Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22011D0064

    Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 64/2011 van 1 juli 2011 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst

    PB L 262 van 6.10.2011, p. 17–18 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2011/64(2)/oj

    6.10.2011   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 262/17


    BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

    Nr. 64/2011

    van 1 juli 2011

    tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst

    HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

    Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna „de Overeenkomst” genoemd, en met name artikel 98,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Bijlage I bij de Overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. 28/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 1 april 2011 (1).

    (2)

    Besluit 2010/468/EU van de Commissie van 27 augustus 2010 betreffende het tijdelijk in de handel brengen van rassen van Avena strigosa Schreb. die niet zijn opgenomen in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen of in de nationale rassenlijsten van de lidstaten (2) moet in de Overeenkomst worden opgenomen.

    (3)

    Besluit 2010/680/EU van de Commissie van 9 november 2010 tot vrijstelling van Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Estland, Ierland, Spanje, Frankrijk, Cyprus, Letland, Litouwen, Malta, Nederland, Polen, Slovenië, Slowakije, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk van de verplichting tot toepassing op bepaalde gewassen van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 68/193/EEG, 1999/105/EG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad met betrekking tot het in de handel brengen van respectievelijk zaaizaad van groenvoedergewassen, zaaigranen, vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken, bosbouwkundig teeltmateriaal, bietenzaad, groentezaad en zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (3) moet in de Overeenkomst worden opgenomen.

    (4)

    Besluit 2011/43/EU van de Commissie van 21 januari 2011 tot wijziging van Besluit 2010/468/EU betreffende het tijdelijk in de handel brengen van rassen van Avena strigosa Schreb. die niet zijn opgenomen in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen of in de nationale rassenlijsten van de lidstaten (4) moet in de Overeenkomst worden opgenomen.

    (5)

    De in de Overeenkomst opgenomen Besluiten 70/47/EEG (5), 2010/198/EU (6) en 2010/377/EU (7) en Beschikkingen 73/188/EEG (8), 74/5/EEG (9), 74/358/EEG (10), 74/360/EEG (11), 74/361/EEG (12), 74/362/EEG (13), 74/491/EEG (14), 74/532/EEG (15), 75/752/EEG (16), 79/355/EEG (17), 86/153/EEG (18), 89/101/EEG (19), 90/209/EEG (20), 2005/325/EG (21), 2005/886/EG (22), 2008/462/EG (23) en 2009/786/EG (24) van de Commissie worden bij Besluit 2010/680/EU ingetrokken en moeten derhalve uit de Overeenkomst worden geschrapt.

    (6)

    Dit besluit is niet van toepassing op Liechtenstein,

    BESLUIT:

    Artikel 1

    Deel 2 van hoofdstuk III van bijlage I bij de Overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Na punt 55 (Richtlijn 2009/145/EG van de Commissie) wordt het volgende ingevoegd:

    „56.

    32010 D 0468: Besluit 2010/468/EU van de Commissie van 27 augustus 2010 betreffende het tijdelijk in de handel brengen van rassen van Avena strigosa Schreb. die niet zijn opgenomen in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen of in de nationale rassenlijsten van de lidstaten (PB L 226 van 28.8.2010, blz. 46), gewijzigd bij:

    32011 D 0043: Besluit 2011/43/EU van de Commissie van 21 januari 2011 (PB L 19 van 22.1.2011, blz. 19).”.

    2)

    Onder de titel „BESLUITEN WAARMEE DE EVA-LANDEN EN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA REKENING DIENEN TE HOUDEN” worden de punten 1 (Besluit 70/47/EEG van de Commissie), 3 (Beschikking 73/188/EEG van de Commissie), 4 (Beschikking 74/5/EEG van de Commissie), 6 (Beschikking 74/358/EEG van de Commissie), 7 (Beschikking 74/360/EEG van de Commissie), 8 (Beschikking 74/361/EEG van de Commissie), 9 (Beschikking 74/362/EEG van de Commissie), 12 (Beschikking 74/491/EEG van de Commissie, 14 (Beschikking 74/532/EEG van de Commissie, 17 (Beschikking 75/752/EEG van de Commissie), 40 (Beschikking 79/355/EEG van de Commissie), 59 (Beschikking 86/153/EEG van de Commissie), 64 (Beschikking 89/101/EEG van de Commissie), 68 (Beschikking 90/209/EEG van de Commissie), 75 (Beschikking 2005/325/EG van de Commissie), 76 (Beschikking 2005/886/EG van de Commissie), 78 (Beschikking 2008/462/EG van de Commissie), 79 (Beschikking 2009/786/EG van de Commissie) 80 (Besluit 2010/198/EU van de Commissie) en 81 (Besluit 2010/377/EU van de Commissie) geschrapt.

    3)

    Na punt 81 (Besluit 2010/377/EU van de Commissie) wordt onder de titel „BESLUITEN WAARMEE DE EVA-LANDEN EN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA REKENING DIENEN TE HOUDEN” het volgende punt ingevoegd:

    „82.

    32010 D 0680: Besluit 2010/680/EU van de Commissie van 9 november 2010 tot vrijstelling van Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Estland, Ierland, Spanje, Frankrijk, Cyprus, Letland, Litouwen, Malta, Nederland, Polen, Slovenië, Slowakije, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk van de verplichting tot toepassing op bepaalde gewassen van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 68/193/EEG, 1999/105/EG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad met betrekking tot het in de handel brengen van respectievelijk zaaizaad van groenvoedergewassen, zaaigranen, vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken, bosbouwkundig teeltmateriaal, bietenzaad, groentezaad en zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (PB L 292 van 10.11.2010, blz. 57).”.

    Artikel 2

    De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Besluiten 2010/468/EU, 2010/680/EU en 2011/43/EU zijn authentiek.

    Artikel 3

    Dit besluit treedt in werking op 2 juli 2011, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst bedoelde kennisgevingen aan het Gemengd Comité van de EER hebben plaatsgevonden (25).

    Artikel 4

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel, 1 juli 2011.

    Voor het Gemengd Comité van de EER

    De voorzitter

    Kurt JÄGER


    (1)  PB L 171 van 30.6.2011, blz. 27.

    (2)  PB L 226 van 28.8.2010, blz. 46.

    (3)  PB L 292 van 10.11.2010, blz. 57.

    (4)  PB L 19 van 22.1.2011, blz. 19.

    (5)  PB L 13, 19.1.1970, p. 26.

    (6)  PB L 87 van 7.4.2010, blz. 34.

    (7)  PB L 173 van 8.7.2010, blz. 73.

    (8)  PB L 194 van 16.7.1973, blz. 16.

    (9)  PB L 12 van 15.1.1974, blz. 13.

    (10)  PB L 196 van 19.7.1974, blz. 15.

    (11)  PB L 196 van 19.7.1974, blz. 18.

    (12)  PB L 196 van 19.7.1974, blz. 19.

    (13)  PB L 196 van 19.7.1974, blz. 20.

    (14)  PB L 267 van 3.10.1974, blz. 18.

    (15)  PB L 299 van 7.11.1974, blz. 14.

    (16)  PB L 319 van 10.12.1975, blz. 12.

    (17)  PB L 84 van 4.4.1979, blz. 23.

    (18)  PB L 115 van 3.5.1986, blz. 26.

    (19)  PB L 38 van 10.2.1989, blz. 37.

    (20)  PB L 108 van 28.4.1990, blz. 104.

    (21)  PB L 109 van 29.4.2005, blz. 1.

    (22)  PB L 326 van 13.12.2005, blz. 39.

    (23)  PB L 160 van 19.6.2008, blz. 33.

    (24)  PB L 281 van 28.10.2009, blz. 5.

    (25)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


    Top