Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31999D0569

1999/569/EG: Beschikking van de Commissie van 28 juli 1999 betreffende de fundamentele parameters van het besturings- en seingevingssubsysteem met betrekking tot het Trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem (kennisgeving geschied onder nummer C(1999) 2475) - (Voor de EER relevante tekst)

PB L 216 van 14.8.1999, p. 23–23 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 11/09/2002; opgeheven door 32002D0731 De einddatum van de geldigheid is gebaseerd op de datum van bekendmaking van de intrekkingshandeling die van kracht wordt op de datum van kennisgeving ervan. Van de intrekkingshandeling is kennisgeving gedaan, maar omdat de datum van kennisgeving niet beschikbaar is in EUR-Lex, wordt de datum van bekendmaking gebruikt.

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1999/569/oj

31999D0569

1999/569/EG: Beschikking van de Commissie van 28 juli 1999 betreffende de fundamentele parameters van het besturings- en seingevingssubsysteem met betrekking tot het Trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem (kennisgeving geschied onder nummer C(1999) 2475) - (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 216 van 14/08/1999 blz. 0023 - 0023


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 28 juli 1999

betreffende de fundamentele parameters van het besturings- en seingevingssubsysteem met betrekking tot het Trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem

(kennisgeving geschied onder nummer C(1999) 2475)

(Voor de EER relevante tekst)

(1999/569/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 96/48/EG van de Raad van 23 juli 1996 betreffende de interoperabiliteit van het Trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem(1), in het bijzonder op artikel 21,

(1) Overwegende dat op de op 10 juli 1997 gehouden vergadering van het krachtens artikel 21 van Richtlijn 96/48/EG opgericht comité door Zweden het probleem van de frequentie en de stralingsintensiteit van de Eurobalise genoemde grond-trein-punttransmissie-interface ter sprake is gebracht;

(2) Overwegende dat de Association Européenne pour l'Interopérabilité Ferroviaire (AEIF) tijdens de vergadering van 16 oktober 1997 heeft bevestigd dat de Eurobalise-interface een fundamentele parameter van het besturings- en seingevingssubsysteem is;

(3) Overwegende de door de AEIF op de vergadering van het Comité van 19 februari 1998 gegeven analyse van het probleem en het verzoek van een aantal lidstaten om een stand van zaken te geven voor alle radiofrequenties die nodig zijn voor het besturings- en seingevingssubsysteem;

(4) Overwegende dat elke interferentie met de frequentieband voor radio-elektrische uitrusting ECPT PR 27 moet worden vermeden (zie besluit van het ERC van 7 maart 1996), maar dan wel met behoud van hetzelfde telelaadvermogen;

(5) Overwegende dat het dringend noodzakelijk is om de waarde van de grond-trein-punttransmissie-interface Eurobalise en van de GSM-R-grond-trein-radio vast te stellen, omdat anders de planning van de tests van het ERTMS-project in gevaar komt, hetgeen tot ernstige vertragingen bij de ingebruikname van een aantal lijnen van het Trans-Europese HST-net zou leiden;

(6) Overwegende dat deze beschikking geen gevolgen heeft voor de reeds in gebruik zijnde systemen, zolang er geen sprake is van opnieuw in gebruik nemen na een reorganisatie, en dat de AEIF met het bestaande systeem rekening zal moeten houden bij de opstelling van de technische specificatie inzake interoperabiliteit (TSI) "besturing en seingeving";

(7) Overwegende aanbeveling T/R 25-09 E (Chester 1990, herz. Boedapest 1995) betreffende de voor de spoorwegen in de 900 MHz-band gereserveerde frequenties en besluit van de ECPT werkgroep voor FM met betrekking tot Eurobalise (Tallinn 1998) en de daaruit voortvloeiende aanpassing van aanbeveling 70-03;

(8) Overwegende dat de bepalingen van deze beschikking in overeenstemming zijn met het advies van het comité van Richtlijn 96/48/EG,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De frequentie die voor het teleladen (downlink) van de bakens van het type Eurobalise wordt gebruikt, moet 27095 MHz bedragen en de stralingsintensiteit op tien meter moet lager dan 42 dBμA/m zijn.

Artikel 2

Overeenkomstig de aanbeveling van CEPT moeten de frequentiebanden die voor de radioverbindingen van het type GSM-R worden gebruikt tussen 876 en 880 MHz liggen en voor de grond-trein-verbinding tussen 921 en 925 MHz.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 28 juli 1999.

Voor de Commissie

Neil KINNOCK

Lid van de Commissie

(1) PB L 235 van 17.9.1996, blz. 6.

Top