Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32021D1830

    Besluit (EU) 2021/1830 van de Raad van 22 februari 2021 betreffende de ondertekening, namens de Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië tot wijziging van de Overeenkomst inzake de versoepeling van de afgifte van visa voor kort verblijf aan de burgers van de Republiek Kaapverdië en van de Europese Unie

    ST/5033/2021/INIT

    PB L 371 van 19.10.2021, p. 1–2 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2021/1830/oj

    Related international agreement

    19.10.2021   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 371/1


    BESLUIT (EU) 2021/1830 VAN DE RAAD

    van 22 februari 2021

    betreffende de ondertekening, namens de Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië tot wijziging van de Overeenkomst inzake de versoepeling van de afgifte van visa voor kort verblijf aan de burgers van de Republiek Kaapverdië en van de Europese Unie

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 77, lid 2, punt a), in samenhang met artikel 218, lid 5,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, verwelkomden in de conclusies van 20 november 2007 de mededeling van de Commissie over de toekomst van de betrekkingen tussen de Unie en de Republiek Kaapverdië. De Raad was met name ingenomen met de verdieping van de betrekkingen tussen de Unie en Kaapverdië middels de uitvoering van een actieplan ter ontwikkeling van een “speciaal partnerschap” tussen de beide partijen. Voorts stelt die mededeling dat het doel van dat “speciaal partnerschap” bestaat in de versterking van een open, constructieve en pragmatische dialoog en dat het aanpakken van illegale migratie een gedeelde strategische prioriteit is.

    (2)

    De Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië inzake de versoepeling van de afgifte van visa voor kort verblijf aan de burgers van de Republiek Kaapverdië en van de Europese Unie (1) (“de overeenkomst van 2014”) is op 1 december 2014 in werking getreden.

    (3)

    Sinds 1 december 2014 heeft de wetgeving van de Unie en van Kaapverdië zich ontwikkeld, met de herziening van de Visumcode door Verordening (EU) 2019/1155 van het Europees Parlement en de Raad (2) en met het besluit van Kaapverdië om burgers van de Unie voor verblijven van ten hoogste 30 dagen vrij te stellen van visumverplichtingen. In het licht van die wijzigingen en gezien de beoordeling door het Gemengd Comité dat ingesteld is uit hoofde van artikel 10 van de overeenkomst van 2014 en dat belast is met het toezicht op de uitvoering van de overeenkomst van 2014, moeten een aantal bepalingen ter vergemakkelijking van de afgifte van visa aan burgers van Kaapverdië en, op basis van wederkerigheid, van de Unie, voor een voorgenomen verblijf van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen, door een wijzigingsovereenkomst aangepast en aangevuld worden.

    (4)

    Op 29 oktober 2019 heeft de Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen te openen met de Republiek Kaapverdië over een Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië inzake de versoepeling van de afgifte van visa voor kort verblijf aan de burgers van de Republiek Kaapverdië en van de Europese Unie (“de wijzigingsovereenkomst”). De onderhandelingen zijn op 30 januari 2020 met succes afgerond en de wijzigingsovereenkomst is op 24 juli 2020 door middel van de uitwisseling van e-mails geparafeerd.

    (5)

    Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad (3). Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing op die lidstaat.

    (6)

    Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, dat gehecht is aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van dit besluit en is dit niet bindend voor, noch van toepassing op die lidstaat.

    (7)

    De wijzigingsovereenkomst moet namens de Unie worden ondertekend, onder voorbehoud van de sluiting ervan op een later tijdstip, en de daaraan gehechte gemeenschappelijke verklaringen moeten worden goedgekeurd,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De ondertekening, namens de Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kaapverdië inzake de versoepeling van de afgifte van visa voor kort verblijf aan de burgers van de Republiek Kaapverdië en van de Europese Unie wordt goedgekeurd, onder voorbehoud van de sluiting van die wijzigingsovereenkomst (4).

    Artikel 2

    De aan de wijzigingsovereenkomst gehechte gemeenschappelijke verklaringen worden namens de Unie goedgekeurd.

    Artikel 3

    De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) de wijzigingsovereenkomst namens de Unie te ondertekenen.

    Artikel 4

    Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de vaststelling ervan.

    Gedaan te Brussel, 22 februari 2021.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    J. BORRELL FONTELLES


    (1)  PB L 282 van 24.10.2013, blz. 3.

    (2)  Verordening (EU) 2019/1155 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 810/2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 188 van 12.7.2019, blz. 25).

    (3)  Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).

    (4)  Zie bladzijde 5 van dit Publicatieblad.


    Top