Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32000E0792

    2000/792/GBVB: Gemeenschappelijk optreden van de Raad van 14 december 2000 houdende benoeming van de bijzondere vertegenwoordiger van de Europese Unie voor het gebied van de Grote Meren in Afrika en intrekking van Gemeenschappelijk Optreden 96/250/GBVB

    PB L 318 van 16.12.2000, p. 1–2 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2001

    ELI: http://data.europa.eu/eli/joint_action/2000/792/oj

    32000E0792

    2000/792/GBVB: Gemeenschappelijk optreden van de Raad van 14 december 2000 houdende benoeming van de bijzondere vertegenwoordiger van de Europese Unie voor het gebied van de Grote Meren in Afrika en intrekking van Gemeenschappelijk Optreden 96/250/GBVB

    Publicatieblad Nr. L 318 van 16/12/2000 blz. 0001 - 0002


    Gemeenschappelijk optreden van de Raad

    van 14 december 2000

    houdende benoeming van de bijzondere vertegenwoordiger van de Europese Unie voor het gebied van de Grote Meren in Afrika en intrekking van Gemeenschappelijk Optreden 96/250/GBVB

    (2000/792/GBVB)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, met name artikel 14 en artikel 18, lid 5,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De Europese Unie wenst bij te dragen tot de oplossing van de crises die in het gebied van de Grote Meren in Afrika heersen.

    (2) De Europese Unie wil daartoe de inspanningen van de Verenigde Naties, de Organisatie voor Afrikaanse Eenheid, de subregionale organisaties, alsmede alle betrokken prominenten en partijen ondersteunen, teneinde een vreedzame, duurzame en alomvattende oplossing te vinden voor de politieke, economische en humanitaire problemen die dit gebied kent.

    (3) Gemeenschappelijk Optreden 96/250/PESC van de Raad van 25 maart 1996, met betrekking tot de benoeming van een bijzondere gezant voor het gebied van de Grote Meren in Afrika(1), laatstelijk verlengd bij Gemeenschappelijk Optreden 2000/347/GBVB(2), verstrijkt op 31 december 2000.

    (4) Uit het hernieuwde onderzoek van Gemeenschappelijk Optreden 96/250/GBVB blijkt dat het mandaat van de bijzondere vertegenwoordiger moet worden verlengd.

    (5) Op 30 maart 2000 heeft de Raad een handleiding aangenomen inzake de procedure voor de benoeming van de bijzondere vertegenwoordigers van de Europese Unie en de administratieve regelingen die op hen van toepassing zijn. De regeling voor de bijzondere vertegenwoordigers van de Europese Unie moet aan die handleiding worden aangepast.

    (6) Om redenen van transparantie en duidelijkheid dienen de bepalingen betreffende de bijzondere vertegenwoordigers van de Europese Unie voor het gebied van de Grote Meren in Afrika in één tekst te worden gebundeld en moet Gemeenschappelijk Optreden 96/250/GBVB derhalve worden ingetrokken,

    HEEFT HET VOLGENDE GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De heer Aldo Ajello wordt benoemd tot bijzondere vertegenwoordiger van de Europese Unie voor het gebied van de Grote Meren in Afrika (hierna: "bijzondere vertegenwoordiger").

    Artikel 2

    1. De bijzondere vertegenwoordiger ondersteunt de inspanningen die erop gericht zijn de noodzakelijke voorwaarden te scheppen voor een duurzame en vreedzame oplossing van de crises in het gebied van de Grote Meren, onder meer door het voorbereiden van een te gelegener tijd te houden internationale conferentie over vrede, stabiliteit, democratie en onwikkeling in het gebied van de Grote Meren in Afrika.

    2. De bijzondere vertegenwoordiger heeft in het bijzonder tot taak:

    - steun te bieden voor de inspanningen van de VN, de OAE, de subregionale organisaties en hun diverse vertegenwoordigers om de conflicten in het gebied te beëindigen, en de inspanningen van de Afrikaanse prominenten die hun medewerking aan die organisaties verlenen;

    - met de regeringen van de landen in het gebied en met andere betrokken regeringen en internationale organisaties nauwe contacten tot stand te brengen en te onderhouden, teneinde te bepalen welke maatregelen nodig zijn om de problemen van het gebied op te lossen;

    - eventueel contacten te leggen met andere prominenten en partijen die kunnen bijdragen tot het oplossen van de conflicten in het gebied.

    Artikel 3

    1. De bijzondere vertegenwoordiger sluit een contract als "bijzonder adviseur" met de Raad.

    2. De bijzondere vertegenwoordiger is verantwoordelijk voor de uitvoering van zijn mandaat en voor de samenstelling van zijn team, in overleg met het voorzitterschap bijgestaan door de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger en in nauwe samenwerking met de Commissie.

    3. De lidstaten en de instellingen van de Europese Unie kunnen voorstellen personeel te detacheren bij de bijzondere vertegenwoordiger. De bezoldiging van het personeel dat door een lidstaat of een instelling van de Europese Unie bij de bijzondere vertegenwoordiger gedetacheerd wordt, komt ten laste van de betrokken lidstaat of instelling van de Europese Unie.

    4. Alle A-ambten worden in de lidstaten en bij de instellingen van de Europese Unie bekendgemaakt, en worden vervuld door de meest geschikte kandidaten.

    5. De voorrechten, immuniteiten en andere nodige garanties voor de uitvoering en het goede verloop van de missie van de bijzondere vertegenwoordiger van de Europese Unie en zijn medewerkers worden met de partijen overeengekomen. De lidstaten en de Commissie verlenen daartoe alle nodige steun.

    6. Het voorzitterschap, de Commissie en/of de lidstaten verlenen in voorkomend geval logistieke steun in het gebied.

    Artikel 4

    De bijzondere vertegenwoordiger ressorteert rechtstreeks onder de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger. Hij is hem verantwoording verschuldigd over de administratieve uitgaven die in het kader van zijn activiteiten worden gedaan.

    Artikel 5

    1. De bijzondere vertegenwoordiger brengt op eigen initiatief of desgevraagd via de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger regelmatig aan de Raad verslag uit. Deze verslagen worden eveneens aan de Commissie toegezonden.

    2. De uitvoering van dit gemeenschappelijk optreden wordt op gezette tijden getoetst, waarbij in het bijzonder rekening wordt gehouden met de ontwikkeling van en de samenhang met andere bijdragen van de Europese Unie aan de regio.

    Artikel 6

    Gemeenschappelijk Optreden 96/250/GBVB wordt ingetrokken.

    Artikel 7

    Dit gemeenschappelijk optreden treedt in werking op 1 januari 2001.

    Het is van toepassing tot 31 december 2001.

    Artikel 8

    Dit gemeenschappelijk optreden wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad.

    Gedaan te Brussel, 14 december 2000.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    J. Glavany

    (1) PB L 87 van 4.4.1996, blz. 1.

    (2) PB L 122 van 24.5.2000, blz. 6.

    Top