EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31997R0535

Verordening (EG) nr. 535/97 van de Raad van 17 maart 1997 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

PB L 83 van 25.3.1997, p. 3–4 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/03/2006; stilzwijgende opheffing door 32006R0510

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1997/535/oj

31997R0535

Verordening (EG) nr. 535/97 van de Raad van 17 maart 1997 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

Publicatieblad Nr. L 083 van 25/03/1997 blz. 0003 - 0004


VERORDENING (EG) Nr. 535/97 VAN DE RAAD van 17 maart 1997 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (3),

Overwegende dat artikel 13, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2081/92 (4), voorziet in een tot maximaal vijf jaar na de datum van bekendmaking van deze verordening beperkte overgangsperiode waarin de lidstaten op bepaalde voorwaarden de nationale maatregelen mogen handhaven waarbij het gebruik van de in lid 1, onder b), van dat artikel genoemde uitdrukkingen wordt toegestaan; dat de bekendmaking van Verordening (EEG) nr. 2081/92 op 24 juli 1992 is geschied; dat de overgangsperiode bijgevolg op 25 juli 1997 eindigt;

Overwegende dat het eerste voorstel tot registratie van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen eerst in maart 1996 aan de Raad is voorgelegd terwijl de overgangsperiode van vijf jaar grotendeels was verstreken; dat het, om het nuttig effect van deze overgangsperiode volledig te behouden, dienstig is de aanvangsdatum van de periode van vijf jaar zodanig te wijzigen dat deze samenvalt met de datum van registratie van de benamingen; dat het eveneens dienstig is te bepalen dat deze overgangsperiode ook voor punt a) van artikel 13, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2081/92 geldt omdat het in dat punt bedoelde verbod van punt b) van dat lid kan overlappen;

Overwegende dat die overgangsperiode uitsluitend voor overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2081/92 geregistreerde benamingen mag gelden, aangezien, daar het om bestaande en in de lidstaten reeds gebruikte benamingen gaat, deze aanpassingsperiode aan de producenten moet worden toegestaan om te voorkomen dat zij nadeel ondervinden;

Overwegende dat de behandeling van een verzoek tot registratie van een benaming als beschermde geografische aanduiding of als beschermde oorsprongsbenaming overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2081/92, enige tijd vergt; dat moet worden toegestaan dat de lidstaat een voorlopige nationale bescherming verleent in afwachting van een communautair besluit betreffende de registratie onder bedoelde benaming; dat elke lidstaat, om eventuele conflicten tussen de producenten van die lidstaat op te lossen, in voorkomend geval op nationaal niveau een overgangsperiode kan toestaan, die later door middel van een communautair besluit moet worden bevestigd; dat de gevolgen van deze nationale maatregelen moeten worden gedragen door de lidstaat die ze heeft ingesteld; dat bedoelde maatregelen het intracommunautaire handelsverkeer niet mogen belemmeren;

Overwegende dat in specifieke gevallen een overgangsperiode van vijf jaar kan worden ingesteld voor benamingen waarvoor om registratie wordt gevraagd uit hoofde van artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 2081/92, maar alleen in het kader van artikel 7, lid 5, onder b), van die verordening, en om bepaalde redenen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 2081/92 wordt als volgt gewijzigd:

1. artikel 1, lid 1, derde alinea, wordt vervangen door de volgende tekst:

"De bijlagen I en II kunnen volgens de procedure van artikel 15 worden gewijzigd.";

2. in artikel 5, lid 5, wordt de volgende tekst ingevoegd na lid 1:

"Op nationaal niveau, mogen door deze lidstaat slechts voorlopig een bescherming in de zin van onderhavige verordening, alsook in voorkomend geval een aanpassingsperiode voor de aldus toegezonden benaming worden toegestaan vanaf de datum van de toezending ervan; zij mogen in dezelfde omstandigheden eveneens voorlopig worden toegestaan in het kader van een verzoek tot wijziging van het productdossier.

De voorlopige nationale bescherming houdt op te bestaan vanaf de datum waarop een besluit inzake de registratie overeenkomstig deze verordening wordt genomen. Bij dit besluit kan een tot maximaal vijf jaar beperkte aanpassingsperiode worden ingesteld, op voorwaarde dat de desbetreffende ondernemingen de betrokken producten legaal in de handel hebben gebracht en de betrokken benamingen gedurende ten minste vijf jaar vóór de bij artikel 6, lid 2, bedoelde datum van bekendmaking zonder onderbreking hebben gebruikt.

Alleen de betrokken lidstaat is verantwoordelijk voor de gevolgen van een dergelijke nationale bescherming, ingeval de benaming niet zou worden geregistreerd in de zin van deze verordening.

De door de lidstaten krachtens de tweede alinea getroffen maatregelen hebben alleen op nationaal vlak uitwerking en mogen het intracommunautaire handelsverkeer niet belemmeren.";

3. artikel 7, lid 4, tweede streepje, wordt vervangen door de volgende tekst:

"- ofwel worden aangetoond dat met de registratie van de voorgestelde naam schade wordt toegebracht aan een bestaande, geheel of gedeeltelijk homonieme benaming, of aan een bestaand merk, dan wel aan bestaande producten die sedert ten minste vijf jaar vóór de in artikel 6, lid 2, bedoelde datum van bekendmaking legaal op de markt zijn.";

4. artikel 13, lid 2, wordt vervangen door de volgende tekst:

"2. In afwijking van lid 1, punten a) en b), mogen de lidstaten de nationale regelingen waarmee het gebruik van overeenkomstig artikel 17 geregistreerde benamingen wordt toegelaten, handhaven gedurende een tot maximaal vijf jaar beperkte periode na de datum van bekendmaking van de registratie op voorwaarde dat:

- de producten wettelijk onder vermelding van deze benamingen in de handel zijn gebracht gedurende ten minste vijf jaar vóór de datum van bekendmaking van deze verordening,

- de ondernemingen de betrokken producten legaal in de handel hebben gebracht en gedurende de in het eerste streepje bedoelde periode de benamingen zonder onderbreking hebben gebruikt,

- uit de etikettering van de producten duidelijk de werkelijke oorsprong ervan blijkt.

Deze afwijking mag er evenwel niet toe leiden dat de producten vrijelijk in de handel worden gebracht op het grondgebied van een lidstaat waarvoor deze benamingen verboden waren.";

5. in artikel 13 wordt het volgende nieuwe lid 4 ingevoegd:

"4. Wat betreft de benamingen waarvoor om registratie wordt verzocht uit hoofde van artikel 5 van deze verordening, kan in het kader van artikel 7, lid 5, onder b), een overgangsperiode van maximaal vijf jaar worden ingesteld, enkel ingeval een bezwaar ontvankelijk is verklaard op grond van het feit dat met de registratie van de voorgestelde naam schade zou worden toegebracht aan een bestaande, geheel of gedeeltelijk homonieme benaming of aan bestaande producten die sinds ten minste vijf jaar vóór de in artikel 6, lid 2, bedoelde datum van bekendmaking legaal op de markt zijn.

Deze overgangsperiode kan alleen worden ingesteld op voorwaarde dat de bedrijven de betrokken producten legaal in de handel hebben gebracht en de betrokken benamingen gedurende ten minste vijf jaar vóór de in artikel 6, lid 2, bedoelde datum van bekendmaking zonder onderbreking hebben gebruikt.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 17 maart 1997.

Voor de Raad

De Voorzitter

J. VAN AARTSEN

(1) PB nr. C 241 van 20. 8. 1996, blz. 7.

(2) PB nr. C 33 van 3. 2. 1997.

(3) PB nr. C 30 van 30. 1. 1997, blz. 39.

(4) PB nr. L 208 van 24. 7. 1992, blz. 1. Verordening gewijzigd bij de Akte van Toetreding van 1994.

Top