Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32004R1106

    Verordening (EG) nr. 1106/2004 van de Commissie van 11 juni 2004 houdende afwijking, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 ten aanzien van het gebruik van braakgelegde grond in sommige lidstaten

    PB L 211 van 12.6.2004, p. 12–13 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 11/12/2010

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2004/1106/oj

    12.6.2004   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 211/12


    VERORDENING (EG) Nr. 1106/2004 VAN DE COMMISSIE

    van 11 juni 2004

    houdende afwijking, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 ten aanzien van het gebruik van braakgelegde grond in sommige lidstaten

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen (1), en met name op artikel 9,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Bij Verordening (EG) nr. 2316/1999 van de Commissie van 22 oktober 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen (2) zijn de voorwaarden vastgesteld waarop voor bepaalde akkerbouwgewassen areaalbetalingen worden toegekend. In artikel 19, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 is bepaald dat de braakgelegde percelen uit de productie moeten worden genomen voor een periode die uiterlijk op 15 januari ingaat en ten vroegste op 31 augustus eindigt, en, tenzij iets anders is bepaald, niet voor landbouwproductie en evenmin voor een winstgevende bestemming mogen worden gebruikt.

    (2)

    In 2003 hebben sommige regio’s van de Gemeenschap te lijden gehad van een extreme droogte die een sterke negatieve weerslag heeft gehad op de aanvoer van voeder, waardoor de voedervoorraden op de landbouwbedrijven aan het einde van de winter 2003/2004 uiterst klein waren.

    (3)

    Een afwijking van Verordening (EG) nr. 2316/1999 op grond waarvan de lidstaten kunnen toestaan dat braakgelegd bouwland wordt gebruikt voor voederdoeleinden, zou voor het volgende verkoopseizoen de risico's op het gebied van de voedervoorziening kunnen verkleinen. Elk winstgevend gebruik van de betrokken grond moet echter doeltreffend worden verboden.

    (4)

    Als gevolg van de droogte is bovendien meer bos dan gewoonlijk aangetast door schorskevers en daardoor is tijdelijk meer opslagcapaciteit nodig voor het gekapte hout. Het probleem zou verlicht kunnen worden door toe te staan dat het betrokken hout tijdelijk wordt opgeslagen op grond die in het kader van de regeling voor akkerbouwgewassen is braakgelegd voor het verkoopseizoen 2004/2005. Daarom dient van Verordening (EG) nr. 2316/1999 te worden afgeweken. Maatregelen dienen echter te worden genomen om ervoor te zorgen dat de grond beschikbaar wordt gesteld op niet winstgevende basis.

    (5)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.   In afwijking van artikel 19, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 kunnen de lidstaten toestaan dat grond die voor het verkoopseizoen 2004/2005 als braakgelegd is aangegeven, in overeenstemming met door hen vastgestelde voorwaarden en criteria voor voederdoeleinden wordt gebruikt.

    2.   De betrokken lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in lid l bedoelde braakgelegde grond niet voor winstgevende doeleinden wordt gebruikt, en met name dat geen productiesteun voor gedroogde voedergewassen zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 603/95 van de Raad (3), wordt toegekend voor gewassen die van die grond afkomstig zijn.

    Artikel 2

    1.   In afwijking van artikel 19, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 2316/1999 mag in door de lidstaten aangewezen regio’s die zijn getroffen door schorskevers, voor het verkoopseizoen 2004/2005 als braakgelegd aangegeven grond worden gebruikt voor de opslag van bomen.

    2.   De betrokken lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de voor opslag gebruikte braakgelegde grond op niet-winstgevende basis beschikbaar wordt gesteld.

    Artikel 3

    De betrokken lidstaten stellen de Commissie in kennis van de maatregelen die zij op grond van deze verordening hebben vastgesteld.

    Artikel 4

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing met ingang van 15 mei 2004.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 11 juni 2004.

    Voor de Commissie

    Franz FISCHLER

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1).

    (2)  PB L 280 van 30.10.1999, blz. 43. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 206/2004 (PB L 34 van 6.2.2004, blz. 33).

    (3)  PB L 63 van 21.3.1995, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 806/2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1).


    Top