This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31994R0747
Commission Regulation (EC) No 747/94 of 30 March 1994 establishing administration procedures for quantitative quotas on certain products originating in the people's Republic of China
VERORDENING (EG) Nr. 747/94 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 1994 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor het beheer van de kwatitatieve contingenten die op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China van toepassing zijn
VERORDENING (EG) Nr. 747/94 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 1994 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor het beheer van de kwatitatieve contingenten die op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China van toepassing zijn
PB L 87 van 31.3.1994, p. 83–88
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)
No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1994
VERORDENING (EG) Nr. 747/94 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 1994 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor het beheer van de kwatitatieve contingenten die op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China van toepassing zijn
Publicatieblad Nr. L 087 van 31/03/1994 blz. 0083 - 0088
VERORDENING (EG) Nr. 747/94 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 1994 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor het beheer van de kwatitatieve contingenten die op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China van toepassing zijn DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 520/94 van de Raad van 7 maart 1994 houdende de totstandbrenging van een communautaire procedure voor het beheer van de kwantitatieve contingenten (1), inzonderheid op de artikelen 2, lid 3, en 24, Overwegende dat de Raad bij Verordening (EG) nr. 519/94 van 7 maart 1994 betreffende de gemeenschappelijke regeling voor de invoer uit bepaalde derde landen en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 1765/82, (EEG) nr. 1766/82 en (EEG) nr. 3420/93 (2), bepaalde kwantitatieve contingenten ten aanzien van de Volksrepubliek China heeft ingesteld, die in bijlage II bij deze verordening zijn opgenomen, en heeft vastgesteld dat deze contingenten worden beheerd overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 520/94; Overwegende dat de Commissie vervolgens haar goedkeuring heeft gehecht aan Verordening (EG) nr. 738/94 (3) tot vaststelling van een aantal bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 520/94; dat deze bepalingen van toepassing zijn op het beheer van de voorgenoemde contingenten, onder voorbehoud van het bepaalde in de onderhavige verordening; Overwegende dat een onderzoek van de verschillende methoden voor het beheer van contingenten waarin deze verordening voorziet, heeft aangetoond dat de op de traditionele handelsstromen gebaseerde methode in dit geval het meest geschikt is; dat bij toepassing van deze methode de contingenten in twee delen worden verdeeld, waarvan het ene aan de traditionele importeurs en het andere aan de overige aanvragers van een vergunning wordt toegewezen; Overwegende dat deze methode een harmonische overgang lijkt te garanderen van de vroegere regeling, die werd gekenmerkt door discrepanties tussen de Lid-Staten wat de voorwaarden voor de invoer van de betrokken produkten betreft, naar de uniforme regeling die uit de vaststelling van de betrokken communautaire contingenten voortvloeit; Overwegende dat deze methode rekening houdt met de traditionele invoerstromen die onder de oude regeling zijn ontstaan; dat een daadwerkelijk communautaire regeling de niet-traditionele importeurs evenwel geleidelijk toegang dient te verschaffen tot deze contingenten; dat bij de vaststelling van het aan de andere aanvragers toe te wijzen gedeelte van het contingent overeenkomstig het bepaalde in artikel 6, lid 4, van Verordening (EG) nr. 520/94 op representatieve wijze rekening dient te worden gehouden met de in de voorgenoemde invoerregeling voorkomende discrepanties; dat, met inachtneming van al deze elementen, een bepaald evenwicht moet worden betracht bij de vaststelling van het aan de twee categorieën importeurs toe te wijzen aandeel in het contingent; Overwegende dat, bij de vaststelling van het aan de traditionele importeurs toe te wijzen gedeelte van het contingent, deze importeurs moeten kunnen aantonen dat zij in de jaren 1991 en 1992 uit China produkten hebben ingevoerd waarop de betrokken contingenten van toepassing waren; dat deze twee jaren een geschikte referentieperiode zijn omdat hiervoor volledige en representatieve statistische gegevens over de normale ontwikkeling van de handel in de betrokken produkten beschikbaar zijn; Overwegende dat, wat het voor de andere importeurs bestemde en volgens de op de chronologische volgorde van de aanvragen gebaseerde methode toe te wijzen gedeelte van het contingent betreft, de aan elke importeur toe te wijzen hoeveelheid, die ook toegangelijk moet blijven voor kleine importeurs, dient te worden vastgesteld met inachtneming van de aard van het produkt en de noodzaak een economisch worden gehouden met de voor dit produkt kenmerkende handelsgebruiken; Overwegende dat voor de toewijziging van de contingenten een termijn voor het indienen van aanvragen voor invoervergunningen door de traditionele importeurs en door de andere importeurs dient te worden vastgesteld, rekening houdend met de noodzaak van een eenvoudig, duidelijk en doeltreffend beheer van de contingenten; dat het in de beginfase van de ten uitvoerlegging van de procedure voor toewijzing aan de andere aanvragers wenselijk is stapsgewijs te werk te gaan; Overwegende dat het dienstig is te bepalen dat, met het oog op een optimaal gebruik van de contingenten, in de vergunningaanvragen voor de invoer van schoeisel, waarbij de contingenten betrekking kunnen hebben op diverse onderverdelingen van de GN-code, de voor elke onderverdeling van de GN-code gevraagde hoeveelheid dient te worden gespecificeerd; Overwegende dat de Lid-Staten de Commissie overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 van Verordening (EG) nr. 520/94 kennis dienen te geven van de aanvragen voor invoervergunningen die zij ontvangen; dat de gegevens betreffende de vroegere invoer van de traditionele importeurs per referentiejaar dienen te worden uitgesplitst en moeten worden verstrekt in de eenheid waarin het betrokken contingent is uitgedrukt; dat, wanneer het contingent in ecu is vastgesteld, de tegenwaarde in nationale valuta waarin de vroegere invoer is uitgedrukt, wordt berekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (4); Overwegende dat, gezien het bijzondere karakter van de handel in de produkten waarop deze contingenten betrekking hebben, het dienstig lijkt de geldigheidsduur van de invoervergunning vast te stellen op zes maanden te rekenen vanaf de datum van afgifte door de Lid-Staten; Overwegende dat deze maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het bij Verordening (EG) nr. 520/94 ingestelde comité, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Bij deze verordening worden nadere bepalingen vastgesteld voor het beheer van de in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 519/94 bedoelde kwantitatieve contingenten voor de periode van 15 maart tot en met 31 december 1994. Verordening (EG) nr. 738/94 is van toepassing onder voorbehoud van de bijzondere bepalingen van de onderhavige verordening. Artikel 2 De in artikel 1 bedoelde kwantitatieve contingenten worden toegewezen volgens de op de traditionele handelsstromen gebaseerde methode bedoeld in artikel 2, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 520/94. Artikel 3 1. De respectievelijk aan de traditionele importeurs en aan de andere importeurs toe te wijzen delen van het contingent zijn in bijlage I bij deze verordening vastgesteld. De overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 10 en 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 520/94 vastgestelde hoeveelheden zijn in bijlage II bij de onderhavige verordening vermeld. 2. De referentieperiode voor de toepassing van artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 520/94 bestaat uit de kalenderjaren 1991 en 1992. Artikel 4 1. De aanvragen voor invoervergunningen met betrekking tot het voor de traditionele importeurs bestemde gedeelte van het kwantitatieve contingent worden in de periode van 5 april tot en met 12 april 1994 ingediend bij de bevoegde administratieve instanties bedoeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 738/94. 2. De in artikel 7 van Verordening (EG) nr. 520/94 bedoelde bewijsstukken dienen verband te houden met de in de kalenderjaren 1991 en 1992 in het vrije verkeer gebrachte produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China waarvoor het contingent werd geopend en waarop de vergunningaanvraag betrekking heeft. In plaats van de onder het eerste streepje van artikel 7 bedoelde bewijsstukken mag de aanvrager zijn vergunningaanvraag vergezeld doen gaan van een door de bevoegde nationale instanties, opgesteld en gecertificeerd bewijsstuk, gebaseerd op de douanegegevens waarover deze beschikken, in verband met de betrokken produkten die in de kalenderjaren 1991 en 1992 werden ingevoerd, hetzij door hemzelf, hetzij, in voorkomend geval, door de handelaar wiens activiteit hij heeft overgenomen. 3. Artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 is, in voorkomend geval, van toepassing op de in nationale valuta luidende bewijsstukken. Artikel 5 De Lid-Staten delen de Commissie, overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 520/94, uiterlijk op 26 april 1994 te 10.00 uur Brusselse tijd, het aantal aanvragen voor invoervergunningen en de totale gevraagde hoeveelheid mede waarop deze vergunningen betrekking hebben, evenals de hoeveelheden die in elk jaar van de in artikel 3, lid 2, van deze verordening bedoelde referentieperiode door de traditionele importeurs werden ingevoerd. Artikel 6 De Commissie geeft de Lid-Staten uiterlijk op 28 april 1994 kennis van het besluit waarbij de kwantitatieve criteria zijn vastgesteld volgens welke de door de traditionele importeurs gevraagde hoeveelheden moeten worden toegewezen. Artikel 7 1. De aanvragen voor invoervergunningen met betrekking tot het voor de andere importeurs bestemde gedeelte van het kwantitatieve contingent kunnen in de periode van 26 april tot en met 28 april 1994, 17.00 uur Brusselse tijd, worden ingediend bij de bevoegde administratieve instanties bedoeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 738/94. 2. Het beschikbare communautaire saldo wordt als volgt geverifieerd en gebruikt: - vanaf 26 april, 10.00 uur Brusselse tijd, tot en met 29 april 1994, 17.00 uur Brusselse tijd, geven de bevoegde instanties van de Lid-Staten de Commissie, in chronologische volgorde van ontvangst, kennis van de aanvragen voor invoervergunningen die zij hebben ontvangen; - de Commissie onderzoekt alle aanvragen die haar ter kennis worden gebracht en deelt, zodra dit onderzoek voltooid is, door middel van een kennisgeving mede welke aanvragen kunnen worden ingewilligd. Tevens stelt zij de Lid-Staten in kennis van de hoeveelheid die nog in het communautaire saldo aanwezig is alsmede, in voorkomend geval, van de datum waarop de vorenbedoelde procedure kan worden herhaald. In de eerste fase van de tenuitvoerlegging van dit systeem roept de Commissie, bij overschrijding van het contingent, het bij Verordening (EG) nr. 520/94 ingestelde comité bijeen om de situatie aan een nader onderzoek te onderwerpen; - de in de voorafgaande leden bedoelde kennisgevingen worden normaliter langs elektronische weg gedaan via het daarvoor opgerichte geïntegreerde netwerk, tenzij om dwingende technische redenen tijdelijk andere communicatiemiddelen moeten worden gebruikt. De voor de kennisgevingen te gebruiken codes zijn voor elk kwantitatief contingent in bijlage III opgenomen. Artikel 8 In elke aanvraag voor een invoervergunning die betrekking heeft op een kwantitatief contingent voor schoeisel dat goederen van twee onderverdelingen van de GN-code omvat, dienen de gevraagde hoeveelheden per onderverdeling van de GN-code te worden gespecificeerd. Artikel 9 De geldigheidsduur van de door de bevoegde instanties van de Lid-Staten af te geven invoervergunningen bedraagt zes maanden te rekenen vanaf de datum van afgifte. Artikel 10 Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat. Gedaan te Brussel, 30 maart 1994. Voor de Commissie Leon BRITTAN Lid van de Commissie (1) PB nr. L 66 van 10. 3. 1994, blz. 1. (2) PB nr. L 67 van 10. 3. 1994, blz. 89. (3) Zie bladzijde 47 van dit Publikatieblad. (4) PB nr. L 302 van 19. 10. 1992, blz. 1. BIJLAGE I VERDELING VAN DE CONTINGENTEN "" ID="1">Handschoenen> ID="2">4203 29> ID="3">64 509 156 ecu (85 %)> ID="4">11 383 969 ecu (15 %)"> ID="1">Schoeisel vallende onder GS/GN-codes> ID="2">ex 6402 19 (1)> ID="3">22 166 666 paar (80 %)> ID="4">5 541 667 paar (20 %)"> ID="2">ex 6402 99 (1)"> ID="2">ex 6403 19 (1)> ID="3">1 741 666 paar (80 %)> ID="4">435 417 paar (20 %)"> ID="2">6403 51> ID="3">1 583 334 paar (80 %)> ID="4">395 833 paar (20 %)"> ID="2">6403 59"> ID="2">ex 6403 91 (1)> ID="3">6 286 466 paar (80 %)> ID="4">1 571 617 paar (20 %)"> ID="2">ex 6403 99 (1)"> ID="2">ex 6404 11 (1)> ID="3">10 671 666 paar (80 %)> ID="4">2 667 917 paar (20 %)"> ID="2">6404 19 10> ID="3">18 399 600 paar (80 %)> ID="4">4 599 900 paar (20 %)"> ID="1">Keuken- en tafelgerei, van porcelein> ID="2">6911 10> ID="3">24 700 ton (80 %)> ID="4">6 175 ton (20 %)"> ID="1">Keuken- en tafelgerei, van porcelein> ID="2">6912 00> ID="3">18 810 ton (80 %)> ID="4">4 703 ton (20 %)"> ID="1">Glaswerk voor tafelgebruik, enz.> ID="2">7013> ID="3">6 966 ton (80 %)> ID="4">1 742 ton (20 %)"> ID="1">Autoradio's vallende onder GS/GN-codes> ID="2">8527 21> ID="3">1 330 000 stuks 107 666 stuks (80 %)> ID="4">332 500 stuks 26 917 stuks (20 %)"> ID="2">8527 29"> ID="1">Speelgoed vallende onder GS/GN-codes> ID="2">9503 41> ID="3">119 223 812 ecu 49 786 532 ecu 301 634 500 ecu (75 %)> ID="4">39 741 271 ecu 16 595 510 ecu 100 544 833 ecu (25 %)"> ID="2">9503 49"> ID="2">9503 90"" > (1) Uitgezonderd volgens een speciale techniek vervaardigd schoeisel: schoeisel met een cif-prijs per paar van 12 of meer ecu, voor sportieve bezigheden, voorzien van een gegoten zool - niet gespoten - bestaande uit een of meer lagen, vervaardigd uit synthetische materialen, speciaal ontworpen om schokken als gevolg van verticale of zijwaartse bewegingen op te vangen en met technische kenmerken zoals luchtdichte kussentjes gevuld met gas of vloeistoffen, met mechanische bestanddelen die de schokken opvangen of neutraliseren, of met materialen zoals polymeren met een lage dichtheid. BIJLAGE II VOORAF MAXIMAAL VASTGESTELDE HOEVEELHEID "" ID="1">Handschoenen> ID="2">4203 29> ID="3">50 000 ecu"> ID="1">Schoeisel vallende onder GS/GN-codes> ID="2">ex 6402 19 (1)> ID="3">4 000 paar"> ID="2">ex 6402 99 (1)"> ID="2">ex 6403 19 (1)> ID="3">4 000 paar"> ID="2">6403 51> ID="3">4 000 paar"> ID="2">6403 59"> ID="2">ex 6403 91 (1)> ID="3">4 000 paar"> ID="2">ex 6403 99 (1)"> ID="2">ex 6404 11 (1)> ID="3">4 000 paar"> ID="2">6404 19 10> ID="3">4 000 paar"> ID="1">Keuken- en tafelgerei, van porcelein> ID="2">6911 10> ID="3">8 ton"> ID="1">Keuken- en tafelgerei, van keramische stoffen> ID="2">6912 00> ID="3">8 ton"> ID="1">Glaswerk voor tafelgebruik, enz.> ID="2">7013> ID="3">6 ton"> ID="1">Autoradio's vallende onder GS/GN-codes> ID="2">8527 21> ID="3">4 000 stuks 4 000 stuks"> ID="2">8527 29"> ID="1">Speelgoed vallende onder GS/GN-codes> ID="2">9503 41> ID="3">75 000 ecu 75 000 ecu 75 000 ecu"> ID="2">9503 49"> ID="2">9503 90"" > (1) Uitgezonderd volgens een speciale techniek vervaardigd schoeisel: schoeisel met een cif-prijs per paar van 12 of meer ecu, voor sportieve bezigheden, voorzien van een gegoten zool - niet gespoten - bestaande uit een of meer lagen, vervaardigd uit synthetische materialen, speciaal ontworpen om schokken als gevolg van verticale of zijwaartse bewegingen op te vangen en met technische kenmerken zoals luchtdichte kussentjes gevuld met gas of vloeistoffen, met mechanische bestanddelen die de schokken opvangen of neutraliseren, of met materialen zoals polymeren met een lage dichtheid. BIJLAGE III SIGL-codes "" ID="1">Handschoenen> ID="2">4203 29> ID="3">4203A"> ID="1">Schoeisel vallende onder GS/GN-codes> ID="2">ex 6402 19 (1)> ID="3">6402A"> ID="2">ex 6402 99 (1)"> ID="2">ex 6403 19 (1)> ID="3">6403A"> ID="2">6403 51> ID="3">6403B"> ID="2">6403 59"> ID="2">ex 6403 91 (1)> ID="3">6403C"> ID="2">ex 6403 99 (1)"> ID="2">ex 6404 11 (1)> ID="3">6404A"> ID="2">6404 19 10> ID="3">6404B"> ID="1">Keuken- en tafelgerei, van porcelein> ID="2">6911 10> ID="3">6911A"> ID="1">Keuken- en tafelgerei, van keramische stoffen> ID="2">6912 00> ID="3">6912A"> ID="1">Glaswerk voor tafelgebruik, enz.> ID="2">7013> ID="3">7013A"> ID="1">Autoradio's vallende onder GS/GN-codes> ID="2">8527 21> ID="3">8527A 8527B"> ID="2">8527 29"> ID="1">Speelgoed vallende onder GS/GN-codes> ID="2">9503 41> ID="3">9503A 9503B 9503C"> ID="2">9503 49"> ID="2">9503 90"" > (1) Uitgezonderd volgens een speciale techniek vervaardigd schoeisel: schoeisel met een cif-prijs per paar van 12 of meer ecu, voor sportieve bezigheden, voorzien van een gegoten zool - niet gespoten - bestaande uit een of meer lagen, vervaardigd uit synthetische materialen, speciaal ontworpen om schokken als gevolg van verticale of zijwaartse bewegingen op te vangen en met technische kenmerken zoals luchtdichte kussentjes gevuld met gas of vloeistoffen, met mechanische bestanddelen die de schokken opvangen of neutraliseren, of met materialen zoals polymeren met een lage dichtheid.