This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32021R1338
Commission Implementing Regulation (EU) 2021/1338 of 11 August 2021 amending Implementing Regulation (EU) 2017/373 as regards reporting requirements and reporting channels between organisations, and requirements for meteorological services (Text with EEA relevance)
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1338 van de Commissie van 11 augustus 2021 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 voor wat betreft rapporteringseisen en rapporteringskanalen tussen organisaties, en eisen voor meteorologische diensten (Voor de EER relevante tekst)
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1338 van de Commissie van 11 augustus 2021 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 voor wat betreft rapporteringseisen en rapporteringskanalen tussen organisaties, en eisen voor meteorologische diensten (Voor de EER relevante tekst)
C/2021/5879
PB L 289 van 12.8.2021, p. 12–52
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
12.8.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/12 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2021/1338 VAN DE COMMISSIE
van 11 augustus 2021
tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 voor wat betreft rapporteringseisen en rapporteringskanalen tussen organisaties, en eisen voor meteorologische diensten
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (1), en met name artikel 43, lid 1, punten a) en f), artikel 62, lid 15, punten a) en c), en artikel 72, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 van de Commissie (2) zijn de gemeenschappelijke eisen voor verleners van luchtverkeersbeheers-/luchtvaartnavigatiediensten en andere netwerkfuncties voor luchtverkeersbeheer ten behoeve van het algemene luchtverkeer, en voor het toezicht daarop, vastgesteld. |
(2) |
Overeenkomstig punt 5.1, g), van bijlage VIII bij Verordening (EU) 2018/1139 dienen dienstverleners een systeem voor het melden van voorvallen op te zetten als onderdeel van hun beheersysteem, teneinde bij te dragen tot de voortdurende verbetering van de veiligheid. Om de naleving en uniforme toepassing van deze essentiële eis te garanderen en ervoor te zorgen dat de daaruit voortvloeiende bepalingen worden afgestemd op Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad (3) inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart, moet Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(3) |
Op 7 maart 2018 en 9 maart 2020 heeft de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie wijzigingen 78 en 79 van bijlage 3 bij het op 7 december 1944 in Chicago ondertekende Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart vastgesteld, onder meer met het oog op beter geharmoniseerde uitwisseling van meteorologische waarnemingen en verslagen (aerodrome routine meteorological reports (METAR)/aerodrome special meteorological reports (SPECI)), terminalvoorspellingen (TAF), informatie over en-route weersfenomenen die gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid van vluchtuitvoeringen (SIGMET), informatie over en-route weersfenomenen die gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid van vluchtuitvoeringen op lage hoogte (AIRMET), adviezen over vulkanische aswolken en tropische cyclonen, adviezen over het weer in de ruimte enz., in een omgeving die voldoet aan het systeemomvattend informatiebeheersysteem (SWIM). Die wijzigingen zijn respectievelijk sinds 8 november 2018 en 5 november 2020 van toepassing in de staten die partij zijn bij het ICAO-verdrag, behalve voor het METAR-formaat, waarvoor de datum van toepassing wordt afgestemd op de datum van toepassing van het nieuwe mondiale rapportageformaat (“GRF”) voor de staat van de landingsbaan, namelijk 12 augustus 2021. Die internationale normen en aanbevolen praktijken (SARP’s) moeten worden weerspiegeld in Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373, met name in de specifieke organisatorische eisen voor verleners van meteorologische diensten, zoals vastgesteld in bijlage V bij die verordening. |
(4) |
Een van de elementen die de toepassing van het mondiale rapporteringsformaat voor de staat van de landingsbaan mogelijk maken is het SNOWTAM-formaat; de instructies voor het invullen daarvan moeten in de lijn liggen van de meest recente ICAO-procedures voor luchtvaartnavigatiediensten — beheer van luchtvaartinlichtingen (4) en moeten ook samenhangend zijn met Verordening (EU) nr. 965/2012 van de Commissie (5) en Verordening (EU) nr. 139/2014 van de Commissie (6). |
(5) |
Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(6) |
De maatregelen van deze verordening zijn gebaseerd op Advies nr. 01/2021 (7) van het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart overeenkomstig artikel 75, lid 2, punten b) en c), en artikel 76, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1139. |
(7) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 127 van Verordening (EU) 2018/1139 opgerichte comité, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I, II, III, V en VI bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 van de Commissie worden gewijzigd overeenkomstig bijlagen I tot en met V bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Punt 32 van bijlage IV en bijlage V zijn van toepassing met ingang van 12 augustus 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 11 augustus 2021.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 van de Commissie van 1 maart 2017 tot vaststelling van de gemeenschappelijke eisen voor verleners van luchtverkeersbeheers-/luchtvaartnavigatiediensten en andere netwerkfuncties voor luchtverkeersbeheer en het toezicht daarop, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 482/2008, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1034/2011, (EU) nr. 1035/2011 en (EU) 2016/1377 en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 677/2011 (PB L 62 van 8.3.2017, blz. 1).
(3) Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18).
(4) International Civil Aviation Organization Procedures for Air Navigation Services — Aeronautical Information Management, Doc 10066.
(5) Verordening (EU) nr. 965/2012 van de Commissie van 5 oktober 2012 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures voor vluchtuitvoering, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 296 van 25.10.2012, blz. 1).
(6) Verordening (EU) nr. 139/2014 van de Commissie van 12 februari 2014 tot vaststelling van eisen en administratieve procedures met betrekking tot luchtvaartterreinen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 1).
(7) Advies nr. 01/2021 van het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart: “Occurrence-reporting requirements and requirements for meteorological services”, https://www.easa.europa.eu/document-library/opinions.
BIJLAGE I
Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 wordt als volgt gewijzigd:
(1) |
punt 37 wordt vervangen door:
|
(2) |
punt 107 wordt vervangen door:
|
(3) |
punt 168 wordt vervangen door:
|
(4) |
de volgende punten 264 tot en met 266 worden toegevoegd:
|
BIJLAGE II
Bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 wordt als volgt gewijzigd:
(1) |
ATM/ANS.AR.A.020 wordt vervangen door: „ATM/ANS.AR.A.020 Informatieverstrekking aan het Agentschap
(*1) Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18)." |
(2) |
ATM/ANS.AR.B.001 wordt als volgt gewijzigd:
|
(3) |
ATM/ANS.AR.B.010 wordt vervangen door: “ATM/ANS.AR.B.010 Wijzigingen van het beheersysteem
|
(*1) Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18).”
BIJLAGE III
Bijlage III bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 wordt als volgt gewijzigd:
(1) |
de titel wordt vervangen door: “BIJLAGE III GEMEENSCHAPPELIJKE EISEN VOOR ATM/ANS-DIENSTVERLENERS (Deel-ATM/ANS.OR) |
(2) |
ATM/ANS.OR.A.065 wofdt vervangen doof: “ATM/ANS.OR.A.065 Melding van voorvallen
|
BIJLAGE IV
Bijlage V bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 wordt als volgt gewijzigd:
(1) |
MET.OR.115 wordt vervangen door: “MET.OR.115 Meteorologische bulletins De meteorologische dienstverlener die verantwoordelijk is voor het betrokken gebied verstrekt meteorologische bulletins aan de betrokken gebruikers.”; |
(2) |
MET.OR.120 wordt vervangen door: “MET.OR.120 Melding van tegenstrijdigheden aan de World Area Forecast Centres (WAFC’s) De verlener van meteorologische diensten die WAFS SIGWX-voorspellingen gebruikt, stelt het betrokken WAFC onmiddellijk in kennis als met betrekking tot WAFS SIGWX significante afwijkingen zijn vastgesteld of gerapporteerd inzake:
|
(3) |
MET.OR.200 wordt vervangen door: “MET.OR.200 Meteorologische rapporten en andere informatie
|
(4) |
MET.OR.240 wordt vervangen door: “MET.OR.240 Informatie voor gebruik door de exploitant of de cockpitbemanning Een meteorologische dienst van een luchtvaartterrein verstrekt exploitanten en cockpitbemanningsleden de laatste beschikbare:
|
(5) |
MET.OR.242 wordt als volgt gewijzigd:
|
(6) |
MET.OR.245, punt (f), (1), wordt vervangen door:
|
(7) |
in MET.OR.250 wordt punt (a) vervangen door:
|
(8) |
in MET.OR.255 wordt punt (a) vervangen door:
|
(9) |
MET.OR.260 wordt vervangen door: “MET.OR.260 Voorspellingen voor gebieden waarin vluchten op lage hoogte plaatsvinden Een luchtvaartmeteorologisch waarnemingscentrum ziet erop toe dat:
|
(10) |
de titel van hoofdstuk 4 wordt vervangen door: “Hoofdstuk 4 — Eisen voor adviescentra voor vulkanische aswolken (VAAC)”; |
(11) |
in MET.OR.265 wordt punt (a) vervangen door:
|
(12) |
de titel van hoofdstuk 5 wordt vervangen door: “Hoofdstuk 5 — Eisen voor adviescentra voor tropische cyclonen (TCAC)”; |
(13) |
in MET.OR.270 worden de inleidende zin en punt (a) vervangen door: “Binnen zijn bevoegdheidsgebied zal het TCAC:
|
(14) |
de titel van hoofdstuk 6 wordt vervangen door: “Hoofdstuk 6 — Eisen voor World Area Forecast Centres (WAFC)"; |
(15) |
in MET.OR.275 wordt punt (a) vervangen door:
|
(16) |
MET.TR.115 wordt vervangen door: “MET.TR.115 Meteorologische bulletins
|
(17) |
MET.TR.200 wordt vervangen door: “MET.TR.200 Meteorologische verslagen en andere informatie
|
(18) |
MET.TR.205 wordt als volgt gewijzigd:
|
(19) |
MET.TR.210 wordt als volgt gewijzigd:
|
(20) |
MET.TR.215 wordt als volgt gewijzigd:
|
(21) |
MET.TR.220 wordt als volgt gewijzigd:
|
(22) |
MET.TR.225, punt (c), wordt als volgt gewijzigd:
|
(23) |
MET.TR.235, punt (c), wordt vervangen door:
|
(24) |
MET.TR.250 wordt als volgt gewijzigd:
|
(25) |
MET.TR.255 wordt als volgt gewijzigd:
|
(26) |
MET.TR.260 wordt als volgt gewijzigd:
|
(27) |
de titel van hoofdstuk 4 wordt vervangen door: “Hoofdstuk 4 — Technische eisen voor adviescentra voor vulkanische aswolken (VAAC)” ; |
(28) |
MET.TR.265 wordt vervangen door: “MET.TR.265 Verantwoordelijkheden van het Adviescentrum voor vulkanische aswolken Het advies over vulkanische aswolken wordt verstrekt overeenkomstig het model in aanhangsel 6. Wanneer er geen afkortingen beschikbaar zijn, wordt gebruikgemaakt van tekst in gewone Engelse taal. Dit moet echter tot een minimum worden beperkt.”; |
(29) |
MET.TR.270 wordt vervangen door: “MET.TR.270 Verantwoordelijkheden van het Adviescentrum voor tropische cyclonen Het advies over tropische cyclonen wordt uitgegeven overeenkomstig het model in aanhangsel 7 wanneer het gemiddelde van de grondwind over een tijdspanne van 10 minuten volgens de voorspelling een maximum van 34 kt zal bereiken of overschrijden gedurende de periode waarop het advies betrekking heeft.” |
(30) |
de titel van hoofdstuk 5 wordt vervangen door: “Hoofdstuk 5 — Technische eisen voor adviescentra voor tropische cyclonen (TCAC)” ; |
(31) |
MET.TR.275 wordt als volgt gewijzigd:
|
(32) |
aanhangsel 1 wordt vervangen door: "Aanhangsel 1
|
(33) |
Aanhangsel 3 wordt vervangen door: "Aanhangsel 3
|
(34) |
Aanhangsel 4 wordt vervangen door: "Aanhangsel 4
|
(35) |
Aanhangsel 5 A wordt vervangen door: "Aanhangsel 5
|
(36) |
Aanhangsel 5B wordt geschrapt; |
(37) |
Aanhangsel 6 wordt vervangen door: "Aanhangsel 6
|
(38) |
Aanhangsel 7 wordt vervangen door: "Aanhangsel 7
|
(39) |
Aanhangsel 8 wordt vervangen door: "Aanhangsel 8
|
(1) Wanneer een meteorologisch element tijdelijk ontbreekt of de waarde ervan tijdelijk als onjuist wordt beschouwd, wordt het vervangen door een solidus (“/”) voor elke waarde van de afkorting van het tekstbericht en wordt het als ontbrekend aangeduid om een betrouwbare vertaling in andere codeformulieren te garanderen.
(2) Vermelden indien het zicht of de zichtbare baanlengte < 1 500 m is voor maximaal vier banen.
(3) “Zwaar” wordt gebruikt voor een tornado of waterhoos; “gematigd” (geen kwalificatie) voor een hooswolk die de grond niet bereikt.
(4) Uitsluitend voor geautomatiseerde rapporten.
(5) In het geval van geautomatiseerde rapporten kunnen de solidi (“///”) het relevante wolkentype vervangen, al naargelang van toepassing en afhankelijk van de capaciteit van het automatische waarnemingssysteem. Bovendien kunnen solidi de wolkenhoeveelheid en/of de wolkenhoogte van de gerapporteerde CB- of TCU-laag vervangen.
(6) Vermelden indien van toepassing. Geen kwalificatie voor matige intensiteit.
(7) Tot vier wolkenlagen.
(8) Bestaande uit maximaal vier temperaturen (twee maximumtemperaturen en twee minimumtemperaturen).
(9) Alleen gebruiken als de SIGMET/AIRMET wordt uitgegeven om aan te geven dat een test of oefening plaatsvindt. Wanneer het woord “TEST” of de afkorting “EXER” in het bericht is opgenomen, kan het informatie bevatten die niet operationeel mag worden gebruikt of eindigt het onmiddellijk na het woord “TEST”.
(10) Gebruikt voor tropische cyclonen zonder naam.
(11) In het geval van vulkanische aswolken die meer dan één gebied binnen de FIR bestrijken, kunnen deze elementen zo nodig worden herhaald. Elke locatie en elke voorspelde positie moeten worden voorafgegaan door een waarnemingstijdstip of voorspellingstijd.
(12) In het geval van cumulonimbuswolken die gepaard gaan met een tropische cycloon en die meer dan één gebied binnen de FIR bestrijken, kunnen deze elementen zo nodig worden herhaald. Elke locatie en elke voorspelde positie moeten worden voorafgegaan door een waarnemingstijdstip of voorspellingstijd.
(13) Voor SIGMET voor radioactieve wolken mag alleen binnen (WI) worden gebruikt voor de onderdelen “locatie” en “voorspelde positie”.
(14) Het aantal coördinaten moet tot een minimum worden beperkt en mag normaliter niet meer dan zeven bedragen.
(15) Alleen voor SIGMET voor tropische cyclonen.
(16) Alleen voor SIGMET voor radioactieve wolken. Een straal van maximaal 30 km (of 16 zeemijl) vanaf de bron en een verticale afstand2 vanaf het oppervlak (SFC) tot de bovengrens van het vluchtinformatiegebied/hoger vluchtinformatiegebied (FIR/UIR) of algemeen luchtverkeersleidingsgebied (CTA) moet worden toegepast.
(17) De onderdelen “tijdstip van de voorspelling” en “positie van de voorspelling” mogen niet samen met het onderdeel “beweging of verwachte beweging” worden gebruikt.
(18) Voor SIGMET voor radioactieve wolken mag alleen stationair (STNR) worden gebruikt voor de onderdelen “beweging of verwachte beweging”.
(19) De term “CB” moet worden gebruikt wanneer de voorspelde positie voor de cumulonimbuswolk is opgenomen.
(20) De voorspelde positie voor cumulonimbuswolken (CB) in verband met tropische cyclonen heeft betrekking op het voorspelde tijdstip van het centrum van de tropische cycloon, niet op het einde van de geldigheidsperiode van de SIGMET.
(21) Alleen voor SIGMET voor vulkanische aswolken.
(22) Gebruiken voor meer dan één vulkanische aswolk of cumulonimbuswolk in verband met een tropische cycloon die gelijktijdig van invloed zijn op de desbetreffende FIR”.
(23) Alleen gebruiken als het bericht wordt uitgegeven om aan te geven dat een test of oefening plaatsvindt. Wanneer het woord “TEST” of de afkorting “EXER” in het bericht is opgenomen, kan het informatie bevatten die niet operationeel mag worden gebruikt of eindigt het onmiddellijk na het woord “TEST”.
(24) De term “geresuspendeerd” moet worden gebruikt voor neergeslagen vulkanische as die door de wind opnieuw wordt opgeblazen.
(25) Indien een vulkanische aswolk wordt gerapporteerd (bv. AIREP), maar niet kan worden vastgesteld op basis van satellietgegevens.
(26) Een rechte lijn tussen twee punten op een kaart in de mercatorprojectie of een rechte lijn tussen twee punten die lengtegraden kruist onder een constante hoek.
(27) Maximaal 4 geselecteerde lagen.
(28) Alleen gebruiken als het bericht wordt uitgegeven om aan te geven dat een test of oefening plaatsvindt. Wanneer het woord “TEST” of de afkorting “EXER” in het bericht is opgenomen, kan het informatie bevatten die niet operationeel mag worden gebruikt of eindigt het onmiddellijk na het woord “TEST”.
(29) In het geval van cumulonimbuswolken die gepaard gaan met een tropische cycloon en die meer dan één gebied binnen het verantwoordelijkheidsgebied bestrijken, kan dit element zo nodig worden herhaald.
(30) Het aantal coördinaten moet tot een minimum worden beperkt en mag normaliter niet meer dan zeven bedragen”.
(31) Niet-dimensionaal”.
BIJLAGE V
Aanhangsel 3 van bijlage VI bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 wordt vervangen door:
„Aanhangsel 3
SNOWTAM-FORMULIER
INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN VAN HET SNOWTAM-FORMULIER
1. Algemeen
a) |
Wanneer verslag wordt uitgebracht over meer dan één baan, herhaal dan punten B tot en met H (berekening van de prestaties van het luchtvaartuig). |
b) |
De letters die worden gebruikt om punten aan te geven, worden alleen gebruikt voor referentiedoeleinden en worden niet opgenomen in de berichten. De letters M (verplicht), C (voorwaardelijk) en O (facultatief) hebben betrekking op het gebruik en de informatie, en worden opgenomen zoals hieronder uitgelegd. |
c) |
Er worden metrieke eenheden gebruikt en de meeteenheid wordt niet gerapporteerd. |
d) |
SNOWTAM’s blijven maximaal 8 uur geldig. Telkens wanneer een nieuw rapport over de toestand van de baan wordt ontvangen, wordt een nieuwe SNOWTAM uitgegeven. |
e) |
Een SNOWTAM annuleert de vorige SNOWTAM. |
f) |
de afgekorte rubriek “TTAAiiii CCCC MMYYGGgg (BBB)” wordt opgenomen om de automatische verwerking van SNOWTAM-berichten in computergegevensbanken te vergemakkelijken. De betekenis van deze symbolen is als volgt:
Correctie, in het geval van een fout, van een eerder verspreid SNOWTAM-bericht met hetzelfde serienummer = COR. Haakjes in (BBB) worden gebruikt om aan te geven dat deze groep facultatief is. Wanneer verslag wordt uitgebracht over meer dan één baan en individuele data/tijden van observatie/beoordeling worden aangegeven aan de hand van herhaald punt B, dan wordt de laatste datum/tijd ingevuld in de afgekorte rubriek (MMJJGGgg). |
g) |
De tekst “SNOWTAM” op het SNOWTAM-formulier en het viercijferige SNOWTAM-serienummer worden gescheiden door een spatie, bv. SNOWTAM 0124. |
h) |
Met het oog op de leesbaarheid van het SNOWTAM-bericht wordt een regel ingevoegd na het SNOWTAM-serienummer, na punt A, en na het deel betreffende de berekening van de prestaties van het luchtvaartuig. |
i) |
Wanneer verslag wordt uitgebracht over meer dan één baan, herhaal dan de informatie in het deel betreffende de berekening van de prestaties van het luchtvaartuig vanaf de datum en het tijdstip van beoordeling voor elke baan vóór de informatie in het deel over situationeel bewustzijn. |
j) |
Verplichte informatie:
|
2. Deel betreffende de berekening van de prestaties van het luchtvaartuig
Punt A |
– |
Plaatsaanduiding van het luchtvaartterrein (uit vier letters bestaande plaatsindicator). |
||||||||
Punt B |
– |
Datum en tijdstip van beoordeling (achtcijferige datum/tijdgroep die het tijdstip van waarneming weergeeft als maand, dag, uur en minuten in UTC). |
||||||||
Punt C |
– |
Laagste nummer van de baanaanduiding (nn[L] of nn[C] of nn[R]). Voor elke baan mag slechts één baanaanduiding worden vermeld, en steeds het laagste nummer. |
||||||||
Punt D |
– |
Code voor de toestand van elk baanderde. Voor elk baanderde wordt slechts één cijfer (0, 1, 2, 3, 4, 5 of 6) ingevuld, gescheiden door een schuine streep (n/n/n). |
||||||||
Punt E |
– |
Procentuele bedekking voor elk baanderde. Indien verstrekt, vul 25, 50, 75 of 100 in voor elk baanderde, gescheiden door een schuine streep ([n]nn/[n]nn/[n]nn). Deze informatie wordt alleen verstrekt als de baantoestand voor elk baanderde (punt C) anders gerapporteerd is dan 6 en de baantoestand is omschreven voor elk baanderde met een andere rapportering dan “DROOG” (punt G). Als de toestand niet gerapporteerd is, wordt dit aangegeven met “NR” voor het (de) desbetreffende baanderde(n). |
||||||||
Punt F |
– |
Diepte van de losse contaminatie voor elk baanderde. In millimeter voor elk baanderde, gescheiden door een schuine streep (nn/nn/nn of nnn/nnn/nnn). Deze informatie wordt alleen verstrekt voor de volgende types contaminatie:
Als de toestand niet gerapporteerd is, wordt dit aangegeven met “NR” voor het (de) desbetreffende baanderde(n). |
||||||||
Punt G |
– |
Beschrijving van de toestand van elk baanderde. Elk van de volgende toestandomschrijvingen wordt ingevuld voor elk baanderde, gescheiden door een schuine streep. SAMENGEDRUKTE SNEEUW DROGE SNEEUW DROGE SNEEUW BOVENOP SAMENGEDRUKTE SNEEUW DROGE SNEEUW BOVENOP IJS VORST IJS GLAD NAT SMELTENDE SNEEUW SPECIAAL GEPREPAREERDE WINTERBAAN STILSTAAND WATER WATER BOVENOP SAMENGEDRUKTE SNEEUW NAT NAT IJS NATTE SNEEUW NATTE SNEEUW BOVENOP SAMENGEDRUKTE SNEEUW NATTE SNEEUW BOVENOP IJS DROOG (alleen als er geen contaminatie is) Als de toestand niet gerapporteerd is, wordt dit aangegeven met “NR” voor het (de) desbetreffende baanderde(n). |
||||||||
Punt H |
– |
Breedte van de baan waarvoor de baantoestandcode geldt. De breedte in meter, indien kleiner dan de gepubliceerde baanbreedte. |
3. Deel situationeel bewustzijn
Elementen in het deel betreffende situationeel bewustzijn eindigen op een punt.
Elementen in het deel betreffende situationeel bewustzijn waarvoor geen informatie bestaat of waarvoor de publicatievoorwaarden niet zijn vervuld, worden volledig weggelaten.
Punt I |
– |
Beperkte baanlengte. De toepasselijke baanaanduiding en de beschikbare lengte in meter (bv. RWY nn [L] of nn [C] of nn [R] BEPERKT TOT [n]nnn). Deze informatie is voorwaardelijk wanneer een NOTAM is gepubliceerd met een nieuwe reeks verklaarde afstanden. |
Punt J |
– |
Driftsneeuw op de baan. Wanneer driftsneeuw wordt gerapporteerd, wordt “DRIFTSNEEUW” ingevoegd met een spatie (RWY nn of RWY nn[L] of nn[C] of nn[R] DRIFTSNEEUW). |
Punt K |
– |
Los zand op de baan. Wanneer los zand op de baan wordt gerapporteerd, wordt de laagste baanaanduiding ingevuld, gevolgd door een spatie en “LOS ZAND” (RWY nn of RWY nn[L] of nn[C] of nn[R] LOS ZAND). |
Punt L |
– |
Chemische behandeling van de baan. Wanneer gerapporteerd wordt dat een chemische behandeling is toegepast, wordt de laagste baanaanduiding ingevuld, gevolgd door een spatie en “CHEMISCH BEHANDELD” (RWY nn of RWY nn[L] of nn[C] of nn[R] CHEMISCH BEHANDELD). |
Punt M |
– |
Sneeuwbanken op de baan. Indien de aanwezigheid van sneeuwbanken op de baan wordt gerapporteerd, wordt de laagste baanaanduiding ingevuld, gevolgd door een spatie, “SNEEUWBANK”, een spatie en “L” (links), “R” (rechts) of “LR” (beide zijden), gevolgd door de afstand in meter ten opzichte van de middellijn, een spatie en “FM CL” (RWY nn of RWY nn[L] of nn[C] of nn[R] SNOWBANK Lnn of Rnn of LRnn FM CL). |
Punt N |
– |
Sneeuwbanken op een taxibaan. Indien sneeuwbanken aanwezig zijn op taxibanen, worden de taxibaanaanduidingen ingevoegd met een spatie “SNEEUWBANKEN” (TWY [nn]n of TWYS [nn]n/[nn]n/[nn]n… of ALLE TAXIBANEN SNEEUWBANKEN). |
Punt O |
– |
Sneeuwbanken naast de baan. Indien melding wordt gemaakt van de aanwezigheid van sneeuwbanken die boven het hoogteprofiel van het sneeuwplan van het luchtvaartterrein uitsteken, wordt de laagste baanaanduiding en “ADJ SNOWBANKS” ingevuld (RWY nn of RWY nn[L] of nn[C] of nn[R] ADJ SNOWBANKS). |
Punt P |
– |
Toestand van de taxibaan. Als de toestand van de taxibaan als glad of slecht wordt gerapporteerd, wordt de taxibaanaanduiding, gevolgd door een spatie en “SLECHT” ingevuld (TWY [n of nn] SLECHTof TWYS [n of nn]/[n of nn]/[n of nn] SLECHT… of ALLE TWYS SLECHT). |
Punt R |
– |
Toestand van het platform. Als de staat van het platform als glad of slecht wordt gerapporteerd, wordt de platformaanduiding, gevolgd door een spatie en “SLECHT” ingevuld (PLATFORM [nnnn] SLECHT of PLATFORMEN [nnnn]/[nnnn]/[nnnn] SLECHT of ALLE PLATFORMEN SLECHT). |
Punt S |
– |
(NR) Niet gerapporteerd. |
Punt T |
– |
Opmerkingen in gewone taal. |