Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52018DC0450

    MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S Mededeling inzake het uitbreidingsbeleid van de EU voor 2018

    COM/2018/450 final

    Straatsburg, 17.4.2018

    COM(2018) 450 final

    MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

    Mededeling inzake het uitbreidingsbeleid van de EU voor 2018

    {SWD(2018) 150 final}
    {SWD(2018) 151 final}
    {SWD(2018) 152 final}
    {SWD(2018) 153 final}
    {SWD(2018) 154 final}
    {SWD(2018) 155 final}
    {SWD(2018) 156 final}


    I.    INLEIDING

    In november 2015 heeft de Europese Commissie een strategie voor het uitbreidingsbeleid van de EU op de middellange termijn uitgestippeld die van kracht blijft. Deze mededeling maakt de balans op van de vooruitgang die is geboekt met de tenuitvoerlegging van het uitbreidingsbeleid tegen eind januari 2018, en moedigt de betrokken landen aan hun modernisering door politieke en economische hervormingen voort te zetten, overeenkomstig de toetredingscriteria.

    Het uitbreidingsproces blijft gebaseerd op vaste criteria en eerlijke en consistente voorwaarden. Elk land wordt beoordeeld op zijn eigen verdiensten. Door de balans op te maken van de vorderingen en tekortkomingen te identificeren worden de landen aangespoord en geholpen de noodzakelijke ingrijpende hervormingen door te voeren. Om het uitbreidingsperspectief tot een realiteit te maken, blijft de solide gehechtheid aan het beginsel van „eerst de basis” van essentieel belang. Structurele tekortkomingen blijven bestaan, met name op de cruciale gebieden rechtsstaat en economie. Kandidaat-lidstaten moeten resultaten boeken op het vlak van de rechtsstaat, de hervorming van justitie, de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad, veiligheid, grondrechten, democratische instellingen en hervorming van het openbare bestuur, alsmede op het vlak van economische ontwikkeling en concurrentievermogen. Gezien de complexe aard van de nodige hervormingen, is dit een proces van lange adem.

    Het is van belang dat wordt erkend dat toetredingsonderhandelingen geen doel op zich zijn – en ook nooit zijn geweest. Zij maken deel uit van een breder proces van modernisering en hervormingen. De regeringen van de uitbreidingslanden moeten zich actiever inzetten voor de noodzakelijke hervormingen en deze echt tot hun politieke agenda maken – niet omdat de EU dat vraagt, maar omdat het in het belang is van hun burgers. De aanvaarding van fundamentele Europese waarden zoals de rechtsstaat is van wezenlijk belang voor de komende generaties om te kiezen voor het EU-lidmaatschap. Of de publieke opinie positief staat tegenover toekomstige uitbreidingen, zal afhangen van de mate waarin kandidaat-lidstaten klaar zijn voor het lidmaatschap. De hervormingen in het kader van het toetredingsproces tot de EU moeten ook leiden tot meer vertrouwen van de burgers in zowel de EU-lidstaten als in de kandidaat-lidstaten.

    In februari 2018 bevestigde de Europese Commissie opnieuw het duidelijke, op verdiensten gebaseerde vooruitzicht op EU-lidmaatschap voor de Westelijke Balkan in haar mededeling Een geloofwaardig vooruitzicht op toetreding en een grotere EU-betrokkenheid bij de Westelijke Balkan 1 . Dit is een krachtige stimulans voor de hele Westelijke Balkan en een teken van de gehechtheid van de EU aan de Europese toekomst. De leiders in de regio mogen geen twijfel laten bestaan over hun strategische oriëntatie en hun engagement. Regionale samenwerking en goede nabuurschapsbetrekkingen zijn essentieel voor vooruitgang op weg naar de EU. De Europese Commissie verklaarde ook dat onze Unie eerst krachtiger en meer solide moet worden, vooraleer zij uiteindelijk groter kan worden. Om die reden zal de Commissie dit jaar, overeenkomstig haar Routekaart naar een meer verenigde, sterkere en democratischere Unie 2 , een aantal initiatieven voorstellen om het democratische, institutionele en beleidsmatige kader voor de Unie van 2025 op basis van de bestaande Verdragen te verbeteren.

    Turkije is een belangrijke partner voor de EU en een kandidaat-lidstaat, waarmee de dialoog op hoog niveau en de samenwerking op gebieden van gemeenschappelijk belang werden voortgezet, met inbegrip van steun voor Syrische vluchtelingen. De Commissie erkent dat Turkije terecht genoodzaakt was snel en proportioneel op te treden tegen de mislukte staatsgreep van juli 2016. Turkije verwijdert zich echter aanzienlijk van de Europese Unie, met name op het gebied van de rechtsstaat en de grondrechten, alsook door de verzwakking van effectieve controlemechanismen in het politieke stelsel. De Europese Commissie heeft er herhaaldelijk bij Turkije op aangedrongen om deze negatieve tendens prioritair om te buigen.

    II.    UITVOERING VAN DE UITBREIDINGSSTRATEGIE 2015

    Hervormingen op het gebied van de rechtsstaat, de grondrechten en goed bestuur blijven het dringendste probleem voor de uitbreidingslanden. Het is ook de belangrijkste maatstaf waaraan hun vooruitzichten zullen worden gemeten door de EU. Deze landen moeten deze fundamentele waarden van de EU veel krachtiger en geloofwaardiger tot de hunne maken. Een schending van deze waarden werkt ook afschrikkend voor investeringen en de handel. De versterking van de rechtsstaat is niet alleen een institutionele kwestie, maar vereist ook maatschappelijke veranderingen.

    a) Rechtsstaat

    Ondanks de toenemende nadruk op hervormingen van de rechtsstaat, bleef de vooruitgang ongelijk in de uitbreidingslanden. In de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft het vaste voornemen van de nieuwe regering om werk te maken van de tenuitvoerlegging van de “dringende prioriteiten voor hervorming” een positief effect gehad op de rechtsstaat. In de nasleep van de poging tot staatsgreep van juli 2016 bleef de situatie van de rechtsstaat in Turkije verslechteren.

    Een rechtsstelsel succesvol hervormen is een proces van lange adem waarvoor over het hele politieke spectrum een volgehouden politieke wil is vereist en op dit punt ligt in de uitbreidingslanden veel werk in het verschiet. In Albanië zal het lopende, nooit eerder vertoonde proces van beoordeling van rechters en openbaar aanklagers naar verwachting het rechtsstelsel op het punt van professionaliteit, onafhankelijkheid en integriteit aanzienlijk verbeteren. In Turkije hebben de massale ontslagen van rechters en aanklagers, alsmede de constitutionele veranderingen de efficiëntie en onafhankelijkheid van de rechterlijke macht verder ondermijnd.

    De landen moeten corruptie zonder pardon uitroeien, en elk element van “verlamming van de staat” uitbannen. Corruptie blijft een wijdverbreid verschijnsel, ondanks de voortdurende inspanningen om de juridische en institutionele kaders in overeenstemming te brengen met de EU-wetgeving en de Europese normen. Sterke en onafhankelijke instellingen zijn cruciaal om corruptie te voorkomen en aan te pakken, met name corruptie op hoog niveau, en doeltreffender onderzoeken en vervolgingen in te stellen die leiden tot definitieve vonnissen die worden afgedwongen en die ook ontradende sancties omvatten. Er is grotere transparantie vereist bij het beheer van openbare middelen, in het bijzonder in alle stadia van overheidsopdrachten, een gebied waar corruptie welig tiert.

    Ter zake gespecialiseerde organen zijn operationeel, maar onverklaarbare rijkdom onder politiek prominente personen wordt zelden onderzocht. De geringe vooruitgang wijst op een gebrek aan echte politieke wil, in combinatie met de nog steeds beperkte bestuurlijke capaciteit. Meer transparantie en verantwoordingsplicht, de scheiding der machten en sterkere onafhankelijke toezichthoudende instanties blijven van essentieel belang. De in 2017 in Triëst gelanceerde inspanningen om overeenstemming te bereiken over een regionaal instrument voor de uitwisseling van gegevens inzake de openbaarmaking van vermogens en belangenconflicten kunnen bijdragen aan het verbeteren van de staat van dienst van deze landen met betrekking tot het aanpakken van corruptie in de Westelijke Balkan.

    De georganiseerde misdaad houdt een sterke greep op de uitbreidingslanden. Machtige criminele groepen zijn nog steeds actief in en vanuit de Westelijke Balkan en Turkije. De regio blijft een belangrijke toegangsweg voor de smokkel van illegale goederen, met name drugs en wapens, en van mensen op weg naar de EU. De uitbreidingslanden werken steeds meer samen met de wetshandhavingsinstanties van de EU, zoals Europol en Eurojust, en zij verbeteren geleidelijk hun capaciteit om het hoofd te bieden aan specifieke vormen van georganiseerde misdaad, met inbegrip van de drugshandel. In Albanië hebben grootschalige rechtshandhavingsoperaties geleid tot de succesvolle inbeslagname van grote hoeveelheden cannabis en recentelijk ook cocaïne uit Latijns-Amerika. De personeelsbezetting en de operationele onafhankelijkheid van de rechtshandhavingsinstanties blijven echter problematisch in de regio. De operationele prioriteiten op het gebied van de georganiseerde criminaliteit zijn niet voldoende op de mogelijke dreigingen afgestemd, waardoor het succespercentage bij de effectieve ontmanteling van criminele groepen wordt verminderd. De autoriteiten moeten ook beginnen met het instellen van financiële onderzoeken (overeenkomstig de methode van de Financiële-actiegroep) en betere resultaten boeken wat betreft de verbeurdverklaring van de opbrengsten van criminaliteit. Door de oprichting en versterking van gecentraliseerde agentschappen voor het identificeren en het opsporen van criminele vermogensbestanddelen kunnen de nationale bureaus voor terugvordering van vermogensbestanddelen in de uitbreidingslanden doeltreffender worden en kan de operationele samenwerking met de bureaus van de lidstaten van de EU gemakkelijker verlopen. Wat betreft de bestrijding van het witwassen van geld en de bestrijding van terrorismefinanciering moeten de uitbreidingslanden hun wetgeving en praktijken bij voorrang in overeenstemming brengen met de aanbevelingen van de Financiële-actiegroep. Een concrete en duurzame staat van dienst in verband met de aanpak van corruptie, witwassen en de georganiseerde misdaad moet op korte termijn worden opgebouwd.

    Ter bestrijding van terrorisme, gewelddadig extremisme, radicalisering en, in het bijzonder, het fenomeen van (terugkerende) buitenlandse terroristische strijders heeft de EU de operationele samenwerking met elk van de uitbreidingslanden opgedreven. Er werden in alle landen aanhoudende goede inspanningen geleverd om de wetgeving en de praktijken op het gebied van terrorismebestrijding en de strijd tegen radicalisering aan te passen aan de normen en praktijken van de EU. Er blijft echter ruimte voor meer doeltreffende structuren op nationaal en regionaal niveau, om te zorgen voor concrete resultaten, in het bijzonder wat betreft de preventie van gewelddadig extremisme, wapenhandel, terrorismefinanciering, het witwassen van geld, informatie-uitwisseling en antiradicalisering. Het EU-netwerk voor voorlichting over radicalisering ondersteunt een groot deel van deze werkzaamheden. De strijd tegen terrorisme moet verder worden uitgebreid met elke partner uit de Westelijke Balkan en Turkije. De normen voor de bescherming van persoonsgegevens moeten in overeenstemming worden gebracht met de EU-normen om de sluiting van samenwerkingsovereenkomsten met Eurojust mogelijk te maken. Geïnspireerd op vroegere gezamenlijke werkzaamheden inzake terrorismebestrijding, hebben de EU en de partners van de Westelijke Balkan in 2017 overeenstemming bereikt over goed bestuur inzake geïntegreerde interne veiligheid in de Westelijke Balkan met het oog op capaciteitsopbouw en hervormingen op het gebied van veiligheidsgovernance in de regio.

    b) Grondrechten

    De grondrechten zijn grotendeels opgenomen in de wetgeving van de landen van de Westelijke Balkan, maar om de naleving ervan in de praktijk te waarborgen zijn nog aanzienlijke inspanningen nodig. In Turkije werd gedurende de verslagperiode een verdere ernstige verslechtering op belangrijke mensenrechtengebieden vastgesteld.

    Bijzondere aandacht moet worden besteed aan de vrijwaring van de vrijheid van meningsuiting en de onafhankelijkheid van de media als een hoeksteen van de democratie in de regio. Er is sprake van een aanzienlijke verslechtering op dit gebied in sommige landen, waaronder in Turkije, waar meer dan 150 journalisten nog steeds in de gevangenis zitten. Elders is er in het beste geval maar weinig vooruitgang geboekt. Aanvallen tegen en bedreigingen van journalisten zijn doorgegaan, terwijl onderzoek en vervolging traag blijven verlopen. Pogingen om invloed uit te oefenen op de onafhankelijkheid van de publieke omroep en ondoorzichtige openbare financiering van de media blijven nog steeds wijdverspreid in alle uitbreidingslanden. Niet alleen ondermijnen deze misbruiken het fundamentele recht op vrijheid van meningsuiting, maar ook de democratie in de regio. De regeringen moeten urgente en concrete stappen ondernemen om de bestaande wettelijke kaders inzake vrijheid van meningsuiting ten uitvoer te leggen, en het algemene klimaat inzake mediavrijheid te verbeteren. De EU spreekt haar krachtige steun uit voor de lokale maatschappelijke organisaties, mensenrechtenactivisten, journalisten en onafhankelijke mediakanalen, die vaak het slachtoffer zijn van intimidatie. Hun bijdrage is van essentieel belang om de regering voor haar verantwoordelijkheid te plaatsen op het gebied van vrijheid van meningsuiting, alsook op dat van alle andere grondrechten.

    Er zijn meer inspanningen in de uitbreidingslanden nodig om het nog steeds wijdverspreide misbruik van de rechten van het kind doeltreffend aan te pakken. De overheden moeten ook de discriminatie van personen met een handicap, minderheden en andere kwetsbare groepen prioritair aanpakken. Er moet nog meer worden gedaan ter bevordering van gendergelijkheid en om geweld tegen vrouwen te voorkomen en aan te pakken. Hoewel er vorderingen zijn gemaakt in de Westelijke Balkan inzake de rechten van lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transgenders en interseksuelen, zijn aanvullende inspanningen nodig om een einde te maken aan discriminatie, bedreigingen en geweld. De precaire situatie van de Roma dient ook prioriteit te krijgen aangezien zij nog steeds te maken hebben met sociale uitsluiting, marginalisering en discriminatie. De omstandigheden in de gevangenissen moeten worden verbeterd en de procedurele rechten van verdachten en beklaagden en de rechten van de slachtoffers moet worden afgestemd op de EU-wetgeving. In Turkije hebben decreten die in het kader van de noodtoestand zijn vastgesteld, essentiële procedurele rechten beknot, waaronder de rechten van de verdediging.

    c) Functioneren van de democratische instellingen en hervorming van het openbare bestuur

    Het goede functioneren van democratische instellingen blijft in een aantal landen een groot punt van zorg. Dit betekent onder meer dat moet worden gezorgd voor een constructieve dialoog over het hele politieke spectrum, met name in de parlementen. Hoewel enige vooruitgang is geboekt, zorgt een aantal fundamentele aspecten van het verloop van democratische verkiezingen nog steeds voor problemen. De aanbevelingen van verkiezingswaarnemingsmissies moeten naar behoren worden uitgevoerd. Parlementaire verantwoordingsplicht, als essentieel onderdeel van een goed functionerende democratie, moet worden ingebed in de politieke cultuur.

    Hoewel Turkije terecht genoodzaakt was snel en proportioneel op te treden tegen de mislukte staatsgreep, bestaat er in het land ernstige bezorgdheid over de evenredigheid van de maatregelen in het kader van de noodtoestand, die nog steeds van kracht is en waarmee de voornaamste wetgevende taak van het Parlement wordt beknot, terwijl de ruimte voor dialoog tussen de politieke partijen verder is afgenomen. Er werden in het kader van een referendum onder de noodtoestand vérstrekkende constitutionele veranderingen goedgekeurd die volgens de Raad van Europa onvoldoende controlemechanismen bieden en de scheiding der machten in gevaar brengen.

    In de Westelijke Balkan wordt het vermogen van de nationale parlementen om de kernactiviteiten qua wetgeving en toezicht uit te oefenen, ondermijnd door een gebrek aan politieke dialoog, het buitensporige gebruik van parlementaire noodprocedures en het ontbreken van een constructieve inzet van alle partijen. Er blijft politieke verdeeldheid, hoewel sommige boycotacties zijn beëindigd. In Albanië maakte het over de partijgrenzen heen gesloten politieke akkoord van mei 2017 de hervatting mogelijk van de parlementaire werkzaamheden vóór het verkiezingsreces. In de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft het nieuwe parlement zich ingespannen om zijn toezichtcapaciteiten op de uitvoerende macht te herstellen. In Montenegro heeft de oppositie echter de wetgevende activiteit geboycot sinds het parlement in november 2016 bijeengeroepen werd. In Servië worden de efficiëntie van het parlement en de kwaliteit van de wetgeving gehinderd door het ontbreken van adequate parlementaire controle over wetsontwerpen. In Kosovo 3* werden, zowel in het kader van de vorige als de huidige regeringscoalities, de werkzaamheden van de parlementaire vergadering gekenmerkt door politieke polarisatie en verlamming, hoewel de vergadering onlangs de overeenkomst inzake grensafbakening met Montenegro heeft geratificeerd. In Bosnië en Herzegovina kon bepaalde wetgeving die voortvloeit uit de hervormingsagenda, niet altijd worden aangenomen wegens de spanningen tussen de regerende coalitiepartijen, hetgeen heeft geresulteerd in een vertraging van het hervormingsproces. Hoewel de verkiezingen als zodanig in de regio grotendeels zonder grote incidenten verlopen, hebben belangrijke tekortkomingen, zoals de politisering van de verkiezingsorganen, het misbruiken van overheidsmiddelen en het gebrek aan transparantie in de financiering van politieke partijen en verkiezingscampagnes, een invloed op het vertrouwen van de burgers in het verkiezingsproces.

    De hervorming van de openbare diensten is van cruciaal belang om goed bestuur op alle niveaus te versterken. Dit impliceert een betere kwaliteit en grotere verantwoordingsplicht van de openbare diensten, meer professionalisme, depolitisering en transparantie, ook inzake indienstnemingen en ontslagen, een transparanter beheer van de overheidsfinanciën en betere dienstverlening aan de burger. Ook moet een passend evenwicht worden gevonden tussen centrale, regionale en lokale overheden. Terwijl op een aantal gebieden gematigde vooruitgang is geboekt in de Westelijke Balkan, vertoont Turkije een ernstige terugval op het gebied van openbare dienstverlening, personeelsbeheer en verantwoordingsplicht.

    Er bestaan thans omvattende hervormingsstrategieën voor het overheidsbestuur en het beheer van de overheidsfinanciën, behalve in Bosnië en Herzegovina en in Turkije. Vertragingen met de uitvoering en de financiële duurzaamheid van de hervormingen blijven een punt van zorg. De transparantie van de begroting is in veel gevallen verbeterd. De kwaliteit van de strategische planning van de centrale overheid en de banden met de sectorale planning moeten in de Westelijke Balkan aanzienlijk worden verbeterd. Beleidsmaatregelen, wetgeving en openbare investeringen worden vaak nog steeds aangevat zonder systematische effectbeoordelingen en raadplegingen. In de meeste landen is het veelvuldige gebruik van wetgevende noodprocedures een belangrijk probleem. De professionalisering van het ambtenarenapparaat moet nog steeds worden gewaarborgd in alle landen. De ambtenarenwetgeving is modern, maar er wordt regelmatig gebruik gemaakt van uitzonderingen, vooral voor de benoeming of het ontslag van topambtenaren.

    In alle uitbreidingslanden moet de structuur van het openbare bestuur verder worden gerationaliseerd. In de Westelijke Balkan hebben vergelijkbare administratieve instanties een verschillende status, en rapporteren velen van hen rechtstreeks aan de regering of het parlement in plaats van aan de ministeries waar zij oorspronkelijk van afhangen. Er is onvoldoende verantwoordingsplicht en verslaglegging tussen ondergeschikte agentschapen en hun toezichthoudende instellingen. Om de dienstverlening te verbeteren, hebben de meeste uitbreidingslanden zich vooral gericht op de invoering van e-overheidsdiensten, maar bij deze initiatieven is vaak sprake van een gebrek aan strategische sturing en coördinatie. De meeste landen hebben ook vooruitgang geboekt met het aannemen van moderne wetgeving inzake algemene administratieve procedures, maar in veel landen moet een aanzienlijk deel van de sectorale wetgeving nog worden aangepast om de bijzondere administratieve procedures tot een minimum te beperken.

    d) Migratie    

    De uitdagingen in verband met de vluchtelingencrisis en irreguliere migratie staan centraal in de werkzaamheden van de EU met de uitbreidingslanden. Er is vooruitgang geboekt met de gezamenlijke werkzaamheden betreffende de migratieroutes in het Oostelijke Middellandse-Zeegebied en de Westelijke Balkan. De smokkel van migranten en de mensenhandel blijven zorgwekkend. Er zijn meer inspanningen nodig om ervoor te zorgen dat de landen beter in staat zijn om het hoofd te bieden aan uitdagingen op het gebied van migratie, met inbegrip van het terugdringen van irreguliere migratie, activiteiten inzake terugkeer, de bescherming van de buitengrenzen en de voorkoming van illegale migratie, capaciteitsopbouw inzake asiel, sociale inclusie en integratie, in overeenstemming met de EU-normen.

    Turkije levert momenteel een bijzondere inspanning en biedt onderdak aan meer dan 3,5 miljoen geregistreerde Syrische vluchtelingen; de EU blijft vastbesloten om Turkije te helpen bij het aanpakken van deze problematiek. De samenwerking in het kader van de Verklaring EU-Turkije heeft verder concrete resultaten opgeleverd. De trend van veel minder irreguliere en gevaarlijke oversteekpogingen, met minder verlies van mensenlevens in de Egeïsche Zee is geconsolideerd. 42.319 migranten zijn in 2017 aangekomen via de oostelijke Middellandse Zeeroute, in vergelijking met 182.277 in 2016, hetgeen een daling is van bijna 77%. De Turkse kustwacht blijft actief patrouilleren om illegale grensoverschrijding en de opening van nieuwe routes te voorkomen. De EU-Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije blijft de behoeften van vluchtelingen en hun gastgemeenschappen ondersteunen. De eerste tranche van 3 miljard euro werd volledig opgebruikt. De uitbetalingen bedroegen tot nu toe 1,9 miljard euro. Er werd begonnen met het mobiliseren van de tweede tranche van de Faciliteit, overeenkomstig de Verklaring EU-Turkije. De Faciliteit blijkt een van de snelste en meest doeltreffende steunmechanismen van de EU te zijn, goed voor bijna 1,2 miljoen aan maandelijkse contante overdrachten voor de meest kwetsbare vluchtelingen in het kader van het sociale vangnet voor noodgevallen (ESSN). Meer dan 312.000 kinderen hebben Turkse taalles gekregen en de distributie van schrijfbenodigdheden en leerboeken is van start gegaan voor 500.000 studenten. Meer dan 763.000 consultaties in verband met primaire gezondheidzorg werden aan vluchtelingen verstrekt en meer dan 217.000 Syrische vluchtelingenkinderen werden volledig gevaccineerd.

    Door de EU gecoördineerde responsmaatregelen ter ondersteuning van de nationale inspanningen resulteerden in 2017 in een vermindering met 91% van de irreguliere migratiestromen via de Westelijke Balkan en leidden tot een algehele stabilisatie van de situatie langs de grenzen. Met name de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Servië zijn betrouwbare partners van de EU gebleken op dit gebied. Toch bleven deze landen hard getroffen, en hun capaciteit om het hoofd te bieden aan crisissituaties werd voortdurend op de proef gesteld. De administratieve capaciteit en de infrastructuur moeten verder worden versterkt in de hele regio. De EU is vastbesloten steun te verlenen aan de inspanningen van de partners van de Westelijke Balkan. De Commissie heeft onderhandelingen gevoerd over statusovereenkomsten tussen het Europees grens- en kustwachtagentschap en de landen van de Westelijke Balkan. Daardoor zullen teams van het Europees grens- en kustwachtagentschap kunnen worden opgezet, met uitvoerende bevoegdheden in de zones aan de buitengrenzen van de EU, ter ondersteuning van de nationale grensautoriteiten.

    e)    Economie

    De Westelijke Balkan en Turkije beschikken over een aanzienlijk economisch potentieel. Meer groei in de laatste jaren heeft over het algemeen geleid tot meer werkgelegenheid. Alle regeringen werden ondanks enige vooruitgang geconfronteerd met grote structurele economische en sociale problemen, waaronder een hoge werkloosheid, met name onder jongeren, grote discrepanties tussen gevraagde en aangeboden vaardigheden, een aanhoudend hoog aandeel van de informele economie, een zwak ondernemingsklimaat met een beperkte toegang tot financiering en een geringe mate van innovatie en regionale connectiviteit. In de Westelijke Balkan wordt het investeringsklimaat nog steeds gehinderd door tekenen van een verlamming van de staat, met name wegens het ontbreken van een onafhankelijke en efficiënte rechterlijke macht en de ongelijke handhaving van de mededingingsregels. De invloed van de overheid op de economie is sterk in de regio, waardoor er een groter risico van corruptie bestaat, door een gebrekkig beheer van de openbare financiën en veelvuldige wijzigingen in vergunningen en belastingen. De nationale kaders voor corporate governance moeten worden versterkt en het privatiseringsproces moet worden voltooid. De infrastructuur en het onderwijsstelsel moeten worden verbeterd. Investeringen in infrastructuur in de regio moeten stroken met de overeengekomen prioriteiten van de EU, met name wat betreft de uitbreiding van de trans-Europese netwerken op de Westelijke Balkan. In Turkije is de economische groei sterk aangetrokken, maar het ondernemingsklimaat is verder verslechterd en de economie blijft kwetsbaar voor financiële onzekerheid, schommelingen in het vertrouwen van internationale investeerders en aanhoudende politieke risico's.

    De EU steunt een betere beleidsformulering en economische governance via het programma voor economische hervormingen, dat een integrerend deel uitmaakt van het voorbereidingsproces. Dit is het voornaamste instrument gebleken voor het opstellen en uitvoeren van macro-economische en structurele hervormingen. Aldus wordt bijgedragen tot duurzame groei op de lange termijn en grotere convergentie, wordt de beleidsplanning bevorderd en wordt vooruitgang geboekt ten aanzien van de economische criteria van Kopenhagen. Alle regeringen worden verzocht jaarlijks economische hervormingsprogramma’s in te dienen. De betrokken regeringen moeten nu een sterke politieke impuls geven en hun eigen verantwoordelijkheid opnemen, om uitvoering te geven aan de hervormingen die zijn genoemd. De EU steunt ook de verbetering van het investeringsklimaat in de Westelijke Balkan door de verdieping van een regionale economische ruimte die tot doel heeft belemmeringen voor de handel, mobiliteit en investeringen in de hele regio weg te nemen. In december 2016 hechtte de Commissie haar goedkeuring aan een aanbeveling tot het openen van onderhandelingen met het oog op de uitbreiding en de modernisering van de douane-unie EU-Turkije, die inmiddels is besproken in de Raad.

    f)    Regionale samenwerking en betrekkingen van goed nabuurschap

    Regionale samenwerking is van essentieel belang om politieke stabilisatie en economische kansen te garanderen. Vooral de connectiviteitsagenda van de EU heeft de regionale samenwerking in de Westelijke Balkan een extra impuls gegeven. In 2017 hebben de leiders van de regio in Triëst een actieplan goedgekeurd voor de regionale economische ruimte en het verdrag tot oprichting van een vervoersgemeenschap ondertekend. Het samenwerkingsproces voor Zuidoost-Europa en andere regionale initiatieven hebben tevens de stabilisatie en samenwerking verder bevorderd. Er werd een regionaal kantoor voor jongerensamenwerking ingesteld, dat de eerste uitnodiging tot het indienen van voorstellen heeft opgesteld om de samenwerking tussen personen verder te bevorderen. Het Erasmus+-programma heeft de interculturele dialoog binnen het hoger onderwijs en tussen jongeren verder gestimuleerd, en heeft steun verleend aan acties ter bevordering van de internationalisering en modernisering van instellingen en stelsels voor hoger onderwijs. Er is enige vooruitgang geboekt op het gebied van connectiviteitsprojecten op het terrein. De EU-strategie voor het actieplan betreffende de Adriatische en Ionische regio heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van gezamenlijke projecten ter bevordering van de verdere aanpassing aan de EU-wetgeving in de deelnemende landen. Er is echter aan te veel verplichtingen uit hoofde van regionale overeenkomsten en verbintenissen nog niet voldaan. Om de burgers de reële voordelen van regionale samenwerking te laten zien, zijn meer inspanningen nodig om deze overeenkomsten en verbintenissen operationeel te maken, onder meer de uitvoering van de hervormingsmaatregelen voor connectiviteit die in 2015 zijn overeengekomen.

    Goede nabuurschapsbetrekkingen en regionale samenwerking zijn essentiële elementen van het stabilisatie- en associatieproces en van het uitbreidingsproces. Ofschoon er sprake is van voortdurende en regelmatige contacten en samenwerking tussen regeringen op bilateraal en regionaal niveau, is er behoefte aan meer inspanningen voor de meest gevoelige kwesties zoals oorlogsmisdaden, vermiste personen, georganiseerde misdaad en politiële en justitiële samenwerking. Eén uitzondering heeft betrekking op de terugkeer van vluchtelingen na de oorlogen op de Balkan; hier levert het regionale huisvestingsprogramma positieve resultaten op. Verklaringen die de betrekkingen van goed nabuurschap kunnen schaden, moeten worden vermeden. Voor de bevordering van stabiliteit en het scheppen van een gunstig klimaat voor het overwinnen van de problemen uit het verleden en voor verzoening is verantwoordelijk politiek leiderschap vereist en moeten nog aanzienlijke inspanningen worden geleverd. Het vriendschapsverdrag tussen Bulgarije en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië is hiervan een goed voorbeeld.

    Het uitbreidingsbeleid van de EU moet verder stabiliteit blijven uitdragen. Om die reden kan en zal de EU geen bilaterale conflicten importeren. Deze conflicten moeten dringend door de betrokken partijen worden opgelost. De resultaten op dit vlak zijn beperkt. Verdere inspanningen zijn nodig in de hele regio van de Westelijke Balkan. Er moeten dringend vorderingen worden gemaakt met de door de EU gefaciliteerde dialoog voor de volledige normalisering van de betrekkingen tussen Servië en Kosovo, die zou moeten resulteren in de sluiting en de uitvoering van een alomvattende, juridisch bindende normaliseringsovereenkomst. Wat betreft de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië moet worden voortgebouwd op de positieve vooruitgang naar het vinden van een door onderhandelingen tot stand gekomen en wederzijds aanvaardbare oplossing van de naamskwestie onder auspiciën van de VN, naast de vooruitgang die is geboekt op het gebied van de betrekkingen van goed nabuurschap. Albanië heeft ook maatregelen genomen om enkele langlopende bilaterale geschillen op te lossen.

    Hoewel de hernieuwde inspanningen in de onderhandelingen onder leiding van de Verenigde Naties over een oplossing van het conflict in Cyprus niet tot een akkoord hebben geleid, is het van belang om de tot nu toe gemaakte vorderingen te vrijwaren en de voorbereidingen voort te zetten voor een eerlijke, alomvattende en levensvatbare oplossing, met inbegrip van de externe aspecten daarvan. Het is van bijzonder belang dat Turkije zich in concrete bewoordingen blijvend verbindt tot en bijdraagt aan de onderhandelingen over een rechtvaardige, alomvattende en duurzame oplossing voor de kwestie Cyprus binnen het kader van de Verenigde Naties. Turkije dient dringend te voldoen aan zijn verplichting om het aanvullende protocol volledig uit te voeren en te werken aan de normalisering van de betrekkingen met de Republiek Cyprus. De Commissie dringt er tevens op aan elke bedreiging, bron van wrijving of provocatie die afbreuk doet aan de betrekkingen van goed nabuurschap of die de vreedzame regeling van geschillen kan bemoeilijken, te vermijden. De Commissie wijst nadrukkelijk op alle soevereine rechten van de EU-lidstaten. Deze omvatten het recht op het sluiten van bilaterale overeenkomsten en het zoeken naar en exploiteren van natuurlijke hulpbronnen, overeenkomstig de EU-wetgeving en het internationaal recht, met inbegrip van het VN-verdrag inzake het recht van de zee. Diverse acties en verklaringen van Turkije tegen verscheidene EU-lidstaten hebben ook geleid tot spanningen die negatieve gevolgen hebben voor de betrekkingen met de EU. Deze bilaterale kwesties moeten prioritair worden opgelost.

    III.    CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN

    Op basis van de bovenstaande analyse en de beoordelingen in de als bijlage opgenomen samenvattingen over de afzonderlijke landen komt de Commissie tot de volgende conclusies en aanbevelingen:

    I

    1.Het uitbreidingsbeleid van de EU blijft een investering in vrede, veiligheid, welvaart, en daarmee ook stabiliteit in Europa. Dit beleid zorgt voor een grotere economische en handelsmogelijkheden, tot wederzijds voordeel van de EU en de toekomstige lidstaten. Het duidelijke vooruitzicht op EU-lidmaatschap, dat voortdurend wordt bevestigd door de EU en haar lidstaten, blijft een stimulans voor veranderingen waarmee stabiliteit en veiligheid in de landen van Zuidoost-Europa worden verankerd.

    2.Het uitbreidingsproces blijft gebaseerd op vaste criteria en eerlijke en consistente voorwaarden. Elk land wordt beoordeeld op zijn eigen verdiensten zodat het wordt gestimuleerd om vergaande hervormingen na te streven. Om het uitbreidingsperspectief tot een realiteit te maken, blijft de solide gehechtheid aan het beginsel van „eerst de basis” van essentieel belang.

    3.De strategie van de Commissie ten aanzien van de Westelijke Balkan, die in februari 2018 werd goedgekeurd, biedt een historische kans om de toekomst van de regio resoluut en ondubbelzinnig te binden aan de Europese Unie. De landen in de regio moeten nu doortastend optreden om hun hervormingsproces resoluut en onomkeerbaar te maken en de bestaande tekortkomingen aan te pakken, met name met betrekking tot de fundamentele beginselen van de rechtsstaat, de grondrechten, de democratische instellingen en de hervorming van het openbare bestuur, alsook de economie.

    II

    4.Turkije is een belangrijke partner voor de Europese Unie. De EU, die de poging tot staatsgreep van juli 2016 onmiddellijk in sterke bewoordingen had veroordeeld, bevestigde haar volledige steun aan de democratische instellingen van het land en erkende dat Turkije terecht genoodzaakt was om snel en proportioneel op te treden ten aanzien van een dergelijke ernstige bedreiging. De grote omvang en de collectieve aard van de maatregelen die sinds de poging tot staatsgreep zijn genomen, zoals de massale ontslagen, arrestaties en detenties, blijven echter aanleiding geven tot ernstige bezorgdheid ten aanzien van de noodzaak van deze maatregelen in het kader van de noodtoestand, die van kracht blijft. De Turkse regering heeft nogmaals haar gehechtheid uitgesproken aan de toetreding van de EU, maar dit gaat niet gepaard met overeenkomstige maatregelen en hervormingen. Integendeel: Turkije verwijdert zich aanzienlijk van de Europese Unie. Onder de thans heersende omstandigheden wordt niet overwogen om nieuwe hoofdstukken te openen. Turkije moet de huidige negatieve tendens op het gebied van de rechtsstaat en de grondrechten prioritair ombuigen en beginnen met de opheffing van de noodtoestand en het aanpakken van het gebrek aan effectieve controlemechanismen in het politieke stelsel, onder meer via intensievere samenwerking met de Raad van Europa.

    Er was een ernstige achteruitgang op het gebied van de rechterlijke macht, de hervorming van het openbaar bestuur, de grondrechten en de vrijheid van meningsuiting, en verdere achteruitgang op een toenemend aantal andere gebieden. De volledige eerbiediging van de rechtsstaat en van de fundamentele rechten en vrijheden vormt een fundamentele verplichting van het toetredingsproces. Sinds de invoering van de noodtoestand werden ruim 150.000 personen in hechtenis genomen en 78.000 personen gearresteerd. Meer dan 150 journalisten zitten nog steeds in de gevangenis, samen met grote aantallen schrijvers, mensenrechtenactivisten, advocaten en gekozen volksvertegenwoordigers. Veel Turkse burgers werden gearresteerd omdat zij uiting gaven aan hun politieke opvattingen in de sociale media. De 31 besluiten die zijn genomen in het kader van de noodtoestand, die zijn onttrokken aan rechterlijke toetsing en aan effectieve toetsing door het parlement, vormen een aanzienlijke beknotting van belangrijke civiele en politieke rechten, waaronder de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van vereniging en de rechten van de verdediging. Er bestaat formeel een commissie voor de noodtoestand, maar zij moet nog steeds uitgroeien tot een doeltreffend, geloofwaardig hulpmiddel, in een context waarin de capaciteit van Turkije om te voorzien in een doeltreffend rechtsmiddel naar nationaal recht in de zin van het Europees Hof voor de rechten van de mens verder is aangetast door een aantal problematische rechterlijke uitspraken.

    In een referendum dat tijdens de noodtoestand werd georganiseerd, werden met een kleine marge verstrekkende grondwetswijzigingen goedgekeurd tot invoering van een presidentieel systeem. De Raad van Europa was van oordeel dat deze grondwetswijzigingen niet voorzagen in toereikende controlemechanismen en dat zij de scheiding van bevoegdheden tussen de uitvoerende en de rechterlijke macht in het gedrang brachten. De belangrijkste functie van het parlement als wetgever werd beperkt, de ruimte voor dialoog tussen de politieke partijen in het parlement werd verder verkleind, terwijl meer HDP-leden werden opgepakt en tien van hen van hun zetel werden beroofd. De aanstelling van vertrouwenspersonen ter vervanging van verkozen vertegenwoordigers leidde tot een ernstige verzwakking van de lokale democratie. Het maatschappelijk middenveld kwam door een groot aantal arrestaties van activisten, waaronder mensenrechtenactivisten, steeds meer onder druk te staan, waardoor de ruimte voor de eerbiediging van grondrechten en vrijheden snel is geslonken. De situatie in Zuidoost-Turkije blijft een van de meest kritieke problemen vormen voor de eigen stabiliteit van het land. Er waren geen ontwikkelingen met betrekking tot de hervatting van een geloofwaardig politiek proces dat nodig is om tot een vreedzame en duurzame oplossing te komen.

    Hoewel de groei in 2017 sterk aantrok, blijft hij kwetsbaar, tenzij Turkije de macro-economische onevenwichtigheden aanpakt, verdere structurele hervormingen doorvoert en het ondernemingsklimaat verbetert. De politieke onzekerheid, de toegenomen overheidscontrole in de economische sfeer en aanvallen op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht hebben geleid tot een minder voorspelbaar investeringsklimaat, een daling van de nationale valuta en een aanzienlijke daling van directe Europese investeringen.

    De EU en Turkije hebben hun dialoog en samenwerking op de gebieden van gemeenschappelijk belang voortgezet, onder andere door een aantal bezoeken en bijeenkomsten op hoog politiek niveau in mei 2017 en maart 2018. De dialogen op hoog niveau over het buitenlands en veiligheidsbeleid werden voortgezet, met inbegrip van terrorismebestrijding, vervoer en economie. De Europese Commissie onderstreept het belang van haar voorstellen aan de Raad voor de uitbreiding en de modernisering van de douane-unie EU-Turkije, die voor beide partijen voordelig zou zijn.

    Turkije heeft voortreffelijke inspanningen geleverd om opvang te bieden aan meer dan 3,5 miljoen vluchtelingen uit Syrië en ongeveer 365.000 vluchtelingen uit andere landen. De samenwerking met de EU op het gebied van migratie bleef concrete en opmerkelijke resultaten opleveren: de irreguliere en gevaarlijke oversteekpogingen verminderden en er werden levens gered in de Egeïsche Zee. De EU-Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije blijft de behoeften van vluchtelingen en hun gastgemeenschappen ondersteunen. Wat betreft de tenuitvoerlegging van de routekaart voor visumversoepeling heeft Turkije begin februari bij de Europese Commissie een werkprogramma ingediend waarin wordt aangegeven hoe Turkije wil voldoen aan de zeven resterende benchmarks voor visumversoepeling. De Commissie bestudeert de voorstellen van Turkije en zal verder overleggen met de Turkse tegenpartij.

    Turkije heeft een militaire operatie in het noorden van Syrië gelanceerd. Turkije heeft weliswaar het recht maatregelen te nemen om terroristische aanslagen te voorkomen, toch gaf deze operatie onmiddellijk aanleiding tot humanitaire bekommernis en versterkte zij de bezorgdheid over een nieuwe escalatie van geweld.

    In aansluiting op de standpunten die de Raad en de Commissie de afgelopen jaren herhaaldelijk hebben geuit, dient Turkije dringend te voldoen aan zijn verplichting om het aanvullend protocol volledig uit te voeren en dient het met spoed te werken aan de normalisering van de betrekkingen met de Republiek Cyprus. Hoewel de op Cyprus bijeengeroepen conferentie in juli 2017 werd afgesloten zonder overeenkomst, is het van belang om de geboekte vooruitgang te vrijwaren en de voorbereidingen voor een eerlijke, alomvattende en levensvatbare oplossing, met inbegrip van de externe aspecten daarvan, voort te zetten. Het is van bijzonder belang dat Turkije zich in concrete bewoordingen blijvend verbindt tot en bijdraagt aan een rechtvaardige, alomvattende en duurzame oplossing.

    De samenwerking met Griekenland en Bulgarije over migratie is verder geïntensiveerd. De spanningen in de Egeïsche Zee en in de Oostelijke Middellandse Zee waren echter niet bevorderlijk voor goede nabuurschapsbetrekkingen en zij ondermijnden de regionale stabiliteit en veiligheid. De bilaterale betrekkingen met verschillende EU-lidstaten zijn verslechterd, met soms beledigende en onaanvaardbare retoriek. De EU heeft Turkije aangemaand iedere bedreiging of actie tegen een lidstaat te vermijden, net als iedere bron van spanningen of acties die de betrekkingen van goed nabuurschap en de vreedzame oplossing van geschillen zouden kunnen schaden. In maart 2018 heeft de Europese Raad voorts de aanhoudende illegale acties van Turkije in het oostelijke Middellandse-Zeegebied en de Egeïsche Zee krachtig veroordeeld en herinnerd aan de verplichting van Turkije om het internationaal recht en goede nabuurschapsbetrekkingen te eerbiedigen en de betrekkingen met alle lidstaten van de EU te normaliseren.

    5.Montenegro heeft in april 2018 presidentsverkiezingen gehouden. De eerste stappen zijn gezet voor de omzetting van de aanbevelingen van de verkiezingswaarnemingsmissie van het Bureau voor democratische instellingen en mensenrechten van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa naar aanleiding van de parlementsverkiezingen van 2016. De gerechtelijke follow-up van de gemelde onregelmatigheden is echter zeer beperkt gebleven. Er moet meer worden gedaan om het vertrouwen in het electorale kader te consolideren. Het politieke debat terug naar het parlement brengen is de verantwoordelijkheid van alle partijen.

    Met de toetredingsonderhandelingen met de EU werd verdere vooruitgang geboekt, met 30 geopende hoofdstukken, waarvan er drie voorlopig zijn afgesloten. Op het gebied van de rechtsstaat heeft Montenegro verdere vooruitgang geboekt, meer bepaald met het juridische en institutionele kader, hoewel de praktische gevolgen van de hervormingen nog onvoldoende zichtbaar zijn en geen vooruitgang is geboekt op het gebied van de vrijheid van meningsuiting. Het gehele rechtsstatelijke bestel van Montenegro, in het bijzonder de rechterlijke macht, moet nu tot meer resultaten leiden. De vorderingen op het gebied van de rechtsstaat, aangetoond met tastbare resultaten, met name om de vrijheid van meningsuiting en van de persvrijheid te versterken, alsook de resultaten op het gebied van de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad, het witwassen van geld en de mensenhandel, zullen bepalend blijven zijn voor het tempo van de toetredingsonderhandelingen in het algemeen.

    Er is goede vooruitgang geboekt wat betreft de wetgeving ter uitvoering van op verdiensten gebaseerde rekrutering in de overheidsdiensten, die nu moet worden uitgevoerd. Montenegro maakte vorderingen met de versterking van de macro-economische en budgettaire stabiliteit, dank zij de uitvoering van een strategie voor begrotingsconsolidatie op middellange termijn. Het niveau van de overheidsschuld is hoog en neemt nog steeds toe. De huidige inspanningen ter verbetering van de infrastructuur en het onderwijs moeten worden aangevuld met hervormingen van de arbeidsmarkt, het stimuleren van de bereidheid om te werken en de ontwikkeling van een concurrerende, op uitvoer georiënteerde industrie.

    6.Servië heeft in april 2017 presidentsverkiezingen gehouden. Na het aftreden van de premier, na zijn verkiezing tot president, is de nieuwe regering in juni 2017 aangetreden. De nieuwe regering bleef zich inzetten voor integratie in de EU.

    De EU-toetredingsonderhandelingen hebben vooruitgang geboekt, met 12 geopende hoofdstukken, waarvan er twee voorlopig zijn afgesloten. Het algemene tempo van de onderhandelingen zal blijven afhangen van de vooruitgang die Servië boekt met de hervormingen en met name met de grotere diepgang van de hervormingen op het vlak van de rechtsstaat en de normalisering van de betrekkingen met Kosovo. Hoewel er enige vooruitgang is geboekt op het vlak van de rechtsstaat, moet Servië nu zijn inspanningen versterken en meer resultaten boeken, met name door het creëren van een omgeving die bevorderlijk is voor de vrijheid van meningsuiting, de versterking van de onafhankelijkheid en de algehele efficiëntie van het rechtsstelsel, en te zorgen voor duurzame vooruitgang in de strijd tegen corruptie en georganiseerde misdaad, met inbegrip van het witwassen van geld. De economische hervormingen blijven resultaten opleveren, vooral op het gebied van de macro-economische stabilisatie. Publieke en private investeringen blijven aan de lage kant en het ondernemingsklimaat voor kleine en middelgrote bedrijven moet verder worden verbeterd. Grote structurele hervormingen van het openbare bestuur, de belastingdienst en overheidsondernemingen blijven nog steeds onvolledig. In het kader van de toetredingsonderhandelingen is het van essentieel belang dat Servië meer bestuurlijke capaciteit ontwikkelt en onderhoudt om EU-aangelegenheden te behandelen.

    Servië moet zich aanzienlijk meer gaan inzetten voor de dialoog met Kosovo, met inbegrip van de uitvoering van alle overeenkomsten en in het bijzonder het akkoord over energie, de brug van Mitrovica, IBM en de erkenning van diploma’s. Het initiatief van de president om een interne dialoog over Kosovo aan te gaan is een positief punt. Servië moet een positieve rol blijven spelen in de regio door de banden met de buurlanden te verbeteren en de stabiliteit te vrijwaren.

    7.De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft, na een moeilijke periode, eindelijk haar diepe politieke crisis overwonnen met EU- en internationale steun. De politieke wil om vooruitgang te boeken is opnieuw duidelijk aanwezig en de politieke mentaliteit binnen de samenleving heeft een positieve verandering ondergaan. Door het ontbreken ervan de laatste jaren werden de hervormingen in grote mate belemmerd. De uitvoering van de noodzakelijke structurele hervormingen is een werk van lange adem.

    De Commissie is tevreden dat de Pržino-overeenkomst grotendeels ten uitvoer is gelegd, zelfs in een moeilijke politieke context.

    Er is sinds de zomer van 2017 dank zij een oprechte wil tot hervormingen heel wat werk verricht om de dringende hervormingsprioriteiten aan te pakken, gepaard met het aanpakken van achterstallige strategieën en wetgeving, en met raadpleging van alle belanghebbenden, met inbegrip van de oppositie, op een inclusieve en transparante wijze. Tussen november 2017 en februari 2018 werd een aantal strategieën en wetten aangenomen, met name op het gebied van de rechtsstaat. Talrijke andere strategieën en wetten wachten momenteel op goedkeuring in de komende maanden. Er blijven echter structurele problemen met name op het gebied van de rechterlijke macht.

    In het licht van de geboekte vooruitgang, stelt de Commissie voor dat de Raad besluit dat de toetredingsonderhandelingen worden geopend met de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, waarbij het huidige tempo van de dringende hervormingsprioriteiten wordt gehandhaafd en versterkt, hetgeen van doorslaggevend belang is voor de verdere vooruitgang van het land. Om een en ander te ondersteunen zou de Commissie de versterkte aanpak voor de onderhandelingshoofdstukken inzake de rechterlijke macht, de grondrechten en justitie, vrijheid en veiligheid op het land toepassen.

    8.Albanië is gestage vooruitgang blijven boeken met alle vijf de kernprioriteiten voor het openen van toetredingsonderhandelingen. De hervorming van het openbare bestuur is geconsolideerd, met het oog op meer professionaliteit en depolitisering. Verdere maatregelen zijn genomen ter versterking van de onafhankelijkheid, de efficiëntie en de verantwoordingsplicht van de gerechtelijke instellingen, met name door vaart te zetten achter de uitvoering van een alomvattende justitiële hervorming. Dit omvat de eerste concrete resultaten van de herbeoordeling van alle rechters en openbare aanklagers (doorlichting), die leidde tot het ontslag van 15 hooggeplaatste rechters en aanklagers, alsook van de eerste hoorzittingen, resulterend in het ontslag van een rechter en de bevestiging in zijn functie van een andere rechter van het Grondwettelijk Hof.

    Er zijn verdere vastberaden inspanningen verricht in de strijd tegen corruptie en de georganiseerde misdaad, ook in de strijd tegen de drugshandel en -teelt, aldus bijdragend aan een solide staat van dienst van proactieve onderzoeken, vervolgingen en veroordelingen. Aanvullende maatregelen zijn genomen ter versterking van de effectieve bescherming van de mensenrechten, met inbegrip van personen die tot een minderheid behoren en de Roma, alsook discriminatiebestrijdingsmaatregelen, en de tenuitvoerlegging van voorschriften inzake eigendomsrechten.

    In het licht van de gemaakte vorderingen beveelt de Commissie de Raad aan te besluiten om toetredingsonderhandelingen te openen met Albanië, waarbij het huidige tempo van de hervormingen met betrekking tot het essentiële punt van de rechtsstaat wordt gehandhaafd en versterkt, met name voor alle vijf kernprioriteiten, en verder concrete en tastbare resultaten worden geboekt met de herevaluatie van rechters en aanklagers (doorlichting). Om een en ander te ondersteunen zou de Commissie de versterkte aanpak voor de onderhandelingshoofdstukken inzake de rechterlijke macht, de grondrechten en justitie, vrijheid en veiligheid op het land toepassen.

    9.Bosnië en Herzegovina heeft in 2017 trage vooruitgang geboekt met de prioriteiten voor het hervormingsproces, met name die van de hervormingsagenda. De op de EU gerichte hervormingsinspanningen moeten worden opgevoerd om de diepgewortelde structurele problemen aan te pakken die de ontwikkeling van het land tegenhouden. Het kiesstelsel moet nog dringend worden aangepast met het oog op de goede organisatie van de verkiezingen van oktober 2018 en de vlotte uitvoering van de resultaten. In dit verband moeten alle politieke leiders hun verantwoordelijkheid opnemen en een oplossing vinden met betrekking tot het Huis van Volkeren van de Federatie, zodat geen afbreuk wordt gedaan aan het Europese perspectief van het land en zijn burgers. Prioriteiten blijven verdere sociaal-economische hervormingen, de versterking van de rechtsstaat en het openbaar bestuur volgens Europese normen, op alle bestuursniveaus, alsook de verdere verbetering van de samenwerking tussen alle niveaus. Het coördinatiemechanisme voor EU-aangelegenheden heeft een reeks gecoördineerde antwoorden kunnen bieden die van belang zijn voor voorbereiding van het advies van de Commissie over de aanvraag van EU-lidmaatschap door Bosnië en Herzegovina. De goede werking van het mechanisme zal van essentieel belang blijven om het land in staat te stellen het hoofd te bieden aan de toenemende uitdagingen in verband met de integratie in de EU, waaronder de vaststelling van verdere nationale strategieën en een strategisch programma voor de harmonisatie van de wetgeving van het land met de EU-normen. De economische ontwikkeling blijft traag en heeft te lijden onder een zwakke rechtsstaat, een nog steeds slecht ondernemingsklimaat, een inefficiënt en gefragmenteerd openbaar bestuur en grote onevenwichtigheden op de arbeidsmarkt, alsook een moeilijk investeringsklimaat.

    10.De EU-gerelateerde hervormingen in Kosovo verliepen traag wegens een langdurige verkiezingsperiode in 2017 en een moeilijke binnenlandse politieke context, die de parlementaire werkzaamheden belemmerden. De politieke actoren moeten opnieuw een constructieve dialoog aangaan, met de parlementaire vergadering als belangrijkste forum voor het voeren van een politiek debat. De nieuwe regering en de parlementaire vergadering moeten bij voorrang hervormingen voorstellen en tot een consensus komen over belangrijke strategische kwesties voor Kosovo. De tenuitvoerlegging van de stabilisatie- en associatieovereenkomst en de bijbehorende Europese hervormingsagenda moet worden versneld. Er is vooruitgang geboekt met betrekking tot de economie, met name wat betreft het verbeteren van het ondernemingsklimaat. Er zouden echter maatregelen moeten worden genomen tegen de wijdverbreide informele economie en de hoge werkloosheid. De situatie in het noorden van Kosovo blijft bijzonder problematisch. De recente ratificatie van de grens-/grensafbakeningsovereenkomst met Montenegro vormt een belangrijke verwezenlijking voor de betrekkingen van goed nabuurschap en is een cruciale stap in de richting van visumliberalisering. De Commissie analyseert de resultaten van Kosovo wat de strijd tegen de georganiseerde misdaad en corruptie betreft.

    De pogingen van 43 Kosovaarse parlementsleden in december 2017 om de wet betreffende de gespecialiseerde kamers en een gespecialiseerd openbaar ministerie in te trekken, gaven aanleiding tot ernstige bezorgdheid. Het is van cruciaal belang dat Kosovo volledig voldoet aan zijn internationale verplichtingen op het gebied van gespecialiseerde kamers en een gespecialiseerd openbaar ministerie, die zijn ingesteld om tegemoet te komen aan bepaalde beschuldigingen van internationale misdrijven die zouden zijn begaan in het kader van de Kosovo-crisis.

    Kosovo moet zich aanzienlijk meer gaan inzetten voor de dialoog met Servië, met inbegrip van de uitvoering van alle overeenkomsten, met name de overeenkomst betreffende de associatie/gemeenschap van gemeenten met een Servische meerderheid. De werkzaamheden van het Management Team, dat op 4 april werd gelanceerd, moeten in volledige overeenstemming met de overeenkomsten van Brussel van 2013 en 2015 worden geïntensiveerd.



    IV. BIJLAGEN

    1. Samenvattingen van de bevindingen van de verslagen 4

    2. Statistische bijlagen

    (1)

      COM(2018) 65 definitief

    (2)

      https://ec.europa.eu/commission/sites/beta -political/files/roadmap-factsheet-tallinn_en.pdf

    (3)

    * Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.

    (4)

    Verwijzing naar de nummers van werkdocumenten van de diensten van de Commissie.

    Top

    Straatsburg, 17.4.2018

    COM(2018) 450 final

    BIJLAGEN

    bij de

    MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

    Mededeling inzake het uitbreidingsbeleid van de EU voor 2018

    {SWD(2018) 150 final}
    {SWD(2018) 151 final}
    {SWD(2018) 152 final}
    {SWD(2018) 153 final}
    {SWD(2018) 154 final}
    {SWD(2018) 155 final}
    {SWD(2018) 156 final}


    Bijlage 1- Samenvattingen van de bevindingen van de verslagen

    Turkije

    De in de nasleep van de poging tot staatsgreep van 15 juli 2016 afgekondigde noodtoestand blijft van kracht en is gericht op de ontmanteling van de Gülen-beweging, die door de Turkse autoriteiten wordt beschouwd als een terroristische organisatie die verantwoordelijk is voor de poging tot staatsgreep, en op de ondersteuning van de terrorismebestrijding, die plaatsvindt tegen de achtergrond van herhaalde aanvallen in Turkije.

    De EU, die de poging tot staatsgreep onmiddellijk in sterke bewoordingen heeft veroordeeld, heeft haar volledige steun aan de democratische instellingen van het land bevestigd en heeft erkend dat Turkije terecht genoodzaakt was om snel en proportioneel op te treden ten aanzien van een dergelijke ernstige bedreiging. De grote omvang, het collectieve karakter en de disproportionaliteit van de maatregelen die sinds de poging tot staatsgreep in het kader van de noodtoestand zijn genomen, zoals massale ontslagen, arrestaties en opsluitingen blijven evenwel aanleiding geven tot ernstige bezorgdheid. Turkije moet de noodtoestand onverwijld opheffen.

    Er zijn ernstige tekortkomingen vastgesteld in de 31 decreten die tot dusver in het kader van de noodtoestand zijn vastgesteld. Zij werden niet onderworpen aan een zorgvuldige en doeltreffende parlementaire controle. Bijgevolg waren de decreten lange tijd niet onderworpen aan rechterlijke toetsing en is tot nu toe geen enkel decreet getoetst aan de hand van een besluit van het Grondwettelijk Hof. Met deze nooddecreten zijn met name bepaalde burgerlijke en politieke rechten ingeperkt, waaronder de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van vergadering en procedurele rechten. Met deze decreten werden ook in essentiële onderdelen van de wetgeving wijzigingen aangebracht die ook na de noodtoestand gevolgen zullen blijven sorteren.

    Sinds de invoering van de noodtoestand zijn meer dan 150 000 mensen in hechtenis genomen, zijn 78 000 mensen gearresteerd en zijn meer dan 110 000 ambtenaren ontslagen. Volgens de autoriteiten zijn er ongeveer 40 000 in hun ambt hersteld, waarvan 3 600 uit hoofde van een decreet.

    Er is een speciale beroepscommissie voor klachten in verband met de noodtoestand opgericht die alles bij elkaar genomen ongeveer 107 000 verzoekschriften heeft ontvangen. Deze commissie heeft pas in december 2017 haar eerste besluiten genomen. Tot dusver konden slechts enkele verzoekers verhaal halen bij de commissie. Haar besluiten zijn vatbaar voor rechterlijke toetsing. De commissie is nog niet uitgegroeid tot een doeltreffend en transparant rechtsmiddel voor wie onterecht werd getroffen door maatregelen in het kader van de noodtoestand.

    Afgezien van de beroepscommissie werd de capaciteit van Turkije om een doeltreffend rechtsmiddel naar nationaal recht in de zin van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens op te zetten, verder ondermijnd door een aantal ongelukkige precedenten. In een geval heeft een lagere rechter geweigerd een arrest van het Grondwettelijk Hof met betrekking tot een ophefmakende zaak in acht te nemen. Een lagere rechtbank schikte zich uiteindelijk naar een opvolgingsarrest van het Grondwettelijk Hof voor een van de beklaagden. Verscheidene rechterlijke uitspraken die gunstig waren voor prominente beklaagden, onder meer mensenrechtenactivisten, werden snel ongedaan gemaakt door een andere of zelfs dezelfde rechterlijke instantie, in sommige gevallen na opmerkingen van de uitvoerende macht.

    Belangrijke aanbevelingen van de Raad van Europa en zijn organen moeten nog door Turkije worden opgevolgd. Beschuldigingen van wangedrag moeten door middel van transparante procedures en op individuele basis worden vastgesteld. Individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid kan alleen worden vastgesteld met volledige eerbiediging van de scheiding der machten, de volledige onafhankelijkheid van het gerecht en het recht van elk individu op een eerlijk proces. Turkije moet de noodtoestand onverwijld opheffen.

    In april 2017 heeft Turkije een referendum georganiseerd waarin met een krappe meerderheid grondwetswijzigingen zijn goedgekeurd die resulteren in de invoering van een presidentieel stelsel. De Commissie van Venetië was van oordeel dat deze wijzigingen niet leidden tot toereikende controlemechanismen en dat zij de scheiding van bevoegdheden tussen de uitvoerende en de rechterlijke macht in het gedrang brachten. Het referendum zelf gaf aanleiding tot ernstige bezorgdheid met betrekking tot de negatieve effecten van de noodtoestand, het ongelijke speelveld tussen beide partijen van de campagne en de afnemende waarborgen voor de integriteit van de verkiezing.

    In het kader van de noodtoestand werd de belangrijkste taak van het parlement als wetgevende macht ingeperkt, aangezien de regering haar toevlucht nam tot nooddecreten die kracht van wet hadden om ook aangelegenheden te regelen die volgens de gewone wetgevingsprocedure dienden te worden afgehandeld. In het licht van de toenemende politieke spanningen in het land is de ruimte voor dialoog tussen de politieke partijen in het parlement verder ingeperkt. Na de eenmalige opheffing van de parlementaire onschendbaarheid in mei 2016 zijn talrijke parlementsleden van de oppositiepartij HDP gearresteerd, waaronder tien die niet naar parlement konden terugkeren.

    Na verscheidene bevoegdheidsoverdrachten aan het presidentschap door middel van nooddecreten nam de invloed van de president op de uitvoerende macht toe. De aanstelling van bewindvoerders om gemeentelijke autoriteiten en verkozen vertegenwoordigers te vervangen, resulteerde in een aanzienlijke verzwakking van de lokale democratie.

    Het maatschappelijk middenveld kwam onder toenemende druk te staan, in het bijzonder wegens een groot aantal arrestaties van activisten, waaronder mensenrechtenactivisten, en het herhaaldelijk verbieden van betogingen en andere soorten bijeenkomsten, waardoor de ruimte voor de eerbiediging van grondrechten en vrijheden snel is geslonken. Talrijke op rechten gebaseerde organisaties bleven gesloten als gevolg van de maatregelen die zijn genomen onder de noodtoestand en een doeltreffende voorziening in rechte was niet beschikbaar met betrekking tot de inbeslagnames.

    De regering heeft het rechtskader voor de civiel-militaire betrekkingen hervormd en de bevoegdheden van de uitvoerende macht over het leger aanzienlijk uitgebreid, waardoor het burgerlijk toezicht is versterkt. In het kader van de grondwetswijzigingen werden de hoge militaire rechtbanken feitelijk afgeschaft. De verantwoordingsplicht van het leger en de inlichtingendiensten ten aanzien van het parlement blijft ontoereikend.

    De situatie in Zuidoost-Turkije bleef een van de meest kritieke problemen vormen voor het land. De verslechterde veiligheidssituatie heeft zich gedeeltelijk uitgebreid naar de plattelandsgebieden. De belofte van de regering om de veiligheidsoperaties voort te zetten, tegen de achtergrond van aanhoudende gewelddaden door de Koerdische Arbeiderspartij (PKK), die nog steeds voorkomt op de EU-lijst van personen, groepen en entiteiten die betrokken zijn bij terroristische daden, is nog steeds een bepalend element van de toestand in de regio. De regering heeft weliswaar een legitiem recht om terrorisme te bestrijden, maar zij dient ook ervoor te zorgen dat de rechtsstaat, de mensenrechten en de fundamentele vrijheden hierbij worden gewaarborgd. Antiterreurmaatregelen moeten evenredig zijn. Het investeringsplan van de regering voor de wederopbouw van getroffen gebieden in het zuidoosten heeft voor de bouw van duizenden woningen gezorgd, maar slechts een beperkt aantal binnenlands ontheemden hebben tot nu toe compensatie ontvangen. Er hebben zich geen ontwikkelingen voorgedaan met betrekking tot de hervatting van een geloofwaardig politiek proces dat noodzakelijk is om een vreedzame en duurzame oplossing tot stand te brengen.

    Turkije is matig voorbereid op het gebied van de hervorming van het openbaar bestuur met een sterke verbintenis tot een meer open bestuur en het gebruik van e-bestuur. Er is evenwel sprake van ernstige achteruitgang op het gebied van openbare dienstverlening en personeelsbeheer alsook op het vlak van de verantwoordingsplicht van het bestuur met betrekking tot het recht op toegang tot de bestuursrechter en het recht om een vergoeding te vorderen. Er moet nog steeds een transparante en doeltreffende oplossing worden gevonden voor de collectieve ontslagen.

    Het rechtsstelsel van Turkije bevindt zich in een beginstadium van voorbereiding. Het voorbije jaar is verdere achteruitgang vastgesteld, meer specifiek in verband met de onafhankelijkheid van het gerecht. Door de inwerkingtreding van de grondwetswijzigingen inzake de raad van rechters en openbare aanklagers werd de onafhankelijkheid van rechters en openbare aanklagers ten opzichte van de uitvoerende macht verder ondermijnd. De raad van rechters en openbare aanklagers bleef overgaan tot grootschalige schorsingen en overplaatsingen van rechters en openbare aanklagers. Er zijn geen inspanningen geleverd om tegemoet te komen aan de bezorgdheid over het gebrek aan objectieve, op verdienste gebaseerde, uniforme en vooraf vastgestelde criteria voor de aanwerving en bevordering van rechters en openbare aanklagers.

    Wa betreft de strijd tegen corruptie, is Turkijke enigermate voorbereid, doch er is geen verdere vooruitgang is geboekt. Het wettelijke en institutionele kader moeten verder worden afgestemd op de internationale normen. Voorts blijft er sprake van een ongepaste inmenging van de uitvoerende macht in het onderzoek naar en de vervolging van prominente corruptiezaken. De door Turkije geboekte resultaten op het vlak van onderzoeken, vervolgingen en veroordelingen in corruptiezaken blijven zwak, in het bijzonder met betrekking tot ophefmakende corruptiezaken. Er is geen vooruitgang geboekt op het vlak van de versterking van de verantwoordingsplicht van overheidsinstanties en de transparantie van hun werking. Voor een resolute corruptiebestrijding zijn een brede politieke consensus tussen alle partijen en een sterke politieke wil noodzakelijk. Turkije dient nog steeds gevolg te geven aan bijna alle aanbevelingen van de Groep van Staten tegen Corruptie van de Raad van Europa. Corruptie komt nog steeds op veel gebieden voor en blijft een groot probleem. Ook de perceptie van corruptie blijft hoog.

    Wat betreft de strijd tegen de georganiseerde misdaad, is Turkije enigermate voorbereid. Het land heeftenige vooruitgang geboekt met de goedkeuring van een nieuwe strategie en een verbetering van de institutionele capaciteit. Turkije moet zijn wetgeving inzake cybercriminaliteit, inbeslagnames van activa en getuigenbescherming verbeteren. Er bestaat een wetgeving inzake gegevensbescherming die evenwel nog niet in overeenstemming is met de Europese normen. Financiële onderzoeken blijven onderbenut. De bevriezing van tegoeden als voorzorgsmaatregel wordt zelden toegepast en de waarde van de in beslag genomen activa is laag. Voor de strijd tegen terrorisme bestaat een omvattend wettelijk kader in verband met de financiering van terrorisme. Zowel de strafwetgeving als de antiterreurwetgeving moet in overeenstemming worden gebracht met de jurisprudentie van het Europees Hof voor de rechten van de mens. Het evenredigheidsbeginsel moet in de praktijk worden toegepast.

    Turkije heeft goede vooruitgang geboekt op het gebied van het migratie- en asielbeleid. De verklaring EU-Turkije van maart 2016 inzake een doeltreffend beheer van migratiestromen langs de oostelijke Middellandse Zeeroute werd verder uitgevoerd. Wat betreft de uitvoering van het stappenplan voor visumliberalisering heeft Turkije begin februari bij de Europese Commissie een werkprogramma ingediend waarin wordt beschreven hoe Turkije van plan is te voldoen aan de zeven resterende benchmarks voor visumliberalisering. Momenteel beoordeelt de Commissie de voorstellen van Turkije; nader overleg met de Turkse gesprekspartners volgt.

    Het Turkse rechtskader voorziet in algemene garanties voor de eerbiediging van de mensenrechten en de grondrechten, die evenwel door een aantal nooddecreten verder in vraag werden gesteld en werden ondermijnd. Wat betreft de vrijheid van meningsuiting, verkeert Turkije in een beginstadium van voorbereiding en is er sprake van een aanhoudende ernstige achteruitgang. De maatregelen die zijn genomen in het kader van de noodtoestand werden gaandeweg uitgebreid tot talrijke kritische stemmen, onder andere in de media en de academische wereld, hetgeen indruist tegen het evenredigheidsbeginsel. Rechtszaken tegen journalisten – waarvan er meer dan 150 nog steeds gevangen zitten, mensenrechtenactivisten, auteurs of mensen die actief zijn op sociale media, de intrekking van perskaarten alsook de sluiting van talrijke mediabedrijven of de aanstelling door de regering van bewindvoerders om deze bedrijven te beheren, zijn zeer zorgwekkend. Zij zijn meestal gebaseerd op een selectieve en arbitraire toepassing van de wet, in het bijzonder van de bepalingen inzake nationale veiligheid en terrorismebestrijding. De internetwetgeving en het algemene rechtskader maken het voor de uitvoerende macht nog steeds mogelijk de inhoud van websites te blokkeren zonder een vonnis van een rechtbank op grond van een veel te breed spectrum van gronden. Ook op het gebied van de vrijheid van vergadering, de vrijheid van vereniging en procedurele en eigendomsrechten was er een ernstige achteruitgang. De vrijheid van vergadering blijft overdreven ingeperkt, bij wet en in de praktijk. Door de in het kader van de noodtoestand vastgestelde maatregelen vielen ook de cruciale waarborgen weg ter bescherming van gevangenen tegen misbruik, waardoor het risico van straffeloosheid is vergroot, in een kader van toegenomen aantijgingen van mishandeling en foltering. Door de nooddecreten werden de procedurele rechten met inbegrip van het recht op verdediging nog extra beperkt. De handhaving van rechten wordt belemmerd door de fragmentatie en het beperkte mandaat van de overheidsinstellingen die bevoegd zijn voor mensenrechten en vrijheden, in een context waar de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht is ondermijnd. Vele Romahuishoudens in Turkije lijden nog steeds onder extreme armoede en het ontbreken van basisvoorzieningen. De rechten van de meest kwetsbare groepen en personen die tot minderheden behoren, moeten voldoende worden beschermd. Gendergerelateerd geweld, discriminatie, haatzaaien tegen minderheden, haatmisdrijven en schendingen van de mensenrechten van lesbische, homoseksuele, biseksuele, transseksuele en interseksuele personen zijn nog steeds een ernstig punt van zorg.

    Turkije heeft zijn steun uitgesproken voor de gesprekken over de Cyprus-kwestie tussen de leiders van beide gemeenschappen, en voor de inspanningen van de Secretaris-Generaal van de VN en zijn speciale adviseur. Een conferentie over Cyprus, die was bijeengeroepen in Genève in januari 2017 en in Crans-Montana in juli 2017, werd afgesloten zonder dat een overeenkomst kon worden bereikt. Turkije heeft nog steeds niet voldaan aan de verplichting om het Aanvullend Protocol bij de associatieovereenkomst volledig en op niet-discriminerende wijze toe te passen. De belemmeringen voor het vrije verkeer van goederen, waaronder beperkingen op rechtstreekse vervoersverbindingen met Cyprus, zijn nog niet volledig weggewerkt. Er is geen vooruitgang geboekt met de normalisering van de bilaterale betrekkingen met de Republiek Cyprus. De conclusies inzake Turkije die door Raad van de Europese Unie zijn vastgesteld en door Europese Raad in december 2006 zijn bekrachtigd, blijven van kracht. Daarin wordt vastgesteld dat de onderhandelingen over acht hoofdstukken 1 niet zullen worden geopend wegens de restricties van Turkije ten aanzien van de Republiek Cyprus, en dat geen enkel hoofdstuk voorlopig zal worden gesloten tot de Commissie bevestigt dat Turkije het Aanvullend Protocol bij de associatieovereenkomst volledig heeft toegepast.

    De samenwerking met Griekenland en Bulgarije op het vlak van migratie is verder versterkt. De spanningen in de Egeïsche Zee en het oostelijke deel van de Middellandse Zee waren evenwel niet bevorderlijk voor goede nabuurschapsbetrekkingen en ondermijnden de regionale stabiliteit en veiligheid. De bilaterale betrekkingen met verscheidene EU-lidstaten verslechterden, met soms beledigende en onaanvaardbare retoriek. In maart 2018 veroordeelde de Europese Raad met klem de aanhoudende illegale operaties van Turkije in het oostelijke deel van de Middellandse Zee en in de Egeïsche Zee. Hij herinnerde Turkije ook aan zijn verplichting om het internationaal recht en goede nabuurschapsbetrekkingen te eerbiedigen en de betrekkingen met alle EU-lidstaten te normaliseren. De Europese Raad gaf ook uiting aan zijn ernstige bezorgdheid over de aanhoudende detentie van EU-burgers in Turkije, met inbegrip van twee Griekse soldaten, en drong aan op een spoedige en positieve oplossing van deze vraagstukken, in dialoog met de lidstaten.

    Turkije moet zich ondubbelzinnig engageren tot goede betrekkingen met de nabuurschap, de eerbiediging van internationale overeenkomsten, en de vreedzame regeling van geschillen in overeenstemming met het Handvest van de Verenigde Naties, waarbij het eventueel een beroep kan doen op het Internationaal Gerechtshof. In dit verband heeft de EU nogmaals haar ernstige bezorgdheid geuit en Turkije aangemaand iedere bedreiging of actie tegen een lidstaat te vermijden, net als iedere bron van spanningen of acties die de betrekkingen van goede nabuurschap en de vreedzame oplossingen van geschillen zouden kunnen schaden.

    Wat betreft de economische criteria, is de Turkse economie vergevorderd en kan zij worden beschouwd als een functionerende markteconomie. De door de stimuleringsmaatregelen van de regering ondersteunde economie kon zich herstellen van de krimp die werd opgetekend in de nasleep van de couppoging van 2016 en is in 2017 sterk gegroeid. De sterke groei gaat evenwel gepaard met aanzienlijke macro-economische onevenwichtigheden. Het tekort op de lopende rekening blijft aanzienlijk en is tegen eind 2017 toegenomen, waardoor het land afhankelijk wordt van de instroom van kapitaal en kwetsbaar is voor externe schokken. In 2017 was er een oplopende inflatie met meer dan 10% (11,1%) en zette de waardevermindering van de Turkse lire zich voort, hetgeen bezorgdheid teweegbracht over de mate waarin de opstellers van het monetaire beleid zich inzetten voor de prijsstabiliteit. De Turkse economie bleef gekenmerkt door een hoge mate van informaliteit. Over het algemeen was er op dit vlak sprake van achteruitgang. De tendens naar een grotere overheidscontrole in de economie en de acties tegen bedrijven, zakenlieden en politieke tegenstanders en hun zakelijke activiteiten hebben schade berokkend aan het ondernemingsklimaat.

    Turkije heeft enige vooruitgang geboekt en er is sprake van een goede mate van voorbereiding om het hoofd te bieden aan de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie. Turkije is op het vlak van handelsverkeer en investeringen goed geïntegreerd in de EU-markt. Er is enige vooruitgang geboekt in de energiesector, in het bijzonder op de gasmarkt, en op het vlak van de verhoging van de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling. Wat de kwaliteit van het onderwijs betreft, blijven er aanzienlijke problemen bestaan. Er is geen vooruitgang geboekt met betrekking tot de verbetering van de transparantie op het gebied van staatssteun.

    Wat het vermogen van Turkije betreft om de verplichtingen van het lidmaatschap op zich te nemen, heeft het land zich verder aangepast aan de EU-wetgeving, waarbij evenwel slechts weinig vooruitgang is geboekt. Er was in verscheidene opzichten sprake van achteruitgang met betrekking tot een aantal essentiële aspecten op het vlak van de informatiemaatschappij, het sociaal beleid, de werkgelegenheid en de externe betrekkingen. Turkije is vergevorderd op het gebied van vennootschapsrecht, trans-Europese netwerken en wetenschap en onderzoek. Het heeft een goede mate van voorbereiding op het gebied van vrij verkeer van goederen, intellectuele-eigendomswetgeving, financiële diensten, ondernemings- en industrieel beleid, consumenten- en gezondheidsbescherming, de douane-unie en financiële controle. Turkije is slechts in redelijke mate voorbereid wat betreft overheidsopdrachten, aangezien de aanpassing van de wetgeving nog belangrijke lacunes vertoont. Turkije is ook redelijk voorbereid wat betreft statistiek en vervoersbeleid waar nog aanzienlijke inspanningen over de hele lijn noodzakelijk zijn. Turkije is enigszins voorbereid wat betreft milieu en klimaatverandering, waar nog een aantal ambitieuzere en beter gecoördineerde beleidsmaatregelen moeten vastgesteld getroffen en uitgevoerd. Op alle terreinen moet meer aandacht worden gegeven aan de handhaving van de wetgeving en op talrijke terreinen moet nog aanzienlijke vooruitgang worden geboekt om de wetgeving in overeenstemming te brengen met de EU-wetgeving.

    Montenegro

    Wat de politieke criteria betreft, werd de verslagleggingsperiode gekenmerkt door een gering vertrouwen in het kiessysteem en de langdurige boycot van het parlement door de voltallige oppositie sinds de parlementsverkiezingen van oktober 2016. Het politieke debat terug naar het parlement brengen is de verantwoordelijkheid van alle politieke actoren. In december 2017 is een deel van de oppositie naar het parlement teruggekeerd, maar deze gedeeltelijke en selectieve beëindiging van de boycot moet nog resulteren in een betere parlementaire dialoog en beter parlementair toezicht. Het politieke spectrum blijft gefragmenteerd, gepolariseerd en getekend door een gebrek aan politieke dialoog, met name in de democratische instellingen.

    De wetgevende capaciteit van het parlement en het toezicht op de uitvoerende macht moeten nog verder worden versterkt. Het parlement volgt de controlebevindingen van het overheidsbureau voor boekhoudkundige controle slechts in beperkte mate op en er bestaat geen debat of verslaglegging over de tenuitvoerlegging van belangrijke beleidsmaatregelen en wetgeving. In december 2017 heeft het parlement zonder behoorlijke openbare raadpleging een reeks wetten aangenomen waarmee slechts gedeeltelijk tegemoet gekomen wordt aan de aanbevelingen van het Bureau voor Democratische Instellingen en Mensenrechten van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa. Een grondige hervorming van het kiesstelsel moet worden overwogen. Er vonden 8 lokale verkiezingen plaats in de verslagleggingsperiode. Lokale verkiezingen vinden niet op dezelfde dag plaats, maar nu eens hier, dan weer daar in het hele land; een langdurige en sterk gepersonaliseerde verkiezingsstemming is daarom kenmerkend voor de politiek. Door de verkiezingscyclus is verkiezingswaarneming moeilijk, met name voor internationale waarnemers, waardoor er veel ruimte blijft voor klachten over onregelmatigheden die niet onafhankelijk kunnen worden beoordeeld. Er waren geen nieuwe ontwikkelingen in de politieke en gerechtelijke follow-up van het vermeende misbruik van openbare middelen voor partijpolitieke doeleinden in 2012 (de “affaire van de audio-opnamen”).

    Wat goed bestuur betreft, is er behoefte aan meer transparantie, grotere betrokkenheid van belanghebbenden, en een sterker vermogen van de regering om hervormingen door te voeren. De samenhang van het beleid moet worden verzekerd door een gecoördineerde beleidsontwikkeling. Er bestaan mechanismen voor de raadpleging van maatschappelijke organisaties door de regering, maar daarvoor zijn duidelijke regels nodig en echte betrokkenheid van beide zijden.

    Montenegro is redelijk voorbereid op het gebied van de hervorming van het openbaar bestuur. Er is goede vooruitgang geboekt, met name door de goedkeuring van nieuwe wetgeving inzake ambtenaren en overheidsmedewerkers en inzake lokaal zelfbestuur, ter uitvoering van op verdiensten gebaseerde aanwerving in de openbare dienst. Er is nog steeds een sterke politieke wil nodig voor het effectief aanpakken van de depolitisering van de overheidsdiensten en de optimalisering van het landsbestuur, alsmede om voor een doeltreffende uitvoering en voor financiële duurzaamheid van de hervormingen te zorgen.

    Wat betreft het justitiële stelsel is Montenegro redelijk voorbereid en is er enige vooruitgang geboekt. Het wetgevingskader inzake de rechterlijke macht om de onafhankelijkheid en professionaliteit te verhogen moet nog volledig ten uitvoer worden gelegd. De institutionele capaciteit werd versterkt.

    Montenegro is enigermate voorbereid op het vlak van de strijd tegen corruptie. Ondanks enige vooruitgang komt corruptie nog steeds op veel gebieden voor en blijft dit een punt van zorg. De operationele capaciteit van de instellingen is verbeterd; alle instellingen moeten echter blijk geven van een meer proactieve houding. Diverse problemen met de geloofwaardigheid, de onafhankelijkheid en de prioriteitenstelling van het Bureau voor corruptiebestrijding moeten worden aangepakt. Financiële onderzoeken, inbeslagnamen en verbeurdverklaringen van vermogens moeten nog verder worden verbeterd. Eerste resultaten van onderzoeken, vervolgingen en definitieve veroordelingen in corruptiezaken op hoog niveau werden geboekt, maar dit moet verder worden geconsolideerd. Verdere verbeteringen op het gebied van succesvolle onderzoeken en veroordelingen zullen alleen mogelijk zijn in een context waarin onafhankelijke instellingen worden afgeschermd van eventuele ongepaste beïnvloeding en aangezet hun bevoegdheden ten volle te benutten.

    In de strijd tegen de georganiseerde misdaad is er een aantoonbaar begin van vervolging in de strijd tegen migrantensmokkel en drugshandel. Er zijn echter nog verdere resultaten vereist om een overtuigende staat van dienst voor te leggen, met name wat betreft de strijd tegen het witwassen van geld en mensenhandel.

    Op het gebied van de grondrechten heeft Montenegro zijn wetgeving verder op één lijn gebracht met de EU-normen. Met name het werk van het bureau van de ombudsman is verbeterd, maar er zijn nog steeds meer inspanningen nodig om het institutionele kader te versterken en tot een doeltreffende bescherming van de mensenrechten te komen. Aansluitend op de vorderingen op het gebied van anti-discriminatiewetgeving, moet Montenegro er nu voor zorgen dat passende institutionele mechanismen voorhanden zijn om kwetsbare groepen tegen discriminatie te beschermen. De uitvoering van de wetgeving blijft zwak en de institutionele capaciteit op het gebied van mensenrechten moet worden verhoogd. De Roma-minderheid 2 blijft de meest kwetsbare en meest gediscrimineerde minderheid. Gendergebaseerd geweld en geweld tegen kinderen blijft een groot probleem in het land.

    Montenegro is enigszins voorbereid op het gebied van de vrijheid van meningsuiting, maar tijdens de verslagperiode werd geen vooruitgang geboekt. Er zijn geen noemenswaardige ontwikkelingen inzake het onderzoek naar oude zaken van geweldpleging tegen journalisten. Recente politieke inmenging in de nationale openbare omroepraad en in het agentschap voor elektronische media zijn een bron van ernstige bezorgdheid. Het medialandschap blijft sterk gepolariseerd en er blijven problemen met de perceptie van de rol van vrije media. Het aantal rechtszaken wegens smaad blijft hoog, mede door de zwakke zelfreguleringsmechanismen.

    Montenegro blijft goede bilaterale betrekkingen onderhouden met de andere uitbreidingslanden en de naburige EU-lidstaten en is sterk betrokken bij de ontwikkeling van de regionale samenwerking.

    Met betrekking tot de economische criteria heeft Montenegro enige vooruitgang geboekt en is het land redelijk voorbereid voor de totstandkoming van een goed werkende markteconomie. De macro-economische en budgettaire stabiliteit werd versterkt, maar er zijn verdere inspanningen nodig om de aanhoudende problemen aan te pakken, met name de hoge openbare schuldenlast. De economie groeit sinds 2013 ononderbroken met lage of gematigde inflatie. De solvabiliteit en liquiditeit van de financiële sector zijn gezonder geworden. De exportbasis moet echter worden uitgebreid en kwalitatief verbeterd om het handelstekort in te perken. Zwakke punten op het gebied van de rechtsstaat, waaronder oneerlijke concurrentie uit de informele economie, hebben een negatief effect op het ondernemingsklimaat. De structurele problemen waarmee de arbeidsmarkt wordt geconfronteerd, komen tot uiting in lage participatiegraden en hoge werkloosheid.

    Montenegro heeft enige vooruitgang geboekt en is redelijk voorbereid om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te kunnen bieden. De bouw van belangrijke infrastructuur op een aantal gebieden, alsook de ontwikkeling van menselijk kapitaal vormen de basis voor een beter concurrentievermogen. De hervorming van het onderwijs is aan de gang, maar er zijn meer inspanningen nodig om de discrepantie tussen gevraagde en aangeboden vaardigheden aan te pakken. Kleine en middelgrote ondernemingen worden nog steeds geconfronteerd met tal van problemen, zoals toegang tot financiering of de complexiteit van de regelgeving. Er zijn nog verdere inspanningen noodzakelijk ter verbetering van de algehele exportprestaties van lokale ondernemingen.

    Met betrekking tot het vermogen van Montenegro om de verplichtingen van het lidmaatschap op zich te nemen, hebben op de meeste terreinen belangrijke werkzaamheden op het gebied van aanpassing aan en voorbereiding op de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving plaatsgevonden. Het land is goed voorbereid op gebieden als vennootschapsrecht en buitenlands, veiligheids- en defensiebeleid. Montenegro is redelijk voorbereid voor talrijke hoofdstukken zoals vrij verkeer van goederen, landbouw, voedselveiligheid, en veterinair en fytosanitair beleid. Montenegro verkeert in een beginstadium van de voorbereiding inzake visserij en budgettaire en financiële bepalingen en is enigermate voorbereid op het gebied van milieu en klimaatverandering, statistiek, sociaal beleid en werkgelegenheid. Er is goede vooruitgang geboekt op het gebied van vennootschapsrecht, landbouw en plattelandsontwikkeling, voedselveiligheid, en veterinair en fytosanitair beleid. Op het gebied van overheidsopdrachten is een achteruitgang te melden. In de toekomst moet Montenegro zich vooral richten op concurrentiebeleid, milieu en klimaatverandering, alsook overheidsopdrachten. De versterking van de bestuurlijke capaciteit voor een gegarandeerde aanpassing aan de EU-normen blijft voor Montenegro een grote uitdaging. Montenegro is zich blijven aanpassen aan alle EU-standpunten en verklaringen inzake het gemeenschappelijke veiligheids- en defensiebeleid.

    Hoewel Montenegro tot dusver buiten de belangrijkste migratieroute van de Westelijke Balkan naar de EU is gebleven, is toch een toename te zien van het aantal migranten/asielzoekers die het grondgebied binnenkomen; derhalve moet het land zijn capaciteit versterken om het hoofd te kunnen bieden aan een plotselinge stijging van migratiegerelateerde druk. Montenegro heeft verdere vooruitgang geboekt, in het bijzonder wat betreft het rechtskader inzake migratie. Waar de capaciteit van Montenegro om asielverzoeken te behandelen tot dusver voldoende was, kan het land nu in de problemen komen door: i) de toenemende aantallen asielzoekers en de lengte van hun verblijf, die soms te wijten is aan langdurige beroepsprocedures; en ii) de invoering van strengere asielprocedures, in overeenstemming gebracht met de EU-normen. In dit verband moet Montenegro een terugkeermechanisme voor irreguliere migranten instellen dat overeenstemt met de EU-normen, en moet het land zijn visumbeleid geleidelijk aan afstemmen op dat van de EU. Montenegro moet extra opvangcentra inrichten die voldoen aan de vereiste normen en zorgen voor een beter beheer van alle faciliteiten. Naar aanleiding van de goedkeuring van het Schengenactieplan in februari 2017 is Montenegro doorgegaan met de aanpassing van zijn wetgeving aan de EU-normen inzake visa.

    Servië

    Wat betreft de politieke criteria, vonden er in april 2017 in Servië presidentsverkiezingen plaats. Internationale waarnemers hebben vastgesteld dat bij de verkiezingen de kiezers een reële keuze van kandidaten werd geboden, maar dat het gelijke speelveld door verschillende factoren werd vervalst. De aanbevelingen van de internationale waarnemers moeten volledig worden opgevolgd, inclusief die welke verband houden met de transparantie en de integriteit van het verkiezingsproces tijdens de verkiezingscampagne.

    Na het aftreden van premier Vučić na zijn verkiezing tot president is de nieuwe regering onder leiding van Ana Brnabić in juni 2017 aangetreden. Voor de eerste maal werd een vrouw tot premier verkozen. Het parlement oefent nog steeds geen effectief toezicht op de uitvoerende macht uit. Transparantie, inclusiviteit en kwaliteit van de wetgeving moeten worden versterkt en de dialoog tussen de partijen moet worden verbeterd. Het gebruik van urgentieprocedures moet worden beperkt. Maatregelen die de mogelijkheden van het parlement voor een doeltreffende toetsing van de wetgeving beperken, moeten worden vermeden. De rol van de onafhankelijke regelgevende organen moet ten volle worden erkend. Er is een hervorming van de grondwet nodig voor de aanpassing aan de EU-normen op sommige gebieden.

    Wat de hervorming van het openbaar bestuur betreft, is Servië redelijk voorbereid. Er is enige vooruitgang geboekt op het gebied van de dienstverlening en met de goedkeuring van een aantal nieuwe wetten. Servië moet zijn hervormingsdoelstellingen uitvoeren, het openbaar bestuur professionaliseren en depolitiseren, met name met betrekking tot leidinggevende posities, en zorgen voor een systematische coördinatie en monitoring van het hervormingsprogramma voor het beheer van de overheidsfinanciën voor de periode 2016-20. Het vermogen van Servië om voor overheidsdiensten die zich met Europese kwesties bezig houden, gekwalificeerd personeel aan te trekken en vast te houden, zal van cruciaal belang zijn.

    Wat het justitiële stelsel betreft, is Servië enigszins voorbereid. Er is enige vooruitgang geboekt, met name door het verminderen van de achterstand voor oude handhavingszaken en de invoering van maatregelen voor de harmonisatie van de rechterlijke praktijk. Er werden betere regels voor de beoordeling van de beroepsprestaties van rechters en aanklagers vastgesteld. De ruimte voor politieke beïnvloeding van de rechterlijke macht blijft een punt van zorg. In januari 2018 werd een nieuw ontwerp van wijzigingen van de grondwet op het gebied van de rechterlijke macht gepubliceerd en ter openbare discussie voorgelegd met het oog op toezending aan de Commissie van Venetië om advies.

    Servië is enigermate voorbereid op het vlak van de strijd tegen corruptie. Er is enige vooruitgang geboekt, met name bij de vaststelling van wijzigingen aan het wetboek van strafrecht op het punt van economische criminaliteit; aan de wet op de organisatie van overheidsinstanties op het punt van de strijd tegen corruptie, georganiseerde misdaad en terrorisme; en aan de wet inzake de inbeslagneming en confiscatie van opbrengsten van misdrijven. De goedkeuring van de nieuwe wet op het anti-corruptie-agentschap heeft echter ernstige vertraging opgelopen. Corruptie komt nog steeds op vele gebieden voor en blijft een groot probleem. De operationele capaciteit van de bevoegde instellingen blijft ongelijkmatig. De wetshandhavings- en justitiële autoriteiten moeten nog aantonen dat zij alle zaken van corruptie op hoog niveau op een neutrale en operationeel onafhankelijke manier kunnen onderzoeken, vervolgen en veroordelen.

    Servië is enigszins voorbereid op het vlak van de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Er is enige vooruitgang geboekt op terreinen zoals personeelsbeheer in het ministerie van Binnenlandse Zaken en de politie. De operationele capaciteit van zowel het openbaar ministerie voor georganiseerde criminaliteit als het bureau van de aanklager voor cybercriminaliteit is verbeterd. Een nieuwe strategie en een nieuw actieplan ter voorkoming en bestrijding van mensenhandel werden aangenomen, een nationale coördinator voor de bestrijding van mensenhandel werd benoemd, en een nieuwe wet inzake de voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme werd goedgekeurd. Servië moet echter nog een aantoonbaar begin maken met effectieve financiële onderzoeken, alsmede onderzoeken, vervolgingen en definitieve veroordelingen in witwaszaken. Het aantal definitieve veroordelingen voor georganiseerde misdaad blijft laag. Servië moet zich vooral richten op de uitvoering van het actieplan dat is overeengekomen met de Financiële-actiegroep (FATF).

    Het wettelijke en institutionele kader voor de naleving van de grondrechten is voorhanden. Dit moet in het hele land consequent worden toegepast, inclusief met betrekking tot de bescherming van minderheden. Hoewel Servië enigermate is voorbereid, is er geen vooruitgang geboekt inzake de vrijheid van meningsuiting, een toenemende bron van zorg. Er zijn verder volgehouden inspanningen nodig om de situatie van personen die tot de meest gediscrimineerde groepen behoren, zoals Roma, lesbische, homoseksuele, biseksuele, transseksuele en interseksuele personen, gehandicapten, personen die lijden aan hiv/aids en andere sociaal kwetsbare groepen, te verbeteren. Een wet inzake gendergelijkheid moet worden aangenomen.

    Servië blijft over het algemeen constructieve bilaterale relaties onderhouden met de andere uitbreidingslanden en de naburige EU-lidstaten en is sterk betrokken bij de regionale samenwerking.

    Wat betreft de normalisering van de betrekkingen met Kosovo, heeft Servië de dialoog voortgezet. Servië moet echter nog verdere aanzienlijke inspanningen leveren om bestaande overeenkomsten uit te voeren; tevens moet het bijdragen tot omstandigheden die bevorderlijk zijn voor de volledige normalisering van de betrekkingen met Kosovo, die moet worden vastgelegd in een juridisch bindende overeenkomst.

    Met betrekking tot de economische criteria heeft Servië goede vooruitgang geboekt en is het land redelijk voorbereid inzake de totstandkoming van een goed werkende markteconomie. Een aantal zwakke punten in het beleid, met name met betrekking tot het begrotingstekort, werd aangepakt. De basisvoorwaarden voor groei zijn voorhanden en macro-economische stabiliteit werd gevrijwaard. De inflatie werd bedwongen en het monetaire beleid ondersteunde de groei. De situatie op de arbeidsmarkt is verder verbeterd. De overheidsschuld werd weliswaar gereduceerd, maar is nog steeds hoog en het begrotingskader en het beheer ervan moeten worden versterkt. Grote structurele hervormingen van het openbaar bestuur, de belastingdienst en overheidsondernemingen werden nog steeds niet voltooid. Er is nog steeds sprake van een zeer hoge informele werkgelegenheid, werkloosheid en economische inactiviteit, met name onder vrouwen en jongeren. De particuliere sector is onderontwikkeld en wordt gehinderd door zwakke punten in de rechtsstaat en in de afdwinging van eerlijke concurrentie.

    Servië is redelijk voorbereid om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te bieden. Er werd enige vooruitgang geboekt om het concurrentievermogen te verbeteren. Niettemin ligt het investeringsniveau nog steeds onder de behoeften van de economie. Ondanks enige vooruitgang staan ondernemingen voor een aantal problemen, zoals het onvoorspelbare bedrijfsklimaat, een hoog niveau van parafiscale lasten, en moeilijke en dure toegang tot financiering.

    Met betrekking tot het vermogen te voldoen aan de verplichtingen van het lidmaatschap is Servië zijn wetgeving in grote mate blijven afstemmen op de Europese wet- en regelgeving. Om het tempo van de hervormingen te handhaven zullen adequate financiële en menselijke hulpbronnen en degelijke strategische kaders van cruciaal belang zijn. Servië is goed voorbereid op gebieden als vennootschapsrecht, intellectuele eigendom, wetenschap en onderzoek, onderwijs en cultuur en douane. Servië heeft de investeringsplanning beter gekoppeld aan de begrotingsuitvoering, maar er moet nog één enkel mechanisme worden opgezet voor de prioritering van alle investeringen, ongeacht de bron van financiering, overeenkomstig het hervormingsprogramma voor het beheer van de overheidsfinanciën. Op het gebied van overheidsopdrachten, statistiek, monetair beleid en financiële controle is de mate van voorbereiding van Servië redelijk. Servië moet in de aanloop naar de toetreding zijn buitenlands en veiligheidsbeleid geleidelijk aanpassen aan het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie. Servië moet op de eerste plaats de gevallen van niet-naleving van de stabilisatie- en associatieovereenkomst aanpakken, vooral met betrekking tot beperkingen op het kapitaalverkeer, de regeling inzake staatssteun, fiscale discriminatie op ingevoerde gedistilleerde dranken en beperkingen op de uitvoer van afvalstoffen.

    Servië heeft de gevolgen van de migratie- en vluchtelingencrisis verder aangepakt. Het land onderhandelt met de EU over de statusovereenkomst voor operaties van het Europees grens- en kustwachtagentschap in Servië. Servië heeft een nieuwe wet inzake asiel en tijdelijke bescherming, een vreemdelingenwet en een wet inzake grenstoezicht goedgekeurd. Er moeten een strategie en een actieplan voor 2017-2020 worden aangenomen om illegale migratie te bestrijden. In dit verband moet Servië een degelijk terugkeermechanisme voor irreguliere migranten instellen dat overeenstemt met de EU-normen, en moet het land zijn visumbeleid geleidelijk aan afstemmen op dat van de EU. Er moet een betere coördinatie worden gewaarborgd tussen de verschillende overheden die betrokken zijn bij het beheer van migratie. Servië is blijven samenwerken met de buurlanden en de lidstaten, met name op technisch niveau, en heeft aanzienlijke inspanningen gedaan om onderdak en humanitaire hulp te bieden, voornamelijk met steun van de EU. Servië moet zijn capaciteit om te voldoen aan bijzondere opvangbehoeften van onbegeleide minderjarigen verhogen.

    Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië 

    Wat de politieke criteria betreft, is het land de meest ernstige politieke crisis sinds 2001 eindelijk te boven gekomen. Het moeizame proces van regeringsvorming bereikte een kritisch punt tijdens de aanvallen van 27 april 2017 in het parlement, die in de krachtigste bewoordingen veroordeeld werden door de internationale gemeenschap. Sinds mei 2017 heeft de nieuwe hervormingsgezinde regering maatregelen genomen tegen de verlamming van de staat, door geleidelijk aan de controlemechanismen te herstellen en de democratie en de rechtsstaat te versterken. Het land ondergaat fundamentele veranderingen in een meer inclusief en open politiek klimaat. De gemeenteraadsverkiezingen in oktober 2017 bevestigden de steun van de burgers voor het EU-gerichte beleid van de regeringscoalitie. Het parlement is blijven functioneren waarbij het voorzitterschap van belangrijke commissies door oppositiepartijen werd waargenomen. Het parlement moet zijn controletaken en wetgevende functie verbeteren, met name door een overdreven gebruik van verkorte procedures in te perken.

    Hoewel de betrekkingen tussen de volksgroepen fragiel blijven, is de situatie over het algemeen rustig gebleven. De herziening van de uitvoering van de kaderovereenkomst van Ohrid, waarmee het conflict van 2001 werd beëindigd en het kader voor de betrekkingen tussen de volksgroepen werd vastgesteld, moet op een transparante en inclusieve manier worden voortgezet. De overheid heeft zich ingezet om het vertrouwen tussen de gemeenschappen te vergroten.

    De maatschappelijke organisaties speelden verder een constructieve rol in de ondersteuning van het democratische proces en voor de verzekering van meer controlemechanismen. Sinds de tweede helft van 2017 is het klimaat voor acties van maatschappelijke organisaties verbeterd en heeft de regering zich bereid getoond tot dialoog en integratie.

    Het land is redelijk voorbereid op het gebied van de hervorming van het openbaar bestuur. Er is goede vooruitgang geboekt met de goedkeuring van de hervormingsstrategie voor het openbaar bestuur en het hervormingsprogramma voor het beheer van de overheidsfinanciën. Er werden concrete inspanningen geleverd om de transparantie en verantwoordingsplicht te vergroten en externe belanghebbenden meer te betrekken bij de beleidsvorming. De capaciteit van het ministerie van de Informatiemaatschappij en het Openbaar Bestuur om de hervorming van het openbaar bestuur te sturen en te coördineren moet worden verbeterd. Een sterk politiek engagement om de professionaliteit van het overheidsapparaat te garanderen, met name wat betreft benoemingen voor hogere leidinggevende functies, en de eerbiediging van de beginselen van transparantie, verdienste en evenredige vertegenwoordiging in overeenstemming met de geest en de letter van de wet, blijft van essentieel belang.

    Wat betreft het rechtsstelsel is het land enigermate voorbereid en is er goede vooruitgang geboekt, met name in de tweede helft van de verslagperiode. Er is een aanvang gemaakt om de terugval van de voorgaande jaren te stuiten, via beslissende stappen die de afgelopen maanden zijn gezet, met name om de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht te herstellen. Het land keurde een geloofwaardige nieuwe strategie voor justitiële hervorming goed, waarmee de basis wordt gelegd voor verdere hervormingen op dit gebied, en belangrijke onderdelen van de wetgeving zijn aangepast volgens de aanbevelingen van de Commissie van Venetië en de "dringende prioriteiten voor hervorming". Het bureau van de speciale aanklager kampt met minder obstructie van de rechtbanken, zodat het doeltreffender te werk kan gaan. Om de nog resterende aanbevelingen op te volgen en te garanderen dat de rechterlijke macht zonder ongepaste beïnvloeding kan functioneren, zullen volgehouden inspanningen nodig zijn.

    Op het vlak van de strijd tegen corruptie is het land enigszins voorbereid. Het wettelijke en institutionele kader is voorhanden, en het land heeft goede resultaten geboekt op het gebied van preventie en vervolging, hoewel definitieve rechterlijke uitspraken in corruptiezaken op hoog niveau beperkt blijven. Corruptie komt nog steeds op vele gebieden voor en blijft een groot probleem. De capaciteit van instellingen om corruptie doeltreffend aan te pakken, kampt met structurele en operationele tekortkomingen. Politieke inmenging blijft een risico.

    Op het vlak van de strijd tegen de organiseerde misdaad is het land enigszins voorbereid. Het wettelijke kader stemt over het algemeen overeen met de Europese normen en de inspanningen om de strategieën ten uitvoer te leggen moeten worden voortgezet. Het land heeft stappen gezet om het systeem van interceptie van telecommunicatie te hervormen en de daarmee samenhangende "dringende prioriteiten voor hervorming" aan te pakken. Er moet meer worden gedaan voor een doeltreffende bestrijding van bepaalde vormen van criminaliteit, zoals het witwassen van geld en financiële criminaliteit. Coördinatie tussen alle relevante belanghebbenden is van essentieel belang. De staat van dienst inzake onderzoeken, vervolgingen en veroordelingen in de strijd tegen georganiseerde misdaad moet worden verbeterd. Het aantal definitieve veroordelingen blijft laag.

    Het wettelijke en institutionele kader voor de bescherming van de grondrechten is grotendeels ingevoerd en de naleving van de Europese normen op het gebied van de mensenrechten werd door hervormingen verbeterd. Voor een volledige uitvoering zijn volgehouden inspanningen vereist. Het is positief dat het land het Verdrag inzake de voorkoming en bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (ook bekend als het “Verdrag van Istanboel”) heeft geratificeerd, de nodige juridische hervormingen voor het opzetten van een extern toezichtmechanisme op de rechtshandhavingsautoriteiten heeft aangevat en wijzigingen van het rechtskader inzake non-discriminatie op inclusieve wijze heeft ingevoerd. De situatie in de gevangenissen en psychiatrische instellingen moet worden verbeterd, haatmisdrijven en haatzaaiende uitingen moeten worden aangepakt en instanties die betrokken zijn bij de bescherming en bevordering van de mensenrechten, moeten worden versterkt. Er zijn meer inspanningen nodig met betrekking tot de integratie van de Roma. Wat betreft de vrijheid van meningsuiting heeft het land enige mate van voorbereiding bereikt en heeft het goede vorderingen gemaakt, met name door een beter mediaklimaat en de verminderde druk op journalisten. Het land moet de nog resterende uitdagingen aangaan, waaronder de hervorming van de openbare omroep.

    Wat regionale samenwerking betreft, onderhoudt het land over het algemeen goede betrekkingen met andere uitbreidingslanden en heeft het actief deelgenomen aan regionale initiatieven. Er werden cruciale stappen gezet om de betrekkingen van goed nabuurschap te verbeteren, onder meer door de inwerkingtreding van het bilaterale verdrag met Bulgarije. Het dispuut over de naam van het land moet dringend worden opgelost. De besprekingen over de “naamskwestie” werden opgevoerd onder de auspiciën van de Verenigde Naties. In constructieve gesprekken op het niveau van de premier en de minister van Buitenlandse Zaken werd de vooruitgang met de uitvoering van vertrouwenwekkende maatregelen positief beoordeeld. De gezamenlijke aankondiging door de premiers van Griekenland en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië in januari 2018 met betrekking tot de nieuwe benaming van de luchthaven van Skopje en een snelweg, alsook de vooruitgang die met een aantal uitgestelde EU-initiatieven werd geboekt, waren concrete tekenen van een versterkt wederzijds vertrouwen.

    Wat betreft de economische criteria heeft de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië enige vooruitgang geboekt en is zij goed voorbereid op het vlak van de totstandkoming van een goed werkende markteconomie. Ondanks de politieke patstelling in de eerste helft van het jaar hebben opmerkelijke verbeteringen plaatsgevonden, met name inzake het beheer en de transparantie van de overheidsfinanciën. De economie kampt nog steeds met een aantal zwakke punten. Deze omvatten tekortkomingen in het ondernemingsklimaat, zoals de zwakke handhaving van contracten en een omvangrijke informele economie. De structurele problemen op de arbeidsmarkt komen tot uiting in de lage arbeidsparticipatie en de hoge werkloosheid. De macro-economische context is verslechterd in de eerste helft van 2017, omdat de langdurige politieke crisis een weerslag heeft gehad op de investeringen. Het begrotingsbeleid is gericht op maatregelen op korte termijn en er is geen duurzaam consolidatieplan.

    Op economisch gebied werd enige vooruitgang geboekt en de economie is redelijk voorbereid om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te bieden. Verdere vooruitgang is geboekt op het punt van de diversifiëring van de uitvoer en van de productie met een grotere toegevoegde waarde in de productiesector. De handels- en investeringsbetrekkingen met de EU werden verder geïntensiveerd. De economie heeft nog steeds te lijden onder tekortkomingen van de onderwijsprogramma’s, lage innovatiecijfers en een belangrijke investeringsachterstand, met name op het gebied van openbare infrastructuur.

    Met betrekking tot het vermogen te voldoen aan de verplichtingen van het lidmaatschap is het land op de meeste terreinen redelijk voorbereid, onder meer op concurrentiegebied, vervoer en energie. Het land is goed voorbereid op gebieden als vennootschapsrecht, douane-unie, trans-Europese netwerken en wetenschap en onderzoek. Over de gehele linie zijn verdere inspanningen noodzakelijk, in het bijzonder op die enkele terreinen waar het land zich in het beginstadium van de voorbereidingen op het lidmaatschap bevindt, zoals het vrije verkeer van werknemers. Er moet ook meer aandacht worden besteed aan de bestuurlijke capaciteit en een doeltreffende tenuitvoerlegging. Het land heeft verder gewerkt aan de aanpassing aan de EU-verklaringen en de besluiten van de Raad op het gebied van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid.

    De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft de gevolgen van de migratie- en vluchtelingencrisis verder aangepakt. Het land onderhandelt momenteel met de Europese Unie over de statusovereenkomst voor operaties van het Europees grens- en kustwachtagentschap in het land. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft zich ingespannen om haar juridische kader te verbeteren. De werkzaamheden betreffende de wijziging van de vreemdelingenwet zijn nog aan de gang. Het land is voortgegaan met de uitvoering van zijn resolutie over migratiebeleid en handhaafde zijn inspanningen ter verbetering van zijn asielstelsel en migratiebeheer. Er is nog steeds behoefte aan systematische registratie van migranten en aan gerichte profilering volgens beschermingsbehoeften, om ervoor te zorgen dat de problemen van deze personen worden aangepakt. In dit verband moet de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië een terugkeermechanisme voor irreguliere migranten instellen dat overeenstemt met de EU-normen, en moet het land zijn visumbeleid geleidelijk aan afstemmen op dat van de EU. Het land is blijven samenwerken met de buurlanden en de lidstaten, met name op technisch niveau, en heeft aanzienlijke inspanningen gedaan om onderdak en humanitaire hulp te bieden, voornamelijk met steun van de EU.

    Albanië

    Wat de politieke criteria betreft, wordt de gevestigde politieke orde nog steeds gekenmerkt door een sterke polarisatie. De parlementaire activiteiten werden gehinderd door een aanhoudende boycot door de oppositie begin 2017, waardoor ook de aanstellingen voor de instellingen die belast zijn met de justitiële toetsing, vertraging hebben opgelopen. In mei maakte een overeenkomst tussen de grootste regeringspartij en de oppositie het mogelijk de parlementaire activiteiten te hervatten, hetgeen heeft geresulteerd in een aantal wijzigingen aan de kieswetging. Deze wijzigingen waren bevorderlijk voor de vlotte organisatie van de parlementsverkiezingen in juni, hoewel een aantal aanbevelingen van het Bureau voor democratische instellingen en mensenrechten van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa nog steeds niet zijn opgevolgd. Er is enige vooruitgang geboekt met betrekking tot de verbetering van de werking van de nationale raad voor het maatschappelijk middenveld. Er zijn extra inspanningen geleverd met het oog op een grotere betrokkenheid van maatschappelijke organisaties als onderdeel van een inclusieve beleidsdialoog.

    Albanië is redelijk voorbereid op het gebied van de hervorming van het openbaar bestuur. Op dit terrein werden verdere inspanningen geleverd, hetgeen enige vooruitgang heeft opgeleverd met betrekking tot de efficiëntie en transparantie van de openbare dienstverlening, de opleiding van ambtenaren, meer transparante wervingsprocedures en de algemene versterking van een op basis van verdiensten functionerend ambtenarenapparaat. Deze verwezenlijkingen moeten verder worden geconsolideerd om te komen tot een doeltreffender, gedepolitiseerd en professioneel openbaar bestuur.

    Wat het justitiële stelsel betreft, is Albanië enigszins voorbereid. De uitvoering van een brede en grondige hervorming van het justitiële stelsel is voortgezet, waardoor in het algemeen goede vooruitgang kon worden geboekt. De herbeoordeling van alle rechters en aanklagers (doorlichting) is van start gegaan en levert de eerste tastbare resultaten op. Alle partijen hebben hun steun verleend aan dit proces, dat wordt uitgevoerd door een onafhankelijke autoriteit en is onderworpen aan internationaal toezicht. De Commissie van Venetië heeft bevestigd dat dit proces compatibel is met het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. Onder auspiciën van de Europese Commissie is een internationaal monitoringbureau opgezet om toezicht te houden tijdens de gehele uitvoering van het doorlichtingsproces. De instellingen die de doorlichting begeleiden, hebben hun eerste verslagen over de bekwaamheidsbeoordelingen, antecedentenonderzoek en vermogensaangiften afgewerkt.

    Wat betreft de corruptiebestrijding, blijft Albanië enigermate voorbereid. Er is goede vooruitgang geboekt, met name wat betreft de aanneming van wijzigingen van het wetboek van strafvordering. Momenteel wordt een reeks organen opgericht die gespecialiseerd zijn in corruptiebestrijding, onder meer een speciaal openbaar ministerie. Het aantal definitieve veroordelingen van ambtenaren uit het lagere of middenkader is toegenomen in vergelijking met de vorige verslagperiode. De veroordelingen van hooggeplaatste ambtenaren vonden vooral plaats binnen het gerechtelijk apparaat (rechters en aanklagers). Het aantal definitieve veroordelingen van hooggeplaatste ambtenaren blijft over het algemeen nog steeds erg laag. Corruptie komt nog steeds op veel gebieden voor en blijft een groot probleem.

    Albanië is enigszins voorbereid op het vlak van de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Over het algemeen was er enige vooruitgang in de verslagperiode, met name in de strijd tegen de teelt van cannabis. Albanië moet voortbouwen op de operationele resultaten die op dit gebied zijn geboekt, door de activa die toebehoren aan criminele bendes, actiever te confisqueren en voort te gaan met de vernietiging van alle bestaande voorraden cannabis. Met de wijzigingen van de antimaffiawet en het Wetboek van Strafvordering zijn de voorwaarden voor een grotere doeltreffendheid van strafrechtelijke onderzoeken tot stand gebracht. Albanië heeft met succes deelgenomen aan internationale politiële samenwerking, waarbij met name een meer diepgaande interactie is tot stand gekomen met de EU-lidstaten. Op binnenlands niveau blijft de doeltreffendheid van de samenwerking tussen politiediensten en openbaar ministerie voor verbetering vatbaar. Wat de geboekte resultaten betreft, zijn er weinig vorderingen gemaakt bij de ontmanteling van georganiseerde criminele groepen. Het aantal definitieve veroordelingen in zaken betreffende de georganiseerde misdaad bleef ondanks een geringe stijging zeer laag. Er moeten meer inspanningen worden om witwaspraktijken, criminele vermogensbestanddelen en niet-verantwoorde vermogens aan te pakken.

    Albanië heeft de meeste internationale mensenrechtenverdragen geratificeerd en heeft zijn rechtskader overeenkomstig de Europese normen ontwikkeld. De handhaving van en het toezicht op mechanismen voor de bescherming van de mensenrechten moeten worden versterkt. Wat de vrijheid van meningsuiting betreft, is Albanië enigszins voorbereid/redelijk voorbereid. Er is enige vooruitgang geboekt bij de versterking van de onafhankelijkheid van de regelgevende autoriteit en de openbare omroep, maar de transparantie van overheidsadvertenties in de media moet worden versterkt. Voorts moet verdere vooruitgang worden geboekt op het gebied van de eigendomsrechten door de actualisering van de bestaande wetgeving en een versterking van de institutionele coördinatie. De institutionele mechanismen voor de bescherming van kinderen en het aanpakken van gendergerelateerd geweld blijven zwak. Er zijn belangrijke stappen gezet ter verbetering van het rechtskader voor de eerbiediging en bescherming van minderheden, maar er moet desbetreffende secundaire wetgeving worden ontwikkeld. De leefomstandigheden van Roma en Egyptenaren moeten worden verbeterd.

    Albanië bleef actief deelnemen aan regionale samenwerking en onderhield betrekkingen van goede nabuurschap. Er zijn belangrijke stappen gezet om de bilaterale kwesties met Griekenland op te lossen.

    Met betrekking tot de economische criteria heeft Albanië enige vooruitgang geboekt en is het land redelijk voorbereid wat betreft de totstandkoming van een goed werkende markteconomie. De overheidsschuldquote en het tekort op de lopende rekening zijn gedaald. De economische groei is verder toegenomen en de werkloosheid is gedaald, maar is nog steeds hoog. Niet-renderende leningen in de banksector zijn afgebouwd, maar kredietverschaffing door banken aan bedrijven komt niet van de grond. Er wordt vooruitgang geboekt bij de hervormingen die essentieel zijn voor de verbetering van het ondernemingsklimaat. Toch zijn verdere inspanningen noodzakelijk, onder meer om de informele economie te beperken. Er is vooruitgang geboekt bij de brede justitiële hervorming, die evenwel nog moet worden voltooid. De nieuwe faillissementswetgeving is in werking getreden en moet de insolventieregeling versterken. Ondernemingen krijgen evenwel nog steeds te maken met omslachtige regelgeving en door tekortkomingen in de rechtsstaat worden ondernemingen gehinderd en investeringen ontmoedigd.

    Albanië heeft enige vooruitgang geboekt en is enigszins voorbereid op het vlak van capaciteit om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te kunnen bieden. Er is met name enige vooruitgang geboekt op het vlak van de energie- en transportinfrastructuur en digitalisering, hoewel er nog steeds tekortkomingen zijn die een belemmering vormen voor het Albanese concurrentievermogen en handelsverkeer. De kwaliteit van het onderwijs moet op alle niveaus worden opgekrikt, niet in het minst om mensen de vaardigheden te geven die de arbeidsmarkt nodig heeft. De buitenlandse handel blijft beneden de mogelijkheden steken en is geconcentreerd op enkele sectoren. De Albanese capaciteit voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie blijft beperkt.

    Albanië heeft zijn wetgeving verder aangepast aan de vereisten van de EU op een aantal gebieden, en daarmee zijn capaciteit om de verplichtingen van het lidmaatschap op zich te nemen, verder vergroot. Op talrijke terreinen is er in Albanië sprake van een redelijke mate van voorbereiding, zoals op het gebied van de financiële controle, onderwijs en cultuur. Op andere terreinen is het land enigszins voorbereid, zoals op het vlak van overheidsopdrachten en statistiek. Albanië moet zijn inspanningen voortzetten wat betreft de goedkeuring en uitvoering van de EU-wetgeving. Het moet blijven werken aan de ontwikkeling van transport- en energienetwerken, ook met het ook op een betere connectiviteit in de regio. De bestuurlijke capaciteit en het professionalisme van de organen die zijn belast met de uitvoering van de EU-wetgeving moeten worden versterkt en de onafhankelijkheid van de regulerende instanties moet worden gevrijwaard. Meer transparantie en verantwoordingsplicht, met name om te zorgen voor een doeltreffende, efficiënte en transparante regeling voor overheidsopdrachten en een beter beheer van de overheidsfinanciën, zijn absoluut noodzakelijk. Albanië heeft de aanpassing aan alle EU-standpunten en de verklaringen inzake het gemeenschappelijke veiligheids- en defensiebeleid voortgezet.

    Het aantal ongegronde asielverzoeken dat door Albanese burgers wordt ingediend bij EU-lidstaten en met de Schengenruimte geassocieerde landen, blijft hoog. Albanië heeft op dit gebied betrokkenheid getoond en heeft een aantal maatregelen genomen, waaronder een versterkte bilaterale samenwerking met de desbetreffende EU-lidstaten. Deze maatregelen hebben positieve resultaten opgeleverd. Albanië moet verder daadkrachtig blijven optreden, ook in het kader van het monitoringmechanisme na visumliberalisering, om dit fenomeen doeltreffend aan te pakken. Albanië moet een terugkeermechanisme voor irreguliere migranten opzetten dat in overeenstemming is met de EU-wetgeving en zijn visumbeleid geleidelijk afstemmen op dit van de EU. 

    Bosnië en Herzegovina

    Wat betreft de politieke criteria, moet het kiesstelsel nog onverwijld worden aangepast met het oog op de goede organisatie van de verkiezingen van oktober 2018 en de vlotte uitvoering van de resultaten. In dit verband moeten alle politieke leiders hun verantwoordelijkheid opnemen en een oplossing vinden voor het Huis van Volkeren van de Federatie. Het besluit van het Grondwettelijk Hof van 2010 betreffende de eerbiediging van het democratische grondrecht van de burgers van Mostar om te stemmen bij lokale verkiezingen, moet nog ten uitvoer worden gelegd. De aanneming van de wetgeving die voortvloeit uit de hervormingsagenda, waaronder de accijnswetgeving, werd negatief beïnvloed door spanningen tussen de regerende coalitiepartijen en blokkering door de oppositiepartijen in de parlementen op staats- en entiteitsniveau, waardoor het tempo van de hervormingen werd vertraagd. De hervormingsagenda kon doeltreffend worden uitgevoerd wanneer het nationale niveau en de entiteitsniveaus op gecoördineerde wijze samenwerkten. De grondwet van Bosnië en Herzegovina blijft in strijd met het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, zoals vastgesteld in de zaak Sejdić-Finci en hiermee gerelateerde zaken.

    De werking van het presidentschap van Bosnië en Herzegovina werd gehinderd doordat individuele leden hun uiteenlopende standpunten kenbaar maakten over een aantal kwesties over het buitenlands beleid die onder zijn bevoegdheid vielen. De raad van ministers heeft nog meer nationale strategieën op gebieden als milieu en plattelandsontwikkeling goedkeuring. Met uitzondering van een aantal hervormingen en de vermeldenswaardige goedkeuring van de accijnswetgeving, liep de uitvoering van een aantal hervormingen evenwel vertraging op door het gebrek aan overeenstemming binnen de regeringscoalitie. Nationale strategieën op vlak van energie, werkgelegenheid of het beheer van de overheidsfinanciën moeten nog worden aangenomen. Het coördinatiemechanisme voor EU-aangelegenheden heeft zijn werkzaamheden in juni 2017 aangevat en de antwoorden van Bosnië en Herzegovina op de vragenlijst voor het advies van de Commissie voorbereid. Een nationaal programma voor de aanpassing van het wettelijke kader van het land aan de EU-wetgeving moet nog worden goedgekeurd.

    Met de hervorming van het openbaar bestuur bevindt Bosnië en Herzegovina zich nog in een beginstadium. In het voorbije jaar is er geen vooruitgang geboekt. Een nationale strategie voor de hervorming van de overheidsdiensten wordt verder ontwikkeld en moet nog worden goedgekeurd. Met de verdere versnippering van het ambtenarenapparaat bij de federale entiteit en op kantonnaal niveau is het risico op politisering toegenomen. Wat het justitiële stelsel betreft, is er in Bosnië en Herzegovina sprake van enige mate van voorbereiding. Er is enige vooruitgang geboekt met betrekking tot de rechterlijke macht, maar over het algemeen komen de hervormingen in een traag tempo tot stand. Elke herziening van het wetboek van strafvordering moet in overeenstemming zijn met de internationale normen en mag het vermogen van de instellingen ter bestrijding van de zware en georganiseerde criminaliteit, de corruptie of andere bedreigingen van de rechtsstaat, niet ondermijnen. Op het vlak van de corruptiebestrijding is het land ook enigszins voorbereid. Corruptie is evenwel wijdverbreid en blijft een punt van zorg. Bosnië en Herzegovina is enigermate voorbereid op het vlak van de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Er is enige vooruitgang geboekt, met name door de goedkeuring van een nieuwe strategie voor de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit en de uitvoering van het actieplan inzake de bestrijding van witwaspraktijken en terrorismefinanciering, waardoor Bosnië en Herzegovina niet langer onder het toezicht van de Financiële-actiegroep valt. Er zijn evenwel aanzienlijke inspanningen vereist op het gebied van financiële onderzoeken en de verbetering van de capaciteiten voor terrorismebestrijding. Voorts moet de samenwerking met de buurlanden op het vlak van grensbeheer worden versterkt.

    Er is enige vooruitgang geboekt op het gebied van de mensenrechten en de rechten van minderheden. De strategische wetgevings-, institutionele en beleidskaders voor het observeren van mensenrechten moeten evenwel nog aanzienlijk worden verbeterd. Hieronder valt ook de vrijheid van meningsuiting, want de politieke druk op en de intimidatie van journalisten bleven aanhouden, met inbegrip van fysieke en verbale agressie. Het gebrek aan een doeltreffende uitvoering van de wetgeving betreffende de preventie van en de bescherming tegen gendergerelateerd geweld, in het bijzonder huiselijk geweld, blijft een probleem. Een meer omvattende en geïntegreerde benadering ten aanzien van de Roma is vereist om hun sociale inclusie te bevorderen.

    De afstemming van Bosnië en Herzegovina op het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU is voor verbetering vatbaar.

    Wat de economische ontwikkeling en het concurrentievermogen betreft, heeft Bosnië en Herzegovina enige vooruitgang geboekt, maar verkeert het, wat de totstandkoming van een functionerende markteconomie betreft, nog steeds in een beginstadium. Op het vlak van het ondernemingsklimaat zijn enige verbeteringen tot stand gebracht en de financiële sector is versterkt. De belangrijkste resterende vraagstukken zijn een zwakke rechtsstaat, een ondermaats ondernemingsklimaat, gefragmenteerde en inefficiënte openbare diensten en belangrijke wanverhoudingen op de arbeidsmarkt, die verband houden met een slecht onderwijssysteem, zwakke institutionele capaciteiten en een ongunstig investeringsklimaat. Bovendien blijft de informele economie omvangrijk.

    Bosnië en Herzegovina heeft, wat betreft het vermogen om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te bieden, enige vooruitgang geboekt en verkeert op dit gebied nog steeds in een vroeg stadium. Het algemene onderwijsniveau en de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling zijn nog steeds laag. De kwaliteit van het fysieke kapitaal heeft te lijden onder onderinvesteringen. De transport- en energie-infrastructuur is onvoldoende ontwikkeld. De structurele hervormingen kwamen langzaam tot stand, hoewel er in de regionale handelsstructuur van het land toch enige diversificatie is opgetreden.

    De capaciteit op het gebied van migratiebeheer, in het bijzonder ten aanzien van kwetsbare groepen, moet worden versterkt. Bosnië en Herzegovina moet een terugkeermechanisme voor irreguliere migranten opzetten. 

    Kosovo

    Wat betreft de politieke criteria, vonden er in juni 2017 in Kosovo vervroegde verkiezingen plaats. Een nieuwe parlement en regering zijn in september aangetreden. Tot dusver heeft de nieuwe regeringscoalitie evenwel slechts beperkte successen geboekt bij het bevorderen van EU-gerelateerde hervormingen en het tot stand brengen van een consensus over essentiële strategische vraagstukken voor Kosovo. De aanhoudende politieke versnippering en polarisatie zijn ten koste gegaan van de rol van het parlement en hebben de regering verhinderd om efficiënt te werken. Door het belemmerende optreden van sommige parlementsleden, waarbij onder meer gebruik werd gemaakt van traangas, kwamen de werkzaamheden van het parlement in het gedrang. De ratificatie van de overeenkomst met Montenegro over de grens/afbakening van de grens in maart 2018 was een belangrijke doorbraak.

    In 2017 vonden parlements- en gemeenteraadsverkiezingen plaats, waaraan doorgaans meerdere partijen hebben deelgenomen. Zij waren op de meeste plaatsen goed georganiseerd. Herhaaldelijke intimidate binnen talrijke Servische gemeenschappen in Kosovo, die in het bijzonder gericht waren tegen kandidaten die niet behoren tot de partij Srpska Lista, gaven aanleiding tot bezorgdheid.

    De toestand in het noorden van Kosovo schept specifieke problemen. Het onderzoek naar de moord op de Kosovaars-Servische politicus Oliver Ivanović in januari 2018 wordt voortgezet.

    Pogingen van Kosovaarse parlementsleden in december 2017 om de wet betreffende de bijzondere kamers en een bijzonder openbaar ministerie in te trekken, gaven aanleiding tot ernstige bezorgdheid. Het is cruciaal dat Kosovo volledig voldoet aan zijn internationale verplichtingen ten aanzien van de gespecialiseerde kamers en het gespecialiseerde openbaar ministerie en hierbij blijkt geeft zich volledig en ondubbelzinnig in te zetten voor deze instellingen.

    Op het gebied van de hervorming van het openbaar bestuur is Kosovo enigszins voorbereid. Er is met name enige vooruitgang geboekt met de evaluatie van agentschappen en (semi-)onafhankelijke instanties. De aanhoudende politisering van de overheidsdiensten blijft een probleem en heeft negatieve gevolgen voor de efficiëntie en professionele onafhankelijkheid van het openbaar bestuur.

    Het rechtsstelsel van Kosovo bevindt zich in een beginstadium. Er is enige vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de wetgevingspakketten van 2015 inzake justitie. In 2017 werden overal in Kosovo de Kosovaars-Servische rechters en openbare aanklagers en hun ondersteunend personeel in het Kosovaarse rechtsstelsel geïntegreerd; dit was een mijlpaal in het hervormingsproces. Het gerecht staat nog steeds bloot aan ongepaste politieke inmenging en er zijn aanhoudende inspanningen nodig om de capaciteiten van de instellingen van de rechtsstaat op te bouwen. De rechtsbedeling blijft traag en inefficiënt.

    Wat betreft de strijd tegen corruptie, verkeert Kosovo in een beginstadium van de voorbereidingen/is Kosovo enigszins voorbereid. Kosovo heeft enige vooruitgang geboekt op het vlak van onderzoek naar en vervolging van zaken rond corruptie op hoog niveau en georganiseerde misdaad, met inbegrip van definitieve veroordelingen. Voorts is er vooruitgang geboekt met betrekking tot voorlopige inbeslagnames van activa hoewel het aantal definitieve inbeslagnames gering blijft. Corruptie is wijdverbreid en blijft een punt van zorg. Er zijn gezamenlijke inspanningen nodig om dit probleem op een alomvattende en strategische wijze aan te pakken.

    Wat betreft de strijd tegen de georganiseerde misdaad, verkeert Kosovo in een beginstadium. Er is enige vooruitgang geboekt met betrekking tot de behaalde resultaten bij de bestrijding van corruptie op hoog niveau en zaken van georganiseerde criminaliteit. Terwijl het aantal voorlopige inbeslagnames van activa is toegenomen, zijn er nog steeds weinig definitieve veroordelingen, financiële onderzoeken en definitieve inbeslagnames van activa. Rechtshandhavingsinstanties voeren een moeizame strijd om de georganiseerde criminaliteit in het noorden van Kosovo te bestrijden. Er is enige vooruitgang geboekt in de strijd tegen terrorisme, onder meer door maatregelen om gewelddadig extremisme en radicalisering aan te pakken en te voorkomen dat burgers deelnemen aan buitenlandse conflicten. De Kosovaarse autoriteiten moeten doeltreffender optreden bij hun inspanningen in het kader van de strijd tegen het witwassen van geld en de desbetreffende wetgeving moet in overeenstemming worden gebracht met de EU-wetgeving en internationale normen.

    Het rechtskader garandeert grotendeels de bescherming van de mensenrechten en de grondrechten overeenkomstig de Europese normen. Er zijn evenwel extra inspanningen nodig op het vlak van handhaving. De uitvoering van strategieën en wetgeving op het gebied van mensenrechten wordt vaak ondermijnd door ontoereikende financiële en andere middelen, in het bijzonder op lokaal niveau, een gebrek aan politieke prioriteit en een gebrekkige coördinatie. Er moet meer worden gedaan om de rechten van ontheemden en personen die tot minderheden behoren, waaronder de Roma en Ashkali, te waarborgen, gendergelijkheid in de praktijk te garanderen, een geïntegreerd kinderbeschermingssysteem op te zetten en de bescherming van cultureel erfgoed te bevorderen. Kosovo is enigszins voorbereid op het vlak van vrijheid van meningsuiting, die in de grondwet is verankerd. Kosovo profiteert van een pluralistisch en energiek mediaklimaat. De bedreigingen van en aanvallen tegen journalisten blijven evenwel voortduren. Het parlement toonde zich weinig bereid een oplossing voor de duurzame financiering van de openbare omroep te vinden, waardoor die kwetsbaar blijft voor politieke druk.

    Wat de economische criteria betreft, heeft Kosovo goede vooruitgang geboekt en verkeert het land in een beginstadium van de voorbereidingen op weg naar een goed werkende markteconomie. Het ondernemingsklimaat is verbeterd en de begrotingsvoorschriften werden door de regering nageleefd; de uitkeringen voor oorlogsveteranen blijven evenwel een probleem voor de overheidsfinanciën. De informele economie blijft wijd verspreid. De toename van de arbeidsparticipatie ging niet gepaard met werkgelegenheidsgroei, met een verdere stijging van het werkloosheidspercentage als gevolg. In het bijzonder vrouwen en jonge en ongeschoolde arbeiders zijn hiervan het slachtoffer. Ondanks een sterke groei van de export wijst het grote handelstekort op een zwakke productiebasis.

    Kosovo heeft enige vooruitgang geboekt en verkeert in een beginstadium wat betreft de capaciteit om het hoofd te bieden aan de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie. Er werd geen vooruitgang geboekt op het vlak van de kwaliteit van het onderwijs. Evenmin werden de tekorten aan vaardigheden op de arbeidsmarkt aangepakt. Kosovo heeft enige vooruitgang geboekt met betrekking tot de verbetering van de infrastructuur, maar het spoorverkeer en de energievoorziening blijven kampen met aanzienlijke hiaten op het vlak van infrastructuur. Structurele wijzigingen in de economie komen traag tot stand, aangezien de economie afhankelijk blijft van de detailhandel. De integratie in de EU wordt belemmerd door de trage invoering van de stabilisatie- en associatieovereenkomst.

    Kosovo bleef zich inspannen om goede en constructieve bilaterale betrekkingen te onderhouden met andere uitbreidingslanden. Kosovo is vertegenwoordigd in de meeste regionale organisaties die vallen onder het toepassingsgebied van de regelingen inzake regionale vertegenwoordiging en samenwerking die in 2012 tussen Belgrado en Pristina zijn overeengekomen.

    Wat betreft de normalisering van de betrekkingen met Servië, heeft Kosovo de dialoog voortgezet. Kosovo moet echter nog verdere aanzienlijke inspanningen leveren op het gebied van de uitvoering van bestaande overeenkomsten en het moet omstandigheden creëren die bevorderlijk zijn voor de volledige normalisering van de betrekkingen met Servië. Dit moet worden vastgelegd in een juridisch bindende overeenkomst.

    Wat betreft de aanpassing aan de Europese normen, verkeert Kosovo in een beginstadium. De aanpassing van de wetgeving op sommige gebieden vorderde, maar de uitvoering blijft zwak. Er is enige vooruitgang geboekt op het gebied van het vrije verkeer van goederen en diensten, openbare aanbestedingen en mededinging, alsook inzake de verbetering van het ondernemingsklimaat. Op het gebied van belastingen en douane-aangelegenheden is ook enige vooruitgang geboekt bij de inning van ontvangsten en de vereenvoudiging van administratieve procedures, maar Kosovo moet de strijd opvoeren tegen de informele economie en belastingontduiking. De energiesector heeft nog steeds met ernstige problemen te kampen. Er is geen vooruitgang geboekt wat betreft milieuvraagstukken. In het algemeen moet Kosovo zijn administratieve capaciteit en coördinatie binnen alle sectoren verbeteren om te zorgen voor een doeltreffende uitvoering van de EU-wetgeving.

    De autoriteiten hebben vooruitgang geboekt bij het beheer van reguliere en irreguliere migratie. Deze inspanningen moeten worden voortgezet en er moet worden voortgebouwd op de reeds bereikte resultaten. Kosovo moet een terugkeermechanisme voor irreguliere migranten opzetten. 

    Bijlage 2 - Belangrijkste statistieken

    STATISTISCHE GEGEVENS (op 15.2.2018)

    Bevolking

     

    Montenegro

    De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië

    Albanië

    Servië

    Turkije

    Bosnië en
    Herzegovina

    Kosovo*

    EU-28

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Totaal bevolking (x 1000)

    622,1

    622,2

    2 069,2

    2 071,3

    2 892,3e

    2 886,0

    7 114,4

    7 076,4

    77 696

    78 741

    3 825,3

    3 516,0p

    1 804,9

    1 771,6

    508 504p

    510 279bp

    Aandeel 15-64 jaar in totale bevolking (%)

    67,8

    67,6

    70,5

    70,3

    69,1e

    69,5

    67,1

    66,6

    67,8

    67,8

    :

    :

    :

    65,6p

    65,5ep

    65,3bep

    Ruw cijfer nationale bevolkingsontwikkeling (per 1 000 inwoners)

    1,7

    1,8

    1,3

    1,2

    3,6e

    :

    -5,4

    -5,1

    11,8

    11,2

    :

    -1,8p

    9,2p

    :

    -0,2ep

    0,0bep

    Levensverwachting bij geboorte, mannen (jaren)

    74,4

    :

    73,5

    :

    76,2e

    :

    72,8

    :

    75,4

    :

    :

    :

    :

    :

    77,9ep

    :

    Levensverwachting bij geboorte, vrouwen (jaren)

    78,6

    :

    77,4

    :

    79,7e

    :

    77,9

    :

    81,0

    :

    :

    :

    :

    :

    83,3ep

    :

    Arbeidsmarkt

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Economische activiteit, personen 20-64 jaar: deel van de bevolking tussen 20 en 64 jaar dat economisch actief is (%)

    1)

    68,5

    69,1

    70,2

    69,6

    71,3e

    73,3e

    68,1

    70,0

    59,9

    60,9

    59,2

    58,8

    42,8

    44,0

    77,1

    77,5

    Economische activiteit, mannen 20-64 jaar: deel van de mannelijke bevolking tussen 20 en 64 jaar dat economisch actief is (%)

    1)

    74,9

    76,7

    83,8

    83,8

    81,8e

    82,5e

    76,7

    78,0

    82,7

    83,3

    71,9

    72,0

    65,1

    66,8

    83,4

    83,7

    Economische activiteit, vrouwen 20-64 jaar: deel van de vrouwelijke bevolking tussen 20 en 64 jaar dat economisch actief is (%)

    1)

    62,1

    61,6

    56,2

    54,9

    61,1e

    64,2e

    59,5

    62,0

    37,3

    38,5

    46,3

    45,3

    20,4

    20,9

    70,8

    71,4

    Arbeidsparticipatie personen 20-64 jaar (% van bevolking)

    Totaal

    56,7

    57,1

    51,9

    53,3

    59,3e

    62,1e

    56,0

    59,1

    53,9

    54,3

    43,2

    44,2

    29,1

    32,3

    70,0

    71,0

    Mannen

    61,9

    51,3

    61,5

    63,7

    68,1e

    69,4e

    63,7

    66,3

    75,3

    75,5

    53,9

    56,4

    44,9

    49,9

    75,8

    76,8

    Vrouwen

    51,5

    63,0

    42,1

    42,5

    50,7e

    55,0e

    48,3

    51,9

    32,6

    33,2

    32,4

    32,0

    13,2

    14,6

    64,2

    65,3

    Personen tussen 15-24 jaar die niet werken en geen onderwijs of opleiding volgen, % van bevolking in leeftijdsgroep

    19,1

    18,4

    :

    :

    29,6

    26,9e

    19,9

    17,7

    24,0

    24,0

    27,7

    26,4

    31,4

    30,1

    12,0

    11,6

    Personen tussen 15-29 jaar die niet werken en geen onderwijs of opleiding volgen, % van bevolking in leeftijdsgroep

    23,4

    22,3

    :

    :

    32,8

    30,0e

    24,5

    22,3

    28,0

    27,8

    32,8

    31,4

    39,2

    37,3

    14,8

    14,2

    Werkgelegenheid belangrijkste sectoren

    Landbouw, bosbouw en visserij (%)

    7,7

    7,7

    17,9

    16,6

    41,3e

    40,2e

    19,4

    18,6

    20,6

    19,5

    17,9

    18,0

    2,3

    4,2

    4,5

    4,3

    Industrie (%)

    10,8

    9,8

    23,4

    23,1

    11,6e

    12,8e

    19,9

    20,2

    20,0

    19,5

    22,0

    22,7

    18,7

    18,0

    17,3

    17,3

    Bouw (%)

    6,6

    7,7

    7,1

    7,2

    6,9e

    6,5e

    4,5

    4,3

    7,2

    7,3

    7,5

    8,6

    9,5

    11,5

    6,8

    6,7

    Diensten (%)

    74,8

    74,8

    51,6

    53,1

    40,2

    40,5

    56,1

    57,0

    52,2

    53,7

    52,6

    50,8

    69,5

    66,3

    71,4

    71,6

    Aantal mensen dat werkzaam is in de publieke sector als % van totale werkgelegenheid, 20-64 jaar (%)

    2)

    32,4

    31,2

    :

    :

    16,7e

    15,6e

    29,7

    28,3

    13,5

    13,8

    31,2

    29,0

    32,6

    30,8

    :

    :

    Aantal mensen dat werkzaam is in de particuliere sector als % van totale werkgelegenheid, 20-64 jaar (%)

    2)

    46,6

    47,0

    :

    :

    83,3e

    84,4e

    70,3

    71,7

    86,5

    86,2

    63,2

    65,9

    67,4

    69,2

    :

    :

    Werkloosheid (% totale beroepsbevolking)

    Totaal

    1)

    17,5

    17,8

    26,1

    23,7

    17,1e

    15,2e

    17,8

    15,4

    10,3

    10,9

    27,9

    25,5

    32,9

    27,5

    9,4

    8,6

    Mannen

    1)

    17,7

    18,3

    26,7

    24,4

    17,1e

    15,9e

    16,9

    14,8

    9,3

    9,6

    25,9

    22,6

    31,8

    26,2

    9,3

    8,4

    Vrouwen

    1)

    17,3

    17,1

    25,1

    22,7

    17,1e

    14,4e

    18,8

    16,2

    12,6

    13,6

    30,9

    30,2

    36,6

    31,7

    9,5

    8,8

    Jongeren, 15-24 jaar

    1)

    37,6

    35,9

    47,3

    48,2

    39,8e

    36,5e

    43,2

    34,9

    18,4

    19,5

    62,3

    54,3

    57,7

    52,4

    20,3

    18,7

    Langdurig (>12 maanden)

    1)

    13,6

    13,4

    21,3

    19,2

    11,3e

    10,1e

    11,4

    10,0

    2,2

    2,2

    22,8

    21,7

    23,8

    18,0

    4,5

    4,0

    Gemiddelde nominale maandlonen en - salarissen (EUR)

    3)

    480

    499

    356

    363

    386

    397

    506

    516

    604

    :

    424

    429

    :

    :

    :

    :

    Onderwijs

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Voortijdige schoolverlaters: percentage van de bevolking 18-24 jaar met ten hoogste lager middelbaar onderwijs dat geen verder onderwijs/opleiding volgt (%)

    5,7

    5,5

    11,3p

    9,9

    21,3e

    19,6e

    7,4

    7,0

    36,7

    34,3

    5,2

    4,9

    14,5

    12,7

    11,0

    10,7

    Overheidsuitgaven voor onderwijs tov bbp (%)

    :

    :

    :

    :

    3,1p

    3,1p

    4,0

    3,9

    4,3

    4,6

    :

    :

    4,5

    4,7p

    :

    :

    Percentage van de bevolking van 20-24 jaar dat ten hoogste lager secundair onderwijs heeft gevolgd, totaal

    6,6

    6,8

    :

    :

    :

    :

    8,6

    7,8

    46,5

    43,9

    6,2u

    5,8u

    :

    14,6

    17,2

    16,8

    Percentage van de bevolking van 20-24 jaar dat ten hoogste lager secundair onderwijs heeft gevolgd, mannen

    6,9

    5,8

    :

    :

    :

    :

    9,3

    8,6

    46,2

    44,2

    5,6u

    5,5u

    :

    12,5

    19,4

    19,1

    Percentage van de bevolking van 20-24 jaar dat ten hoogste lager secundair onderwijs heeft gevolgd, vrouwen

    6,3

    7,9

    :

    :

    :

    :

    7,9

    7,0

    46,8

    43,7

    6,9u

    6,3u

    :

    17,0

    14,9

    14,4

    Percentage van de bevolking van 20-24 jaar dat het hoger secundair of het postsecundair niet-tertiair onderwijs heeft gevolgd, totaalcijfer

    80,6

    82,2

    :

    :

    :

    :

    83,2

    84,9

    34,9

    35,7

    86,3

    86,6

    :

    70,5

    65,2

    65,3

    Percentage van de bevolking van 20-24 jaar dat het hoger secundair of het postsecundair niet-tertiair onderwijs heeft gevolgd, mannen

    85,3

    86,9

    :

    :

    :

    :

    84,5

    86,3

    37,8

    38,3

    88,6

    89,0

    :

    74,5

    65,9

    66,1

    Percentage van de bevolking van 20-24 jaar dat het hoger secundair of het postsecundair niet-tertiair onderwijs heeft gevolgd, vrouwen

    75,7

    77,2

    :

    :

    :

    :

    81,7

    83,3

    32,2

    33,3

    83,5

    83,7

    :

    66,0

    64,5

    64,5

    Percentage van de bevolking 30-34 jaar dat hoger onderwijs heeft gevolgd, totaal

    31,0

    33,9

    28,6

    29,1

    22,1e

    20,9e

    28,9

    29,9

    23,5

    26,5

    17,2

    23,1

    17,2

    19,1

    38,6

    39,0

    Percentage van de bevolking 30-34 jaar dat hoger onderwijs heeft gevolgd, mannen

    29,9

    31,8

    23,1

    24,5

    19,6e

    18,0e

    24,2

    24,7

    25,0

    28,3

    13,4u

    16,6u

    19,5

    18,9

    33,9

    34,3

    Percentage van de bevolking 30-34 jaar dat hoger onderwijs heeft gevolgd, vrouwen

    32,2

    35,9

    34,5

    33,8

    24,7e

    23,9e

    33,7

    35,3

    22,1

    24,6

    21,3

    29,4

    14,7

    19,4

    43,3

    43,8

    Nationale rekeningen

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Bruto binnenlands product

    In lopende prijzen (miljard EUR)

    3,7

    4,0

    9,1

    9,7p

    10,2p

    10,7p

    33,5

    34,6

    773,0

    780,2

    14,6

    15,3

    5,8

    6,0p

    14 797,4

    14 907,9

    Per hoofd van de bevolking (EUR)

    5 827

    6 355

    4 382

    4 691

    3 547

    3 728

    4 720

    4 904

    9 949

    9 909

    4 312

    4 494

    3 278

    3 304

    29 033

    29 148

    In koopkrachtstandaard (KKS) per hoofd van de bevolking

    12 200

    13 000

    10 500

    10 900

    8 500

    8 500

    10 500

    10 700

    18 900

    18 800

    9 100

    9 300

    :

    :

    29 000

    29 100

    In KKS per hoofd van de bevolking in vgl met EU-gemiddelde (EU-28 = 100)

    42

    45

    36

    37

    29

    29

    36

    37

    65

    64

    31

    32

    :

    :

    -

    -

    Jaarlijkse reële procentuele wijziging (volume) tov vorig jaar (%)

    3,4

    2,9

    3,9

    2,9p

    2,2p

    3,4p

    0,8

    2,8

    6,1

    3,2

    3,1

    3,3

    4,1

    3,4p

    2,3

    2,0

    Bruto toegevoegde waarde belangrijkste sectoren

    Landbouw, bosbouw en visserij (%)

    9,7

    9,0

    11,1

    10,5p

    22,9p

    22,9p

    8,2

    7,9

    7,8

    7,0

    7,3

    :

    12,6

    13,4p

    1,5

    1,5

    Industrie (%)

    12,8

    12,3

    19,3

    19,9p

    13,9p

    13,2p

    25,9

    25,9

    22,4

    22,3

    21,9

    :

    20,8

    21,1p

    19,4

    19,4

    Bouw (%)

    4,5

    6,8

    8,1

    8,6p

    10,2p

    10,5p

    5,5

    5,4

    9,3

    9,7

    4,6

    :

    8,4

    8,2p

    5,3

    5,3

    Diensten (%)

    73,0

    71,9

    61,5

    61,0p

    53,0p

    53,4p

    60,4

    60,8

    60,5

    61,0

    66,2

    :

    58,2

    57,3p

    73,8

    73,8

    Betalingsbalans

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Netto buitenlandse directe investeringen (inkomende minus uitgaande) (in miljoen EUR)

    619,3

    371,6

    202,8

    316,9

    818,4

    936,5

    1 803,8

    1 899,2

    :

    :

    248,9

    240,5

    271,8

    177,2

    -129 867

    -116 465

    Netto buitenlandse directe investeringen (inkomende minus uitgaande) (% van bbp)

    16,9

    9,4

    2,2

    3,3p

    8,0p

    8,7p

    5,4

    5,5

    :

    :

    1,7

    1,6

    4,7

    3,0p

    -0,9

    -0,8

    Netto buitenlandse directe investeringen (inkomende minus uitgaande) in vgl met EU-28 (in miljoen EUR)

    403,0

    -32,5

    -20,7

    199,1

    :

    :

    1 480,4

    1 304,4

    :

    :

    160,5

    190,9

    11,2

    15,6

    -

    -

    Netto buitenlandse directe investeringen (inkomende minus uitgaande) in vgl met EU-28 (% bbp)

    11,0

    -0,8

    -0,2

    2,0p

    :

    :

    4,4

    3,8

    :

    :

    1,1

    1,2

    0,2

    0,3p

    -

    -

    Overmakingen (% van bbp)

    1,2

    1,0

    2,3

    2,0p

    5,9p

    5,7p

    8,5

    7,8

    :

    :

    8,3

    8,2

    11,5

    11,5p

    0,1

    0,1

    Externe handel in goederen

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Internationale handel in goederen

    Aandeel uitvoer naar EU-28 in totale uitvoer (%)

    35,6

    37,4

    77,0

    79,9

    75,4

    77,9

    67,0

    67,6

    44,5

    47,9

    71,6

    71,3

    32,6

    22,6

    -

    -

    Aandeel invoer uit EU-28 in totale invoer (%)

    41,3

    48,2

    62,0

    62,0

    61,8

    63,1

    57,3

    58,7

    38,0

    39,0

    60,8

    61,9

    42,2

    43,1

    -

    -

    Handelsbalans (in miljoen EUR)

    -1 524

    -1 736

    -1 714

    -1 777

    -2 154

    -2 399

    -2 978

    -2 483

    -56 981

    -50 676

    -3 510

    -3 448

    -2 309

    -2 480

    59 553

    32 002

    Internationale handel in goederen en diensten tov bbp

    Invoer (% bbp)

    60,6

    62,9

    65,0

    64,7p

    44,7p

    :

    56,4

    57,5

    26,0

    24,9

    53,2

    52,3

    49,5

    51,3p

    40,3

    40,5

    Uitvoer (% van bnp)

    42,1

    40,5

    48,7

    50,0p

    27,4p

    :

    46,7

    50,0

    23,3

    22,0

    34,6

    35,4

    19,3

    22,5p

    43,8

    44,0

    Overheidsfinanciën

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Overheidsfinanciën in verhouding tot bbp

    ** Overheidsoverschot (+) / -tekort (–) (%)

    -7,4

    -2,8

    -3,5

    -2,7

    -4,1

    -1,8

    -3,7

    -1,3

    1,3

    :

    0,7

    1,2

    :

    :

    -2,4

    -1,7

    ** Overheidsschuld (%)

    66,2

    64,4

    38,1

    39,6

    69,1

    68,7

    76,0

    73,0

    27,5

    :

    41,9

    40,5

    12,8

    :

    84,5

    83,2

    Financiële indicatoren

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Jaarlijkse verandering consumentenprijzen (%)

    4)

    1,4

    0,1

    -0,3

    -0,2

    2,0

    2,5

    1,5

    1,3

    7,7

    7,7

    -1,0

    -1,1

    -0,5

    0,3

    0,0

    0,3

    Totale buitenlandse schuld tov bbp (%)

    :

    :

    69,3

    74,2p

    74,7p

    73,5p

    78,3

    76,5

    47,1

    :

    72,2

    71,0

    33,3

    33,7p

    :

    :

    Rente op leningen (1 jaar), per jaar (%)

    5)

    :

    :

    :

    :

    74,7

    73,5

    :

    :

    53,0

    :

    :

    :

    :

    :

    :

    :

    Depositorente (1 jaar), per jaar (%)

    6)

    8,53

    7,45

    3,75

    4,25

    7,77

    5,89

    6,50

    5,50

    10,79

    :

    5,74

    4,97

    8,32

    7,47

    :

    :

    Waarde van reserves (inclusief goud) (miljoen EUR)

    7)

    1,23

    0,93

    0,25

    0,25

    1,35

    0,80

    2,50

    2,50

    7,27

    :

    0,09

    0,09

    0,90

    1,01

    :

    :

    Internationale reserves (uitgedrukt in maanden invoer)

    673,7

    803,0

    2 261,8

    2 613,4

    2 880,0

    2 945,0

    10 378,0

    10204,6

    99 619,6

    :

    4 414,6

    4 887,4

    706,4

    605,1

    :

    :

    Bedrijfsleven

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Index industriële productie (2010 = 100)

    8)

    88,3

    84,4

    118,0

    122,0

    161,7

    130,5

    107,1

    112,1

    124,1

    126,3

    107,4

    112,0

    :

    :

    103,9

    105,6

    Infrastructuur

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Dichtheid spoorwegnetwerk (aantal operationele lijnen per duizend km²)

    18,1

    18,1

    28,1

    27,4

    13,8

    12,2

    48,6

    48,6

    13,2

    :

    20,1

    21,9

    30,9

    30,9

    :

    :

    Aantal kilometer autosnelweg

    0

    0

    259

    259

    :

    :

    693

    741

    2 282

    2 542

    128

    :

    80

    98

    :

    :

    Energie

    Noot

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    2015

    2016

    Netto invoer van energie tov bbp

    4,2

    3,4

    6,4

    5,1p

    0,8p

    1,3p

    4,8

    3,6

    1,2

    1,0

    5,3

    4,3

    5,4

    4,1p

    1,6

    1,3

    : = niet beschikbaar

    b = onderbreking van serie

    e = schatting

    p = voorlopig

    u = geringe betrouwbaarheid

    - = niet van toepassing

    *= Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet en is in overeenstemming met Resolutie 1244/1999 van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.

    ** = De cijfers met betrekking tot het overheidstekort en de overheidsschuld van de uitbreidingslanden worden vermeld "zoals deze zijn", zonder enige garantie wat betreft de kwaliteit of de conformiteit met ESER-regels.

    Voetnoten:

    1)

    Turkije: onder werkloosheid worden mensen opgenomen die de afgelopen vier weken actief naar werk hebben gezocht.

    2)

    Bosnië en Herzegovina: de percentages tellen niet op tot 100% omdat andere vormen van eigendom buiten beschouwing zijn gelaten. Montenegro: exclusief ngo's; gegevens hebben betrekking op het aantal werknemers (in particuliere of openbare sector) als percentage van het totale aantal werkende personen.

    3)

    Albanië: openbare sector. Bosnië en Herzegovina: nettoloon. Servië: lonen en salarissen die zijn betaald aan werknemers van ondernemingen met of zonder rechtspersoonlijkheid.

    4)

    Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen, met uitzondering van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Bosnië en Herzegovina en gegevens van 2015 voor Albanië. Albanië: variatie tussen december van een jaar en december van het voorafgaande jaar.

    5)

    Buitenlandse schuld Albanië (inclusief buitenlandse directe investeringen)

    6)

    Albanië: gewogen gemiddelde rentepercentage dat gedurende die maand wordt toegepast op nieuwe leningen met looptijd van twaalf maanden. Bosnië en Herzegovina: kortetermijnkredietrente voor niet-financiële ondernemingen in nationale valuta (gewogen gemiddelde). Montenegro: gewogen gemiddelde effectieve rente, uitstaande bedragen, per jaar. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië: aan het eind van het jaar (31 december).

    7)

    Albanië: depositorente vertegenwoordigt het gewogen gemiddelde van rente gedurende die maand voor nieuwe deposito's met looptijd van twaalf maanden. Bosnië en Herzegovina: termijndeposito's voor huishoudens in nationale valuta (gewogen gemiddelde). Montenegro: gewogen gemiddelde effectieve rente, uitstaande bedragen, per jaar. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië: aan het eind van het jaar (31 december). Turkije: kortlopende depositofaciliteit.

    8)

    Montenegro en Servië: bruto componenten, veeleer dan gecorrigeerd voor kalendereffecten.

    (1)

    Vrij verkeer van goederen, recht van vestiging en vrijheid van dienstverlening, financiële diensten, landbouw en plattelandsontwikkeling, visserij, vervoersbeleid, douane-unie, externe betrekkingen.

    (2)

    Al deze groepen vallen onder de bredere term “Roma” binnen het EU-kader voor nationale strategieën voor integratie van de Roma.

    Top