Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007D0258

    2007/258/EG: Beschikking van de Commissie van 20 december 2006 betreffende de steunmaatregel C 24/2004 (ex NN 35/2004) die Zweden ten uitvoer heeft gelegd voor de invoering van terrestrische digitale televisie (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 6923) (Voor de EER relevante tekst )

    PB L 112 van 30.4.2007, p. 77–94 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2007/258/oj

    30.4.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 112/77


    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

    van 20 december 2006

    betreffende de steunmaatregel C 24/2004 (ex NN 35/2004) die Zweden ten uitvoer heeft gelegd voor de invoering van terrestrische digitale televisie

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 6923)

    (Slechts de tekst in de Zweedse taal is authentiek)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2007/258/EG)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

    Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde artikelen te hebben aangemaand hun opmerkingen kenbaar te maken (1),

    Overwegende hetgeen volgt:

    1.   PROCEDURE

    (1)

    Bij schrijven van 9 augustus 2001 heeft satellietexploitant Nordic Satellite AB (2) (hierna „NSAB” genoemd) bij de Commissie van de Europese Gemeenschappen (hierna „de Commissie” genoemd) een klacht ingediend inzake staatssteun die de Zweedse staat zou hebben toegekend aan Teracom AB (hierna „Teracom” genoemd), de Zweedse netwerkexploitant voor terrestrische televisie, en sommige van zijn dochterondernemingen in verband met de invoering van terrestrische digitale televisie in Zweden (3). Bij schrijven van 28 november 2001 heeft televisie-exploitant Viasat AB (hierna „Viasat” genoemd), die zowel gratis televisie als betaaltelevisie aanbiedt, een klacht ingediend die grote gelijkenissen vertoonde met die van NSAB.

    (2)

    Na een voorafgaand onderzoek heeft de Commissie bij schrijven van 14 juli 2004 Zweden in kennis gesteld van haar besluit tot inleiding van een formele onderzoeksprocedure (hierna „de inleiding van de procedure” genoemd) overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag met aanzien van deze steunmaatregel. Het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie van 25 september 2004. De Commissie heeft Zweden en de belanghebbenden uitgenodigd hun opmerkingen over de betrokken steunmaatregelen te maken.

    (3)

    Op 29 oktober 2004 ontving de Commissie het antwoord van de Zweedse regering (het antwoord van 29 oktober) op het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure. De Commissie heeft verder van de volgende belanghebbenden opmerkingen ontvangen: B2 Bredband AB (hierna „B2” genoemd) (4), European Cable Communications Association (hierna „ECCA” genoemd) (5), European Satellite Operators Association (hierna „ESOA” genoemd) (6), NSAB (7), Telenor Broadcast Holding AS (hierna „Telenor Broadcast” genoemd) (8), TeliaSonera AB (hierna „TeliaSonera” genoemd) (9), UGC Europe, Inc. (hierna „UGC” genoemd) (10) en Viasat (11).

    (4)

    Bij schrijven van 17 november 2004 en 17 januari 2006 heeft de Commissie de opmerkingen van de belanghebbenden aan de Zweedse regering doorgezonden. De regering heeft haar reacties op de opmerkingen gegeven bij schrijven van 20 december 2004 en 20 maart 2006.

    (5)

    Op 22 november 2004 had de Commissie een ontmoeting met ECCA. Zij heeft ook vertegenwoordigers van NSAB en ESOA ontmoet op 1 maart 2005 en op 21 en 30 november 2005.

    (6)

    Bij schrijven van 8 februari 2006, 7 april 2006, 31 mei 2006 en 30 augustus 2006 heeft de Commissie Zweden om aanvullende inlichtingen verzocht. De regering heeft geantwoord bij schrijven van 20 maart 2006 (hierna „het antwoord van 20 maart” genoemd) (geregistreerd op 22 maart 2006), 25 april 2006 (hierna „het antwoord van 25 april” genoemd) (geregistreerd op 24 oktober 2006), 5 mei 2006 (hierna „het antwoord van 5 mei” genoemd) (geregistreerd op 11 mei 2006), 15 juni 2006 (geregistreerd op 16 juni 2006) en 1 september 2006 (geregistreerd op 4 september 2006).

    2.   ACHTERGROND

    (7)

    Deze beschikking heeft betrekking op de staatssteun die zou zijn toegekend aan Teracom en zijn dochteronderneming Boxer TV-Access (hierna „Boxer” genoemd) (tenzij anders gespecificeerd, worden Teracom en zijn dochteronderneming hieronder met de benaming Teracom aangeduid) in verband met het ontwikkelen van een platform voor terrestrische digitale televisie in Zweden (12). Volgens de klagers heeft Teracom directe en indirecte financiële steun gekregen van de Zweedse staat via de publieke omroepen SVT en UR. De steun zou zijn gebruikt om terrestrische digitale televisie in Zweden een oneerlijk concurrentievoordeel te geven in vergelijking met andere soorten digitale transmissieplatformen, zoals kabel en satelliet.

    (8)

    Het feit dat Zweden de wetten en andere bepalingen die nodig zijn om aan de richtlijn betreffende de doorzichtigheid in de financiële betrekkingen tussen lidstaten en openbare bedrijven te voldoen, niet heeft aangenomen, valt buiten deze beschikking, aangezien het Europese Hof van Justitie hierover afzonderlijk heeft geoordeeld (13).

    3.   BELANGHEBBENDE ONDERNEMINGEN

    3.1.   Ondernemingen die deelnemen aan het ontwikkelen van een platform voor digitale terrestrische televisie in Zweden

    3.1.1.   Teracom

    (9)

    Teracom is een onderneming die het platform voor terrestrische televisie in Zweden bouwt en exploiteert. Teracom is een staatsbedrijf dat in 1992 werd opgericht om de televisie- en radio-omroepactiviteiten over te nemen die daarvoor door Televerket werden uitgeoefend (14).

    (10)

    Volgens de statuten moet Teracom radio- en televisieprogramma’s uitzenden en verdelen, alsook andere diensten die verband houden of verenigbaar zijn met zijn zend- of distributieactiviteiten ontwikkelen, promoten en leveren. Deze andere diensten bestaan hoofdzakelijk uit telecom- en informatiediensten.

    (11)

    Sedert zijn oprichting is Teracom de exclusieve eigenaar en exploitant van het enige netwerk voor terrestrische televisie in Zweden (15). Om via het platform voor terrestrische televisie uit te zenden, sluiten particuliere en commerciële televisiekanalen transmissieovereenkomsten met Teracom en betalen Teracom voor de diensten die het levert.

    (12)

    Op 15 december 2005 heeft het Zweedse bureau voor post en telecommunicatie („Post- och telestyrelsen”) twee besluiten uitgevaardigd waarin het vaststelt dat Teracom in zijn rol van netwerkexploitant een aanzienlijke marktmacht bezit op de Zweedse groothandelsmarkten voor terrestrische televisiediensten. Het bureau voor post en telecommunicatie heeft Teracom daarom bepaalde verplichtingen opgelegd met betrekking tot de distributie van televisie-inhoud naar eindgebruikers via zowel het analoge als het digitale terrestrische netwerk. Teracom moet nu onder bepaalde voorwaarden toegang tot het platform voor terrestrische televisie verlenen aan bedrijven die televisie-inhoud naar eindgebruikers willen distribueren, een kostengeoriënteerde prijsbepaling en niet-discriminerende voorwaarden voor toegang tot het platform voor terrestrische televisie toepassen en apart verslag uitbrengen van zijn eigen activiteiten en activiteiten in verband met het aanbieden van toegang (16).

    3.1.2.   Boxer

    (13)

    Boxer biedt de consumenten toegang tot pakketten televisieprogramma’s en andere diensten via het platform voor terrestrische digitale televisie. De onderneming werd in oktober 1999 opgericht is voor 70 % in het bezit van Teracom en voor 30 % van de Britse risicokapitaal- en investeringsonderneming 3i (17).

    (14)

    Boxer is de enige distributeur van televisieprogramma’s (met inbegrip van betaaltelevisie) in het digitale terrestrische netwerk in Zweden. Als een televisiezender een zendvergunning krijgt voor het Zweedse terrestrische netwerk kan deze zender ofwel een distributieovereenkomst met Boxer sluiten om zijn programma’s te laten distribueren ofwel ervoor kiezen deze ongecodeerd uit te zenden. De meeste televisiezenders die via het digitale terrestrische netwerk uitzenden, hebben een distributieovereenkomst met Boxer gesloten (18). Naar eigen zeggen is Boxer in 2005 met 42 % gegroeid en had het bedrijf eind december 2005 meer dan een half miljoen abonnees (19).

    3.1.3.   SVT

    (15)

    SVT is de grootste publieke omroep in Zweden. Sinds 1997 is SVT eigendom van een stichting, zoals alle andere publieke radio- en televisieomroepen (20). De verplichtingen van SVT als publieke omroep worden geregeld in de licenties voor analoge en digitale uitzendingen die door de regering worden toegekend. De publieke zenders van SVT moeten 99,8 % van de Zweedse bevolking bereiken en SVT moet zoveel mogelijk via het terrestrische netwerk uitzenden (21). De eis dat de uitzendingen 99,8 % van de bevolking moeten bereiken, brengt met zich dat SVT parallel via het analoge terrestrische netwerk moet uitzenden in afwachting dat het platform voor digitale terrestrische televisie volledig is uitgebouwd. SVT koopt momenteel al zijn diensten voor terrestrische uitzendingen van Teracom (22).

    (16)

    Alle SVT-zenders worden ongecodeerd uitgezonden. In de transmissievergunning van SVT wordt ook vermeld dat SVT gebruik kan maken van satelliet — en SVT zendt inderdaad zijn publieke zenders via satelliet uit om de bevolking in heel Zweden te bereiken. Tussen maart 1999 en april 2004 had een van de klagende partijen, NSAB, het alleenrecht om de publieke zenders van SVT in Scandinavië via zijn satellieten uit te zenden (23). De publieke zenders van SVT zijn ook toegankelijk via het kabelnetwerk ingevolge de doorgifteverplichting („must-carry”).

    3.1.4.   Utbildningsradion (hierna „UR” genoemd)

    (17)

    Utbildningsradion (UR) is de op een na grootste publieke omroep in Zweden. UR zendt zowel radio als televisie uit. Zoals SVT is UR eigendom van de stichting (zie punt 3.1.3.) (24).

    (18)

    De verplichtingen van UR als publieke omroep worden zoals voor SVT in zijn licentie geregeld en UR moet na overleg met Sveriges Radio en SVT diensten voor uitzendingen via het analoge terrestrische netwerk van Teracom kopen (25). UR zendt uit via een van de zenders van SVT en zijn programma’s moeten 99,8 % van de Zweedse bevolking bereiken. De programma’s van UR moeten ook via het terrestrische netwerk worden uitgezonden en ze worden ongecodeerd via het terrestrische netwerk en, in het kader van de doorgifteverplichting, het kabelnetwerk uitgezonden.

    (19)

    In de onderhavige beschikking worden SVT en UR in het vervolg SVT genoemd en cijfers (bv. kredieten en betalingen) die op de respectievelijke bedrijven betrekking hebben zullen voor beide bedrijven samen worden opgegeven (26).

    3.2.   De klagers

    3.2.1.   NSAB

    (20)

    NSAB is een onderneming met zetel in Zweden. NSAB is eigenaar en exploitant van twee Sirius-satellieten die de zowel de Scandinavië en de Baltische staten als Oost- en Centraal-Europa van televisiediensten en andere media- en telecommunicatiediensten voorzien. NSAB verdeelt radio- en televisiesignalen van zowel publieke als particuliere omroepen.

    (21)

    NSAB is voor 75 % in handen van het in Luxemburg geregistreerde SES ASTRA, een van de leidende exploitanten die in Europa rechtstreeks via de satelliet uitzenden, en voor 25 % van Svenska Rymdaktiebolaget. Svenska Rymdaktiebolaget is een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid die eigendom van de staat is en actief is in Zweden (27). Tot maart 2000 was NSAB deels in handen van Teracom (28).

    3.2.2.   Viasat

    (22)

    Viasat is een exploitant die gratis en betaaltelevisie aanbiedt en programma’s verdeelt via het satellietplatform Sirius. Viasat zendt uit vanuit Groot-Brittannië, waar het ook is geregistreerd. Viasat is voor 100 % een dochter van het Zweedse mediaconcern MTG AB (hierna „MTG” genoemd). MTG is over de hele wereld actief en beweert onder andere de grootste exploitant van gratis en betaaltelevisie in Scandinavië en de Baltische staten te zijn.

    4.   TELEVISIE-UITZENDINGEN

    4.1.   Platformen voor televisie-uitzendingen in Zweden

    (23)

    In Zweden worden televisieprogramma’s momenteel via het terrestrische netwerk, via het kabelnetwerk en het hoofdantennesysteem van satellieten (SMATV), via satellieten en via breedband uitgezonden. Volgens de regering zullen televisie-uitzendingen binnenkort ook via het mobiele netwerk van de derde generatie beschikbaar zijn (29).

    (24)

    Grafiek 1 toont het aandeel van de respectievelijke televisieplatformen in Zweden in 2006. De grafiek toont hoe de verschillende platformen in de praktijk worden gebruikt uitgedrukt in procent van het totale aantal huishoudens in Zweden (30). Wat betreft het platform voor terrestrische televisie wordt bovendien een onderscheid gemaakt tussen analoge en digitale ontvangst.

    Grafiek 1:

    Ontvangst van televisie-uitzendingen van de huishoudens in Zweden in 2006

    Image

    (25)

    Alle courante platformen voor televisie-uitzendingen die momenteel bestaan, met name kabel, satelliet en terrestrische televisie, werden of worden beïnvloed door de overgang van analoge naar digitale televisie-uitzendingen. De digitalisering van televisie-uitzendingen heeft grote voordelen in de vorm van een efficiënter spectrumgebruik en uitgebreidere mogelijkheden voor de transmissie. Dit leidt tot nieuwe en betere diensten van hoge kwaliteit en meer keuzemogelijkheden voor de consumenten.

    (26)

    Ongeacht het soort transmissie heeft de digitale transmissie een open architectuur of houdt zij een systeem voor voorwaardelijke toegang bij gecodeerde kanalen in. Dit betekent dat de kijkers om digitale uitzendingen te kunnen ontvangen, een digitale ontvanger moeten hebben die ofwel in het televisietoestel is ingebouwd ofwel als aparte setopbox die als decoder fungeert, wordt geleverd. Om te kunnen kijken naar gecodeerde zenders moeten de kijkers een setopbox hebben die een zogenoemde toegangskaart kan lezen.

    4.2.   Ontwikkeling van de digitale terrestrische televisie in Zweden

    (27)

    De laatste vijf jaar heeft de digitale televisie zich sterk ontwikkeld in Zweden. Alle digitale platformen — satelliet, kabel en terrestrische televisie — zijn tijdens de periode van 2000 tot 2005 gegroeid, het satellietplatform nam een leidende positie in bij de digitalisering (zie grafiek 2) (31).

    Grafiek 2:

    Ontwikkeling van de digitale platformen in Zweden (2000 tot 2005)

    Image

    (28)

    Op basis van een regeringsontwerp heeft het parlement in 1997 besloten dat de uitbouw van een digitaal terrestrisch netwerk in verschillende delen van het land moest worden aangevangen en dat de staat geleidelijk moest beslissen of en hoe het netwerk verder moet worden uitgebouwd (32). Er werd besloten dat de uitbouw van het digitale terrestrische netwerk volledig moet worden gefinancierd door de deelnemende bedrijven, met name door de omroepen en de eigenaar van het netwerk — en niet door de overheid (33).

    (29)

    In 2003 heeft het parlement besloten dat het analoge terrestrische netwerk voor 1 februari 2008 moet worden neergelegd (34) en in mei 2004 heeft het besloten dat de multiplexer die voor de digitale uitzendingen van SVT is voorbehouden, moet worden uitgebouwd zodat deze 99,8 % dekt wanneer het analoge terrestrische netwerk volledig wordt uitgeschakeld. Tegen die tijd moet minstens nog één multiplexer 98 % van de bevolking bereiken. Er werd niets besloten over welk deel van de bevolking de andere multiplexers moeten bereiken (35).

    (30)

    Volgens Teracom werd op 19 september 2005 met de eerste fase van de uitschakeling van het analoge terrestrische netwerk begonnen en waren hierbij 150 000 Zweedse huishoudens betrokken (36). Zie tabel 1 voor de geplande uitschakelingsfasen en het deel van de bevolking dat naar schatting bij de verschillende fasen betrokken zal zijn.

    Tabel 1:

    Geplande uitschakeling van het analoge terrestrische netwerk en deel van de bevolking dat hierbij naar schatting betrokken zal zijn

     

    Procent van de bevolking in het betrokken gebied

    Procent van de bevolking die door digitale terrestrische televisie wordt bereikt

    (Cumulatieve cijfers)

    Fase 1: beëindigd in november 2005

    4

    4

    Fase 2: beëindigd in mei 2006

    20

    24

    Fase 3: gepland te worden beëindigd in november 2006

    16

    39

    Fase 4: gepland te worden beëindigd in mei 2007

    28

    67

    Fase 5: gepland te worden beëindigd in oktober 2007

    33

    100

    Bron: Teracom. NB: De cijfers zijn schattingen.

    (31)

    Teracoms eigen middelen en inkomsten uit de verkoop van netwerkdiensten (bv. gebruiksrechten) zijn niet voldoende geweest om de totale investeringskosten voor de uitbouw van het landelijke digitale terrestrische netwerk te dekken en Teracom heeft daardoor meer kapitaal moeten verwerven. Dit heeft Teracom gedaan door leningen op de kapitaalmarkt en de verkoop van activa. Op deze wijze heeft Teracom de uitbouw van het digitale terrestrische netwerk kunnen financieren (37).

    4.2.1.   Uitzendingen via het digitale terrestrische netwerk in Zweden

    (32)

    Digitale terrestrische televisie wordt via multiplexers uitgezonden, dit zijn systemen die meervoudige signalen combineren en digitaliseren voor transmissie via een enkelvoudige lijn of een gemeenschappelijk kanaal. Dit resulteert in een grotere capaciteit en meerdere zenders die tegelijkertijd kunnen worden uitgezonden. Teracom exploiteert momenteel vijf multiplexers en elk van deze heeft de capaciteit om acht individuele televisiezenders uit te zenden. In het voorjaar van 2006 bereikten vier van de multiplexers circa 98 % van de Zweedse bevolking, de vijfde circa 50 % (38).

    (33)

    De regering baseert haar besluit om een licentie te verlenen op aanbevelingen van Radio och TV-verket, dat de aanvragen onderzoekt. In oktober 2006 hadden ongeveer 40 televisiezenders een licentie gekregen om via het digitale terrestrische netwerk uit te zenden. Een van de vijf multiplexers is voorbehouden voor SVT, een andere wordt momenteel hoofdzakelijk door TV4 gebruikt en de overige worden gedeeld door de andere licentiehouders (39).

    4.2.2.   Marketing van het digitale terrestrische netwerk bij de consumenten

    (34)

    Boxer is verantwoordelijk voor het abonneebestand — dit wil zeggen voor de marketing van het betaaltelevisieaanbod via het platform voor digitale terrestrische uitzendingen bij de eindgebruikers. Volgens de regering ondervinden Teracom en Boxer hevige concurrentie van andere transmissieplatformen, bv. satellietexploitanten. Dit heeft het voor Boxer moeilijk gemaakt om van de klanten de volle prijs te krijgen voor een setopbox en tegelijk zijn positie te versterken en een klantenbestand op te bouwen. Na de lancering van het platform voor digitale terrestrische televisie heeft Boxer daarom zijn klanten setopboxen tegen een lage prijs aangeboden en de kosten over de hele abonnementsperiode teruggewonnen. Dit verklaart waarom Boxer grote verliezen heeft geleden in de beginfase van de activiteiten. Toen Boxer verlies leed, kreeg het bedrijf een kapitaalinjectie onder gelijke voorwaarden van beide moederondernemingen, 70 % van Teracom en 30 % van Skandia (40).

    4.3.   Openbare televisie in Zweden en de financiering ervan

    (35)

    Volgens de Zweedse wet moet elk huishouden dat een televisietoestel heeft kijk- en luistergeld betalen. De inkomsten uit het kijk- en luistergeld worden gebruikt om de openbare omroepen (televisie en radio) in Zweden te financieren (41).

    (36)

    Het kijk- en luistergeld wordt geïnd door een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid die eigendom is van de Zweedse openbare televisie- en radio-omroepen, namelijk Radiotjänst i Kiruna AB (hierna „Rikab” genoemd) (42). Rikab stort het ingezamelde bedrag door naar een rekening bij „Riksgäldskontoret”, de zogenoemde „rundradiokontot”.

    (37)

    Op basis van de activiteiten van SVT en eventuele aanpassingen of toevoegingen die de regering wil doen met betrekking tot de verplichting tot openbare dienstverlening, beslist het parlement jaarlijks welk bedrag aan SVT wordt toegekend voor zijn opdracht van publieke dienst (43). SVT gebruikt de verstrekte middelen om zijn werkzaamheid in publieke dienst uit te oefenen zoals beschreven in de licentie en de financieringsvoorwaarden (44). SVT beslist zelf welk deel van de financiering voor bv. programma-activiteiten wordt gebruikt en hoeveel aan de distributie van programma’s wordt besteed (bv. de betaling van transmissierechten aan Teracom) (45).

    (38)

    Tijdens de overgang naar digitale terrestrische televisie zal er parallel analoge en digitale terrestrische televisie worden uitgezonden om de kijkers de tijd te geven over te schakelen op de nieuwe manier van ontvangen. Om te vermijden dat de hogere kosten van SVT ten gevolge van de parallelle uitzendingen tot een voelbare verhoging van het kijk- en luistergeld zouden leiden (46), heeft de overheid besloten om een alternatieve financieringswijze in te voeren om de kosten te dekken. Hiervoor werd in 2002 bij Riksgäldskontoret een speciale rekening geopend, de zogenoemde „distributionskontot”. Deze wordt gefinancierd met geld van „rundradiokontot” en door een krediet dat door Riksgäldskontoret wordt toegestaan. Daarna wordt het geld van de distributierekening aan SVT doorgestort om de uitzendingen via het terrestrisch netwerk te betalen (47).

    (39)

    De eerste jaren is het saldo van de distributierekening negatief, aangezien het bedrag dat van „rundradiokontot” wordt gestort kleiner is dan het bedrag dat van de distributierekening voor transmissierechten aan SVT wordt gestort. Het verschil tussen het bedrag dat van „rundradiokontot” op de distributierekening wordt gestort en het geld dat SVT nodig heeft voor transmissiebetalingen wordt gedekt door het krediet dat Riksgäldskontoret heeft toegestaan. Als het analoge terrestrische netwerk wordt uitgeschakeld en SVT niet meer moet betalen voor het parallel uitzenden van analoge en digitale terrestrische signalen, zullen de bedragen die van de distributierekening aan SVT worden gestort, kleiner worden en zal het negatieve saldo van de distributierekening geleidelijk worden afbetaald. Er is berekend dat alle kosten voor parallelle uitzendingen ten laatste in 2013 volledig zullen zijn teruggewonnen en de distributierekening weer in evenwicht zal zijn (48).

    (40)

    Volgens de financieringsvoorwaarden zijn er geen beperkingen voor hoe SVT het geld van „rundradiokontot” en de distributierekening gebruikt en verdeelt — op voorwaarde dat het geld enkel voor zijn werkzaamheid in publieke dienst wordt gebruikt zoals bepaald in de licentie en de financieringsvoorwaarden (49).

    4.4.   Publieke televisieomroepen in het terrestrische netwerk: betalingen van SVT aan Teracom voor transmissiediensten

    (41)

    Een deel van de financiering die aan SVT wordt toegekend, wordt gebruikt om diensten voor terrestrische uitzendingen van Teracom te kopen. Over de prijs van deze diensten wordt tussen SVT en Teracom onderhandeld, zonder de tussenkomst van de regering. Volgens de regering en de jaarverslagen van Teracom past Teracom het beginsel van gelijke behandeling toe voor alle omroepen inzake de bijdragen voor analoge en digitale transmissie (50).

    (42)

    Van 1992 tot december 2005 was Teracom verplicht de prijs voor analoge terrestrische uitzendingen op basis van een kostprijscalculatie te bepalen. De bedragen die SVT daadwerkelijk aan Teracom moet betalen, worden in principe meerdere jaren vooraf vastgelegd tijdens onderhandelingen tussen beide bedrijven. Volgens de huidige overeenkomst zijn de betalingen van SVT aan Teracom voor de periode 2004-2013 onder andere gebaseerd op de planning voor de uitschakeling van het analoge terrestrische netwerk. Indien het parlement beslist om deze planning veranderen, kunnen de betalingen worden aangepast (51).

    (43)

    Wat betreft digitale terrestrische televisie wordt de toepassing van het beginsel van gelijke behandeling door Teracom weerspiegeld in het feit dat alle omroepen (met inbegrip van SVT) sinds 1999 volgens hetzelfde prijsmodel worden belast, de zogenoemde op penetratiegraad gebaseerde prijszetting („penetrationsbaserad prissättning”) (52). Dit betekent dat, met uitzondering van bepaalde vaste bijdragen per zender (d.w.z. een basisbijdrage en een aansluitingsbijdrage), een variabel bedrag aan de zenders wordt aangerekend naargelang hun respectievelijke kijkersaantallen (penetratiegraad). Het variabele bedrag per kijker is hetzelfde voor alle zenders (53). Het beginsel van gelijke behandeling zwakt het prijsbeleid van Teracom tegenover SVT af en garandeert dat SVT niet meer betaalt voor digitale terrestrische televisie dan andere omroepen — in de mate dat de gevraagde diensten dezelfde zijn (54). Het beginsel van gelijke behandeling werd onlangs in de begroting 2005/2006 bevestigd (55).

    (44)

    […] (56)  (57)

    5.   GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE VERMEENDE STEUNMAATREGELEN

    (45)

    De in deze beschikking onderzochte maatregelen zijn de volgende:

    Indirecte financiële steun aan Teracom door de vermeende onredelijk hoge transmissierechten die SVT zou hebben betaald voor de transmissiediensten die Teracom via het analoge en digitale terrestrische netwerk levert.

    Directe financiële steun die aan Teracom werd toegekend in de vorm van een overheidsgarantie.

    Directe financiële steun in de vorm van een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage die Teracom terug moet betalen.

    5.1.   Betaling van transmissierechten door SVT aan Telecom

    (46)

    Op basis van de informatie die de Commissie ter beschikking had toen zij besloot de procedure in te leiden, had zij redenen om aan te nemen dat de regering SVT als instrument gebruikte om overheidsmiddelen naar Teracom over te hevelen in verband met de overgang van analoge naar digitale televisie in het terrestrische netwerk. Volgens de beschikbare informatie had SVT voor de transmissie een financiering gekregen die gecumuleerd voor de periode van 2002 tot 2013 hoger was dan de geraamde kosten van Teracom om via de zenders van SVT uit te zenden. Het bedrag dat de verwachte kosten overschrijdt, bleek in 2013 tot circa 509,61 miljoen SEK op te lopen (zie tabel 2).

    (47)

    In het besluit tot inleiding van de procedure drukte de Commissie ook haar bedenkingen uit over het feit dat de financiering die aan SVT werd toegekend om de transmissierechten te betalen automatisch naar Teracom werd doorgegeven. Indien de voorwaarden van Teracom voor het leveren van transmissiediensten aan SVT niet vergelijkbaar zijn met de voorwaarden voor een normale markttransactie, kan door betalingen die hoger zijn dan de marktprijs de bezorgdheid ontstaan over een eventuele verborgen steun ten voordele van Teracom.

    (48)

    De informatie waar de Commissie toegang toe had toen zij het besluit tot inleiding van de procedure nam, toonde aan dat de betalingen van transmissierechten van SVT aan Teracom tot 2007 lager zouden zijn dan de kosten van Teracom om SVT uit te zenden (zie kolom 5 in tabel 2). De informatie toonde echter aan dat vanaf 2008, wanneer het analoge terrestrische netwerk is uitgeschakeld en SVT niet meer verplicht zal zijn zowel analoog als digitaal uit te zenden, de jaarlijkse betalingen van SVT hoger zouden zijn dan de kosten van Teracom om SVT uit te zenden. Van 2008 tot 2013 zou SVT Teracom jaarlijks beduidend meer betalen dan de kosten voor de transmissie. Er werd berekend dat de betalingen van SVT in 2013 zouden oplopen tot 2,3 keer de kosten voor de transmissie. Dergelijke betalingen zouden meer dan voldoende de verliezen van Teracom compenseren en ervoor zorgen dat Teracom tegen 2013 een gecumuleerde winst van 509,61 miljoen SEK zou kunnen behalen. De Commissie betwijfelde of deze winst onder normale marktvoorwaarden zou worden gemaakt en vermoedde dat de winst staatssteun ten voordele van Teracom zou kunnen vormen. Zie het besluit tot inleiding van de procedure, punt 32.

    Tabel 2:

    Betalingen van transmissierechten van SVT aan Teracom in de periode van 2002 tot met 2013 volgens het besluit tot inleiding van de procedure

    Jaar

    Betalingen van SVT aan Teracom (1)

    Kosten van Teracom om SVT analoog uit te zenden (2)

    Kosten van Teracom om SVT digitaal uit te zenden (3)

    Totale kosten van Teracom om SVT uit te zenden

    (4 = 2 + 3)

    Geraamde jaarlijkse winst van Teracom

    (5 = 4 - 1)

    Geraamde gecumuleerde winst/gecumuleerd verlies van Teracom (6)

    2002

    485

    480

    160

    640

    - 155,00

    - 155,00

    2003

    523

    480

    160

    640

    - 117,00

    - 272,00

    2004

    556,46

    480

    160

    640

    -83,54

    - 355,54

    2005

    591,79

    480

    160

    640

    -48,21

    - 403,75

    2006

    256,19

    240

    160

    400

    - 143,81

    - 547,56

    2007

    273,79

    120

    160

    280

    -6,21

    - 553,77

    2008

    291,58

     

    160

    160

    131,58

    - 422,19

    2009

    309,57

     

    160

    160

    149,57

    - 272,61

    2010

    327,77

     

    160

    160

    167,77

    - 104,85

    2011

    346,16

     

    160

    160

    186,16

    81,31

    2012

    364,75

     

    160

    160

    204,75

    286,06

    2013

    383,55

     

    160

    160

    223,55

    509,61

    5.2.   Staatsgarantie ten gunste van Teracom

    (49)

    Op grond van de beschikbare informatie op het ogenblik van het besluit tot inleiding van de procedure heeft de Commissie reden te vermoeden dat een overheidsgarantie is verleend aan Teracom, of ten minste ter beschikking van Teracom is gesteld.

    (50)

    In 2001 was de prognose voor de solventie van Teracom niet zo gunstig om redenen die verband hielden met de investeringen van Teracom in terrestrische digitale televisie en er werd verwacht dat de solventie verder zou verslechteren (58). Het risico bestond derhalve dat Teracom niet enkel moeilijkheden zou krijgen om te voldoen aan zijn verplichtingen om de programma’s van SVT en TV4 uit te zenden, maar ook onvoldoende middelen zou hebben om het digitale terrestrische netwerk als geheel uit te bouwen en te exploiteren. Bovendien bestond het risico dat Teracom niet aan zijn verplichtingen tegenover zijn schuldeisers zou kunnen voldoen.

    (51)

    In een regeringsontwerp van november 2001 werd de aanbeveling gedaan om een kredietgarantie van maximaal 2 miljard SEK (circa 210 miljoen euro) aan Teracom toe te kennen. Aan Teracom zou een bijdrage worden aangerekend om risico’s en administratieve kosten met betrekking tot het toekennen van de garantie te dekken en de garantie was in de tijd beperkt (59). Het voorstel werd door het parlement goedgekeurd in februari 2002 (60). Op grond van de beschikbare informatie op het ogenblik van het besluit tot inleiding van de procedure heeft de regering besloten een overheidsgarantie aan Teracom te verlenen nadat dit voorstel was goedgekeurd.

    (52)

    De Commissie heeft de toepassing van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag op kredietgaranties verleend door een lidstaat verklaard in haar mededeling inzake staatssteun in de vorm van garanties (de „mededeling inzake garanties”) (61). Krachtens paragraaf 4 van de mededeling inzake staatsgaranties garandeert enkel het voldoen aan bepaalde voorwaarden dat een individuele staatsgarantie geen staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, vormt (62).

    (53)

    Rekening houdend met de achtergrond van de kredietgarantie en de redenen voor de beslissing om een garantie te stellen, zoals in het besluit tot inleiding van de procedure werd verklaard (de slechte financiële toestand en steeds slechter wordende solventie van Teracom), had de Commissie redenen om aan te nemen dat misschien niet was voldaan aan de voorwaarden in paragraaf 4 van de mededeling inzake staatsgaranties en de staatsgarantie staatssteun aan Teracom vormde.

    5.3.   Kapitaalverhoging

    (54)

    Op grond van de informatie over de financiële toestand van Teracom die op het ogenblik van het besluit tot inleiding van de procedure beschikbaar was, kon de Commissie niet uitsluiten dat de voorwaardelijke bijdrage in de vorm van een kapitaalverhoging staatssteun aan Teracom vormde.

    (55)

    Teracom was in 2002 weliswaar begonnen met een reorganisatie van de activiteiten van het hele concern om zijn financiële toestand (63) te verbeteren, maar Teracom leed toch verlies en de solventie van het bedrijf bleef slechter worden (64). Volgens de informatie waar de Commissie toegang toe had toen zij het besluit tot inleiding van de procedure nam, had Teracom eind 2002 een solventiegraad van 20 %, terwijl zijn kredietverstrekkers een solventiegraad van 25 % eisten (volgens de informatie van de Commissie had het concern duidelijk een solventiegraad van 30 %) (65). Zowel Teracom als zijn kredietverstrekkers hebben daarom om een kapitaalverhoging voor Teracom verzocht (66).

    (56)

    Volgens de informatie van de Commissie stelde de regering vast dat de precaire financiële toestand van Teracom tijdelijk was en veroorzaakt was door hoge investerings- en exploitatiekosten, en dat Teracom op lange termijn een winstgevende onderneming met een sterke positie op de markt en een serieus bedrijfsmodel zou worden. In maart 2003 stelde de regering voor dat het parlement de toekenning van een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage in de vorm van een kapitaalverhoging van circa 500 miljoen SEK (circa 52,5 miljoen euro) aan Teracom zou goedkeuren (67). Sinds het parlement in mei 2003 zijn goedkeuring heeft gegeven en in juni 2003 een overeenkomst met Teracom heeft ondertekend, heeft de overheid Teracom een bijdrage in de vorm van een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage toegekend.

    (57)

    In maart 2003, voor het voorstel werd aangenomen, lichtte de regering de Commissie in over haar voornemen een voorstel bij het parlement in te dienen in verband met de kapitaalverhoging. Volgens de regering was er echter geen sprake van een formele aanmelding bij de Commissie (68).

    (58)

    Uit de informatie waarover de Commissie beschikte, bleek echter dat de solventiegraad van Teracom lager was dan de vereiste 25 %. Dit bracht de Commissie ertoe te besluiten dat de transactie misschien niet volgens dezelfde voorwaarden was uitgevoerd als op de particuliere kredietmarkt (m.a.w. dat een particuliere kredietverlener dezelfde beslissing zou hebben genomen om aan Teracom een kapitaalverhoging toe te kennen). De Commissie kon derhalve niet uitsluiten dat de kapitaalverhoging staatssteun vormde.

    5.4.   Redenen voor de inleiding van de formele onderzoeksprocedure

    (59)

    Uit de informatie waar de Commissie toegang toe had toen zij het besluit tot inleiding van de procedure nam, bleek dat niet kon worden uitgesloten dat de drie vermeende steunmaatregelen voldeden aan de voorwaarden in artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag en daarom staatssteun vormden.

    (60)

    Toen het besluit tot inleiding van de procedure werd genomen, had de Commissie bovendien geen toegang tot informatie die erop zou kunnen wijzen dat de steun verenigbaar met het EG-Verdrag was. Geen van de afwijkingen in artikel 87, lid 2 of 3, of in artikel 86, lid 2, bleken van toepassing en het was een probleem dat Zweden het beginsel van de technologische neutraliteit tijdens het digitaliseringsproces niet leek te hebben gerespecteerd.

    (61)

    De Commissie heeft daarom een formele onderzoeksprocedure ingeleid om Zweden en de belanghebbenden de mogelijkheid te geven opmerkingen te maken over de voorlopige beoordeling van de Commissie in het besluit tot inleiding van de procedure.

    6.   OPMERKINGEN VAN DE BELANGHEBBENDEN

    6.1.   B2 Bredband AB (hierna „B2” genoemd)

    (62)

    B2 gaat akkoord met alle beweringen in het besluit tot inleiding van de procedure. Volgens B2 kunnen de voordelen die aan Teracom werden toegekend de mededinging niet enkel op de markt voor digitale satellietuitzendingen, maar ook voor digitale kabeluitzendingen vervalsen. Op de markt van breedbanddiensten zal multicast-televisie de komende jaren een belangrijk product worden (69).

    6.2.   ECCA

    (63)

    ECCA heeft geen bijzondere opmerkingen op de informatie in het besluit tot inleiding van de procedure, maar is ingenomen met het onderzoek van de Commissie naar de digitale terrestrische televisiediensten in Zweden. Den välkomnas i synnerhet därför att flera medlemsstater vidtar åtgärder för att finansiera ny infrastruktur och då särskilt nätverk och tjänster för digitala marksändningar. Volgens ECCA heeft dit beleid al invloed op het gedrag van de klanten met betrekking tot kabeldiensten.

    (64)

    Bovendien beweert ECCA dat de procedures en voorwaarden die nationale en regionale overheden aan deze platformen toekennen discriminerend zijn en tot een concurrentienadeel voor andere platformexploitanten leiden. Volgens ECCA staan investeerders weigerachtig tegenover investeringen in infrastructuur als het waarschijnlijk is dat de overheid de oprichting van een concurrerende infrastructuur zal steunen die hetzelfde type diensten tegen een lagere prijs kan leveren. Dit zou zeer negatieve effecten kunnen hebben op de toegang tot financiering die noodzakelijk is om deze kabelsector te consolideren, netwerken uit te bouwen en nieuwe diensten te lanceren (70).

    6.3.   ESOA

    (65)

    Volgens ESOA kent de Zweedse overheid onrechtmatige staatssteun toe aan Teracom. Het gevolg van de steun is dat deze de terrestrische technologische oplossing bevoordeelt ten koste van andere oplossingen zoals kabel en satelliet, wat de mededinging verstoort aangezien Teracom door de staatssteun zijn kosten kan verminderen en onder de normale marktprijzen kan leveren.

    (66)

    Volgens ESOA vraagt de exploitatie van satellieten voor digitale televisie grote investeringen. Op een markt die niet is verstoord, zijn satellieten echter grote concurrenten van terrestrische digitale oplossingen (met inbegrip van kabel). Gezien in de hele EU van analoge naar digitale uitzendingen wordt overgegaan, is ESOA bezorgd dat ook in andere landen gelijkaardige ingrepen als in Zweden kunnen voorkomen (71).

    6.4.   NSAB

    (67)

    NSAB blijft bij de argumenten in zijn klacht en aanvullende opmerkingen en gaat akkoord met de beweringen in het besluit tot inleiding van de procedure. NSAB betwijfelt echter of de cijfers die de Zweedse overheid in haar antwoord op het besluit tot inleiding van de procedure geeft, overeenstemmen met alle betalingen van SVT aan Teracom en of zij een eerlijk en correct beeld geven van de bedragen die werkelijk zijn betaald. NSAB verzoekt de Commissie daarom nadere inlichtingen en verklaringen te vragen aan de regering.

    (68)

    Wat betreft de argumenten van de regering ten voordele van digitale terrestrische televisie en ten nadele van digitale satelliettelevisie stelt NSAB vast dat er in sommige buurlanden relatief weinig huishoudens zijn die geen satellietuitzendingen kunnen ontvangen. Bovendien wijst NSAB erop dat in landen zoals bijvoorbeeld Finland 10 % van de huishoudens ontvangstproblemen hebben, ook in gebieden met voldoende digitale terrestrische dekking. NSAB stelt verder vast dat volgens de BBC in Groot-Brittannië 25 % van de huishoudens geen terrestrische televisie kan kijken door slechte antenne-installaties.

    (69)

    Ten slotte betwijfelt NSAB of het rapport van Öhrlings PriceWaterhouseCoopers (PWC) over de kapitaalverhoging van het Teracom-concern onpartijdig is. NSAB beweert ook dat de bedrijfsprognose voor Teracom in het rapport gebaseerd is op al te optimistische veronderstellingen, bijvoorbeeld over het verwachte aantal abonnees (72).

    6.5.   Telenor Broadcast

    (70)

    Telenor Broadcast neemt geen standpunt in over in hoeverre de vermeende maatregelen in deze zaak staatssteun vormen. Daarentegen benadrukt de onderneming dat steun die aan het platform voor digitale terrestrische televisie wordt toegekend voor andere platformexploitanten een concurrentienadeel vormt, zowel op de distributiemarkten, waar televisiediensten aan de consument worden geleverd, als op de uitzendingsmarkten, waar infrastructuurcapaciteit voor uitzendingen aan de omroepen wordt geleverd.

    (71)

    Teracom (met inbegrip van Boxer) levert zowel transmissiediensten aan omroepen als televisiediensten aan consumenten en zal de staatssteun kunnen gebruiken om beide activiteiten te subsidiëren. Op de downstreammarkt voor televisiedistributie kan dit zowel door de televisiediensten tegen lagere prijzen aan te bieden als door meer setopboxen aan te bieden dan financieel haalbaar zou zijn zonder staatssteun. Volgens Telenor Broadcast is dit van essentieel belang in dit stadium van de ontwikkeling in de richting van een gemeenschappelijke markt voor alle platformen.

    (72)

    Telenor Broadcast stelt ook de vraag of de verplichting van SVT om 99,8 % van de Zweedse bevolking via het terrestrische netwerk te bereiken op zich staatssteun vormt en betwijfelt of terrestrische televisie de meest kosteneffectieve manier is om televisie te distribueren (73).

    6.6.   TeliaSonera

    (73)

    TeliaSonera neemt geen standpunt in over in hoeverre de vermeende maatregelen in deze zaak verenigbaar zijn met het EG-Verdrag. TeliaSonera benadrukt echter het belang van concurrentieneutraliteit tussen verschillende technische infrastructuren op de markt van televisiedistributie (74).

    6.7.   UGC

    (74)

    UGC neemt geen standpunt in over in hoeverre de vermeende maatregelen in deze zaak verenigbaar zijn met het EG-Verdrag. Tegelijk spreekt UGC echter zijn sterke steun uit voor het onderzoek van de Commissie. Verder beweert UGC dat door de overheid gesponsorde concurrentie de markt enkel kan verstoren. Volgens UGC is de verwijzing naar algemeen belang geen basis voor een ingrijpen van overheidswege voor de uitbouw van terrestrische digitale televisie. Als het in het algemeen belang zou zijn dat digitale televisie wordt geleverd, bestaan er veel alternatieve infrastructuren die hiervoor kunnen worden gebruikt (75).

    6.8.   Viasat

    (75)

    Viasat is ingenomen met het onderzoek van de Commissie en is van mening dat duidelijk uit het besluit tot inleiding van de procedure blijkt dat Teracom (met inbegrip van Boxer) een beduidende financiering in de vorm van overheidsmiddelen heeft gekregen die onrechtmatige staatssteun vormt. Viasat gaat volledig akkoord met de conclusies van het besluit tot inleiding van de procedure. Volgens Viasat zijn satellietuitzendingen een veel kosteneffectiever distributieplatform en zal de keuze van de regering om het terrestrische netwerk te steunen leiden tot minder keuzemogelijkheden voor de consument en een lagere kwaliteit van de aangeboden producten.

    (76)

    Viasat voegt toe dat Boxer ook voordeel heeft gehaald uit bijkomende staatssteun, niet enkel via Teracom, maar ook direct van SVT. In tegenstelling tot distributeurs van satellietuitzendingen (met inbegrip van Viasat) moet Boxer geen bijdrage betalen voor de distributierechten voor de programma’s van SVT (76).

    7.   OPMERKINGEN VAN ZWEDEN

    (77)

    In haar antwoord van 29 oktober is de regering van mening dat er geen sprake is van steun aan Teracom in strijd met de verplichtingen van Zweden volgens het EG-Verdrag. De regering beweert dat het besluit tot inleiding van de procedure op onvolledige en vaak foute informatie was gebaseerd.

    7.1.   De bewering dat SVT onredelijk hoge transmissierechten aan Teracom heeft betaald.

    (78)

    Volgens de regering heeft SVT geen onredelijk hoge bijdragen voor transmissiediensten via het analoge en digitale terrestrische netwerk aan Teracom betaald en zal dat ook niet doen. Bovendien beweert de regering dat het oordeel van de Commissie in het besluit tot inleiding van de procedure op onjuiste gegevens was gebaseerd.

    (79)

    In het besluit tot inleiding van de procedure bekijkt de Commissie ten eerste de kosten van Teracom voor het digitale terrestrische netwerk (kolom 3 in tabel 2) exclusief BTW, hoewel alle andere cijfers in deze tabel inclusief BTW zijn. Volgens de regering moeten alle cijfers zonder BTW worden opgegeven om vergelijkbaar te zijn (77). In tabel 3 wordt de relevante tabel uit het besluit tot inleiding van de procedure zonder de BTW weergegeven. Volgens de gecorrigeerde cijfers zal de cumulatieve winst in 2013 beduidend lager liggen (23,7 miljoen SEK) dan het bedrag dat wordt aangegeven in het besluit tot inleiding van de procedure (509,61 miljoen SEK).

    Tabel 3:

    Betaling van transmissierechten door SVT voor de periode 2002-2013

    (exclusief BTW)

    Jaar

    Betalingen van SVT aan Teracomexcl. BTW

    (1)

    Kosten van Teracom om SVT analoog uit te zenden

    excl. BTW (2)

    Kosten van Teracom om SVT digitaal uit te zenden

    (3)

    Totale kosten van Teracom om SVT uit te zenden excl. BTW

    (4 = 2 + 3)

    Geraamde jaarlijkse winst van Teracom/förlust

    (5 = 4 - 1)

    Geraamde gecumuleerde winst/gecumuleerd verlies van Teracom

    (6)

    2002

    388,0

    384

    160

    544

    - 156,0

    - 156,0

    2003

    418,4

    384

    160

    544

    - 125,6

    - 281,6

    2004

    445,2

    384

    160

    544

    -98,8

    - 380,4

    2005

    473,4

    384

    160

    544

    -70,6

    - 451,0

    2006

    205,0

    192

    160

    352

    - 147,1

    - 598,1

    2007

    219,0

    96

    160

    256

    -37,0

    - 635,0

    2008

    233,3

     

    160

    160

    73,3

    - 561,8

    2009

    247,7

     

    160

    160

    87,7

    - 474,1

    2010

    262,2

     

    160

    160

    102,2

    - 371,9

    2011

    276,9

     

    160

    160

    116,9

    - 255,0

    2012

    291,8

     

    160

    160

    131,8

    - 123,2

    2013

    306,8

     

    160

    160

    146,8

    23,7

    Bron: Het antwoord van 29 oktober, blz. 25. NB: De tabel bevat nog steeds enkele fouten die verklaard en gecorrigeerd worden in tabel 4.

    (80)

    Ten tweede blijft de regering erbij dat het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure gebaseerd is op ramingen van de kosten van Teracom om SVT uit te zenden die al in 2001 werden gemaakt (zie kolommen 3 en 4 in respectievelijk tabel 4 en tabel 3). Volgens de regering weken de werkelijke kosten van Teracom sterk af van deze ramingen (zie tabel 4) en om deze bewering te staven, heeft zij correcte cijfers voorgelegd. Het verschil is het duidelijkst voor de kosten van Teracom voor het digitale terrestrische netwerk, waarvoor de kosten oospronkelijk op 160 miljoen SEK per jaar waren berekend. De berekening ging ervan uit dat het digitale netwerk een dekkingsgraad van 98 % zou hebben en volledig in werking zou zijn vanaf 2002, wat bijvoorbeeld ook de regionale opsplitsing van transmissiesignalen en veiligheidsmaatregelen inhoudt (78). Het digitale terrestrische netwerk werd echter pas in 2005 in deze mate uitgebouwd en pas in dat jaar begonnen de kosten van Teracom om SVT via het digitale platform uit te zenden met de oorspronkelijke berekeningen overeen te stemmen (zie tabel 4 hieronder). De cijfers die de werkelijke kosten van Teracom weergeven, weerspiegelen ook het probleem waarop de Commissie in het besluit tot inleiding van de procedure heeft gewezen, namelijk dat de kosten om SVT uit te zenden lager waren dan 160 miljoen SEK tijdens de eerste uitbouwfase (79)..

    (81)

    Ten derde wees de regering er ook op dat de betaling van transmissierechten door SVT aan Teracom volgens het besluit tot inleiding van de procedure (kolom 1 in tabel 2 en tabel 3) niet overeenstemmen met de betalingen die SVT werkelijk heeft uitgevoerd, maar betrekking hebben op de middelen die van de distributierekening naar SVT moesten worden overgebracht. Deze middelen stonden ter beschikking van SVT om terrestrische uitzendingen te betalen, maar SVT was niet verplicht deze middelen enkel voor dit doel te gebruiken (80). De regering wees de Commissie er ook op dat, in tegenstelling tot wat oorspronkelijk was gepland, het de bedoeling is dat in 2006 SVT 384 miljoen SEK (exclusief BTW) van de distributierekening zal krijgen in plaats van de 205 miljoen SEK (exclusief BTW) zoals berekend in het besluit tot inleiding van de procedure (81).

    (82)

    Tabel 4 geeft de werkelijke betalingen van SVT aan Teracom weer (kolommen 1a tot en met 1c) en de werkelijke kosten van Teracom om SVT uit te zenden (kolommen 2 tot en met 4) voor de periode van 1999 tot 2006 (82). In de tabel zijn de jaren 1999, 2000 en 2001 opgenomen, alsook de periode die het besluit tot inleiding van de procedure omvat. Volgens de regering kan de Commissie met deze cijfers verifiëren dat SVT geen onredelijk hoge bijdragen aan Teracom heeft betaald gedurende de hele periode na de lancering van het digitale terrestrische netwerk in april 1999. De informatie over de jaren 1999 tot 2001 neemt ook de onduidelijkheid weg waarop de Commissie in het besluit tot inleiding van de procedure heeft gewezen (83), namelijk dat SVT extra middelen heeft gekregen tijdens de eerste uitbouwfase van het digitale terrestrische netwerk (van 1997 tot 2001), dwz. voor de distributierekening werd gecreëerd. De regering verduidelijkte dat SVT tijdens deze periode in totaal 300,3 miljoen SEK voor technische vernieuwing heeft gekregen, waarvan […] miljoen SEK voor digitale terrestrische televisie werd gebruikt ([…] miljoen SEK in 2000 en […] miljoen SEK in 2001). Deze cijfers worden in tabel 4 weergegeven (kolom 1b) en er wordt rekening mee gehouden bij de berekening van de winst en het verlies van Teracom in zijn zaken met SVT.

    (83)

    Tabel 4 toont op basis van de werkelijke kosten en bijdragen van Teracom de winst of het verlies van Teracom in zijn zaken met SVT voor alle jaren tussen 1999 en 2006 (kolom 5). Het blijkt dat de totale betalingen van SVT aan Teracom voor analoge en digitale uitzendingen (kolom 1c) elk jaar behalve in 2005 lager waren dan de totale kosten van Teracom om SVT uit te zenden (kolom 4). Tijdens de hele periode heeft Teracom door het uitzenden van SVT een verlies van 149,5 miljoen SEK geleden.

    Tabel 4:

    Werkelijke transmissiebijdragen van SVT en werkelijke transmissiekosten van Teracom tijdens de periode 1999 tot 2006 (exclusief BTW)

    Jaar

    Analoge bijdragen van SVT

    (1a)

    Digitale bijdragen van SVT

    (1b)

    Totale bijdragen van SVT

    (1c)

    Kosten van Teracom om SVT analoog uit te zenden

    excl. BTW (2)

    Kosten van Teracom om SVT digitaal uit te zenden

    (3)

    Totale kosten van Teracom om SVT uit te zenden

    excl. BTW (4 = 2 + 3)

    Jaarlijkse winst/jaarlijks verlies van Teracom

    (5 = 4 - 1c)

    Gecumuleerde jaarlijkse winst/gecumuleerd jaarlijks verlies van Teracom

    (6)

    1999

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    -10,3

    -10,3

    2000

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    -31,8

    -42,1

    2001

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    -24,1

    -66,2

    2002

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    -18,9

    -85,1

    2003

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    […]

    -3,6

    -88,7

    2004

    […]*

    […]*

    […]

    […]

    […]

    […]

    -58,2

    - 146,9

    2005

    […]*

    […]*

    […]

    […]

    […]

    […]

    17,5

    - 129,4

    2006

    […]*

    […]*

    […]

    […]

    […]

    […]

    -20,1

    - 149,5

    Bron:Bijlage 6 in het antwoord van 20 maart. Voor cijfers met *, zie de verklaring in voetnoot 81.

    (84)

    De regering heeft aan de Commissie verklaard waarom Teracom tijdens de periode 1999 tot 2006 verlies heeft geleden met zijn SVT-uitzendingen. De verklaringen waren de volgende. Ten eerste was de prijszetting van Teracom gebaseerd op het werkelijke kijkersaantal (de zogenoemde penetratiegraad), dat lager was dan tijdens de eerste uitbouwfase werd verwacht. Ten tweede kon Teracom in het begin geen transmissierechten aanrekenen die de kosten volledig dekten om de omroepen aan te sporen via het digitale terrestrische netwerk uit te zenden. Ten derde omvatten de kosten van Teracom volgens tabel 4 impliciete kosten, bv. de opbrengst die de eigenaar wil behalen. Dergelijke impliciete kosten worden volgens de boekhoudregels niet als verlies beschouwd (84).

    (85)

    De regering heeft ook inlichtingen verstrekt over de werkelijke prijzen en kosten van Teracom om andere omroepen dan SVT via het analoge en het digitale terrestrische netwerk uit te zenden (85), met name kosten en prijzen voor de grootste commerciële omroep in Zweden, TV4, die ook de enige andere omroep op het analoge terrestrische netwerk is. Voor zover de cijfergegevens erop wijzen dat SVT hogere transmissierechten heeft betaald dan TV4, kunnen deze prijsverschillen volgens de regering verklaard worden aan de hand van de specifieke eisen die aan de uitzendingen van SVT worden gesteld, bv. de grotere dekking en hogere benutting van de capaciteit, de regionale opsplitsing van transmissiesignalen en veiligheidsmaatregelen (86).

    7.2.   De bewering dat een kredietgarantie aan Teracom werd toegekend

    (86)

    Volgens de regering werd nooit een kredietgarantie toegekend. De regering geeft echter toe dat het parlement in februari 2002 een besluit heeft aangenomen dat de regering toelaat een kredietgarantie te verstrekken (87).

    (87)

    Zoals de regering heeft aangeduid, is het van belang op te merken dat met betrekking tot staatsmiddelen volgens de Zweedse grondwet enkel de regering (en dus niet het parlement) financiële verbintenissen met derden (zoals Teracom) kan aangaan. De regering kan echter geen dergelijke verbintenissen aangaan zonder voorafgaande goedkeuring door het parlement. Bovendien had de regering in dit geval gevraagd dat Riksgäldskontoret de opdracht zou krijgen de garantie toe te kennen (88).

    (88)

    De regering heeft verklaard dat zij in juni 2002, na goedkeuring door het parlement, bij besluit heeft gevraagd dat Riksgäldskontoret een kredietgarantie aan Teracom zou toekennen en Teracom een bijdrage zou opleggen voor de risico’s die met de activiteit verbonden waren en om de administratieve kosten te dekken. De regering benadrukt echter dat in het besluit uitdrukkelijk wordt vermeld dat Riksgäldskontoret rekening dient te houden met de EG-regels inzake staatssteun om te bepalen of een kredietgarantie verenigbaar is met deze regels en, indien dit niet het geval is, de nodige informatie moet verzamelen voor een aanmelding volgens artikel 88, lid 3, van het Verdrag (89). Bovendien moet Riksgäldskontoret een risicoanalyse van een eventuele staatsgarantie uitvoeren. Het is van belang dat de staatsgarantie niet kon worden toegekend voordat Riksgäldskontoret een beslissing had genomen in verband met de grootte van de kredietgarantie, de looptijd en de grootte van de bijdragen en voordat was vastgesteld dat de kredietgarantie niet in strijd is met de EG-regels inzake staatssteun (90).

    (89)

    Riksgäldskontoret, dat zich gedeeltelijk baseerde op een voorafgaande beoordeling door Standard & Poor’s tussen juli en september 2002 (91), heeft besloten dat de financiële risico’s bij het toekennen van een kredietgarantie te groot waren. Indien een kredietgarantie werd toegekend, was een zeer hoge bijdrage nodig geweest om de risico’s te dekken. Bovendien vond Riksgäldskontoret dat niet kon worden uitgesloten dat een staatsgarantie staatssteun zou kunnen vormen (92). Volgens de regering heeft noch zij, noch Riksgäldskontoret of Teracom maatregelen genomen nadat Riksgäldskontoret zijn opmerkingen op 1 oktober 2002 had ingediend.

    7.3.   Kapitaalverhoging

    (90)

    Volgens de regering vormt de voorwaardelijke bijdrage in de vorm van een kapitaalverhoging geen staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

    (91)

    De regering stelt ten eerste vast dat het besluit tot inleiding van de procedure deels gebaseerd is op foutieve informatie, die de economische en financiële situatie slechter doet lijken dan in werkelijkheid. De solventiegraad van Teracom was niet zo laag als in het besluit tot inleiding van de procedure werd aangegeven en Teracom had enkel in 2001 en 2002 verlies geleden, niet in 2003 (93).

    (92)

    Volgens de regering heeft de Commissie in het besluit tot inleiding van de procedure de economische en financiële situatie van Teracom op het ogenblik van de kapitaalverhoging fout beoordeeld. De regering wijst erop dat de financiële en economische situatie van Teracom eind juni 2003, wanneer de regering het kapitaal van de onderneming verhoogde, aanzienlijk was veranderd in vergelijking met de periode waarop Riksgäldskontoret zijn negatieve beoordeling van het voorstel om Teracom een staatsgarantie toe te kennen, had gebaseerd (94).

    (93)

    Zoals de regering heeft vermeld, heeft Teracom in 2002 verschillende maatregelen genomen om zijn financiële en economische problemen op te lossen. Teracom heeft drie van zijn dochterondernemingen verkocht, zijn kosten verminderd door een groot deel van zijn werknemers (20 %) te ontslaan, dochterondernemingen gefusioneerd, delen van zijn activiteiten stopgezet en de activiteiten op minder plaatsen geconcentreerd en de investeringen verminderd in vergelijking met 2000 en 2001. Bovendien heeft de markt voor terrestrische digitale televisie zich gunstig ontwikkeld, met een stijgende vraag naar digitale televisieabonnementen, vooral tijdens het najaar van 2002. Voor Teracom heeft dit geleid tot een grote stijging van de jaarlijkse verkoop van abonnementen, van circa 100 000 eind 2001 tot circa 140 000 eind 2002. De maatregelen voor een verlaging van de kosten en de gestegen verkoop in de laatste helft van 2002 hebben de financiële en economische situatie van Teracom beduidend verbeterd en al tijdens de eerste drie maanden van 2003 heeft de onderneming winst gemaakt, voor de regering haar voorstel aan het parlement heeft voorgelegd (95).

    (94)

    De regering verklaart dat, toen Riksgäldskontoret zijn negatieve beoordeling heeft gegeven, zij besloten heeft een meer diepgaande analyse van de economische en financiële situatie van Teracom uit te voeren (96) in plaats van de statische analyse door Riksgäldskontoret.

    (95)

    Op dezelfde wijze als een particuliere aandeelhouder heeft de regering de economische en financiële situatie van Teracom op korte en lange termijn beoordeeld op basis van de ondernemingsplannen van Teracom voor de jaren 2003 tot 2005, de financiële prognoses voor de periode 2003 tot 2010 en vergelijkingen met andere ondernemingen en andere aandeelhouders in dezelfde en soortgelijke sectoren. De regering concludeerde dat door een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage in de vorm van een kapitaalverhoging van circa 500 miljoen SEK de solventie van Teracom zou verbeteren en dat Teracom hierdoor voldoende winst zou genereren om de kapitaalverhoging binnen een redelijke termijn terug te betalen. De regering voert aan dat in dit geval de kapitaalverhoging door middel van een aandeelhoudersbijdrage geen staatssteun vormde. Volgens de regering zou een particuliere investeerder in dezelfde omstandigheden tot een kapitaalbijdrage bereid zijn geweest, aangezien de financiële prognoses van Teracom op lange termijn positief waren (97).

    (96)

    Voorts voert de regering aan dat in dit kader en in tegenstelling tot hetgeen mocht worden verwacht, de Commissie, bij het onderzoek of er mocht worden van uitgegaan dat de kapitaalverhoging een redelijke opbrengst zou opleveren, geen rekening hield met alle relevante factoren. De Commissie beperkte haar onderzoek tot de verliezen die Teracom in het verleden had gemaakt en de solventiegraad van de onderneming. De regering is van mening dat de Commissie het tevens bij het verkeerde eind had door de staat te vergelijken met een externe schuldeiser. Er had een vergelijking moeten plaatsvinden met een particuliere investeerder, waarvan verondersteld mag worden dat deze bij zijn investering uitgaat van een langetermijnbenadering. Teracom is volledig in handen van de staat, hetgeen met zich brengt dat de overheid een belang op langere termijn heeft dan in het geval van een minderheidsbelang (98).

    (97)

    Ter ondersteuning van haar argumenten heeft de regering voorts een rapport ingediend van PWC, een onafhankelijke auditor en consultant, die op verzoek van de regering een beoordeling had opgesteld over het overheidsbesluit met betrekking tot de kapitaalverhoging. In het rapport wordt de economische en financiële situatie van Teracom op het ogenblik van de kapitaalverhoging beoordeeld op basis van de informatie die op het moment van het regeringsbesluit beschikbaar was. In het rapport wordt geconcludeerd dat de regering over voldoende informatie beschikte om een besluit te nemen met betrekking tot de kapitaalverhoging en dat de rentabiliteit van Teracom toereikend was voor een particuliere investeerder (99).

    (98)

    Ten slotte is de regering van oordeel dat de Commissie onvoldoende rekening hield met de bredere context van de kapitaalverhoging. De Commissie had bijvoorbeeld in overweging moeten nemen dat de kapitaalverhoging noodzakelijk was ter dekking de reeds gedane investeringen, die naar verwachting op lange termijn winstgevend zouden zijn (100).

    8.   BEOORDELING VAN DE VERMEENDE STEUNMAATREGELEN

    (99)

    Om een maatregel als staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag te kunnen kenmerken, moet aan vier voorwaarden zijn voldaan: 1. de maatregel moet met staatsmiddelen zijn bekostigd; 2. de desbetreffende maatregel moet een economisch voordeel voor de begunstigde inhouden; 3. de maatregel moet de mededinging vervalsen of dreigen te vervalsen, en 4. de maatregel moet het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloeden.

    8.1.   Betaling van transmissierechten door SVT aan Teracom

    8.1.1.   Economisch voordeel

    (100)

    Om na te gaan of de transmissierechten die SVT aan Teracom betaalt voor terrestrische uitzendingen een economisch voordeel aan Teracom verlenen, dient te worden onderzocht of de bedragen die SVT heeft betaald of in de toekomst zal moeten betalen, hoger zijn dan hetgeen Teracom naar verwachting zou kunnen verkrijgen van afnemers in normale marktomstandigheden.

    (101)

    Ten eerste heeft de Commissie onderzocht of in de periode vanaf het begin van terrestrische digitale televisie in Zweden in 1999 tot 2006 SVT meer heeft betaald aan Teracom dan de kosten van Teracom voor het uitzenden van SVT. Terwijl de berekeningen in het besluit tot inleiding van de procedure grotendeels louter gebaseerd waren op ramingen van de betalingen van SVT en de kosten van Teracom, heeft de Commissie in deze beschikking haar berekeningen op daadwerkelijke cijfers gebaseerd (zie bovenstaande tabel 4). Uit deze cijfers blijkt dat in de periode 1999-2006 SVT aan Teracom geen buitensporige betalingen heeft gedaan. Over de gehele periode genomen werden de kosten van Teracom voor het uitzenden van SVT niet gedekt door de betalingen van SVT, hetgeen ertoe heeft geleid dat door deze uitzendingen verliezen werden gemaakt ten belope van ongeveer 149,5 miljoen SEK. Aangezien het bedrag van 149,5 miljoen SEK betrekking heeft betalingen voor zowel analoge als digitale uitzendingen, wijst dit tevens erop dat er geen sprake was van kruissubsidiëring in de zin dat Teracom buitensporige tarieven heeft aangerekend voor analoge uitzendingen om dit geld vervolgens voor digitale toepassingen te gebruiken.

    (102)

    Ten tweede heeft de Commissie nagegaan of Teracom hogere transmissierechten aanrekende aan SVT dan aan commerciële omroepen en op deze wijze een economisch voordeel van SVT verkreeg. Ten tweede heeft de Commissie nagegaan of Teracom hogere transmissierechten aanrekende aan SVT dan aan commerciële omroepen en op deze wijze een economisch voordeel van SVT verkreeg.. In dit verband merkt de Commissie op dat de prijsstelling van Teracom in overeenstemming is met het beginsel van gelijke behandeling, hetgeen betekent dat voor alle afnemers van Teracom dezelfde voorwaarden gelden (101). De Commissie stelt met name vast dat de prijsstelling van Teracom voor analoge uitzendingen sinds 1992 steeds op de werkelijke kosten is gebaseerd en dat haar prijzen voor digitale uitzendingen worden bepaald door de zogeheten op penetratiegraad gebaseerde prijsstelling, waarbij de parameters voor alle klanten van Teracom dezelfde zijn (102). Tevens heeft de Commissie de daadwerkelijke prijzen vergeleken die Teracom aan SVT en andere omroepen in het digitale terrestrische netwerk heeft aangerekend. Teracom heeft aan SVT inderdaad een hogere prijs aangerekend dan bijvoorbeeld aan de commerciële omroep TV4. Dit prijsverschil is evenwel het gevolg van extra diensten die SVT van Teracom vereist (103). Derhalve heeft de Commissie geen aanwijzingen gevonden waaruit moet blijken dat voor SVT minder (of meer) gunstige voorwaarden gelden dan voor andere omroepen of dat aan SVT buitensporig hoge transmissierechten worden aangerekend.

    (103)

    Ten derde heeft de Commissie voor de volledigheid onderzocht of Teracom in de toekomst aan SVT een hogere dan de normale marktprijs voor uitzendingen zal aanrekenen. Een van de bezwaren die in de inleiding van de procedure aan de orde kwamen was of SVT in de periode 2008-2013 buitensporig hoge transmissierechten aan Teracom zou betalen, die tot gevolg zouden hebben dat de gecumuleerde winst ten voordele van Teracom in 2013 ongeveer 510 miljoen SEK zou bedragen. De Commissie merkt evenwel op dat de prijsstelling van Teracom momenteel en in de nabije toekomst in overeenstemming is met de bovenvermelde prijsstellingsbeginselen waardoor wordt voorkomen dat Teracom aan SVT buitensporig hoge transmissierechten zou kunnen aanrekenen (104). Bovendien dient Teracom sinds de besluiten van de Zweedse toezichthouder van post- en telecommunicatiediensten in 2005, in overeenstemming te zijn met de regelgeving ex ante met betrekking tot de groothandelsmarkten voor analoge en digitale terrestrische uitzendingen (105). Door deze besluiten is er in beginsel geen enkel risico meer dat Teracom aan SVT buitensporige hoge transmissierechten zou kunnen aanrekenen. Ten slotte is SVT niet verplicht — zoals door de regering (zie overweging 40) werd uiteengezet en in tegenstelling tot het bezwaar van de Commissie in het besluit tot inleiding van de procedure — alle middelen uit de distributierekening aan Teracom over te maken als vergoeding voor de uitzendingen. SVT onderhandelt onafhankelijk met Teracom over de transmissieprijs en indien deze onderhandelingen tot resultaat hebben dat SVT minder dient te betalen voor transmissierechten dan oorspronkelijk geraamd, mag de omroep deze middelen voor de financiering van haar programma-activiteiten gebruiken (106).

    (104)

    Op basis van de bovenstaande overwegingen is de Commissie van oordeel dat SVT weliswaar verplicht is via het analoge en digitale terrestrische netwerk uit te zenden en momenteel geen ander alternatief heeft dan voor haar diensten op Teracom een beroep te doen, maar dat Teracom toch slechts in beperkte mate voordeel kan halen uit het monopolie waaraan SVT als afnemer zou zijn onderworpen. In dit verband merkt de Commissie tevens op dat de commerciële omroepen het blijkbaar de moeite waard vinden om gebruik te maken van het digitale terrestrische netwerk en hiervoor de respectieve transmissierechten aan Teracom te betalen. Derhalve is het billijk dat SVT ook op dit netwerk een beroep wenst te doen.

    (105)

    Wat betreft de bewering dat Boxer steun ontving omdat SVT niet voor de distributie betaalt (107), merkt de Commissie op dat commerciële overeenkomsten tussen omroepen en distributeurs verschillende vormen kunnen aannemen. Gelet op het feit dat de transactie tussen beide partijen een uitwisseling behelst van transmissiediensten in ruil voor beschikbaarheid van inhoud, hetgeen voor beide partijen van waarde is, kunnen de specifieke voorwaarden afhankelijk van bijvoorbeeld de betrokken platforms en exploitanten aanzienlijk verschillen.

    (106)

    Op grond van voorgaande overwegingen concludeert de Commissie dat de door SVT aan Teracom betaalde transmissierechten geen economisch voordeel aan Teracom verlenen en derhalve geen staatssteun vormen in de zin van artikel 87, lid 1,.

    8.2.   De staatsgarantie

    (107)

    Staatsgaranties vallen overeenkomstig de mededeling inzake staatsgaranties in het algemeen onder de werkingssfeer van artikel 87, lid 1, indien de handel tussen lidstaten daardoor ongunstig wordt beïnvloed en er geen marktpremie wordt betaald. Overeenkomstig afdeling 2 van de mededeling inzake staatsgaranties, kan er zich wanneer een staatsgarantie is verleend, toch een steunmaatregel van de staat in de zin van artikel 87, lid 1, voordoen, zelfs indien de staat nimmer uit hoofde van de verleende garantie dient te betalen. Er wordt namelijk van uitgegaan dat de steun wordt verleend op het tijdstip waarop de garantie wordt toegekend, niet op dat waarop de garantie wordt ingeroepen of waarop betalingen uit hoofde van de garantievoorwaarden worden gedaan.

    (108)

    De Commissie merkt evenwel op dat volgens vaste rechtspraak, bijvoorbeeld in arrest van 15 januari 2001 in zaak Oostenrijk/Commissie  (108), er een onvoorwaardelijke en rechtens bindende toezegging tot verlening van de betrokken steun moet zijn vooraleer een maatregel als steunmaatregel kan worden aangemerkt.

    (109)

    In deze zaak is de Commissie van mening dat het regeringsbesluit om het Riksgäldskontoret te verzoeken een kredietgarantie toe te kennen een voorwaardelijk besluit was en aan Teracom niet het onvoorwaardelijke recht verleende om te verzoeken dat aan haar een kredietgarantie zou worden verleend. De Commissie merkt op dat de verlening van een kredietgarantie door de autoriteiten die onder overheidstoezicht staan volgens de Zweedse wetgeving altijd afhankelijk is van de vaststellingen van het Riksgäldskontoret met betrekking tot andere solventie en betrouwbaarheid. Dit kenmerk van het Zweedse rechtsstelsel is algemeen bekend. Voorts is het duidelijk dat de regering zich bewust was van haar verplichtingen in het kader van het Gemeenschapsrecht, aangezien zij verklaarde dat het Riksgäldskontoret diende te beoordelen of de kredietgarantie met de staatssteunregels in overeenstemming was en indien nodig de nodige gegevens diende te verzamelen voor een aanmelding bij de Commissie. Belangrijk is dat naar aanleiding van het rapport van het Riksgäldskontoret geen maatregelen werden genomen. Op grond van bovenstaande overwegingen is de Commissie derhalve van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat een staatsgarantie werd verleend en dat aan Teracom een onvoorwaardelijke en rechtens bindende toezegging tot verlening van de steun werd gedaan. Bijgevolg werd aan Teracom geen economisch voordeel verleend.

    8.3.   De kapitaalverhoging

    (110)

    Wanneer een staat een onderneming financiert in omstandigheden die niet aanvaardbaar zouden zijn voor een investeerder die onder normale markteconomische omstandigheden handelt, verleent zij een economisch voordeel aan de begunstigde (109). Om na te gaan of door de toekenning van een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage in de vorm van een kapitaalverhoging einde juni 2003 een economisch voordeel aan Teracom werd verleend, dient te worden onderzocht of deze kapitaalverhoging in overeenstemming was met het beginsel van de particuliere investeerder in een markteconomie.

    (111)

    De Commissie erkent dat de in het besluit tot inleiding van de procedure opgenomen gegevens met betrekking tot de financiële situatie van Teracom niet volledig accuraat waren. De regering heeft aangetoond dat de solventie van Teracom niet zo laag was als in het besluit tot inleiding van de procedure was aangegeven en dat Teracom gedurende twee jaren en niet drie opeenvolgende jaren verlies heeft gemaakt. In het besluit tot inleiding van de procedure werd de financiële situatie van Teracom dus enigszins slechter voorgesteld dan daadwerkelijk het geval was.

    (112)

    Na onderzoek van de door de regering in haar antwoord van 29 oktober en de daaropvolgende antwoorden — met inbegrip van de bedrijfsplannen van Teracom op korte en lange termijn — verstrekte gegevens, is de Commissie van oordeel dat de beoordeling van de regering in 2003 van de toenmalige en toekomstige economische en financiële situatie realistisch was en dat de vooruitzichten van een bevredigend rendement van de kapitaalverhoging geloofwaardig waren.

    (113)

    Zoals in afdeling 7.3 uitvoerig werd toegelicht, heeft de regering de economische en financiële situatie van Teracom beoordeeld op basis van de ondernemingsplannen van Teracom voor de periode 2003-2005 en de financiële prognoses voor de periode 2003-2010 en vergelijkingen met andere ondernemingen en andere aandeelhouders in dezelfde en soortgelijke sectoren. De regering concludeerde dat door een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage ten belope van 500 miljoen SEK de solventie van Teracom zou verbeteren en dat Teracom hierdoor voldoende winst zou generen om de aandeelhoudersbijdrage binnen een redelijke termijn terug te betalen (110). Uit de prognose voor 2003 bleek dat de resultatenrekening van Teracom positief zou zijn. In deze context stelt de Commissie vast dat Teracom reeds in de eerste drie maanden van 2003 winstgevend was — dus nog voordat de regering haar voorstel bij het parlement had ingediend.

    (114)

    Ten slotte heeft de Commissie het rapport beoordeeld dat PWC op verzoek van de regering had opgesteld en waarin de gegevens worden toegelicht die de grondslag voor het besluit van de regering vormden. De Commissie is van oordeel dat deze gegevens een geloofwaardige grondslag vormden voor een investeringsbeslissing. In het bijzonder blijkt uit het rapport dat na de verliezen in 2001 en 2002 Teracom zelfs op het ogenblik van de tenuitvoerlegging van de kapitaalverhoging de rentabiliteitsdrempel benaderde. In het bijzonder had er zich een aanzienlijke verbetering voorgedaan van de economische en financiële positie van Teracom in vergelijking met de periode waarin het Riksgäldskontoret een negatief advies had gegeven met betrekking tot het verlenen van een door de staat gewaarborgde kredietgarantie (111).

    (115)

    Uit het verslag blijkt dat de keuze van de regering in overeenstemming is met het soort onderzoek dat een particuliere investeerder zou hebben uitgevoerd, hetgeen neerkomt op een beoordeling van de verwachte extra opbrengsten uit de investering, waarbij wordt nagegaan of deze winsten toereikend zijn om de investeringsrisico’s te compenseren. In het rapport wordt het verwachte interne rendementspercentage van de investering berekend door de toename van de kasstroom te bepalen die door deze investering wordt gegenereerd. Hiervoor wordt het verschil gemaakt tussen twee alternatieve scenario’s — met of zonder aandeelhoudersbijdrage. Verwacht werd dat het interne rendementspercentage ongeveer 24 % zou bedragen, hetgeen de eisen van de particuliere marktinvesteerders in deze bedrijfstak (het vergelijkbare rendementspercentage van het eigen vermogen in de bedrijfstak bedraagt 8,6 %) zou overtreffen en tevens compensatie zou bieden voor het financiële risico van de onderneming (112).

    (116)

    Hoewel het onmogelijk is met zekerheid ex post vast te stellen hoe inkomsten zich zonder de aandeelhoudersbijdrage zouden hebben ontwikkeld, merkt de Commissie op dat het rendement van het eigen vermogen van Teracom steeg van 3 % in 2003 tot 11 % in 2004 en 19 % in 2005 (113).

    (117)

    Uit grafiek 3 blijkt hoe Teracom in 2003, 2004 en 2005 opnieuw winstgevend werd. In 2006 deed de onderneming haar eerste aflossing van de voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage (114).

    Grafiek 3:

    Ontwikkeling van de werkelijke winsten van Teracom in de periode 1998-2005

    Image

    Bron:Jaarverslagen van Teracom voor de periode 1998-2005.

    (118)

    Derhalve concludeert de Commissie dat de extra aandeelhoudersbijdrage door middel van een kapitaalverhoging tot stand kwam in omstandigheden die aanvaardbaar zouden zijn voor een particuliere investeerder die in normale omstandigheden in een markteconomie actief is.

    (119)

    In dit specifiek geval rijst evenwel de vraag of het feit dat Teracom haar positie behield van exclusieve terrestrische netwerkexploitant ondanks de inwerkingtreding in oktober 2002 van Richtlijn 2002/77/EG van de Commissie van 16 september 2002 betreffende de mededinging op de markten voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (115) (hierna de „mededingingsrichtlijn” genoemd), die het behoud van uitsluitende rechten in de desbetreffende sector verbiedt, gevolgen heeft op dit onderzoek van overheidssteun (116).

    (120)

    Wanneer de Commissie bij het onderzoek van een potentiële steunmaatregel vaststelt dat een inbreuk werd gemaakt op een andere bepaling van het EG-Verdrag, moet worden nagegaan of aspecten van deze steunmaatregel in strijd zijn met andere bijzondere verdragsbepalingen dan de artikelen 87 en 88 en dermate nauw verbonden kunnen zijn met het doel van de steun, dat zij niet afzonderlijk kunnen worden beoordeeld (117). In dergelijk geval is het alleen wanneer de inbreuk op deze andere bepaling van het EG-Verdrag een verstorende uitwerking heeft die aantoonbaar en aanvullend is op het effect dat inherent is aan de potentiële steunmaatregel dat deze inbreuk van belang kan zijn voor de beoordeling van de Commissie van de maatregel (118).

    (121)

    In de onderhavige zaak stelt de Commissie vast dat de inbreuk op de mededingingsrichtlijn geen deel uitmaakt van de hier te beoordelen maatregel, maar het gevolg is van een optreden van de regering dat afzonderlijk en onderscheiden is van het besluit om een aandeelhoudersbijdrage te verlenen.

    (122)

    Hoewel het niet kan worden uitgesloten dat de winstgevendheid van Teracom en dus van de aandeelhoudersbijdrage in zekere mate door het uitsluitende recht kan zijn beïnvloed, kan dit niet met zekerheid worden vastgesteld, aangezien Teracom is onderworpen aan prijsregulering — zoals in de overwegingen 42, 43 en 102 werd uiteengezet — en niet vrijelijk haar marktmacht kan uitoefenen. In deze zaak kan bijvoorbeeld niet worden aangetoond dat het voornamelijk dankzij het uitsluitende recht was dat de aandeelhoudersbijdrage een winstgevende investering was. Derhalve kan ook niet worden vastgesteld of het verwachte rendement van de aandeelhoudersbijdrage zonder het uitsluitende recht voor een particuliere investeerder aanvaardbaar zou zijn geweest.

    (123)

    Bij gebrek aan een duidelijk aangetoond oorzakelijk verband tussen de inbreuk van Zweden op de mededingingsrichtlijn en de verwachte winstgevendheid van de aandeelhoudersbijdrage, verkeert de Commissie niet in de mogelijkheid om de bewering van Zweden te ontkrachten dat deze zaak in overeenstemming is met het beginsel het van een investeerder in een markteconomie. Het standpunt dat de Commissie in toekomstige zaken — rekening houdende met de feiten — kan innemen, wordt hierdoor evenwel onverlet gelaten.

    (124)

    In de zaak kunnen en moeten de aandeelhoudersbijdrage en de inbreuk op de mededingingsrichtlijn dus afzonderlijk worden beoordeeld overeenkomstig de regels en procedures die op beide maatregelen van toepassing zijn. Er wordt opgemerkt dat met betrekking tot de mededingingsrichtlijn de Commissie deze zaak overeenkomstig artikel 226 van het EG-Verdrag bij het Europese Hof van Justitie aanhangig heeft gemaakt.

    (125)

    Wat de aandeelhoudersbijdrage betreft, concludeert de Commissie evenwel dat het bestaan van staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag niet werd vastgesteld.

    9.   CONCLUSIE

    (126)

    Op grond van de bovenstaande overwegingen stelt de Commissie vast dat er geen aanwijzingen zijn dat met de onderzochte maatregelen een economisch voordeel aan Teracom of een van haar dochterondernemingen werd verleend. Derhalve concludeert de Commissie dat de door Zweden ten uitvoer gelegde maatregelen geen staatssteun vormen in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

    Artikel 1

    De door de Commissie onderzochte en in deze beschikking omschreven maatregelen met betrekking tot de invoering van digitale terrestrische televisie in Zweden vormen geen staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

    Artikel 2

    Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk Zweden.

    Gedaan te Brussel, 20 december 2006.

    Voor de Commissie

    Neelie KROES

    Lid van de Commissie


    (1)  Zie zaak nr. C 24/04 (ex NN 35/04) Invoering van digitale terrestrische televisie in Zweden (PB C 238 van 25.9.2004, blz. 5).

    (2)  Op 1 december 2005 heeft NSAB zijn naam veranderd in SES Sirius AB. Niettegenstaande wordt de klager in deze beschikking NSAB genoemd.

    (3)  Op 12 april 2002 en 2 oktober 2002 heeft NSAB zijn klacht met bijkomende informatie over de vermeende staatssteun aangevuld.

    (4)  Zie de opmerkingen van B2 van 22 oktober 2004.

    (5)  Zie de opmerkingen van ECCA van 18 oktober 2004 (geregistreerd op 25 oktober 2004).

    (6)  Zie de opmerkingen van ESOA van 18 oktober 2004 (geregistreerd op 25 oktober 2004).

    (7)  Zie de opmerkingen van NSAB van 22 oktober 2004, 11 februari 2005 (geregistreerd op 14 februari 2005), 9 maart 2005 (geregistreerd op 10 maart 2005) en 1 december 2005 (geregistreerd op 6 december 2005).

    (8)  Zie de opmerkingen van Telenor Broadcast van 17 november 2004 (geregistreerd op 18 november 2004).

    (9)  Zie de opmerkingen van TeliaSonera van 25 oktober 2004 (geregistreerd op 26 oktober 2004).

    (10)  Zie de opmerkingen van UGC van 18 oktober 2004 (geregistreerd op 25 oktober 2004).

    (11)  Zie de opmerkingen van Viasat van 25 oktober 2004 (geregistreerd op 26 oktober 2004).

    (12)  Volgens de klagers werd ook onrechtmatige steun toegekend aan de onderneming Senda i Sverige AB (hierna „Senda” genoemd). Senda was een dochteronderneming van Teracom die actief was op het gebied van coördinatie, marketing en verpakking van televisieprogramma’s en -diensten voor digitale kabeltelevisie. Senda is op 1 oktober 2002 met Boxer gefuseerd en beide ondernemingen zijn nu actief onder de naam Boxer.

    (13)  Zie Richtlijn 2000/52/EG van de Commissie van 26 juli 2000 tot wijziging van Richtlijn 80/723/EEG betreffende de doorzichtigheid in de financiële betrekkingen tussen lidstaten en openbare bedrijven (PB L 193 van 29.7.2000, blz. 75). Arrest van 15 juli 2004 in zaak C-141/03 (Commissie/Zweden) (PB C 228 van 11.9.2004, blz. 13).

    (14)  Zie Prop. 1991/1992:140, bet. 1991/1992:KrU28, rskr. 1991/1992:329. Ondertussen werd Televerket geprivatiseerd. Thans heet het Telia AB.

    (15)  In december 2004 werd een inbreukprocedure tegen Zweden ingeleid wegens inbreuken op de richtlijn betreffende de mededinging op de markten voor elektronische communicatienetwerken en -diensten (Secretariaat-generaal, inbreuk nr. 2004/2197, zaak COMP/C-1/39 157). De zaak betrof de instandhoudingvan het exclusiviteitscontract binnen de betrokken sector. De procedure heeft ertoe geleid dat de regering heeft toegezegd om voor 1 januari 2006 het exclusiviteitscontract met Teracom voor het leveren van analoge terrestrische televisiediensten op te heffen. De zaak in verband met digitale terrestrische televisiediensten is nog niet afgesloten, ook al betwist de regering het oordeel van de Commissie dat de huidige regeling niet voldoet aan de genoemde richtlijn niet meer. Aangezien de regering echter geen wetgevingsvoorstel heeft ingediend waardoor de Commissie zou kunnen vaststellen dat de inbreuk zal ophouden en wanneer de nieuwe wetgeving van kracht wordt, heeft de Commissie besloten Zweden voor het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen te brengen, zie persbericht IP/06/1411 van de Commissie van 17 oktober 2006.

    (16)  Zie besluit 05-8675/23 van 15 december 2005 inzake het digitale terrestrische netwerk en besluit 05-867/23 van 25 december 2005 inzake het analoge terrestrische netwerk.

    (17)  Zie www.boxer.se. Tussen april 2000 en april 2005 was het aandeel van 30 % van 3i in het bezit van Skandia Liv (Skandia).

    (18)  Dit besluit heeft geen gevolgen voor de toepassing van de regels inzake de interne markt van de EU.

    (19)  Zie de persmededeling van Boxer van 18 januari 2006: Boxer grew by 42 % in 2005. Zie ook de persmededeling van Boxer van 12 juli 2005: Boxer fortsätter att öka antalet digitala TV-kunder; en zijn persmededeling van 20 oktober 2005: Fortsatt ökning för Boxer.

    (20)  Se www.svt.se; och Prop. 1995/1996:161, s. 70-72.

    (21)  Zie bv. het regeringsbesluit van 10 februari 2005 (nr. I:11), het regeringsbesluit van 22 juni 2005 (nr. I:22), het regeringsbesluit van 15 december 2005 (nr. I:102) en het regeringsbesluit van 23 februari 2006 (nr. I:15).

    (22)  Tot 31 december 2005 was SVT verplicht dit te doen voor zijn analoge uitzendingen.

    (23)  De overeenkomst tussen NSAB en SVT werd in 1999 bij de Commissie aangemeld (zaak nr. IV/C-2/37 517) en de partijen hebben in november 1999 een negatieve verklaring ontvangen.

    (24)  Zie www.ur.se/ur/start.php? s1 = omur&s2 = historik.

    (25)  Zie regeringsbesluit 29 gericht aan UR, Tillstånd att sända television, KU2001/1543/Me (delvis) van 20 december 2001 en bijlage 1 bij regeringsbesluit I:12, Tillstånd att sända ljudradio och television, U2005/1824/Me van 2 oktober 2005. Deze transmissievergunning werd verlengd en geldt nu ook voor heel 2006.

    (26)  De reden hiervoor is dat de kredieten die aan UR worden toegekend onbeduidend zijn en de regels voor de werking en de uitzendingen van UR in de praktijk dezelfde zijn als van SVT. Bovendien zendt UR uit via een van de zenders van SVT. De kredieten die aan het bedrijf worden toegekend en de betalingen die worden uitgevoerd, zullen daarom gezamenlijk worden behandeld.

    (27)  Zie http://www.ses-sirius.com.

    (28)  Zie het jaarverslag van Teracom van 2000.

    (29)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 11.

    (30)  Zie Statens Offentliga Utredningar: Sveriges övergång till digital-TV, Digital-TV-Kommissionen.

    (31)  Bron: Mediavision, MMS, zie het antwoord van 20 maart, vraag 15. Zie ook Radio och TV-verket: Mediautveckling 2005 och 2006.

    (32)  Zie Bet. 1996/1997:KU17. Rskr. 1996/1997:178.

    (33)  Zie Bet. 1996/1997:KU17.

    (34)  Zie Bet. 2002/2003:KU33, Rskr. 2002/2003:196.

    (35)  Zie Bet. 2003/2004:KU24; Rsks. 2003/2004:231.

    (36)  Zie https://www.teracom.se.

    (37)  Zie het antwoord van 29 oktober, punten 3.4.2. en 3.5.

    (38)  Zie http://www.teracom.se och Statens Offentliga Utredningar: Sveriges övergång till digital-TV, Digital-TV-Kommissionen.

    (39)  Zie http://www.rtvv.se/se/Om_media/tv/digitaltv/maar ook het door de toezichthouder voor post- en telecommunicatiediensten opgestelde rapport, Förstudie: Frigjort frekvensutrymme vid övergången till digitalt marksänd TV, s. 5-7.

    (40)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 22 en het antwoord van de regering van 20 december 2004, blz. 2. Er dient te worden opgemerkt dat 3i sinds april 2005 de eigenaar is van het aandeel van 30 % dat vroeger aan Skandia toebehoorde.

    (41)  Zie Lag 1989:41, wet op het kijkgeld.

    (42)  Ibid.

    (43)  Zie: Radio och TV i allmänhetens tjänst — Riktlinjer för en ny tillståndsperiod, Betänkande av Kommittén om radio och TV i allmänhetens tjänst, Stockholm 2005.

    (44)  Zie Anslagsvillkor för Sveriges Television AB för år 2005, Prop. 2004/2005:1, bet. 2004/2005:KrU1, rskr. 2004/2005:97. 2004/2005:97.

    (45)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 27-30 alsook blz. 42 en 43.

    (46)  De distributiekosten zullen ook verlagen wanneer het analoge terrestrische netwerk wordt uitgeschakeld.

    (47)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 27-30.

    (48)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 27-29. Prop. 2001/2002:1, s. 121; Prop. 2004/2002:1, maar ook het antwoord van 20 maart, vraag 4.

    (49)  Zie Anslagsvillkor för Sveriges Television AB för år 2005, Prop. 2004/2005:1, bet. 2004/2005:KrU1, rskr. 2004/2005:97. 2004/2005:97 men också svaret av den 20 mars, fråga 4.

    (50)  Zie het antwoord van 29 oktober, punt 3.6.2 en het antwoord van 20 maart, vraag 9 en de jaarverslagen van Teracom, bv. voor 2003 en 2004.

    (51)  Zie het antwoord van 29 oktober, punt 6.3.2 en de kaderovereenkomst tussen Teracom en SVT van 4 maart 2004, die bij het antwoord van 20 maart was gevoegd. De reden waarom Teracom niet langer verplicht is analoge uitzendingen tegen kostprijs aan te rekenen is het recente besluit (met toezeggingen) van PTS. Sedert dit besluit zijn de prijzen van Teracom onderworpen aan een ex ante controle door PTS. Zie afdeling 3.1.1.

    (52)  Zie het antwoord van 29 oktober, punt 3.6.1, blz. 29.

    (53)  Enkel voor de vierde multiplexer wordt het variabele deel van transmissierechten sinds 2002 aan de hand van een ander, op de werkelijke kosten gebaseerd, model berekend; zie het antwoord van de regering van 21 maart 2003..

    (54)  Zie het antwoord van 29 oktober, afdeling 3.6.2. Zie het antwoord van 20 maart, vraag 9.

    (55)  Zie Prop. 2005/2006:1, rubriek 24, blz. 71-74.

    (56)  De tekst in overweging 44 en de gerelateerde voetnoot zijn geschrapt om redenen van vertrouwelijkheid. De tekst bevat bepaalde informatie over een overeenkomst tussen SVT en Teracom.

    (57)  […]

    (58)  Zie het tussentijdse verslag van Teracom voor het tweede kwartaal van 2002.

    (59)  Zie regeringsontwerp 2001/2002:76.

    (60)  Zie parlementsbesluit 2001/2002:KrU07; Rskr. 2001/2002:149.

    (61)  Zie de mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun in de vorm van garanties (PB C 2000 van 11.3.2000, blz. 7).

    (62)  De voorwaarden zijn als volgt: i) de kredietnemer verkeert niet in financiële moeilijkheden; ii) de kredietnemer zou op de financiële markten in beginsel ook zonder enig staatsoptreden een lening tegen marktvoorwaarden kunnen verkrijgen; iii) de garantie heeft betrekking op een specifieke financiële transactie, geldt voor een vast maximumbedrag, dekt niet meer dan 80 % van de uitstaande lening of andere financiële verbintenis (uitgezonderd obligaties en soortgelijke instrumenten) en is beperkt in de tijd; En iv) de kredietnemer betaalt voor de garantie de marktprijs (die onder meer afhangt van het bedrag en de looptijd van de garantie, de door de kredietnemer gestelde zekerheid, de financiële positie van de kredietnemer, de bedrijfstak en de vooruitzichten, de percentages van niet-terugbetaling en andere economische voorwaarden).

    (63)  Zie bv. het tussentijdse verslag van Teracom voor het tweede kwartaal van 2002

    (64)  Ibid.

    (65)  Solventiegraad wordt gedefinieerd als geconsolideerd eigen vermogen/activa.

    (66)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 39.

    (67)  Zie Prop. 2002/2003:64. Een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage is geen lening. Een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage houdt in dat de terugbetaling gebeurt via dividendbetalingen wanneer er voldoende eigen middelen op de balans van de onderneming staan. In de overeenkomst tussen de overheid (via de regering) en Teracom werd de voorwaarde geformuleerd dat met de terugbetaling zou worden begonnen van zodra Teracom voldoende financiële middelen had. In de overeenkomst wordt ook uitdrukkelijk vermeld dat de kapitaalverhoging aan „marktvoorwaarden” gebeurt en dat de verwachte opbrengst dezelfde is als voor een bijdrage in de vorm van een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage die aan een „concurrerende zakelijke activiteit” wordt verleend.

    (68)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 50.

    (69)  Zie voetnoot 4.

    (70)  Zie voetnoot 5.

    (71)  Zie voetnoot 6.

    (72)  Zie voetnoot 7.

    (73)  Zie voetnoot 8.

    (74)  Zie voetnoot 9.

    (75)  Zie voetnoot 10.

    (76)  Zie voetnoot 11.

    (77)  De regering heeft er met name op gewezen dat de transmissierechten die Teracom aan SVT oplegt inclusief BTW zijn en dat hiermee rekening wordt gehouden bij de bedragen die SVT van de distributierekening krijgt. Teracom drar ingen nytta av den del av betalningen som är avsedd för mervärdesskatt, eftersom Teracom måste betala dessa pengar till skattemyndigheten; Zie het antwoord van 20 maart, vraag 2.

    (78)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 34.

    (79)  Zie het besluit tot inleiding van de procedure, punt 36.

    (80)  Zie het antwoord van 29 oktober, punt 3.6.1, blz. 32.

    (81)  Zie tabel 3 en het antwoord van 20 maart, bijlage 7.

    (82)  […]

    (83)  Zie het besluit tot inleiding van de procedure, lid 36.

    (84)  Zie het antwoord van 25 april, vraag 4.

    (85)  Zie het antwoord van 20 maart, bijlage 6.

    (86)  Zie het antwoord van 20 maart, vragen 7 en 8. Voor elk van de specifieke eisen heeft de regering ook het effect op de prijzen van Teracom gekwantificeerd.

    (87)  Zie parlementsbesluit 2001/2002:KrU07; Rskr. 2001/2002:149.

    (88)  Zie Regeringsformen (1974:152), hoofdstuk 9, lid 10, de garantierichtlijn (1997:1006) en de wet over de staatsbegroting (1996:1059). Zie ook het regeringsbesluit Ku2002/483/Me van 27 juni 2002.

    (89)  Zie het regeringsbesluit Ku2002/483/Me van 27 juni 2002.

    (90)  Zie het regeringsbesluit Ku2002/483/Me van 27 juni 2002, gelezen in samenhang met de leden 8, 9, 11 en 12 in de garantierichtlijn (1997:1006).

    (91)  Standard & Poor’s is een mondiale onderneming die onafhankelijke beoordelingen, indices, risicobeoordelingen, investeringsanalyses, cijfergegevens en ramingen levert. De voorafgaande beoordeling was hoofdzakelijk gebaseerd op de financiële indicatoren van de onderneming en niet op een diepgaande marktanalyse.

    (92)  Zie het rapport van Riksgäldskontoret DNR 2002/000170 van 1 oktober 2002.

    (93)  In feite heeft Teracom sinds de oprichting enkel deze twee jaren, in 2001 en 2002, verlies geleden. Zie de jaarverslagen van Teracom maar ook het antwoord van 29 oktober, blz. 40.

    (94)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 38-40.

    (95)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 38 en 39 en de jaarverslagen van Teracom van 2002 en 2003.

    (96)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 39.

    (97)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 39, 40 en 51-56

    (98)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 51 en 53.

    (99)  Zie het antwoord van 29 oktober, bijlage 33.

    (100)  Zie het antwoord van 29 oktober, blz. 55 en 56.

    (101)  Zie overweging 41.

    (102)  Zie overwegingen 42 en 43.

    (103)  Zie overweging 85.

    (104)  Zie overweging 102.

    (105)  Zie overweging 12.

    (106)  Zie overweging 41.

    (107)  Zie overweging 76.

    (108)  Arrest van 15 februari 2001 in zaak C-99/98 (Oostenrijk/Commissie), Jurisprudentie 2001, blz. I-1101.

    (109)  Mededeling van de Commissie aan de lidstaten — Toepassing van de artikelen 92 en 93 van het EEG-Verdrag en van artikel 5 van Richtlijn 80/723/EEG op openbare bedrijven in de industriesector (PB C 307 van 13.11.1993, blz. 3).

    (110)  Een voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage dient te worden terugbetaald zodra uit de balans blijkt dat de onderneming over beschikbaar eigen kapitaal beschikt.

    (111)  Zie de overwegingen 93 en 94.

    (112)  Zie verslag van PWC Bedömning av kapitaltillskott till Teracom AB enligt den marknadsekonomiska investerarprincipen, bijlage 33 van het antwoord van 29 oktober.

    (113)  Zie jaarverslagen 2003-2005 van Teracom.

    (114)  Zie het tussentijdse verslag van Teracom voor het tweede kwartaal van 2006. De aflossing bedroeg 150 miljoen SEK, ongeveer een derde van de voorwaardelijke aandeelhoudersbijdrage.

    (115)  Zie referentie in voetnoot 15.

    (116)  Volgens de richtlijn diende Zweden alle monopolierechten voor omroeptransmissiediensten tegen 24 juli 2003 af te schaffen.

    (117)  Zie bijvoorbeeld het arrest van 22 maart 1977 in zaak 74/76 (Iannelli & Volpi SPA/Firma Paolo Meroni), Jurisprudentie 1977, blz. 557, en het arrest van 15 juni 1993 in zaak C-225/91 (Matra SA/Commissie), Jurisprudentie 1993, blz. I-3203.

    (118)  Zie bijvoorbeeld het arrest van 25 juni 1970 in zaak 47/69 (Frankrijk/Commissie), Jurisprudentie 1970, blz. 487, en het arrest van 3 mei 2001 in zaak C-204/97 (Portugal/Commissie), Jurisprudentie 2001, blz. I-3175.


    Top