Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31996R1620

    Verordening (EG) nr. 1620/96 van de Commissie van 9 juli 1996 inzake de opening en de wijze van beheer van bepaalde tariefcontingenten voor de invoer van rijst en breukrijst

    PB L 202 van 10.8.1996, p. 1–9 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 09/07/1996

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1996/1620/oj

    31996R1620

    Verordening (EG) nr. 1620/96 van de Commissie van 9 juli 1996 inzake de opening en de wijze van beheer van bepaalde tariefcontingenten voor de invoer van rijst en breukrijst

    Publicatieblad Nr. L 202 van 10/08/1996 blz. 0001 - 0010


    VERORDENING (EG) Nr. 1620/96 VAN DE COMMISSIE van 9 juli 1996 inzake de opening en de wijze van beheer van bepaalde tariefcontingenten voor de invoer van rijst en breukrijst

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 3093/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende vaststelling van de uit de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT voortvloeiende rechten die de Gemeenschap dient toe te passen als gevolg van de toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden tot de Europese Unie (1), en met name op artikel 5,

    Gelet op Besluit 96/317/EG van de Raad van 13 mei 1996 betreffende de aanvaarding van de resultaten van het overleg met Thailand in het kader van artikel XXIII van de GATT (2), en met name op artikel 3,

    Overwegende dat bij de op grond van artikel XXIV, lid 6, van de GATT na de toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden tot de Europese Unie gevoerde onderhandelingen is overeengekomen met ingang van 1 januari 1996 een jaarlijks contingent te openen voor de invoer van 63 000 ton halfwitte of volwitte rijst van GN-code 1006 30 met nulrecht, en een contingent van 20 000 ton gedopte rijst van GN-code 1006 20 met een vast recht van 88 ecu/ton; dat deze contingenten zijn opgenomen in de lijst inzake de Europese Gemeenschappen als bedoeld in artikel II, lid 1, onder a), van de GATT (1994);

    Overwegende dat bij het op grond van artikel XXIII van de GATT met Thailand gevoerde overleg is overeengekomen een jaarlijks tariefcontingent te openen voor de invoer van 80 000 ton breukrijst van code 1006 40 00 met een met 28 ecu/ton verlaagd invoerrecht; dat dit contingent voor het jaar 1996 voor de periode van 1 april tot en met 31 december betrekking heeft op een hoeveelheid van 60 000 ton;

    Overwegende dat in de voornoemde verbintenissen is bepaald dat bij het beheer van deze contingenten rekening moet worden gehouden met de traditionele leveranciers;

    Overwegende dat, om te voorkomen dat de invoer in het kader van deze contingenten de normale afzet van rijst uit de Gemeenschap verstoort, deze invoer het jaar moet worden gespreid zodat hij beter door de communautaire markt kan worden geabsorbeerd;

    Overwegende dat de contingenthoeveelheden voor het jaar 1996 niet vóór de maand juli kunnen worden verdeeld en dat het, om de overheid in de Verenigde Staten de mogelijkheid te bieden de laatste hand te leggen aan de passende maatregelen, dienstig is te bepalen dat invoer van oorsprong uit dit land pas met ingang van de maand augustus mag plaatsvinden;

    Overwegende dat de Regering van de Verenigde Staten nog geen uitvoercertificaatmodel heeft meegedeeld en dat invoer van oorsprong uit dit land bijgevolg pas zal plaatsvinden zodra dit certificaat beschikbaar is;

    Overwegende dat, met het oog op een deugdelijk administratief beheer van de voornoemde contingenten en om er inzonderheid voor te zorgen dat de vastgestelde hoeveelheden niet worden overschreden, bijzondere bepalingen moeten worden vastgesteld inzake de indiening van aanvragen en de afgifte van certificaten; dat deze bepalingen hetzij een aanvulling vormen op, hetzij afwijken van de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 16 november 1988 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwprodukten (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2137/95 (4);

    Overwegende dat moet worden aangegeven dat Verordening (EG) nr. 1162/95 van de Commissie van 23 mei 1995 houdende bijzondere uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer- en uitvoercertificaten in de sector granen en rijst (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2917/95 (6), van toepassing is in het kader van deze verordening;

    Overwegende dat de in deze verordening vastgestelde maatregelen niet in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor granen; dat deze maatregelen overeenkomstig artikel 23, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad (7), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 923/96 van de Commissie (8) onmiddellijk nadat ze waren vastgesteld aan de Raad zijn meegedeeld; dat de Raad niet binnen een maand met gekwalificeerde meerderheid een andersluidend besluit heeft genomen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1. Er worden jaarlijkse tariefcontingenten geopend voor de invoer in de Gemeenschap van:

    a) 63 000 ton halfwitte of volwitte rijst van GN-code 1006 30 met nulrecht;

    b) 20 000 ton gedopte rijst van GN-code 1006 20 met een invoerrecht van 88 ecu/ton;

    c) 80 000 ton breukrijst van GN-code 1006 40 00 met een vermindering van 28 ecu/ton van het in de Gecombineerde Nomenclatuur vastgestelde recht.

    2. Voor 1996 geldt het in lid 1, onder c), bedoelde contingent evenwel voor de periode van 1 april tot en met 31 december en voor een hoeveelheid van 60 000 ton.

    3. Deze hoeveelheden worden naar landen van oorsprong onderverdeeld als volgt:

    - voor het in artikel 1, lid 1, onder a), bedoelde contingent:

    - 38 721 ton uit de Verenigde Staten van Amerika

    - 21 455 ton uit Thailand

    - 1 019 ton uit Australië

    - 1 805 ton van andere oorsprong;

    - voor het in artikel 1, lid 1, onder b), bedoelde contingent:

    - 10 429 ton uit Australië

    - 7 642 ton uit de Verenigde Staten van Amerika

    - 1 812 ton uit Thailand

    - 117 ton van andere oorsprong;

    - voor het in artikel 1, lid 1, onder c), bedoelde contingent:

    - 41 600 ton uit Thailand

    - 12 913 ton uit Australië

    - 8 503 ton uit Guyana

    - 7 281 ton uit de Verenigde Staten

    - 9 703 ton van andere oorsprong.

    Voor de periode van 1 april tot 31 december 1996 wordt dit contingent evenwel als volgt verdeeld:

    - 31 200 ton uit Thailand

    - 9 685 ton uit Australië

    - 6 377 ton uit Guyana

    - 5 461 ton uit de Verenigde Staten

    - 7 277 ton van andere oorsprong.

    Artikel 2

    1. De afgifte van invoercertificaten voor de in tonnen uitgedrukte contingenthoeveelheden wordt als volgt gespreid in tranches:

    a) voor het in artikel 1, lid 1, onder a), bedoelde contingent:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    b) voor het in artikel 1, lid 1, onder b), bedoelde contingent:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    c) voor het in artikel 1, lid 1, onder c), bedoelde contingent:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    2. Voor het jaar 1996 is de spreiding evenwel als volgt:

    a) voor het in artikel 1, lid 1, onder a), bedoelde contingent:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    b) voor het in artikel 1, lid 1, onder b), bedoelde contingent:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    c) voor het in artikel 1, lid 1, onder c), bedoelde contingent:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    3. De hoeveelheden waarvoor geen invoercertificaat is afgegeven op grond van de eerste, tweede of derde tranche, worden overgedragen naar de volgende tranche van het betrokken contingent.

    Voor hoeveelheden waarvoor geen certificaat is afgegeven op grond van de tranche voor de maand september, mogen voor elke oorsprong waarvoor het betrokken contingent geldt, invoercertificaten worden aangevraagd in het kader van een aanvullende tranche in de maand oktober overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, lid 1, behalve voor de in artikel 2, lid 1 en lid 2, onder c), vastgestelde hoeveelheden.

    Artikel 3

    1. Als de certificaataanvraag voor invoer in het kader van de in artikel 1 bedoelde hoeveelheden betrekking heeft op rijst en breukrijst van oorsprong uit Thailand en op rijst van oorsprong uit Australië en de Verenigde Staten, moet zij vergezeld gaan van een uitvoercertificaat dat is opgesteld volgens het in respectievelijk de bijlagen I en II opgenomen model en is afgegeven door de in dezelfde bijlagen vermelde bevoegde instantie van deze landen.

    2. De instantie die het invoercertificaat afgeeft, bewaart het origineel van het uitvoercertificaat en verstrekt een kopie aan de douane-autoriteiten wanneer het in te voeren produkt in het vrije verkeer wordt gebracht.

    Artikel 4

    1. De certificaataanvragen worden bij de bevoegde autoriteiten in elke Lid-Staat ingediend in de eerste vijf werkdagen van de maand die met de betrokken tranche overeenkomt.

    2. In afwijking van artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1162/95 bedraagt de zekerheid voor de invoercertificaten:

    - 46 ecu/ton voor het in artikel 1, lid 1, onder a), bedoelde contingent;

    - 22 ecu/ton voor het in artikel 1, lid 1, onder b), bedoelde contingent;

    - 5 ecu/ton voor het in artikel 1, lid 1, onder c), bedoelde contingent.

    3. In vak 8 van de certificaataanvraag en van het invoercertificaat wordt het land van oorsprong vermeld en wordt de vermelding "ja" aangekruist.

    4. De certificaten bevatten in vak 24 één van de volgende vermeldingen:

    a) voor het in artikel 1, onder a), bedoelde contingent:

    - Exención del derecho de aduana [Reglamento (CE) n° 1620/96]

    - Toldfri (Forordning (EF) nr. 1620/96)

    - Zollfrei (Verordnung (EG) Nr. 1620/96)

    - Áôåëþò [Káíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 1620/96]

    - Exemption from customs duty (Regulation (EC) No 1620/96)

    - Exemption du droit de douane [Règlement (CE) n° 1620/96]

    - Esenzione del dazio doganale [Regolamento (CE) n. 1620/96]

    - Vrijgesteld van douanerecht (Verordening (EG) nr. 1620/96)

    - Isenção de direito aduaneiro (Regulamento (CE) nº 1620/96)

    - Tullivapaa [asetuksen (EY) N:o 1620/96]

    - Tullfri (förordning (EG) nr 1620/96);

    b) voor het in artikel 1, onder b), bedoelde contingent:

    - Derecho de aduana reducido 88 ecus/t [Reglamento (CE) n° 1620/96]

    - Nedsat told 88 ECU/t (Forordning (EF) nr. 1620/96)

    - Ermäßigter Zollsatz von 88 ECU/Tonne (Verordnung (EG) Nr. 1620/96)

    - Äáóìüò ìåéùìÝíïò óå 88 Ecu/ôüíï [Êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 1620/96]

    - Reduced duty to ECU 88 per tonne (Regulation (EC) No 1620/96)

    - Droit réduit à 88 écus par tonne [Règlement (CE) n° 1620/96]

    - Dazio ridotto a 88 ECU/t [Regolamento (CE) n. 1620/96]

    - Verminderd douanerecht van 88 ecu/ton (Verordening (EG) nr. 1620/96)

    - Direito reduzido 88 Ecu/t (Regulamento (CE) nº 1620/96)

    - Tulli, joka on alennettu 88 ecuun/t [asetus (EY) N:o 1620/96]

    - Tullsatsen nedsatt till 88 ecu/ton (förordning (EG) nr 1620/96);

    c) voor het in artikel 1, onder c), bedoelde contingent:

    - Derecho de aduana reducido de 28 ecus/t [Reglamento (CE) n° 1620/96]

    - Reduceret afgift med 28 ECU/t (Forordning (EF) nr. 1620/96)

    - Um 28 ECU/Tonne ermäßigter Zollsatz (Verordnung (EG) Nr. 1620/96)

    - Äáóìüò ìåéùìÝíïò êáôÜ 28 Ecu/ôüíï [Êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 1620/96]

    - Reduced duty by ECU 28 per tonne (Regulation (EC) No 1620/96)

    - Droit réduit de 28 écus par tonne [Règlement (CE) n° 1620/96]

    - Dazio ridotto di 28 ECU/t [Regolamento (CE) n. 1620/96]

    - Douanerecht verminderd met 28 ecu/ton (Verordening (EG) nr. 1620/96)

    - Direito reduzido de 28 Ecu/t (Regulamento (CE) nº 1620/96)

    - Tulli, jota on alennettu 28 ecua/t [asetus (EY) N:o 1620/96]

    - Tullsatsen nedsatt med 28 ecu/ton (förordning (EG) nr 1620/96).

    5. De invoercertificaataanvraag kan slechts worden aanvaard als de volgende voorwaarden zijn vervuld:

    - De aanvraag is ingediend door een natuurlijk persoon of rechtspersoon die, gedurende ten minste één van de drie aan de datum van indiening van deze aanvraag voorafgaande jaren een commerciële activiteit in de rijstsector heeft uitgeoefend of een invoercertificaat in de rijstsector heeft aangevraagd en die is ingeschreven in een openbaar register in een Lid-Staat.

    - De aanvrager heeft zijn aanvraag ingediend in de Lid-Staat waar hij in het openbaar register is ingeschreven. Als een aanvrager in twee of meer Lid-Staten aanvragen indient, wordt geen van de aanvragen aanvaard.

    Artikel 5

    1. Binnen twee werkdagen, te rekenen vanaf de laatste dag van de termijn voor de indiening van de certificaataanvragen delen de Lid-Staten de Commissie de hoeveelheden mee waarvoor invoercertificaten zijn aangevraagd, uitgesplitst naar GN-code en naar land van oorsprong.

    Deze mededeling moet ook plaatsvinden wanneer in een Lid-Staat geen enkele aanvraag is ingediend.

    De bovenbedoelde gegevens mogen niet tegelijk met die over de overige invoercertificaataanvragen in de sector rijst worden meegedeeld, maar moeten op dezelfde wijze worden meegedeeld.

    2. Binnen tien dagen, te rekenen vanaf de laatste dag van de termijn voor de indiening van de certificaataanvragen:

    - beslist de Commissie in welke mate gevolg kan worden gegeven aan de ingediende aanvragen. Indien de gevraagde hoeveelheden de voor de betrokken tranche en het betrokken land van oorsprong beschikbare hoeveelheden overschrijden, stelt zij een uniform verminderingspercentage voor dat op alle gevraagde hoeveelheden wordt toegepast;

    - stelt de Commissie de voor de volgende tranche en eventueel de voor de aanvullende tranche van oktober beschikbare hoeveelheden vast.

    De Commissie deelt haar besluit zo spoedig mogelijk aan de Lid-Staten mee.

    3. Als de in lid 2, eerste streepje, van dit artikel bedoelde vermindering leidt tot een of meer hoeveelheden van minder dan 20 ton per aanvraag, worden van het totaal van deze hoeveelheden partijen van telkens 20 ton en eventueel de nog resterende hoeveelheid, door de Lid-Staat bij loting aan de gegadigde marktdeelnemers toegewezen.

    Artikel 6

    1. Binnen drie werkdagen, te rekenen vanaf de datum van kennisgeving aan de Commissie, worden de invoercertificaten afgegeven voor de uit de toepassing van artikel 5, lid 2, voortvloeiende hoeveelheden.

    Wanneer de hoeveelheid waarvoor het invoercertificaat wordt afgegeven lager is dan de gevraagde hoeveelheid, wordt het bedrag van de in artikel 4, lid 2, bedoelde zekerheid naar evenredigheid verminderd.

    2. In afwijking van artikel 9 van Verordening (EEG) nr. 3719/88 zijn de uit het invoercertificaat voortvloeiende rechten niet overdraagbaar.

    Artikel 7

    1. Artikel 5, lid 1, vierde streepje van Verordening (EEG) nr. 3719/88 is niet van toepassing.

    2. In afwijking van artikel 8, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 mag de in het vrije verkeer gebrachte hoeveelheid niet groter zijn dan de in de vakken 17 en 18 van het invoercertificaat aangegeven hoeveelheid.

    Hiertoe wordt in genoemd certificaat in vak 19 het cijfer "0" vermeld.

    3. Artikel 33, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 is van toepassing.

    4. De geldigheidsduur van de certificaten wordt vastgesteld volgens artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1162/95. Hij loopt echter uiterlijk op 31 december van het jaar van afgifte af.

    Artikel 8

    De Lid-Staten delen de Commissie per telex de volgende gegevens mee:

    a) uiterlijk in de twee werkdagen na de afgifte van de certificaten, de hoeveelheden, uitgesplitst naar GN-code, waarvoor invoercertificaten zijn afgegeven, met opgave van de datum, het land van oorsprong, alsmede naam en adres van de houder;

    b) de laatste werkdag van elke maand, volgende op die van het in het vrije verkeer brengen, de naar GN-code en naar land van oorsprong uitgesplitste hoeveelheden die daadwerkelijk in het vrije verkeer zijn gebracht.

    Deze mededeling moet ook plaatsvinden ingeval geen enkel certificaat is afgegeven of geen invoer heeft plaatsgevonden.

    Artikel 9

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 9 juli 1996.

    Voor de Commissie

    Franz FISCHLER

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. L 334 van 30. 12. 1995, blz. 1.

    (2) PB nr. L 122 van 22. 5. 1996, blz. 15.

    (3) PB nr. L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1.

    (4) PB nr. L 214 van 8. 9. 1995, blz. 21.

    (5) PB nr. L 117 van 24. 5. 1995, blz. 2.

    (6) PB nr. L 305 van 19. 12. 1995, blz. 53.

    (7) PB nr. L 181 van 1. 7. 1992, blz. 21.

    (8) PB nr. L 126 van 24. 5. 1996, blz. 37.

    ANEXO I - BILAG I - ANHANG I - ÐÁÑÁÑÔÇÌÁ É - ANNEX I - ANNEXE I - ALLEGATO I - BIJLAGE I - ANEXO I - LIITE I - BILAGA I

    >REFERENTIE NAAR EEN FILM>

    ANEXO II - BILAG II - ANHANG II - ÐÁÑÁÑÔÇÌÁ ÉÉ - ANNEX II - ANNEXE II - ALLEGATO II - BIJLAGE II - ANEXO II - LIITE II - BILAGA II

    >REFERENTIE NAAR EEN FILM>

    Top