EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52017DC0074

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD Negende verslag over herplaatsing en hervestiging

COM/2017/074 final

Brussel, 8.2.2017

COM(2017) 74 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD

Negende verslag over herplaatsing en hervestiging



x0009


1Inleiding

In dit negende verslag over herplaatsing en hervestiging worden de veranderingen sinds het vorige verslag van 8 december 1 beschreven en worden de acties beoordeeld die de betrokken belanghebbenden tussen 8 december 2016 en 7 februari 2017 (de verslagperiode) hebben ondernomen om de toezeggingen uit hoofde van de herplaatsings- en de hervestigingsregelingen na te komen.


Sinds 5 december 2016 zijn er 3 873 personen 2 aangekomen in Griekenland. Het totale aantal migranten in Griekenland is ten opzichte van de vorige verslagperiode stabiel gebleven en op 7 februari waren er rond de 62 600 migranten, van wie er zich ongeveer 15 000 op de eilanden bevonden en ongeveer 47 600 op het Griekse vasteland 3 . In Italië zijn sinds 5 december 2016 15 614 personen 4 gearriveerd. Eritreeërs, de belangrijkste nationaliteit die in aanmerking komt voor herplaatsing in Italië, 5 vertegenwoordigden 3,6 % van de aangekomen migranten.

De Commissie heeft in het achtste verslag specifieke maandelijkse streefdoelen vastgesteld van ten minste 1 000 herplaatste personen vanuit Italië en ten minste 2 000 vanuit Griekenland vanaf december 2016. De Europese Raad heeft tijdens zijn laatste bijeenkomst op 15 December 6 het gezamenlijke actieplan betreffende de tenuitvoerlegging van de verklaring van de EU en Turkije, waarin de streefdoelen voor het aantal herplaatsingen voor Griekenland zijn opgenomen, goedgekeurd en nogmaals opgeroepen meer inspanningen te verrichten om de herplaatsing, met name voor niet-begeleide minderjarigen, en de bestaande regelingen voor hervestiging te versnellen. Ondanks deze oproepen variëren de resultaten.

 

Tijdens de verslagperiode zijn er 3 813 extra personen herplaatst, waarmee het totale aantal herplaatste personen tot nu toe uitkomt op 11 966 (8 766 vanuit Griekenland en 3 200 vanuit Italië) 7 . In december is met 1 926 herplaatste personen (764 vanuit Italië en 1 162 vanuit Griekenland) een nieuw record gevestigd voor herplaatsingen uit zowel Italië als Griekenland, waarmee de benchmark van meer dan 10 000 herplaatste personen verwezenlijkt is. De resultaten van januari (551 herplaatsingen voor Italië en 1 131 voor Griekenland) bevestigen dat het aantal herplaatsingen vanuit Griekenland gestabiliseerd is op ongeveer 1 000 per maand. Hoewel deze aantallen in het algemeen nog steeds een positieve trend laten zien, zijn ze nog steeds lager dan de doelen die door de Commissie zijn gesteld en, in het geval van herplaatsingen vanuit Griekenland, ruime steun hebben gekregen van de Europese Raad.  

Wat hervestiging betreft, ligt de uitvoering van de conclusies van juli 2015 8 voor de hervestiging van 22 504 personen op schema, met tot dusver 13 968 hervestigde personen die internationale bescherming behoeven, wat meer dan de helft van het overeengekomen aantal is. Sinds 6 december 2016 zijn 913 9  personen hervestigd, voornamelijk vanuit Turkije, Libanon en Jordanië. Een deel van de hervestiging uit hoofde van deze Europese regeling dient ook om het 1:1-mechanisme ten uitvoer te leggen zoals vastgesteld in de verklaring EU-Turkije. Sinds de begindatum op 4 april 10 zijn er in het kader van dat mechanisme 3 098 Syriërs uit Turkije naar de EU hervestigd, met inbegrip van 487 11 personen sinds het vorige verslag.

2Herplaatsing

2.1Belangrijkste gebeurtenissen in de verslagperiode

Na de goedkeuring van het achtste verslag heeft de Commissie bijna alle lidstaten bilateraal verzocht hun inspanningen op te voeren om de streefdoelen te verwezenlijken. De reeds actieve lidstaten en geassocieerde landen hebben positief gereageerd en hebben de Commissie hun planning voor de maandelijkse toezeggingen doen toekomen. Sommige andere lidstaten geven echter een teleurstellend beeld. Hongarije, Oostenrijk en Polen blijven de enige lidstaten die niemand hebben herplaatst. Slowakije blijft een zeer beperkt aantal personen herplaatsen en Tsjechië heeft sinds mei 2016 geen toezeggingen ingediend en sinds augustus 2016 niemand herplaatst.

Ten opzichte van het streefdoel van 2 000 herplaatsingen per maand, waren er in december 2016 vanuit Griekenland 1 162 personen herplaatst en in januari 2017 1 131 personen. In december zijn er 1 178 toezeggingen ingediend en in januari 2017 waren dat er 1 550. Het is mogelijk om het streefdoel te verwezenlijken, op voorwaarde dat alle lidstaten op een stabiele maandelijkse basis toezeggingen indienen en overdrachten uitvoeren in verhouding tot de omvang van hun toewijzing. Met name voor de verwezenlijking van het streefcijfer van 2 000 zouden de lidstaten die niemand of een beperkt aantal personen hebben herplaatst (Tsjechië, Hongarije, Kroatië, Oostenrijk, Polen en Slowakije) daar onmiddellijk mee moeten beginnen. Bovendien zouden België en Spanje op een maandelijkse basis toezeggingen moeten indienen in overeenstemming met de omvang van hun toewijzing en zouden Portugal, Roemenië en Litouwen weer op een maandelijkse basis toezeggingen moeten gaan indienen. Er moet echter ook worden erkend dat Estland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta en Finland goed op schema liggen om aan hun verplichtingen te voldoen. Voorts zullen Zwitserland en Noorwegen in het huidige tempo hun herplaatsingsverplichtingen in maart 2017 ten volle zijn nagekomen. Andere lidstaten die pas recent begonnen zijn met herplaatsingen vanuit Griekenland moeten zich meer inspannen om de beter presterende lidstaten en geassocieerde landen in te halen.

De Griekse autoriteiten hebben het registratieproces efficiënter gemaakt en afspraken verplaatst zodat alle gepreregistreerde verzoekers (met inbegrip van die welke behoren tot nationaliteiten die in aanmerking komen voor herplaatsing) half maart 2017 volledig geregistreerd zijn 12 . Het zo snel mogelijk halen van het maandelijkse streefdoel is van essentieel belang om lange wachttijden voor verzoekers en het risico van secundaire bewegingen te voorkomen.

In Italië zijn in december 2016 764 personen herplaatst, wat een gestage groei in de afgelopen maanden en de grootste groei sinds de aanvang van de regeling laat zien. Hoewel het aantal toezeggingen in december 2016 735 bedroeg, werd in januari het streefdoel van 1 000 toezeggingen gehaald (1 025 plaatsen toegezegd). De afgelopen vier maanden is het aantal herplaatsingen vanuit Italië snel toegenomen (van 230 naar ongeveer 750 per maand), maar is het aantal herplaatste personen in januari voor het eerst gedaald (551 personen herplaatst). Dit lijkt deels te wijten aan de vakantietijd, maar ook aan operationele en organisatorische aspecten die in sommige gevallen verband houden met de verspreiding van verzoekers over het gehele Italiaanse grondgebied.

Als gevolg van de constante toevloed van nieuwe migranten, ook vanuit Eritrea, is het aantal herplaatsingskandidaten, op basis van informatie van het Italiaanse ministerie van Binnenlandse Zaken, stabiel gebleven tussen 5 300 en 5 800 Eritreeërs.

Zeven landen (Duitsland, Frankrijk, Malta, Nederland, Noorwegen, Finland en Zwitserland) zijn volledig betrokken bij de herplaatsing vanuit Italië. Van deze landen liggen Malta en Finland op schema om hun verplichtingen na te komen en zullen Noorwegen en Zwitserland in het huidige tempo hun herplaatsingsverplichtingen al in maart 2017 ten volle nakomen. De lidstaten, met name die welke nog geen personen vanuit Italië herplaatsen, moeten hun inspanningen opvoeren, zodat het maandelijkse streefdoel van 1 000 herplaatsingen vanuit Italië wordt gehaald.

Op zijn beurt is Italië voornemens om meer personeel in te zetten voor de verwerking van aanvragen in de Dublineenheid en toonde het land zich flexibel met betrekking tot de veiligheidsscreening. De regelingen met Europol om extra, bijzondere veiligheidscontroles te faciliteren zijn in januari 2017 voor het eerst in de praktijk gebracht met een verzoek van Noorwegen. Op basis van het herplaatsingsprotocol voor Italië moet in februari een eerste gezamenlijk veiligheidsgesprek door ambtenaren van Europol, Noorwegen en Italië plaatsvinden. Dit gesprek moet dienen om lessen te trekken uit het proces en ervoor te zorgen dat alle lidstaten die herplaatsingen vanuit Italië uitvoeren meer vertrouwen in het systeem krijgen.

Het aantal niet-begeleide minderjarigen 13  dat aankomt in Italië is blijven toenemen: er zijn in 2016 28 129 minderjarigen in Italië aangekomen, onder wie 25 772 (91,6 %) niet-begeleid, met inbegrip van 3 806 Eritreeërs, 218 Syriërs, 394 Irakezen en 13 Jemenieten) 14 . Daarnaast waren er op 23 januari 2017 462 niet-begeleide minderjarigen in Italië aangekomen van wie er vier tot een nationaliteit behoren die in aanmerking voor herplaatsing komt. In Griekenland meldt het Nationale Centrum voor Sociale Solidariteit dat er per 27 januari naar schatting 2 200 niet-begeleide minderjarigen aanwezig waren in Griekenland. Zoals eerder gemeld, zijn tijdens de grootschalige preregistratieoperatie in Griekenland 1 225 niet-begeleide minderjarigen geregistreerd, 15 van wie 48 % (ongeveer 588) een nationaliteit heeft die in aanmerking komt voor herplaatsing (36 % Syriërs en 12 % Irakezen) 16 .

Sinds begin februari 2017 zijn 523 niet-begeleide minderjarigen (volgens de definitie van de Griekse wet) geregistreerd, maar zijn er slechts 248 herplaatst. Het moeilijkst is de herplaatsing van getrouwde minderjarigen (vooral wanneer zij jonger dan 17 jaar oud zijn), omdat veel lidstaten te maken hebben met juridische obstakels voor het toestaan van de herplaatsing van deze categorie van hun familie gescheiden kinderen (een volwassene die met een minderjarige trouwt kan bijvoorbeeld veroordeeld worden). Bijgevolg aanvaarden deze landen hen niet of wijzen zij zelfs ingediende verzoeken om herplaatsing af 17 . De lidstaten moeten manieren bestuderen om de herplaatsing van deze categorie van hun familie gescheiden kinderen te faciliteren.

Ook Italië verricht inspanningen om de herplaatsing van niet-begeleide minderjarigen te vergemakkelijken; de procedure om de herplaatsing van alleen reizende niet-begeleide minderjarigen mogelijk te maken moeten evenwel verder ontwikkeld worden. Slechts één van zijn familie gescheiden kind werd in november 2016 vanuit Italië naar Nederland herplaatst.

In deze verslagperiode zijn in totaal 74 minderjarigen herplaatst (naar Duitsland, Ierland, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Spanje, Finland en Zwitserland), waarmee het totale aantal herplaatste niet-begeleide minderjarigen uitkomt op 249 18 , bijna allemaal vanuit Griekenland.

2.2Maatregelen door de lidstaten van herplaatsing

Tussen 7 december en 7 februari zijn nog eens 3 813 personen herplaatst, 2 558 vanuit Griekenland (met inbegrip van de eerste herplaatsingsoverdracht naar Liechtenstein) 19 en 1 255 vanuit Italië 20 . In Frankrijk is tot dusver het grootste aantal verzoekers (2 727) herplaatst, gevolgd door Duitsland (2 042) en Nederland (1 361).

Maatregelen om het beperkte aantal toegezegde plaatsen te verhogen: In de verslagperiode hebben 13 lidstaten (Duitsland, België, Estland, Frankrijk, Kroatië, Ierland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Slovenië en Finland) 21 en Zwitserland en Noorwegen 22 4 413 formele toezeggingen ingediend (1 760 formele toezeggingen ingediend voor Italië en 2 653 voor Griekenland). Het totale aantal formele toezeggingen door de lidstaten van herplaatsing bedraagt 22 928 (7 599 aan Italië en 15 329 aan Griekenland).

België, Duitsland, Estland, Frankrijk, Ierland, Letland, Malta, Nederland, Finland, Noorwegen en Zwitserland hebben aangekondigd maandelijkse toezeggingen voor Griekenland te zullen indienen, terwijl voor Italië alleen België, Duitsland, Letland, Nederland, Finland, Noorwegen en Zwitserland dat hebben gedaan. Bovendien heeft Luxemburg aangekondigd elke twee maanden toezeggingen te zullen indienen voor zowel Italië als Griekenland.

Oostenrijk 23 en Hongarije blijven de enige twee landen die nog geen enkele toezegging hebben gedaan en niemand hebben herplaatst. In Polen is de uitvoering van de toezeggingen sinds april 2016 dode letter gebleven en is voor geen enkele verzoeker een toezegging gedaan of een herplaatsing uitgevoerd 24 . Bovendien hebben sommige lidstaten (Bulgarije, Tsjechië) al meer dan zeven maanden geen toezeggingen ingediend.

Maatregelen om sneller op verzoeken tot herplaatsing te reageren: Tijdens de verslagperiode zijn de lidstaten er enigszins in geslaagd om sneller op verzoeken tot herplaatsing te reageren, maar ze voldoen nog steeds niet aan de in de herplaatsingsprotocollen vastgelegde streeftermijn van tien werkdagen. Als bedoeld in de voorgaande verslagen, moeten de veiligheidsgesprekken uitsluitend in naar behoren gemotiveerde gevallen en binnen de streeftermijn van 10 werkdagen worden gevoerd. De lidstaten moeten hun verwerkingscapaciteit verhogen teneinde hun reactietijd te versnellen.

Sommige aanvragen worden nog steeds afgewezen op basis van gronden die niet zijn opgenomen in de besluiten van de Raad, zoals nationaliteit (zelfs indien de persoon een van de nationaliteiten heeft die in aanmerking komen voor herplaatsing). Afwijzingen zouden beter moeten worden gemotiveerd om aan de vereisten van de besluiten van de Raad te voldoen. In dit verband kunnen Duitsland, Nederland en Ierland worden beschouwd als goede voorbeelden van de manier waarop afwijzingen gerechtvaardigd kunnen worden. Het uitwisselen van informatie is essentieel voor de veiligheid van de Europese Unie. De lidstaten moeten bij het afwijzen van bepaalde aanvragen derhalve niet slechts in algemene termen verwijzen naar veiligheidskwesties en zouden moeten samenwerken om deze kwestie integraal aan te pakken. Ingaand op de bezorgdheid van diverse lidstaten met betrekking tot de uitwisseling van informatie inzake veiligheid, heeft Europol een specifiek beveiligd communicatiekanaal ter beschikking gesteld door middel waarvan de lidstaten de afwijzing van herplaatsingsverzoeken op veilige wijze kunnen motiveren. Dit communicatiekanaal is met ingang van 1 december 2016 operationeel, maar tot dusver heeft geen enkele lidstaat er gebruik van gemaakt om redenen voor afwijzing door te geven. De politie in Griekenland heeft een correspondent inzake nationale veiligheid aangesteld als contactpersoon voor het doorgeven van afwijzingsgronden. De Commissie benadrukt nogmaals dat vingerafdrukken kunnen worden uitgewisseld via de kanalen voor politiesamenwerking voor veiligheidsverificatie op nationaal niveau, met name in gevallen waarin de verzoeker niet over een identiteitskaart of reisdocumenten beschikt.

Maatregelen voor de aanpak van problemen in verband met de herplaatsing van kwetsbare verzoekers, met inbegrip van niet-begeleide minderjarigen: Niet-begeleide minderjarigen worden in hetzelfde tempo herplaatst als in de vorige verslagperiode als gevolg van problemen met de herplaatsing van getrouwde minderjarigen zoals aangegeven in punt 2.1. Sommige lidstaten zijn ook terughoudend met het aanvaarden van andere categorieën kwetsbare personen (bv. ernstig zieken); andere lidstaten interpreteren de besluiten van de Raad te strikt, overwegende dat de toezegging verliep toen de overdracht om gezondheidsredenen moest worden uitgesteld (bv. als de persoon vanwege ziekte niet in staat is om te reizen) tot na de uiterste termijn van twee maanden als bedoeld in de besluiten van de Raad. Overeenkomstig de besluiten van de Raad moeten kwetsbare verzoekers met prioriteit worden herplaatst en is flexibiliteit vereist als de overdracht om gezondheidsredenen moet worden uitgesteld en uitgevoerd na de uiterste termijn van twee maanden. Dit geldt des te meer wanneer de lidstaat van herplaatsing zich niet houdt aan de overeengekomen termijn binnen welke op een verzoek om herplaatsing moet worden gereageerd. Op grond van de besluiten van de Raad kan een verlenging met nog eens vier weken en uiteindelijk zelfs langer dan de verlengde termijn worden toegekend. Meer flexibiliteit van de kant van de lidstaten van herplaatsing zou dan ook wenselijk zijn.

Maatregelen om de overdracht van verzoekers te versnellen: De tijd tussen de aanvaarding door de lidstaat van herplaatsing en de feitelijke overdracht is niet significant afgenomen. Hoewel deze termijnen in sommige gevallen te wijten zijn aan extra controles die de lidstaten uitvoeren na aanvaardingen, worden andere vertragingen, zoals vermeld in het vorige verslag, veroorzaakt door operationele en logistieke problemen of door de ontoereikende opvangcapaciteit in de lidstaat van herplaatsing. Meer flexibiliteit van de lidstaat van herplaatsing zou wenselijk zijn met betrekking tot de organisatie en de data van vluchten, ook wanneer overdrachten om gezondheidsredenen na de termijn van twee maanden plaatsvinden, en in geval van chartervluchten. De lidstaten moeten er ook voor zorgen dat hun opvangcapaciteit groot genoeg is om herplaatste verzoekers onder te brengen.

Maatregelen ter versterking van de capaciteit van het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO) om Italië en Griekenland te steunen: op 19 december 2016 wijzigde het EASO een besluit van de raad van bestuur over de profielen en het totale aantal deskundigen dat ter beschikking wordt gesteld voor de asielondersteuningsteams. Dit besluit staat tijdelijk personeel van het EASO toe om, onder leiding van het vaste personeel van het EASO en de nationale deskundigen, de werkzaamheden van de asielondersteuningsteams te ondersteunen. Het EASO zal ernaar streven dat het aantal nationale deskundigen en het aantal tijdelijke krachten in evenwicht zijn.

Voor Griekenland deed het EASO op 20 december 2016 de eerste oproep om 26 deskundigen met verschillende profielen 25 ter beschikking te stellen in het kader van het nieuwe operationele plan. Deze eerste oproep is bedoeld voor het gehele jaar 2017, waarmee de lidstaten in staat worden gesteld om de inzet van hun deskundigen verder in de toekomst te organiseren. Tijdens de laatste vergadering van de nationale contactpunten van de asielinterventiepool in Malta op 12 en 13 januari 2017 hebben enkele lidstaten (Duitsland en Nederland) aangekondigd dat zij hun langetermijnplanning voor de inzet van deskundigen met het EASO zullen delen.

Op 6 februari waren in Griekenland in totaal 19 asieldeskundigen, onder wie 3 individuele deskundigen, en 40 tolken actief ter ondersteuning van de herplaatsingsregeling. Er is momenteel een tekort van 9 deskundigen, 26 wat in de week van 13 maart naar verwachting zal oplopen tot een tekort van 21 deskundigen. 

Voor Italië heeft het EASO zijn eerste oproep in het kader van het nieuwe operationele plan (op 22 december 2016 ondertekend met Italië) gedaan voor in totaal 72 deskundigen. Op 6 februari waren 48 asieldeskundigen en 43 culturele bemiddelaars actief in Italië. Er is momenteel een tekort van 24 deskundigen, wat in de week van 13 maart zal oplopen tot een tekort van 35 deskundigen. De lidstaten zouden deskundigen moeten blijven aanstellen om op regelmatige basis op de verschillende oproepen van het EASO te reageren en voor langere uitzendingstermijnen en meer leidinggevende en gespecialiseerde profielen te zorgen.

2.3Maatregelen door Griekenland en Italië

Griekenland

Acties ter versnelling van de registratie en verwerking van migranten en de registratiecapaciteit van de Griekse asieldienst: Na de grootschalige preregistratieoperatie, waarover de Commissie eerder al verslag heeft uitgebracht, heeft de Griekse asieldienst de afspraken voor de volledige indiening van asielaanvragen gepland. Na het efficiënter maken van het registratieproces heeft de Griekse asieldienst afspraken verplaatst zodat de volledige registratie half maart 2017 voltooid is (in plaats van in april, zoals oorspronkelijk was gepland). Personen die de preregistratieoperatie hebben gemist, kunnen nog steeds toegang tot de asielprocedure krijgen door een afspraak te maken via het Skype-systeem.

De kloof tussen het aantal registraties door de Griekse asieldienst en het totale aantal toezeggingen is tijdens de verslagperiode (Griekenland heeft tussen 6 december en 6 februari 5 233 verzoeken om herplaatsing geregistreerd, terwijl er 2 733 extra toezeggingen zijn ingediend). In totaal had Griekenland op 6 februari 24 640 aanvragen geregistreerd, terwijl er 15 329 toezeggingen waren ingediend, wat betekent dat er ongeveer 9 000 dossiers zijn die zonder toezeggingen moeten worden herplaatst. Het halen van het maandelijkse streefdoel voor toezeggingen en overdrachten wordt een prioriteit om ervoor te zorgen dat de Dublinoverdrachten worden hervat en om alle in aanmerking komende verzoekers te herplaatsen binnen de in de besluiten van de Raad vastgestelde termijn.

Maatregelen om de opvangcapaciteit in Griekenland te verhogen: De totale Griekse opvangcapaciteit omvat op 7 februari 75 182 tijdelijke en permanente opvangplaatsen 27 op het vasteland voor zowel irreguliere migranten als personen die hebben aangegeven een verzoek om internationale bescherming te willen indienen of die hun verzoek om internationale bescherming al hebben ingediend. In totaal kunnen er in de 40 permanente vestigingen op het vasteland naar schatting ongeveer 27 000 personen worden opgevangen.

Van de 20 000 plaatsen die zijn toegezegd voor verzoekers die in aanmerking komen voor herplaatsing in het kader van de huurregeling van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor Vluchtelingen (UNHCR), 28 , waren er op 7 februari 19 309 plaatsen beschikbaar 29 , waaronder 1 831 in gebouwen, 5 132 in hotels, 10 865 in appartementen, 417 bij gastgezinnen en 704 in speciale voorzieningen voor niet-begeleide minderjarigen. De huidige bezettingsgraad is ongeveer 80 % 30 . Er moet worden opgemerkt dat de UNHCR de belofte van 20 000 plaatsen gestand heeft gedaan in december 2016, en daar zelfs overheen is gegaan (op 31 december 2016 waren er 21 057 plaatsen beschikbaar). Sommige van die plaatsen zijn op de lange termijn echter niet houdbaar (bv. hotelvouchers) en worden vervangen door alternatieven (bv, apartementen/gebouwen). De komende maanden zal er een geactualiseerde inventarisatie van de Griekse opvangbehoefte worden uitgevoerd en zal de omvang van de huurregeling opnieuw worden geëvalueerd.

Wat betreft de speciale herplaatsingscentra, was op 6 februari bovendien slechts een van de drie door de Griekse autoriteiten beloofde herplaatsingscentra (Lagadikia) daadwerkelijk opgericht. Als gevolg van de verslechterende weersomstandigheden in Noord-Griekenland zijn alle tenten weggehaald en zijn er 60 wintervaste containers geplaatst. Daardoor heeft de locatie nu capaciteit voor 360 personen. De komende maanden worden er meer containers geplaatst, waarmee de opvangcapaciteit van de locatie verdubbeld wordt. Voor de andere twee centra hebben de Griekse autoriteiten nog geen gepaste locaties aangeduid. Er zijn nog steeds besprekingen gaande tussen de UNHCR en de Griekse autoriteiten over het beschikbaar stellen van meer locaties voor de bouw van speciale herplaatsingscentra, met name een herplaatsingscentrum in de regio Attica waar 3 000 personen kunnen worden ondergebracht. Zoals aangegeven in voorgaande verslagen, dringt de Commissie er bij Griekenland op aan deze locaties met spoed aan te duiden ter voorkoming van knelpunten in de uitvoering van de laatste fasen van de herplaatsingsprocedure na de grootschalige preregistratieoperatie, en om kostenefficiëntie in de herplaatsingsprocedure mogelijk te maken.

Italië

Maatregelen om het aantal hotspots te verhogen en deze volledig operationeel te maken: In 2016 zijn er in totaal 181 346 migranten aangekomen. Ten opzichte van dit recordaantal is de totale capaciteit van de vier operationele hotspots (1 600 plaatsen in Pozzallo, Lampedusa, Trapani en Taranto) ontoereikend. Slechts minder dan een derde van de migranten komt aan op de vier operationele hotspots (52 337 personen). Rekening houdend met de migranten die in zes andere havens waar de operationele standaardprocedures voor de hotspots 31 worden toegepast aankomen, is dat aandeel twee derde. Op 7 december besloot het ministerie van Binnenlandse Zaken om 15 aankomsthavens aan te wijzen als havens die de operationele standaardprocedures voor de hotspots toepassen. Italië moet de opening van de reeds aangekondigde extra hotspots en de opwaardering van andere aankomsthavens versnellen.

Met name de situatie van niet-begeleide minderjarigen in de hotspots is bijzonder lastig. Zij blijven vaak langere tijd in de hotspotconstructies of andere eerstelijnsopvangcentra omdat het omvangsysteem geen automatische overdracht naar centra in andere delen van Italië toestaat, wat voor volwassenen en gezinnen wel het geval is. Andere kwetsbare categorieën blijven ook gedurende langere tijd in de hotspots. De Italiaanse autoriteiten moeten maatregelen nemen om te voorzien in speciale ruimten en specifieke ondersteuning in alle hotspots, om de procedures te versnellen om de overdracht naar de eerste- of tweedelijnsopvang zo snel mogelijk te laten plaatsvinden, waarbij voldoende plaatsen beschikbaar moeten zijn, en om tijdig voogden te benoemen.

Op 19 en 20 januari organiseerden Italië en het EASO de eerste zitting over de opvang van niet-begeleide minderjarigen in het kader van asiel, waarbij werd gestreefd naar capaciteitsopbouw voor de identificatie van personen met speciale behoeften (met inbegrip van niet-begeleide kinderen die asiel zoeken) en de presentatie van goede praktijken op het gebied van opvangvoorzieningen voor kinderen in situaties met een hoge toevloed van migranten. Verdere zittingen zullen in februari en maart 2017 plaatsvinden.

Maatregelen om de verwerkingscapaciteit in Italië te vergroten: Zoals eerder vermeld, moet de capaciteit van de Italiaanse autoriteiten en van de Dublineenheid om verzoeken te registreren en te verwerken worden verhoogd ter bespoediging van de registratie van personen met een nationaliteit die in aanmerking komt voor herplaatsing en om nieuwe toegezegde plaatsen in te vullen. Italië zou ook kunnen overwegen om hiervoor aanvullende steun van het EASO te ontvangen. Bovendien moet de verdeling van herplaatsingskandidaten over veel verschillende centra op het hele Italiaanse grondgebied, wat tot op zekere hoogte onvermijdelijk werd door de recordtoestroom van migranten in 2016, worden teruggebracht. De Italiaanse autoriteiten zouden een meer gecentraliseerd systeem in overweging kunnen nemen waarin herplaatsingskandidaten ten minste in de laatste fasen van de procedure samengebracht worden in een kleiner aantal speciale herplaatsingscentra, teneinde de verschillende stappen voorafgaand aan de herplaatsingsoverdrachten te faciliteren. Met een dergelijk systeem zou de fase voorafgaand aan het vertrek, met inbegrip van de noodzakelijke gezondheidscontroles en bijeenkomsten over culturele oriëntatie, beter gefaciliteerd kunnen worden. Dit moet tevens het risico op onderduiken verminderen, aangezien verzoeken tot herplaatsing sneller zullen worden verwerkt.

Maatregelen om de reactietijd op verzoeken tot herplaatsing te verkorten: Zoals vermeld in punt 2.1 zijn de regelingen met Europol om extra, bijzondere veiligheidsgesprekken te faciliteren in januari 2017 voor het eerst in de praktijk gebracht met een verzoek van Noorwegen.

Maatregelen voor de aanpak van problemen in verband met de herplaatsing van kwetsbare verzoekers en niet-begeleide minderjarigen: De Commissie blijft de Italiaanse autoriteiten steunen bij alle inspanningen die gericht zijn op de verduidelijking van de procedures om de herplaatsing van niet-begeleide minderjarigen mogelijk te maken. Dit moet ertoe leiden dat de herplaatsingen zo spoedig mogelijk van start gaan. Om deze procedures te versnellen, moeten de Italiaanse autoriteiten een of meer speciale herplaatsingshubs voor niet-begeleide minderjarigen oprichten en overwegen gebruik te maken van de begeleiding en verdere ondersteuning van het EASO. De lidstaten moeten toezeggingen voor niet-begeleide minderjarigen blijven indienen zodat er plaatsen beschikbaar zijn wanneer de eerste verzoeken worden ingediend. Door ervoor te zorgen dat de herplaatsing van niet-begeleide minderjarigen goed loopt, kan onderduiking worden tegengegaan. In het licht van de rechtstreekse toepasselijkheid van de besluiten van de Raad, moeten voogden de herplaatsing van de niet-begeleide minderjarigen die voor herplaatsing in aanmerking komen en voor wie zij verantwoordelijk zijn al als mogelijkheid in overweging nemen. De Italiaanse autoriteiten moeten erop toezien dat niet-begeleide minderjarigen die voor herplaatsing in aanmerking komen zo snel mogelijk na hun aankomst over herplaatsing geïnformeerd worden.

Maatregelen ter beperking van secundaire bewegingen: Als onderdeel van de maatregelen die de Italiaanse autoriteiten hebben genomen om secundaire bewegingen te beperken, blijft de Italiaanse politie regelmatig migranten die irregulier van het zuiden naar het noorden van het land zijn getrokken, terugbrengen naar de opvangfaciliteiten in Zuid-Italië. Zoals hieronder aangegeven, heeft het EASO de werkzaamheden opgevoerd van het mobiele team dat kandidaten voor herplaatsing registreert op hun verschillende verblijfplaatsen (op basis van de behoeften zoals aangegeven door de Italiaanse autoriteiten) buiten de registratiehubs. Het EASO heeft tevens een permanent asielondersteuningsteam ingezet voor de registratie in twee extra locaties. De aanwezigheid en de bewegingen van irreguliere migranten op het Italiaanse grondgebied zouden nauwlettend moeten worden gemonitord en irreguliere secundaire bewegingen zouden moeten worden voorkomen.

2.4Maatregelen van de Commissie en de EU-agentschappen

Europese Commissie

In het verslag zijn de belangrijkste door de Commissie uitgevoerde activiteiten benadrukt, met inbegrip van bilaterale contacten met de lidstaten om vooruitgang te boeken met betrekking tot de streefdoelen. De Commissie zal haar bezorgdheid kenbaar blijven maken aan de lidstaten die achter lopen met de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Raad. Als er de komende maanden geen tastbare vooruitgang wordt geboekt, zal de Commissie niet aarzelen haar bevoegdheden uit hoofde van de Verdragen te doen gelden.

Daarnaast heeft de Commissie tijdens de regelmatige bijeenkomsten van verbindingsofficieren die zij heeft georganiseerd in Griekenland (14 december 2016) en Italië (31 januari 2017) manieren besproken voor het verbeteren van de informatievoorziening tijdens de herplaatsingsprocedure, met inbegrip van de verstrekking van informatie voorafgaand aan het vertrek en bijeenkomsten over culturele oriëntatie, met als doel de verwachtingen beter te beheersen en aldus secundaire bewegingen te voorkomen, ervoor te zorgen dat migranten niet uit de procedure stappen, en het vertrouwen van verzoekers ten aanzien van de herplaatsingsregeling te vergroten. De Commissie heeft een vragenlijst en een ontwerpdocument opgesteld waarin prioritaire acties zijn vastgesteld die leiden tot een betere informatievoorziening in elke fase van de herplaatsingsprocedure. Hiertoe moeten de huidige door het EASO ontwikkelde brochures over herplaatsing worden bijgewerkt en moeten de folders die verzoekers van de landen van herplaatsing krijgen worden herzien en zo nodig bijgewerkt. De Commissie heeft in samenwerking met het EASO tevens voorgesteld om de landen die problemen ondervinden met betrekking tot secundaire bewegingen of onderduiking op maat gemaakte hulpmiddelen voor informatievoorziening (bv. filmpjes, brochures over het land, enz.) te bieden.

Er zijn financiële middelen voor herplaatsing beschikbaar gesteld voor Italië en Griekenland en de lidstaten van herplaatsing via hun respectieve nationale programma’s in het kader van het Fonds voor asiel, migratie en integratie Asiel (AMIF). Deze programma’s worden momenteel gewijzigd om rekening te houden met de wijziging van Besluit nr. 2015/1601 van de Raad. De Commissie moedigt de gelijktijdige overdrachten van gemengde paren en gezinnen (bv. de ene echtgenoot behoort tot een van de nationaliteiten die in aanmerking komen voor herplaatsing en de andere echtgenoot en/of de kinderen behoort/behoren tot een andere nationaliteit) teneinde het beginsel van eenheid van gezin te eerbiedigen. De overdracht van de echtgenoot die niet tot een nationaliteit behoort die in aanmerking komt voor herplaatsing is gebaseerd op een Dublinovernameverzoek en daarom profiteren Italië en Griekenland niet van het vaste extra bedrag van 500 EUR en profiteert de lidstaat van herplaatsing niet van het vaste extra bedrag van 6 000 EUR. De lidstaten kunnen echter onderzoeken of deze kosten gedekt kunnen worden via hun respectieve nationale programma's in het kader van het AMIF.

Zoals voorzien in de inventarisatie van de behoeften die in samenwerking met het Italiaanse ministerie van Binnenlandse Zaken en andere relevante belanghebbenden is uitgevoerd, heeft de Commissie tijdens de verslagperiode van de Italiaanse autoriteiten een verzoek om noodhulp uit het AMIF ontvangen in verband met de levering van diensten in opvangfaciliteiten voor herplaatsingskandidaten (verzochte EU-bijdrage: 14,8 miljoen EUR). Bovendien heeft de Commissie in de vorige verslagperiode een aantal andere verzoeken die geen verband houden met herplaatsing ontvangen voor een totaalbedrag van 113,4 miljoen EUR. Overwegende dat de Commissie 38,2 miljoen EUR heeft toegekend, wordt het verzoek om 14,8 miljoen EUR (en andere verzoeken) momenteel door de Commissie beoordeeld. De beslissing hierover wordt binnenkort verwacht.

Aangezien de huidige delegatieovereenkomst met de UNHCR voor de huurregeling in Griekenland op 31 december 2016 afliep, zijn er besprekingen tussen de Commissie, de UNHCR en de Griekse autoriteiten gaande voor de verlenging van de regeling in 2017 op basis van een geactualiseerde inventarisatie van de opvangbehoefte in Griekenland.

Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken

Maatregelen om in Griekenland en Italië het herplaatsingsproces te versnellen en de registratiecapaciteit te vergroten: Het EASO heeft op 20 en 22 december 2016 nieuwe operationele plannen voor 2017 ondertekend met respectievelijk Griekenland en Italië. In deze operationele plannen worden alle ondersteunende activiteiten uiteengezet die in 2017 voor Griekenland en Italië moeten worden verricht. De operationele plannen hebben naast de steun voor de herplaatsingsregeling betrekking op maatregelen ter ondersteuning van de algemene asielprocedure, met inbegrip van de Dublinprocedure, het opvangsysteem, en voor Griekenland, steun voor de tenuitvoerlegging van de verklaring EU-Turkije.

In Griekenland bestonden de teams van het EASO ter ondersteuning van de Griekse asieldienst voor registratie en verdere verwerking op 6 februari uit 8 deskundigen in Thessaloniki 32 en bestond de escalatiedesk uit 5 deskundigen in Athene. Bovendien heeft het EASO 4 deskundigen voor informatievoorziening in Athene en Thessaloniki, nog eens 2 Dublindeskundigen ter ondersteuning van de Dublineenheid, en 40 tolken ingezet. Het EASO heeft ook volledig uitgeruste mobiele kantoren verstrekt aan de Griekse asieldienst in Thessaloniki ter verdere ondersteuning van het registratieproces voor herplaatsing. Deze mobiele kantoren maken het mogelijk om de registratieprocessen van Thessaloniki en Alexandroupoli samen te voegen om de efficiëntie van de procedure verder te vergroten en daarmee het EASO in staat te stellen om 12 registratiedeskundigen in te zetten in Thessaloniki.

Na de eerste vergadering in november komt het EASO nu samen met de Griekse asieldienst die een matchingsinstrument aan het testen is: de functionele eisen zijn vastgesteld, registratievelden in de Griekse gegevensbank Alkyoni en de overeenkomstige registratieformulieren worden aangepast, het matchingsalgoritme wordt bijgeschaafd om te worden getest, en de communicatie van gegevens tussen de Alkyoni-gegevensbank en het matchingsinstrument wordt momenteel tot stand gebracht. Naar verwachting zal in februari 2017 een eerste bruikbare interface van het matchingsinstrument gereed zijn.

In Italië waren op 6 februari 48 van de 72 deskundigen uit de lidstaten en geassocieerde landen ingezet waarom het EASO heeft verzocht: 9 in de hotspots, 9 in twee mobiele teams (met als standplaatsen Rome en Catania), 16 in registratiehubs, 7 in het mobiele registratieteam en 7 in de Dublineenheid in Rome. Het EASO zet ook 43 culturele bemiddelaars in (voor Arabisch, Tigrinya en Koerdisch) om het herplaatsingsproces te ondersteunen. Het EASO heeft tijdens de verslagperiode de werkzaamheden opgevoerd van het mobiele team dat kandidaten voor herplaatsing registreert op hun verschillende verblijfplaatsen (op basis van de behoeften zoals aangegeven door de Italiaanse autoriteiten) buiten de registratiehubs 33 . Het mobiele team biedt ook ondersteuning aan de lokale questura's door het opbouwen van de capaciteit van politieagenten om zelf registraties uit te voeren.

3Hervestiging

Op basis van de informatie die is ontvangen van de deelnemende landen is meer dan de helft van de 22 504 hervestigingen die in het kader van de conclusies van 20 juli 2015 zijn overeengekomen voltooid. Sinds 6 december 2016 zijn 913 34  personen hervestigd, voornamelijk vanuit Turkije, Libanon en Jordanië. Op 6 februari 2017 waren 13 968 personen hervestigd naar 21 landen van hervestiging (België, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Ierland, IJsland, Italië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Tsjechië, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland). Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Finland en Nederland , alsook de geassocieerde landen Zwitserland, Liechtenstein en IJsland hebben hun toezeggingen reeds volledig gestand gedaan. Ondanks de over het algemeen positieve vooruitzichten moeten de lidstaten die nog geen hervestigingen hebben uitgevoerd in overeenstemming met de conclusies van 20 juli 2015 en de lidstaten die hun streefdoel nog lang niet hebben gehaald hun inspanningen verder opvoeren.

De meeste landen die aan de regeling deelnemen, hebben aangegeven dat hun inspanningen op het gebied van hervestiging voornamelijk, maar niet uitsluitend, waren gericht op Syriërs die in Jordanië, Libanon en Turkije verblijven. Daartoe behoren onder meer de inspanningen van de lidstaten om Syriërs vanuit Turkije te hervestigen in het kader van de verklaring EU-Turkije van 18 maart 2016.

Het aantal hervestigingen vanuit Turkije blijft toenemen. De lidstaten maken goede vorderingen met het voorbereiden van verdere hervestigingsoperaties, waaronder missies naar Turkije om hervestigingskandidaten te ondervragen. De Turkse autoriteiten zijn hun belofte aan het nakomen wat betreft het opvoeren van de inspanningen om langere lijsten van doorverwijzingen te verstrekken. In januari 2017 zijn lijsten voor in totaal 10 000 personen ingediend.

Sinds 4 april 2016 zijn er in het kader van de 1:1-regeling van de verklaring EU-Turkije 3 098 Syriërs vanuit Turkije hervestigd. In totaal zijn sinds de vorige verslagperiode 487 personen hervestigd in het kader van dit mechanisme en bedraagt het resterende aantal toezeggingen 10 402. Tot dusver hebben hervestigingen in het kader van de 1:1-regeling plaatsgevonden naar België, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Nederland, Portugal, Spanje en Zweden. Bovendien heeft Noorwegen sinds 4 april tot dusver 150 Syriërs vanuit Turkije hervestigd 35 .

Zoals eerder vermeld is Besluit (EU) 2016/1754 van de Raad 36 tot wijziging van het tweede besluit van de Raad betreffende herplaatsing goedgekeurd. De wijziging staat de lidstaten toe hun respectieve verplichtingen op grond van de 54 000 toegewezen plaatsen na te komen door in Turkije verblijvende Syrische onderdanen ofwel te herplaatsen ofwel legale toegang te verschaffen. De wijziging vereist een aanpassing van de nationale programma's in het kader van het AMIF. De Commissie heeft bij wijze van onmiddellijke follow-up naar aanleiding van de goedkeuring van Besluit (EU) 2016/1754 en in het kader van de wijziging van de nationale programma's in het kader van het AMIF de eerste bekendmakingen van de lidstaten ontvangen over het aantal in Turkije verblijvende Syriërs aan wie de lidstaten voornemens zijn legale toegang te verschaffen op grond van dit besluit. Uit deze tot dusver ontvangen bekendmakingen blijkt dat de lidstaten voornemens zijn om op deze basis 34 000 Syriërs vanuit Turkije toe te laten, ook via hervestiging.

Het op 13 juli 2016 aangenomen voorstel van de Commissie voor een verordening tot vaststelling van een Uniekader voor hervestiging 37 wordt momenteel door de medewetgevers bestudeerd.

4Volgende stappen

De staatshoofden en regeringsleiders hebben herhaaldelijk de dringende noodzaak om de migratiesituatie in Europa aan te pakken onderkend en hebben erop aangedrongen dat meer werk zou worden gemaakt van een versnelde uitvoering van de herplaatsingsregeling als essentiële blijk van solidariteit ten aanzien van de lidstaten in de frontlinie. In december 2016 heeft de Europese Raad nogmaals de noodzaak voor de lidstaten om hun inspanningen op te voeren om de herplaatsing te versnellen herhaald en het gezamenlijk actieplan om de tenuitvoerlegging van de verklaring EU-Turkije te versnellen goedgekeurd, waarin ook het specifieke streefdoel voor het aantal herplaatsingen voor Griekenland is opgenomen.

Deze oproep van de Europese Raad moet worden gezien tegen de achtergrond van gemengde resultaten over de verslagperiode. De maandelijkse streefdoelen van ten minste 1 000 herplaatste personen vanuit Italië en ten minste 2 000 personen kunnen worden verwezenlijkt als alle lidstaten nu beginnen met het op maandelijkse basis indienen van toezeggingen en het uitvoeren van herplaatsingen. Een aantal lidstaten en geassocieerde landen loopt voorop door hun wettelijke verplichtingen na te komen en daarbij solidariteit te betrachten en de andere lidstaten zouden hun voorbeeld moeten volgen. Alle lidstaten moeten ook meer deskundigen aanstellen om op regelmatige basis op de verschillende oproepen van het EASO te reageren en voor langere uitzendingstermijnen en meer leidinggevende en gespecialiseerde profielen te zorgen. Deze gezamenlijke inspanningen zullen helpen de druk op Italië en Griekenland te verlichten.

De Commissie zal de situatie nauwlettend blijven volgen en nauwer met de lidstaten samenwerken bij het vinden van de meest doeltreffende manier om de twee besluiten van de Raad betreffende herplaatsing ten volle ten uitvoer te leggen. Tegelijkertijd moeten de lidstaten hun verbintenissen inzake hervestiging blijven nakomen en in sommige gevallen hun inspanningen opvoeren, ook in het kader van de uitvoering van de verklaring EU-Turkije 38 . De Commissie zal regelmatig verslag blijven uitbrengen en haar tiende verslag indienen in maart 2017.

(1)

     COM(2016) 791 definitief.

(2)

     Het door Griekenland gemelde aantal vastgestelde illegale grensoverschrijdingen tussen de grensdoorlaatposten vanuit Turkije via zee- en landgrenzen tussen 5 december 2016 en 5 februari 2017, zoals meegedeeld in de Joint Operations Reporting Application.

(3)

     Bron: Griekse autoriteiten.

(4)

     Bron: Het Italiaanse ministerie van Binnenlandse Zaken tussen 5 december 2016 en 5 februari 2017.

(5)

     De nationaliteiten die momenteel in aanmerking komen voor herplaatsing zijn: Burundi, Eritrea, Maldiven, Oman, Qatar, Syrië en Jemen. Zoals vermeld in vorige verslagen komen sommige nationaliteiten niet meer in aanmerking voor herplaatsing, maar heeft dit geen gevolgen voor degenen die al zijn geïdentificeerd als personen die mogelijk internationale bescherming behoeven (bv. dat gepreregistreerde personen nog steeds kunnen worden herplaatst).

(6)

     http://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2016/12/15-euco-conclusions-final/.

(7)

     Negen overdrachten die in vorige verslagen als herplaatsingsoverdrachten waren opgegeven, bleken Dublinoverdrachten en geen herplaatsingsgevallen te zijn (vier gevallen vanuit Italië naar Portugal in december 2015 en april 2016; een geval vanuit Italië naar Nederland in november 2016; een geval vanuit Griekenland naar Luxemburg in juni 2016, een geval vanuit Griekenland naar Frankrijk in juni 2016 en twee gevallen vanuit Griekenland naar Roemenië in augustus 2016). Deze zijn daarom van het totaal en van de in de bijlage opgegeven specifieke overdrachten van de lidstaten afgetrokken. Bovendien waren tijdens deze verslagperiode een geval vanuit Griekenland naar Spanje in december 2016 en een geval vanuit Griekenland naar Noorwegen in januari 2017 eveneens Dublinoverdrachten die daarom niet zijn meegeteld in de totalen voor deze landen.

(8)

     Conclusies van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende het hervestigen middels multilaterale en nationale regelingen van 20 000 personen die duidelijk internationale bescherming behoeven (11130/15).

(9)

     Het in het vorige verslag gepubliceerde cijfer moest worden aangepast vanwege bijgewerkte informatie die daarna van de landen van hervestiging is ontvangen. In plaats van de opgegeven 13 887 hervestigingen, was het juiste aantal hervestigde personen op 5 december 2016 13 055.

(10)

     SN 38/16 van 18.3.2016.

(11)

     Het in het vorige verslag gepubliceerde cijfer moest worden aangepast om rekening te houden met het feit dat het aantal hervestigingen van Syriërs vanuit Turkije naar Noorwegen in het kader van de 1:1-regeling niet in mindering zijn gebracht op het aantal teruggekeerde Syriërs vanuit Griekenland.

(12)

      http://asylo.gov.gr/en/?p=1974  

(13)

     In artikel 2, onder l), van de kwalificatierichtlijn (Richtlijn 2011/95/EU) wordt een "niet-begeleide minderjarige" gedefinieerd als een minderjarige (jonger dan 18 jaar) die zonder begeleiding van een "voor hem hetzij wettelijk, hetzij volgens de praktijk van de betrokken lidstaat verantwoordelijke volwassene op het grondgebied van de lidstaten aankomt" [onderstreping toegevoegd]. Als gevolg van de verschillen in wetgeving en praktijken tussen de lidstaten, varieert de definitie van niet-begeleide minderjarigen van lidstaat tot lidstaat, waardoor van hun familie gescheiden kinderen, met inbegrip van met volwassenen getrouwde minderjarigen, in sommige lidstaten wel als niet-begeleid worden beschouwd en in andere lidstaten niet. Dit brengt ook inconsistenties teweeg in de verslaglegging over het totale aantal herplaatste niet-begeleide minderjarigen, aangezien sommige lidstaten enkel kinderen die er alleen voor staan als zodanig beschouwen en herplaatste, van hun familie gescheiden kinderen uitsluiten van de verslaglegging.

(14)

     Alleen nationaliteiten die mogelijk in aanmerking komen voor herplaatsing zijn vermeld.

(15)

      http://asylo.gov.gr/en/wp-content/uploads/2016/08/Preregistration-data_template_5_EN_EXTERNAL.pdf (in het Engels) .

(16)

     De grootste groep niet-begeleide minderjarigen in Griekenland zijn Afghanen en zij komen niet in aanmerking voor herplaatsing. De Griekse regering heeft echter met meerdere lidstaten contact opgenomen om te onderhandelen over een mogelijke vrijwillige overdracht van deze minderjarigen met een andere status dan die van verzoekers om internationale bescherming.

(17)

     Het verslag van het Bureau voor de grondrechten uit 2016 over van hun familie gescheiden kinderen verschaft gegevens over de wettelijke bepalingen in de lidstaten en de manier waarop zij omgaan met migrerende getrouwde minderjarigen. Zie met name tabel 1 op bladzijde 11 van het verslag, te vinden op http://fra.europa.eu/sites/default/files/fra_uploads/fra-december-2016-monthly-migration-report-separated-childr.pdf  

(18)

     De Griekse autoriteiten en de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) hanteren niet dezelfde definitie van niet-begeleide minderjarigen; dientengevolge verschillen de door de Griekse autoriteiten en de IOM vermelde cijfers van elkaar. Volgens de gegevens van de IOM zijn er tijdens de verslagperiode in totaal 51 minderjarigen herplaatst.

(19)

     934 naar Duitsland, 13 naar Cyprus, 21 naar Estland, 355 naar Frankrijk, 171 naar Ierland, 48 naar Letland, 10 naar Liechtenstein, 44 naar Litouwen, 29 naar Luxemburg, 172 naar Nederland, 184 naar Noorwegen, 231 naar Portugal, 26 naar Roemenië, 252 naar Spanje, 18 naar Finland en 50 naar Zwitserland.

(20)

     493 naar Duitsland, 1 naar Letland, 21 naar Luxemburg, 92 naar Nederland, 335 naar Noorwegen, 10 naar Portugal, 2 naar Roemenië, 94 naar Spanje en 207 naar Zwitserland.

(21)

     Duitsland 1 000 aan Italië en 1 000 aan Griekenland, België 35 aan Italië en 65 aan Griekenland, Estland 58 aan Griekenland, Frankrijk 50 aan Italië en 400 aan Griekenland, Kroatië 20 aan Italië en 30 aan Griekenland, Ierland 80 aan Griekenland, Letland 30 aan Italië en 60 aan Griekenland, Litouwen 10 aan Italië en 40 aan Griekenland, Luxemburg 50 aan Griekenland, Malta 15 aan Griekenland, Nederland 100 aan Italië en 200 aan Griekenland, Slovenië 15 aan Italië en 35 aan Griekenland, en Finland 50 aan Italië en 100 aan Griekenland.

(22)

     Noorwegen 250 aan Italië en 200 aan Griekenland en Zwitserland 200 aan Italië en 320 aan Griekenland.

(23)

     Overeenkomstig Besluit 2016/408 van de Raad van 10 maart 2016 geldt voor Oostenrijk een tijdelijke opschorting van de herplaatsing van 30 % van de verzoekers die aan het land zijn toegewezen op grond van Besluit (EU) 2015/1601 van de Raad. Als gevolg daarvan is de herplaatsing naar Oostenrijk van 1 065 verzoekers opgeschort tot 11 maart 2017. Wat betreft de herplaatsingen in het kader van de overige toewijzingen blijven voor Oostenrijk echter de verplichtingen in het kader van Besluit 2015/1601 gelden; derhalve zijn nog steeds toezeggingen en herplaatsingen vereist.

(24)

     Begin april heeft Polen de verwerking opgeschort van 73 herplaatsingsverzoeken die de Griekse asielautoriteiten naar het land hadden gestuurd op basis van de toezegging die Polen op 16 december 2015 had ingediend; drie en een halve maand nadat het zijn toezegging heeft ingediend, heeft Polen de herplaatsingsprocedure dus de facto bevroren. Hetzelfde geldt voor verzoeken uit Italië.

(25)

     Van een totale behoefte van 193 deskundigen zoals voorzien in het nieuwe operationele plan.

(26)

     De Griekse asieldienst heeft een extra verzoek om twee deskundigen voor de Dublineenheid ingediend, voor zover zij beschikbaar zijn.

(27)

     In dit cijfer zijn de plaatsen die door de UNHCR worden verschaft via de huurregeling en de door de Griekse autoriteiten verschafte georganiseerde opvangplaatsen op het Griekse vasteland en in de hotspots opgenomen.

http://mindigital.gr/images/prosfygiko/REFUGEE_FLOWS-07-02-2017.pdf

(28)

     De delegatieovereenkomst van januari 2016 met de UNHCR inzake de huurregeling voor 20 000 plaatsen is met name bedoeld voor asielzoekers die in aanmerking komen voor herplaatsing. De overeenkomst is in juli 2016 herzien om te verduidelijken dat in het kader van de opvangregeling ook plaatsen kunnen worden gecreëerd in door de UNHCR beheerde herplaatsingscentra en dat de opvangregeling niet alleen bedoeld is voor herplaatsingskandidaten maar ook voor andere asielzoekers. De UNHCR heeft zich bereid getoond om 6 000 plaatsen in het kader van de huurregeling beschikbaar te stellen voor herplaatsingscentra, zodat alle volledig geregistreerde herplaatsingskandidaten daar kunnen worden ondergebracht.

(29)

     De gegevens van de UNHCR: 393 plaatsen voor niet-begeleide kinderen worden gefinancierd door andere donoren.

(30)

     309 plaatsen voor niet-begeleide minderjarigen worden gefinancierd door andere donoren.

(31)

      http://www.libertaciviliimmigrazione.dlci.interno.gov.it/sites/default/files/allegati/hotspots_sops_-_english_version.pdf .

(32)

     De Griekse asieldienst heeft de voor Alexandroupoli geplande registraties met ingang van 6 februari verplaatst naar het kantoor in Thessaloniki.

(33)

     Tot dusver heeft het team 26 locaties in heel Italië aangedaan.

(34)

     Het in het vorige verslag gepubliceerde cijfer moest worden aangepast vanwege bijgewerkte informatie die daarna van de landen van hervestiging is ontvangen. In plaats van de opgegeven 13 887 hervestigingen, was het juiste aantal hervestigde personen op 5 december 2016 13 055.

(35)

     Hoewel Noorwegen de in het kader van de 1:1-regeling met Turkije overeengekomen operationele standaardprocedures voor hervestiging toepast, wordt het aantal hervestigingen naar Noorwegen in het kader van de 1:1-regeling niet in mindering gebracht op het aantal terugkerende Syriërs vanuit Griekenland.

(36)

     PB L 268 van 1.10.2016, blz. 82–84.

(37)

     COM(2016) 468 definitief.

(38)

     Vierde verslag over de vooruitgang bij de tenuitvoerlegging van de verklaring EU-Turkije (COM(2016) 792 definitief).

Top

Brussel, 8.2.2017

COM(2017) 74 final

BIJLAGE

bij het

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD

Negende verslag over herplaatsing en hervestiging




Bijlage 1: Herplaatsingen vanuit Griekenland tot en met 7 februari 2016

Lidstaat

Formeel toegezegd 1

Daadwerkelijk herplaatst

Juridisch in de besluiten van de Raad vastgelegde verbintenissen

Oostenrijk 2

1491

België

465

177

2 415

Bulgarije

260

29

831

Kroatië

40

10

594

Cyprus

95

55

181

Tsjechië

30

12

1 655

Estland

227

87

204

Finland

840

560

1 299

Frankrijk

3 770

2 445

12 599

Duitsland

2 740

1 342

17 209

Hongarije

988

IJsland

Ierland

494

280

240

Letland

319

188

295

Liechtenstein

10

10

Litouwen

500

229

420

Luxemburg

210

164

309

Malta

67

34

78

Nederland

1 150

939

3 797

Noorwegen

430

204

Polen

65

4 321

Portugal

1 230

690

1 778

Roemenië

1 022

523

2 572

Slowakije

30

9

652

Slovenië

135

101

349

Spanje

750

600

6 647

Zweden 3

2 378

Zwitserland

450

78

TOTAAL

15 329

8 766

63 302

(1)

Verzonden via DubliNet in het kader van artikel 5, lid 2, van het besluit van de Raad.

(2)

     Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/408 van de Raad van 10 maart 2016 inzake de tijdelijke opschorting van de herplaatsing van 30 % van de verzoekers die aan Oostenrijk zijn toegewezen op grond van Besluit (EU) 2015/1601 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland.

(3)

     Besluit (EU) 2016/946 van de Raad van 9 juni 2016 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Zweden overeenkomstig artikel 9 van Besluit (EU) 2015/1523 en artikel 9 van Besluit (EU) 2015/1601 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland.

Top

Brussel, 8.2.2017

COM(2017) 74 final

BIJLAGE

bij het

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD

Negende verslag over herplaatsing en hervestiging



Bijlage 2: Herplaatsingen vanuit Italië tot en met 7 februari 2016

Lidstaat

Formeel toegezegd 1

Daadwerkelijk herplaatst

Juridisch in de besluiten van de Raad vastgelegde verbintenissen

Oostenrijk 2

462

België

165

29

1 397

Bulgarije

140

471

Kroatië

36

9

374

Cyprus

45

10

139

Tsjechië

20

1 036

Estland

8

125

Finland

580

359

779

Frankrijk

400

282

7 115

Duitsland

2 510

700

10 327

Hongarije

306

IJsland

Ierland

20

360

Letland

105

9

186

Liechtenstein

Litouwen

70

251

Luxemburg

60

61

248

Malta

47

46

53

Nederland

525

422

2 150

Noorwegen

690

415

Polen

35

1 861

Portugal

388

267

1 173

Roemenië

680

45

1 608

Slowakije

250

Slovenië

45

23

218

Spanje

150

144

2 676

Zweden 3

50

39

1 388

Zwitserland

830

340

TOTAAL

7 599

3 200

34 953

(1)

Verzonden via DubliNet in het kader van artikel 5, lid 2 van het besluit van de Raad.

(2)

     Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/408 van de Raad van 10 maart 2016 inzake de tijdelijke opschorting van de herplaatsing van 30 % van de verzoekers die aan Oostenrijk zijn toegewezen op grond van Besluit (EU) 2015/1601 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland.

(3)

     Besluit (EU) 2016/946 van de Raad van 9 juni 2016 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Zweden overeenkomstig artikel 9 van Besluit (EU) 2015/1523 en artikel 9 van Besluit (EU) 2015/1601 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland.

Top

Brussel, 8.2.2017

COM(2017) 74 final

BIJLAGE

bij het

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD

Negende verslag over herplaatsing en hervestging


Bijlage 3: Stand van zaken per 6 februari 2016 wat betreft hervestiging in het kader van de conclusies van 20 juli 2015
en het 1:1-mechanisme met Turkije (dat wordt toegepast sinds 4 april 2016)

Lidstaat /
Geassocieerde staat

Toezeggingen in het kader van de regeling van 20 juli 2015

Totaal aantal hervestigde personen in het kader van de regeling van 20 juli 2015, met inbegrip van het 1:1-mechanisme met Turkije

Derde land waaruit hervestiging heeft plaatsgevonden

Oostenrijk

1 900

1 501 1

Libanon: 881; Jordanië: 442; Turkije: 177; Irak: 1

België

1 100

597

Libanon: 439; Turkije: 106 (van wie 102 via het 1:1-mechanisme); Jordanië: 28; Egypte: 24;

Bulgarije

50

0

Kroatië

150

0

Cyprus

69

0

Tsjechië

400

52

Libanon: 32; Jordanië: 20

Denemarken

1 000

481

Libanon; Uganda

Estland

20

11

Turkije: 11 via het 1:1-mechanisme

Finland

293 2

293 3

Libanon: 245; Egypte: 37; Jordanië: 4; Irak: 3; Jemen: 2; Israël 2; Turkije: 162 via het 1:1-mechanisme, buiten de regeling van 20 juli om

Frankrijk

2 375 4

1 088

Turkije: 456 in het kader van het 1:1-mechanisme (waarvan 228 in het kader van de regeling van 20 juli en 228 buiten de regeling van 20 juli om 5 ); Libanon: 433; Jordanië: 334; Irak: 8; andere landen: 85

Duitsland

1 600

1 213

Turkije: 1 213 via het 1:1-mechanisme

Griekenland

354

0

Hongarije

0

0

IJsland

50

50 6

Libanon

Ierland

520

519

Libanon

Italië

1 989

673

Libanon: 490; Turkije: 117 via het 1:1-mechanisme; Sudan: 48; Jordanië: 18

Letland

50

10

Turkije: 10 via het 1:1-mechanisme

Liechtenstein

20

20

Turkije

Litouwen

70

25

Turkije: 25 via het 1:1-mechanisme

Luxemburg

30

0 7

Turkije: 98 via het 1:1-mechanisme, buiten de regeling van 20 juli om

Malta

14

0

Nederland

1 000

1 000

Turkije: 563 (van wie 557 via het 1:1-mechanisme); Libanon: 341; Kenia: 70; Ethiopië: 8; Jordanië: 7; Libië 4; Israël: 2; Irak, Marokko, Egypte, Saudi-Arabië, Syrië: 1

Noorwegen

3 500

2 924

Libanon: 2 552; Turkije: 351 8  (waarvan 150 sinds 4 april 2016); Jordanië: 21;

Polen

900

0

Portugal

191

12

Turkije: 12 via het 1:1-mechanisme

Roemenië

80

0

Slowakije

100

0

Slovenië

20

0

Spanje

1 449

289

Libanon: 232; Turkije: 57 via het 1:1-mechanisme; 

Zweden

491

491 9

Turkije: 278 via het 1:1-mechanisme (van wie 269 in het kader van de regeling van 20 juli); Sudan: 124; Kenia: 80; Libanon: 8; Irak: 8; Egypte: 1; Jordanië: 1 

Zwitserland

519

519

Libanon: 431; Syrië: 88

Verenigd Koninkrijk

2 200

2 200 10

Jordanië, Libanon, Turkije, Egypte, Irak en andere landen

TOTAAL

22 504

13 968

 

In totaal werden 3 098 personen hervestigd vanuit Turkije op basis van het 1:1-mechanisme; 2 601 daarvan op basis van de regeling van 20 juli 2015

(1)

     Inclusief gevallen van hervestiging in het kader van het Oostenrijkse programma voor humanitaire toelating.

(2)

  Dit aantal maakt deel uit van het nationale hervestigingsquotum van Finland voor 2016 van 750 personen.

(3)

     Dit aantal is exclusief de 162 Syriërs die zijn hervestigd uit Turkije via het 1:1-mechanisme, wat gebeurd is via de Finse nationale regeling.

(4)

     Dit aantal is een aanvulling op het nationale jaarquotum van Frankrijk en eerdere verbintenissen.

(5)

228 Syriërs die, buiten de regeling van 20 juli om, uit Turkije zijn hervestigd, moeten overeenkomstig Besluit (EU) 2016/1754 worden meegerekend.

(6)

IJsland heeft in totaal 97 personen hervestigd; allen uit Libanon.

(7)

Er heeft nog geen hervestiging plaatsgevonden in het kader van de conclusies van 20 juli 2015, maar in het kader van het 1:1-mechanisme zijn via de Luxemburgse nationale regeling wel 98 Syriërs hervestigd, die overeenkomstig Besluit (EU) 2016/1754 moeten worden meegerekend.

(8)

  Sinds 4 april 2016 hervestigde Noorwegen 150 Syriërs uit Turkije door toepassing van de operationele standaardprocedures voor hervestiging die met Turkije zijn overeengekomen in het kader van de 1:1-regeling. Het aantal hervestigingen in Noorwegen in het kader van de 1:1-regeling is niet in mindering gebracht op de terugkeer van Syriërs vanuit Griekenland.

(9)

     Zweden heeft in 2015 1 900 personen hervestigd via zijn nationale regeling, buiten de regeling van 20 juli 2015 om.

(10)

In de periode tot juni 2016 zijn in totaal 3 439 personen naar het VK hervestigd in het kader van de bestaande nationale hervestigingsregelingen van het VK.

Top