Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32013R1166

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1166/2013 van de Commissie van 18 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof dichloorprop-P Voor de EER relevante tekst

    PB L 309 van 19.11.2013, p. 22–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2013/1166/oj

    19.11.2013   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 309/22


    UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1166/2013 VAN DE COMMISSIE

    van 18 november 2013

    tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof dichloorprop-P

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 21, lid 3, tweede alternatief, en artikel 78, lid 2,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Dichloorprop-P is bij Richtlijn 2006/74/EG van de Commissie (2) als werkzame stof opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (3), onder de voorwaarde dat de betrokken lidstaten ervoor zorgen dat de kennisgever die om opneming van dichloorprop-P in die bijlage had verzocht, verdere bevestigende informatie indient over het metabolisme van dieren en de risicobeoordeling in verband met de acute en kortetermijnblootstelling voor vogels en de acute blootstelling voor herbivore zoogdieren.

    (2)

    De in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG opgenomen werkzame stoffen worden geacht te zijn goedgekeurd krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009 en zijn opgenomen in deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (4).

    (3)

    De kennisgever heeft binnen de daarvoor gestelde termijn bij de lidstaat-rapporteur Denemarken aanvullende informatie ingediend ter bevestiging van de risicobeoordeling voor vogels en zoogdieren bij het gebruik op granen, grasland en graszaadgewassen.

    (4)

    Denemarken heeft de door de kennisgever ingediende aanvullende informatie beoordeeld. Op 22 juli 2011 heeft Denemarken zijn beoordeling, in de vorm van een addendum bij het ontwerpbeoordelingsverslag, aan de andere lidstaten, de Commissie en de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) overgelegd.

    (5)

    De Commissie heeft de EFSA geraadpleegd en die heeft haar advies over de risicobeoordeling voor dichloorprop-P op 13 november 2012 gepresenteerd (5).

    (6)

    In het licht van de aanvullende informatie die de kennisgever heeft ingediend, heeft de Commissie geoordeeld dat de vereiste verdere bevestigende informatie niet volledig is ingediend en dat een hoog risico voor vogels en zoogdieren niet kan worden uitgesloten, tenzij extra beperkingen worden gesteld.

    (7)

    De Commissie heeft de kennisgever verzocht zijn opmerkingen over het evaluatieverslag voor dichloorprop-P in te dienen.

    (8)

    Er wordt bevestigd dat de werkzame stof dichloorprop-P geacht moet worden krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009 te zijn goedgekeurd. Om de blootstelling van vogels en zoogdieren tot een minimum te beperken, is het evenwel passend het gebruik van deze werkzame stof verder te beperken en in specifieke risicobeperkende maatregelen te voorzien voor de bescherming van deze soorten.

    (9)

    De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (10)

    De lidstaten moet voldoende tijd worden gegund om de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die dichloorprop-P bevatten, in te trekken.

    (11)

    Als de lidstaten overeenkomstig artikel 46 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 een respijtperiode toekennen voor gewasbeschermingsmiddelen die dichloorprop-P bevatten, moet deze periode uiterlijk één jaar na intrekking of wijziging van de desbetreffende vergunningen aflopen.

    (12)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011

    Deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

    Artikel 2

    Overgangsmaatregelen

    Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 moeten de lidstaten indien nodig de bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die dichloorprop-P als werkzame stof bevatten, uiterlijk 9 juni 2014 wijzigen of intrekken.

    Artikel 3

    Respijtperiode

    Een door de lidstaten overeenkomstig artikel 46 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 toegekende respijtperiode moet zo kort mogelijk zijn en uiterlijk 9 juni 2015 aflopen.

    Artikel 4

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 18 november 2013.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

    (2)  Richtlijn 2006/74/EG van de Commissie van 21 augustus 2006 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde dichloorprop-P, metconazool, pyrimethanil en triclopyr op te nemen als werkzame stof (PB L 235 van 30.8.2006, blz. 17).

    (3)  Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1).

    (4)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).

    (5)  EFSA Journal 2012; 10(11):2950. Online beschikbaar: www.efsa.europa.eu/efsajournal.htm


    BIJLAGE

    De kolom „Specifieke bepalingen” van rij 133, dichloorprop-P, van deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt vervangen door:

    „DEEL A

    Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

    Wat granen betreft, mag alleen toepassing in het voorjaar worden toegestaan, in een dosering van maximaal 800 g werkzame stof per hectare per toepassing.

    Toepassing op grasland mag niet worden toegestaan.

    DEEL B

    Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over dichloorprop-P dat op 23 mei 2006 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II.

    Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van vogels, zoogdieren, in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende planten.

    De toelatingsvoorwaarden moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen omvatten.”.


    Top