Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31999R0036

    Verordening (EG) nr. 36/1999 van de Commissie van 8 januari 1999 betreffende de opening van aanvullende contingenten voor de invoer in de Gemeenschap van een aantal textielprodukten uit bepaalde derde landen die in 1999 aan handelsbeurzen in de Europese Gemeenschap deelnemen

    PB L 5 van 9.1.1999, p. 57–60 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1999/36/oj

    31999R0036

    Verordening (EG) nr. 36/1999 van de Commissie van 8 januari 1999 betreffende de opening van aanvullende contingenten voor de invoer in de Gemeenschap van een aantal textielprodukten uit bepaalde derde landen die in 1999 aan handelsbeurzen in de Europese Gemeenschap deelnemen

    Publicatieblad Nr. L 005 van 09/01/1999 blz. 0057 - 0060


    VERORDENING (EG) Nr. 36/1999 VAN DE COMMISSIE van 8 januari 1999 betreffende de opening van aanvullende contingenten voor de invoer in de Gemeenschap van een aantal textielproducten uit bepaalde derde landen die in 1999 aan handelsbeurzen in de Europese Gemeenschap deelnemen

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 3030/93 van de Raad van 12 oktober 1993 betreffende een gemeenschappelijke regeling voor de invoer van bepaalde textielproducten uit derde landen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2798/98 van de Commissie (2), inzonderheid op artikel 8,

    Overwegende dat, onder bepaalde bijzondere omstandigheden, contingenten ter aanvulling van de in bijlage V bij Verordening (EEG) nr. 3030/93 vastgestelde contingenten kunnen worden geopend; dat de Commissie een verzoek om aanvullende contingenten ten behoeve van bepaalde in 1999 georganiseerde handelsbeurzen heeft ontvangen;

    Overwegende dat de voorbije jaren voor bepaalde derde landen reeds aanvullende contingenten werden geopend;

    Overwegende dat de aanvullende contingenten uitsluitend mogen worden geopend voor producten die door de exporterende landen op de betreffende handelsbeurs zijn tentoongesteld, voor de hoeveelheden waarvoor op de betrokken beurs contracten zijn ondertekend die zijn gecertificeerd door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar deze beurs plaatsvindt;

    Overwegende dat, teneinde te voorkomen dat de aanvullende contingenten worden overschreden, het dienstig is te bepalen dat de lidstaat op het grondgebied waarvan de handelsbeurs plaatsvindt toeziet dat de totale hoeveelheid waarvoor gecertificeerde contracten zijn opgesteld de aanvullende contingenten niet overschrijdt en dat deze lidstaat de Commissie na de sluiting van de handelsbeurs de totale hoeveelheid meedeelt waarvoor dergelijke gecertificeerde contracten werden opgesteld;

    Overwegende dat het aanbeveling verdient de invoer in de Gemeenschap van producten waarvoor aanvullende contingenten worden geopend, te onderwerpen aan de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3030/93 die van toepassing zijn op de invoer van producten die aan de in bijlage V van de genoemde verordening vastgestelde kwantitatieve beperkingen zijn onderworpen, met uitzondering van die welke verband houden met de flexibiliteit;

    Overwegende dat aanvragen voor invoervergunningen bovendien vergezeld dienen te gaan van het op de betreffende handelsbeurs ondertekende contract, gecertificeerd door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de beurs plaatsvindt;

    Overwegende dat, teneinde ontduiking van deze voorschriften te voorkomen, de invoervergunningen uitsluitend mogen worden afgegeven voor producten die niet eerder dan 30 dagen na de sluiting van de betreffende beurs worden verzonden vanuit het leverende land waarvan zij de oorsprong hebben;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité textielproducten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De bij Verordening (EEG) nr. 3030/93 vastgestelde kwantitatieve invoerbeperkingen worden aangevuld met de in bijlage vermelde aanvullende contingenten ten behoeve van de handelsbeurzen die in 1999 in de Gemeenschap worden gehouden.

    Artikel 2

    1. De in artikel 1 bedoelde aanvullende contingenten zijn uitsluitend bestemd voor producten die door het exporterende land op de handelsbeurs zijn tentoongesteld, voor de hoeveelheden waarvoor op de betrokken beurs verkoopcontracten zijn ondertekend die zijn gecertificeerd door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar deze beurs plaatsvindt.

    2. De bevoegde autoriteiten van de lidstaat op het grondgebied waarvan de beurs plaatsvindt zien erop toe dat de totale hoeveelheden waarvoor gecertificeerde contracten werden ondertekend de in de bijlage vastgestelde hoeveelheden niet overschrijdt.

    3. De betrokken lidstaat deelt de Commissie ten hoogste 30 dagen na de sluitingsdatum van de beurs de totale hoeveelheid mede waarvoor tijdens de beurs gecertificeerde contracten werden gesloten. Deze informatie wordt uitgesplitst naar leverend land en categorie.

    Artikel 3

    1. Onverminderd het bepaalde in paragraaf 2 en 3 is de invoer in de Gemeenschap van producten waarvoor aanvullende contingenten werden geopend, onderworpen aan de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3030/93 die van toepassing zijn op de invoer van producten die aan de in bijlage V van de genoemde verordening vastgestelde kwantitatieve beperkingen zijn onderworpen, met uitzondering van die welke betrekking hebben op de flexibiliteit.

    2. Invoervergunningen worden uitsluitend afgegeven op overlegging van een uitvoervergunning "Export licence". In vak 9 van het laatstgenoemde document dienen de handelsbeurs en het jaar te zijn vermeld waarop het betrekking heeft. Het gaat vergezeld van het origineel van het in artikel 2 bedoelde gecertificeerde contract.

    3. Invoervergunningen worden uitsluitend afgegeven voor producten die niet eerder dan 30 dagen na de sluiting van de beurs naar de Gemeenschap worden verzonden vanuit het derde land waarvan zij de oorsprong hebben.

    Artikel 4

    Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 8 januari 1999.

    Voor de Commissie

    Leon BRITTAN

    Vice-Voorzitter

    (1) PB L 275 van 8. 11. 1993, blz. 1.

    (2) PB L 353 van 29. 12. 1998, blz. 1.

    BIJLAGE

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Top