52015XC1215(01)

Language
- My EUR-Lex
- Sign in
- Register
- My recent searches (0)

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Search tips

Need more search options? Use the Advanced search

EUROPA
EUR-Lex home
EUR-Lex - 52015XC1215(01) - EN

Document 52015XC1215(01)

Help

Jaarlijkse actualisering 2015 van de bezoldigingen en pensioenen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Unie, alsmede de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op deze bezoldigingen en pensioenen

PB C 415 van 15.12.2015, p. 3–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

HTML

PDF

Official Journal

15.12.2015

Publicatieblad van de Europese Unie

C 415/3

(2015/C 415/04)

1.1.

Tabel van het maandelijkse basissalaris voor elke rang en salaristrap in de functiegroepen AD en AST als bedoeld in artikel 66 van het Statuut, van toepassing vanaf 1 juli 2015:

1.7.2015	TRAP
RANG	1	2	3	4	5
16	17 463,71	18 197,56	18 962,24
15	15 435,00	16 083,60	16 759,45	17 225,73	17 463,71
14	13 641,95	14 215,21	14 812,55	15 224,66	15 435,00
13	12 057,21	12 563,87	13 091,82	13 456,06	13 641,95
12	10 656,56	11 104,36	11 570,98	11 892,90	12 057,21
11	9 418,62	9 814,39	10 226,81	10 511,34	10 656,56
10	8 324,49	8 674,29	9 038,80	9 290,27	9 418,62
9	7 357,45	7 666,63	7 988,79	8 211,05	8 324,49
8	6 502,76	6 776,01	7 060,75	7 257,19	7 357,45
7	5 747,35	5 988,86	6 240,52	6 414,14	6 502,76
6	5 079,70	5 293,16	5 515,58	5 669,03	5 747,35
5	4 489,61	4 678,27	4 874,85	5 010,47	5 079,70
4	3 968,06	4 134,80	4 308,55	4 428,42	4 489,61
3	3 507,10	3 654,47	3 808,04	3 913,98	3 968,06
2	3 099,69	3 229,94	3 365,67	3 459,31	3 507,10
1	2 739,61	2 854,73	2 974,69	3 057,45	3 099,69

Tabel van het maandelijkse basissalaris voor elke rang en salaristrap in de functiegroepen AST/SC als bedoeld in artikel 66 van het Statuut, van toepassing vanaf 1 juli 2015:

1.7.2015	TRAP
RANG	1	2	3	4	5
6	4 453,98	4 641,14	4 836,17	4 970,71	5 039,39
5	3 936,57	4 101,99	4 274,97	4 393,28	4 453,98
4	3 479,28	3 625,47	3 777,82	3 882,93	3 936,57
3	3 075,09	3 204,31	3 338,97	3 431,85	3 479,28
2	2 717,87	2 832,08	2 951,09	3 033,19	3 075,09
1	2 402,14	2 503,08	2 608,27	2 680,82	2 717,87

Tabel van de aanpassingscoëfficiënten die van toepassing zijn op de bezoldigingen en pensioenen van ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Unie als bedoeld in artikel 64 van het Statuut, die het volgende omvat:

—	de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 64 van het Statuut met ingang van 1 juli 2015 van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden (aangegeven in kolom 2 van de onderstaande tabel);

—	de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 17, lid 3, van bijlage VII bij het Statuut met ingang van 1 januari 2016 van toepassing zijn op de overmakingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden (aangegeven in kolom 3 van de onderstaande tabel);

—	de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 20, lid 1, van bijlage XIII bij het Statuut met ingang van 1 juli 2015 van toepassing zijn op de pensioenen (aangegeven in kolom 4 van de onderstaande tabel):

Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt de toelage voor het in artikel 42 bis, tweede en derde alinea, van het Statuut bedoelde ouderschapsverlof:

—	941,08 EUR;

—	1 254,77 EUR voor alleenstaande ouders.

5.1.	Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt het basisbedrag van de kostwinnerstoelage als bedoeld in artikel 1, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut 176,01 EUR.

5.2.	Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt het basisbedrag van de kindertoelage als bedoeld in artikel 2, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut 384,60 EUR.

5.3.	Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt de in artikel 3, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde schooltoelage 260,95 EUR.

5.4.	Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt de in artikel 3, lid 2, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde schooltoelage 93,95 EUR.

5.5.	Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt het minimumbedrag van de ontheemdingstoelage als bedoeld in artikel 69 van het Statuut en in artikel 4, lid 1, tweede alinea, van bijlage VII bij het Statuut 521,66 EUR.

5.6.	Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt de in artikel 134 van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden bedoelde ontheemdingstoelage 375,01 EUR.

6.1.

Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt de in artikel 7, lid 2, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde kilometervergoeding:

0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	0 en 200 km
0,1940 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	201 en 1 000 km
0,3234 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	1 001 en 2 000 km
0,1940 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	2 001 en 3 000 km
0,0646 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	3 001 en 4 000 km
0,0312 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	4 001 en 10 000 km
0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand dat hoger ligt dan	10 000 km

6.2.

Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt het in artikel 7, lid 2, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde forfaitair supplement bij de kilometervergoeding:

—	97,01 EUR als de geografische afstand tussen de in lid 1 bedoelde plaatsen tussen 600 en 1 200 km bedraagt;

—	194,01 EUR als de geografische afstand tussen de in lid 1 bedoelde plaatsen meer dan 1 200 km bedraagt.

7.1.

Met ingang van 1 januari 2016 bedraagt de in artikel 8, lid 2, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde kilometervergoeding:

0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	0 en 200 km
0,3912 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	201 en 1 000 km
0,6520 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	1 001 en 2 000 km
0,3912 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	2 001 en 3 000 km
0,1303 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	3 001 en 4 000 km
0,0629 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen	4 001 en 10 000 km
0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand dat hoger ligt dan	10 000 km

7.2.

Met ingang van 1 januari 2016 bedraagt het in artikel 8, lid 2, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde forfaitair supplement bij de kilometervergoeding:

—	195,58 EUR als de geografische afstand tussen de standplaats en de plaats van herkomst tussen 600 en 1 200 km bedraagt;

—	391,13 EUR als de geografische afstand tussen de standplaats en de plaats van herkomst meer dan 1 200 km bedraagt.

Met ingang van 1 juli 2015 bedraagt de in artikel 10, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut bedoelde dagvergoeding:

—	40,43 EUR voor ambtenaren die recht hebben op de kostwinnerstoelage;

—	32,59 EUR voor ambtenaren die geen recht hebben op de kostwinnerstoelage.

Met ingang van 1 juli 2015 wordt het minimumbedrag van de inrichtingsvergoeding als bedoeld in artikel 24, lid 3, van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

—	1 150,88 EUR voor personeelsleden die recht hebben op de kostwinnerstoelage;

—	684,31 EUR voor personeelsleden die geen recht hebben op de kostwinnerstoelage.

10.1.

Met ingang van 1 juli 2015 worden de minimum- en maximumbedragen voor de werkloosheidsuitkering als bedoeld in artikel 28 bis, lid 3, tweede alinea, van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

—	1 380,24 EUR (ondergrens);

—	2 760,49 EUR (bovengrens).

10.2.

Met ingang van 1 juli 2015 wordt het vaste bedrag als bedoeld in artikel 28 bis, lid 7, van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op 1 254,77 EUR.

11.

Tabel met de bedragen van de basissalarissen als bedoeld in artikel 93 van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, van toepassing vanaf 1 juli 2015:

FUNCTIE GROEP	1.7.2015	TRAP
FUNCTIE GROEP	RANG	1	2	3	4	5	6	7
IV	18	6 020,18	6 145,37	6 273,17	6 403,62	6 536,80	6 672,73	6 811,49
	17	5 320,79	5 431,44	5 544,39	5 659,69	5 777,39	5 897,53	6 020,18
	16	4 702,65	4 800,44	4 900,27	5 002,18	5 106,21	5 212,40	5 320,79
	15	4 156,32	4 242,76	4 330,99	4 421,06	4 512,99	4 606,84	4 702,65
	14	3 673,47	3 749,86	3 827,85	3 907,44	3 988,71	4 071,65	4 156,32
	13	3 246,70	3 314,23	3 383,14	3 453,50	3 525,31	3 598,63	3 673,47
III	12	4 156,26	4 242,69	4 330,92	4 420,98	4 512,90	4 606,75	4 702,55
	11	3 673,44	3 749,82	3 827,79	3 907,39	3 988,64	4 071,59	4 156,26
	10	3 246,69	3 314,21	3 383,12	3 453,48	3 525,29	3 598,60	3 673,44
	9	2 869,53	2 929,20	2 990,11	3 052,29	3 115,77	3 180,55	3 246,69
	8	2 536,18	2 588,92	2 642,76	2 697,71	2 753,81	2 811,07	2 869,53
II	7	2 869,46	2 929,15	2 990,07	3 052,26	3 115,75	3 180,55	3 246,70
	6	2 536,06	2 588,81	2 642,65	2 697,62	2 753,72	2 811,00	2 869,46
	5	2 241,39	2 288,01	2 335,60	2 384,18	2 433,76	2 484,39	2 536,06
	4	1 980,96	2 022,16	2 064,22	2 107,16	2 150,98	2 195,72	2 241,39
I	3	2 440,39	2 491,03	2 542,74	2 595,51	2 649,37	2 704,36	2 760,49
	2	2 157,40	2 202,18	2 247,88	2 294,54	2 342,16	2 390,77	2 440,39
	1	1 907,24	1 946,83	1 987,23	2 028,47	2 070,57	2 113,55	2 157,40

12.

Met ingang van 1 juli 2015 wordt het minimumbedrag van de inrichtingsvergoeding als bedoeld in artikel 94 van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

—	865,66 EUR voor personeelsleden die recht hebben op de kostwinnerstoelage;

—	513,23 EUR voor personeelsleden die geen recht hebben op de kostwinnerstoelage.

13.1.

Met ingang van 1 juli 2015 worden de minimum- en maximumbedragen voor de werkloosheidsuitkering als bedoeld in artikel 96, lid 3, tweede alinea, van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

—	1 035,18 EUR (ondergrens);

—	2 070,35 EUR (bovengrens).

13.2.

Het vaste bedrag als bedoeld in artikel 96, lid 7, van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden is vastgesteld op 941,08 EUR.

13.3.

Met ingang van 1 juli 2015 worden de minimum- en maximumbedragen voor de werkloosheidsuitkering als bedoeld in artikel 136 van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

—	910,74 EUR (ondergrens);

—	2 142,90 EUR (bovengrens).

14.

Het bedrag van de in artikel 1, lid 1, eerste alinea, van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 300/76 van de Raad (1) bedoelde toeslagen voor continu- of ploegendienst:

—	394,48 EUR,

—	595,40 EUR,

—	651,00 EUR,

—	887,52 EUR.

15.	Met ingang van 1 juli 2015 wordt op de in artikel 4 van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad (2) genoemde bedragen een coëfficiënt toegepast van 5,6944.

16.

Tabel van de bedragen als bedoeld in artikel 8, lid 2, van bijlage XIII bij het Statuut van toepassing met ingang van 1 juli 2015:

1.7.2015	TRAP
RANG	1	2	3	4	5	6	7	8
16	17 463,71	18 197,56	18 962,24	18 962,24	18 962,24	18 962,24
15	15 435,00	16 083,60	16 759,45	17 225,73	17 463,71	18 197,56
14	13 641,95	14 215,21	14 812,55	15 224,66	15 435,00	16 083,60	16 759,45	17 463,71
13	12 057,21	12 563,87	13 091,82	13 456,06	13 641,95
12	10 656,56	11 104,36	11 570,98	11 892,90	12 057,21	12 563,87	13 091,82	13 641,95
11	9 418,62	9 814,39	10 226,81	10 511,34	10 656,56	11 104,36	11 570,98	12 057,21
10	8 324,49	8 674,29	9 038,80	9 290,27	9 418,62	9 814,39	10 226,81	10 656,56
9	7 357,45	7 666,63	7 988,79	8 211,05	8 324,49
8	6 502,76	6 776,01	7 060,75	7 257,19	7 357,45	7 666,63	7 988,79	8 324,49
7	5 747,35	5 988,86	6 240,52	6 414,14	6 502,76	6 776,01	7 060,75	7 357,45
6	5 079,70	5 293,16	5 515,58	5 669,03	5 747,35	5 988,86	6 240,52	6 502,76
5	4 489,61	4 678,27	4 874,85	5 010,47	5 079,70	5 293,16	5 515,58	5 747,35
4	3 968,06	4 134,80	4 308,55	4 428,42	4 489,61	4 678,27	4 874,85	5 079,70
3	3 507,10	3 654,47	3 808,04	3 913,98	3 968,06	4 134,80	4 308,55	4 489,61
2	3 099,69	3 229,94	3 365,67	3 459,31	3 507,10	3 654,47	3 808,04	3 968,06
1	2 739,61	2 854,73	2 974,69	3 057,45	3 099,69

17.

Met ingang van 1 juli 2015 wordt, voor de toepassing van artikel 18, lid 1, van bijlage XIII bij het Statuut, de vaste vergoeding genoemd in het vroegere artikel 4 bis van bijlage VII bij het Statuut dat vóór 1 mei 2004 van kracht was, vastgesteld op:

—	136,08 EUR per maand voor ambtenaren in de rangen C4 of C5;

—	208,65 EUR per maand voor ambtenaren in de rangen C1, C2 of C3.

18.

Tabel met de bedragen van de basissalarissen als bedoeld in artikel 133 van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, van toepassing vanaf 1 juli 2015:

Rang	1	2	3	4	5	6	7
Basissalaris voltijds medewerker	1 734,87	2 021,11	2 191,31	2 375,84	2 575,91	2 792,84	3 028,03
Rang	8	9	10	11	12	13	14
Basissalaris voltijds medewerker	3 283,03	3 559,50	3 859,24	4 184,22	4 536,58	4 918,60	5 332,81
Rang	15	16	17	18	19
Basissalaris voltijds medewerker	5 781,88	6 268,79	6 796,69	7 369,03	7 989,59

(1) Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 300/76 van de Raad van 9 februari 1976 tot vaststelling van de categorieën van begunstigden, de voorwaarden voor toekenning en de hoogte van de toeslagen die kunnen worden toegekend aan ambtenaren die hun werkzaamheden verrichten in het kader van een continu- of ploegendienst (PB L 38 van 13.2.1976, blz. 1). Verordening aangevuld bij Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 1307/87 (PB L 124 van 13.5.1987, blz. 6).

(2) Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Top