This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62001CJ0315
Judgment of the Court (Sixth Chamber) of 19 June 2003. # Gesellschaft für Abfallentsorgungs-Technik GmbH (GAT) v Österreichische Autobahnen und Schnellstraßen AG (ÖSAG). # Reference for a preliminary ruling: Bundesvergabeamt - Austria. # Public contracts - Directive 89/665/EEC - Review procedures concerning the award of public contracts - Power of the body responsible for review procedures to consider infringements of its own motion - Directive 93/36/EEC- Procedures for the award of public supply contracts - Selection criteria - Award criteria. # Case C-315/01.
Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 19 juni 2003.
Gesellschaft für Abfallentsorgungs-Technik GmbH (GAT) tegen Österreichische Autobahnen und Schnellstraßen AG (ÖSAG).
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Bundesvergabeamt - Oostenrijk.
Overheidsopdrachten - Richtlijn 89/665/EEG - Beroepsprocedures inzake plaatsen van overheidsopdrachten - Bevoegdheid van voor beroepsprocedures verantwoordelijke instantie om ambtshalve eender welke schending te onderzoeken - Richtlijn 93/36/EEG - Procedures voor plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen - Geschiktheidscriteria - Gunningscriteria.
Zaak C-315/01.
Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 19 juni 2003.
Gesellschaft für Abfallentsorgungs-Technik GmbH (GAT) tegen Österreichische Autobahnen und Schnellstraßen AG (ÖSAG).
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Bundesvergabeamt - Oostenrijk.
Overheidsopdrachten - Richtlijn 89/665/EEG - Beroepsprocedures inzake plaatsen van overheidsopdrachten - Bevoegdheid van voor beroepsprocedures verantwoordelijke instantie om ambtshalve eender welke schending te onderzoeken - Richtlijn 93/36/EEG - Procedures voor plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen - Geschiktheidscriteria - Gunningscriteria.
Zaak C-315/01.
Jurisprudentie 2003 I-06351
ECLI identifier: ECLI:EU:C:2003:360
«Overheidsopdrachten – Richtlijn 89/665/EEG – Beroepsprocedures inzake plaatsen van overheidsopdrachten – Bevoegdheid van voor beroepsprocedures verantwoordelijke instantie om ambtshalve elke schending te onderzoeken – Richtlijn 93/36/EEG – Procedures voor plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen – Geschiktheidscriteria – Gunningscriteria»
|
I - 0000 | |||
|
I - 0000 | |||
(Richtlijn 89/665 van de Raad)
(Richtlijn 93/36 van de Raad, art. 23, lid 1, en 26, lid 1)
(Richtlijn 93/36 van de Raad, art. 23, lid 1, en 26, lid 1)
ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer)
19 juni 2003 (1)
„Overheidsopdrachten – Richtlijn 89/665/EEG – Beroepsprocedures inzake plaatsen van overheidsopdrachten – Bevoegdheid van voor beroepsprocedures verantwoordelijke instantie om ambtshalve eender welke schending te onderzoeken – Richtlijn 93/36/EEG – Procedures voor plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen – Geschiktheidscriteria – Gunningscriteria”
In zaak C-315/01, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Bundesvergabeamt (Oostenrijk), in het aldaar aanhangig geding tussen Gesellschaft für Abfallentsorgungs-Technik GmbH (GAT)en
Österreichische Autobahnen und Schnellstraßen AG (ÖSAG), om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van richtlijn 89/665/EEG van de Raad van 21 december 1989 houdende de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen en voor de uitvoering van werken (PB L 395, blz. 33), zoals gewijzigd bij richtlijn 92/50/EEG van de Raad van 18 juni 1992 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor dienstverlening (PB L 209, blz. 1), alsmede van richtlijn 93/36/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen (PB L 199, blz. 1),wijstHET HOF VAN JUSTITIE (Zesde kamer),,
gelet op de schriftelijke opmerkingen ingediend door:
gezien het rapport van de rechter-rapporteur,
gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 10 oktober 2002,
het navolgende
HET HOF VAN JUSTITIE (Zesde kamer),
uitspraak doende op de door het Bundesvergabeamt bij beschikking van 11 juli 2001 gestelde vragen, verklaart voor recht:
Puissochet |
Schintgen |
Skouris |
Macken |
Cunha Rodrigues |
|
De griffier |
De president van de Zesde kamer |
R. Grass |
J.-P. Puissochet |