Commissie eraan dat het genoemde Actieplan in 2014 op zijn einde loopt en dat er dus werk dient te worden gemaakt van de vernieuwing ervan.

28.

Tot dusver zijn er nog geen maatregelen op grond van artikel 80 VWEU genomen ten behoeve van solidariteit en een billijke verdeling van de verantwoordelijkheid op het gebied van mobiliteit. Toezeggingen op het gebied van de opvang en terugkeer van migranten berusten op volledige vrijwilligheid en in sommige gevallen hebben steden zelf het initiatief genomen om deze toezeggingen in praktijk te brengen.

29.

Een ongelijke verdeling van asielzoekers en vluchtelingen over landen en regio’s en binnen regio’s en het gebrek aan o.a. werk en huisvesting zijn een grote uitdaging voor de lokale en regionale overheden. Een ander probleem is het feit dat men niet proactief kan optreden en de opvang niet geruime tijd op voorhand kan plannen. Geïmproviseerde oplossingen hebben vaak negatieve sociale gevolgen, die op hun beurt van invloed zijn op de mogelijkheden om de voorzieningen te benutten die noodzakelijk zijn om het integratieproces in gang te zetten.

30.

Daarom is het tijd dat er opheldering wordt verschaft over wat onder gedeelde verantwoordelijkheid en solidariteit op het gebied van asielbeleid wordt verstaan. Het spreekt voor zich dat elk land, elke regio en elke gemeente, op basis van zijn specifieke omstandigheden en wensen, zijn eigen opvattingen heeft over hoe gedeelde verantwoordelijkheid of solidariteit eruitziet. Daarbij gaat het om allerlei zaken, variërend van het aantal asielzoekers dat rechtstreeks aankomt en het aantal asielaanvragen dat in behandeling is, tot het financiële plaatje, het gebrek aan woningen, eerder opgevangen asielzoekers en bevolkingsdichtheid. Ook de perspectieven op korte en lange termijn zijn van belang.

31.

Lokale en regionale overheden moeten goede praktijken uitwisselen met betrekking tot de behandeling van asielzoekers en vluchtelingen, integratiebeleid en de preventie van niet-reguliere migratie. Op die manier zouden de verschillen in de omstandigheden waaronder lidstaten en regio’s asielzoekers, vluchtelingen of niet-reguliere migranten na hun aankomst opvangen en de verschillen in de efficiëntie en snelheid waarmee aanvragen en dossiers worden behandeld van onder af kunnen worden aangepakt. Kleine gemeenten hebben niet genoeg middelen om een grote instroom van migranten te kunnen verwerken. Daarom is solidariteit tussen gemeenten ook zo belangrijk en zou Frontex versterkt moeten worden om te zorgen voor een efficiëntere en meer gestroomlijnde samenwerking tussen de nationale grensautoriteiten en voor de bescherming van migranten, alsook van de buitengrenzen van de EU.

32.

Om de discussie over lastenverdeling een impuls te geven stelt het Comité van de Regio’s voor onderzoek te doen naar het beeld dat lidstaten, regio’s en gemeenten hebben van gedeelde verantwoordelijkheid en solidariteit, alsook naar de consequenties van de verschillende opvattingen in verschillende gevallen. In dit onderzoek moet ook worden gekeken naar hoe het aantal asielzoekers en vluchtelingen evenwichtiger kan worden verdeeld over de gemeenten, regio’s en steden in de EU.

33.

Het is ook belangrijk dat de EU oog heeft voor de waardevolle bijdrage die nieuwkomers aan de samenleving kunnen leveren, en dat zij hiervan gebruik maakt. Een succesvol integratiebeleid met oog voor diversiteit op lokaal en regionaal niveau werkt groeibevorderend, effent het pad voor onderwijs en ondernemerschap en helpt te voorzien in de toekomstige behoefte aan arbeidskrachten en de financiering van onze welvaart in de toekomst. Wil dit beleid effect sorteren, dan is het van cruciaal belang dat in onderwijs en banen voor migranten wordt geïnvesteerd, zodat zij kunnen toetreden tot de arbeidsmarkt in de EU, evenals in cursussen over en beheer van culturele diversiteit teneinde een mentaliteitswijziging teweeg te brengen onder de bevolking en het samenlevingsklimaat te verbeteren.

34.

Fraude en misbruik moeten in de hele EU worden aangepakt.

35.

Gezien de lage geboortecijfers in veel lidstaten en de komende generatiewisseling zal er meer behoefte zijn aan beroepsactieve bevolking. De opvang van asielzoekers en vluchtelingen plaatst de lidstaten van de EU niet alleen voor een uitdaging, maar biedt hun ook grote kansen. De EU moet eenvoudigweg een geloofwaardig antwoord vinden op de demografische uitdagingen waar de Unie voor staat.

36.

Er is bescheiden vooruitgang geboekt met het aannemen van wetgeving betreffende legale migratie. Toch vertoont de Europese regelgeving op het vlak van migratie nog een flink aantal hiaten. Het is dan ook een goede zaak dat een totaalaanpak van migratievraagstukken prioriteit krijgt en dat er veel belang wordt gehecht aan de bevordering van een evenwichtige en volwaardige samenwerking met de landen van herkomst en de transitlanden om de opvang van migranten beheersbaar te houden en eenieders rechten te respecteren.

37.

De georganiseerde misdaad moet op lokaal niveau ook via sociale en educatieve initiatieven bestreden worden, door met name bewoners van door de georganiseerde misdaad beheerste gebieden te tonen dat een ander model voor ontwikkeling mogelijk is, gebaseerd op transparantie, participatie en democratie. Ook moet er educatieve steun verstrekt worden voor met name jongeren, die het gevaar lopen deel te worden van illegale structuren. Verder moet beslag gelegd worden op de opbrengsten van georganiseerde misdaad en moeten deze gebruikt worden voor sociale projecten, lokale actoren en maatschappelijke organisaties. Voor de Europese, nationale en regionale overheden is een cruciale taak weggelegd om dit soort initiatieven te coördineren.

38.

Het Comité van de Regio’s deelt de mening van de Commissie dat een adequaat migratiebeleid maatregelen ter bestrijding van illegale migratie dient te omvatten (5). Anderzijds mogen illegale migratie en hulp aan illegale migranten niet strafbaar worden gesteld; er dient aandacht te zijn voor mogelijke slachtoffers van mensenhandel. De lokale en regionale overheden moeten hun verantwoordelijkheid nemen en de grondrechten eerbiedigen, wat o.m. betekent dat zij diensten moeten verlenen aan illegale migranten.

39.

Vertegenwoordigers van lokale en regionale overheden moeten de kans krijgen om structuren op te zetten voor het uitwisselen van kennis en delen van ervaringen met goede praktijken op het gebied van werkgelegenheid, opleiding en sociale participatie, zodat de lokale dimensie van het integratiebeleid zichtbaarder wordt. Een forum voor de uitwisseling van kennis is een voorwaarde voor het opzetten van een dynamisch integratiebeleid in de Unie dat de rechten van migranten veiligstelt. Een dergelijk forum zou ook kunnen leiden tot kleinere verschillen tussen de lidstaten op het gebied van integratie.

Een veilig Europa

40.

Bij het aanpakken van problemen die de veiligheid van burgers aantasten en tot schending van de grondrechten leiden — zoals georganiseerde misdaad en vooral mensenhandel, drugshandel en seksuele uitbuiting van minderjarigen — is preventie even belangrijk als vervolging. Voor de ontwikkeling van preventiestrategieën en om voortdurend zorg te dragen voor het welzijn van de slachtoffers zijn lokale en regionale overheden van cruciaal belang.

41.

Lokale en regionale overheden zouden een grotere inbreng moeten krijgen in het bestrijden van de georganiseerde grensoverschrijdende misdaad. Lokale criminaliteit hangt immers steeds meer samen met internationale georganiseerde misdaad en het is de lokale gemeenschap die het eerst ten prooi valt aan criminele organisaties die de lokale samenleving destabiliseren. Het onderschrijft het standpunt van de Commissie dat er veilige en betrouwbare systemen moeten worden ontwikkeld waardoor personen en bedrijven het potentieel van internet optimaal kunnen benutten. Daarom dient de samenwerking van de lidstaten met het Europees Centrum voor de bestrijding van cybercriminaliteit (EC3) van Europol te worden uitgebreid tot lokaal en regionaal niveau, zodat de bestrijding van cybermisdaad kan gebeuren op het bestuursniveau dat het dichtst bij de burger staat.

42.

Corruptie is een bijzonder belangrijk thema voor de lokale en regionale overheden en hun burgers. Het Comité van de Regio’s zal doorgaan met de bestrijding van corruptie op alle niveaus en met de bescherming van de financiële belangen van de EU — onder meer met de oprichting van een Europees openbaar ministerie — in samenwerking met andere EU-instellingen, de Raad van Europa en andere organisaties.

43.

Het Comité van de Regio’s steunt de EU-strategie ter bestrijding van mensenhandel. De lokale en regionale overheden kunnen in belangrijke mate bijdragen tot de succesvolle uitvoering van de strategie en kunnen, vanwege hun positie dicht bij de burgers, de tekenen herkennen die erop wijzen dat iemand het slachtoffer is van mensenhandel. Het Comité van de Regio’s heeft er daarom voor gepleit dat de lokale en regionale overheden worden betrokken bij het opstellen van richtsnoeren voor de identificatie, de bescherming en de voortdurende zorg voor het welzijn van slachtoffers, met name wanneer het minderjarigen betreft.

44.

Gemeentelijke en provinciale bestuursorganen zijn belangrijke partners bij de capaciteitsopbouw in de landen van herkomst. Op internationaal vlak zou de grensoverschrijdende samenwerking tussen de gemeenten die migranten of asielzoekers opnemen, en de gemeenten waaruit deze afkomstig zijn, nog aanzienlijk verbeterd en uitgebouwd kunnen worden. Het lokale niveau speelt een belangrijke rol bij het opstellen en uitvoeren van programma’s voor de opvang en terugkeer van deze mensen.

Gedaan te Brussel, 25 juni 2014.

De voorzitter van het Comité van de Regio’s

Ramón Luis VALCÁRCEL SISO


(1)  Europese Commissie — IP/14/237 11/03/2014

(2)  Mededeling: Op weg naar de verwezenlijking van een open en veilig Europa

(3)  http://fra.europa.eu/en/joinedup/home

(4)  Meer vertrouwen, mobiliteit en groei om tot een echte Europese rechtsruimte te komen.

(5)  Naar een open en veilig Europa COM(2014) 154 final


Top