EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993R1726

VERORDENING (EEG) Nr. 1726/93 VAN DE RAAD van 29 juni 1993 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor bevroren filets van heek en bepaalde textielprodukten in het passieve veredelingsverkeer van de Gemeenschap

PB L 159 van 1.7.1993, p. 130–132 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/08/1994

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1993/1726/oj

31993R1726

VERORDENING (EEG) Nr. 1726/93 VAN DE RAAD van 29 juni 1993 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor bevroren filets van heek en bepaalde textielprodukten in het passieve veredelingsverkeer van de Gemeenschap

Publicatieblad Nr. L 159 van 01/07/1993 blz. 0130


VERORDENING (EEG) Nr. 1726/93 VAN DE RAAD van 29 juni 1993 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor bevroren filets van heek en bepaalde textielprodukten in het passieve veredelingsverkeer van de Gemeenschap

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 113,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de Gemeenschap zich in het kader van haar buitenlandse betrekkingen ertoe verbonden heeft om jaarlijks, voor periodes lopende respectievelijk van 1 juli tot en met 31 december en van 1 september tot en met 31 augustus van het volgende jaar, communautaire tariefcontingenten te openen, enerzijds, voor 5 000 ton bevroren filets van heek, in de vorm van industriële blokken, met graten (standaard), tegen een recht van 10 % en, anderzijds, na verschillende aanpassingen, voor 1 870 000 ecu toegevoegde waarde, vrij van rechten, voor verschillende veredelende bewerkingen van bepaalde textielprodukten in het passief veredelingsverkeer; dat de desbetreffende tariefcontingenten derhalve voor de betrokken tijdvakken en volgens de overeengekomen regels dienen te worden geopend;

Overwegende dat inzonderheid dient te worden gewaarborgd dat alle belanghebbenden te allen tijde en in gelijke mate van de betrokken contingenten gebruik kunnen maken en dat het aan deze contingenten verbonden recht, tot op het tijdstip waarop de contingenten zijn uitgeput, zonder onderbreking wordt toegepast op alle invoer of wederinvoer in alle Lid-Staten van de produkten die aan de vastgestelde voorwaarden voldoen;

Overwegende dat de Gemeenschap tot taak heeft te beslissen over de opening van tariefcontingenten, gevolg gevend aan haar internationale verbintenissen; dat niets belat dat, om de doeltreffendheid van het gemeenschappelijk beheer van deze contingenten te verzekeren, de Lid-Staten de mogelijkheid geboden wordt uit de contingenten de nodige, met hun werkelijke invoer overeenstemmende hoeveelheden op te nemen; dat deze wijze van beheer een nauwe samenwerking vereist tussen de Lid-Staten en de Commissie, die met name de uitputtingsgraad van de contingenten moet kunnen volgen en de Lid-Staten daarover moet kunnen inlichten;

Overwegende dat, aangezien het Koninkrijk België, het Koninkrijk der Nederlanden en het Groothertogdom Luxemburg verenigd zijn in en vertegenwoordigd worden door de Benelux Economische Unie, elke handeling met betrekking tot het beheer van de door de genoemde Economische Unie opgenomen quota kan worden verricht door één van haar leden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Van 1 juli tot en met 31 december 1993 wordt het douanerecht, van toepassing bij invoer van de onderstaand aangegeven produkten, geschorst tot het niveau en binnen de grenzen van het onderstaande communautaire tariefcontingent:

/* Tabellen: zie PB */

eventueel door de Gemeenschap vastgestelde referentieprijs voor de betrokken produkten of categorieën van betrokken produkten.

3. De invoer van deze produkten waarvoor reeds een gelijk of lager douanerecht geldt uit hoofde van een andere preferentiële tariefregeling, mag niet worden afgeboekt op het voornoemde contingent.

Artikel 2

1. Voor het tijdvak van 1 september 1993 tot en met 31 augustus 1994 worden de rechten voor de wederinvoer van de hierna omschreven produkten volledig geschorst binnen de grenzen van het onderstaande communautaire tariefcontingent:

/* Tabellen: zie PB */

a) "veredelende bewerking":

- in de zin van lid 1, onder a) en c), van de tabel: het bleken, verven, bedrukken, flockprinten, impregneren, appreteren en andere bewerkingen doen ondergaan welke het uiterlijk of de kwaliteit van de goederen wijzigen zonder echter de aard te veranderen;

- in de zin van lid 1, onder b), van de tabel: het twijnen, het slaan en het texturiseren, ook indien gecombineerd met het opspoelen, het verven en andere bewerkingen doen ondergaan welke het uiterlijk, de kwaliteit en de conditionering van de goederen wijzigen zonder echter de aard te veranderen;

b) "toegevoegde waarde": het verschil tussen de douanewaarde bij wederinvoer, zoals omschreven in de communautaire wetgeving ter zake en de douanewaarde die bij wederinvoer zou worden vastgesteld, indien de produkten zouden worden ingevoerd in de staat, waarin zij zijn uitgevoerd.

3. De wederinvoer van goederen die zijn verkregen door de veredelende bewerkingen, tot stand gekomen onder een ander preferentieel tariefstelsel, wordt niet afgeboekt op dit tariefcontingent.

Artikel 3

De in de artikelen 1 en 2 bedoelde tariefcontingenten worden beheerd door de Commissie, die alle nodige administratieve maatregelen kan nemen met het oog op een doeltreffend beheer ervan.

Artikel 4

Indien een importeur in een Lid-Staat, voor een produkt bedoeld in deze verordening, een aangifte tot het in het vrije verkeer brengen indient waarin een aanvraag om voor een preferentie in aanmerking te komen is opgenomen, en indien deze aangifte door de douaneautoriteiten wordt aanvaard, gaat de betrokken Lid-Staat, door middel van een kennisgeving aan de Commissie, over tot opneming uit het overeenkomstige contingent, van een hoeveelheid die met deze behoeften overeenstemt.

De verzoeken tot opneming met opgave van de datum waarop de betrokken aangiften zijn aanvaard, worden onverwijld aan de Commissie meegedeeld.

De opnemingen worden door de Commissie toegestaan met inachtneming van de datum waarop de aangiften tot het in het vrije verkeer brengen zijn aanvaard door de douaneautoriteiten van de betrokken Lid-Staat, voor zover het saldo dit toelaat.

Indien een Lid-Staat de opgenomen hoeveelheden niet benut, stort hij deze zo spoedig mogelijk terug in het contingent.

Indien de gevraagde hoeveelheden groter zijn dan het beschikbare saldo van het contingent, geschiedt de toedeling pro rata van de verzoeken. De Lid-Staten worden hieromtrent door de Commissie ingelicht.

Artikel 5

Elke Lid-Staat waarborgt de importeurs van de betrokken produkten dat zij te allen tijde en in gelijke mate van de contingenten gebruik kunnen maken zolang het saldo van de contingenten zulks toelaat.

Artikel 6

De Lid-Staten en de Commissie werken nauw samen om te bereiken dat deze verordening wordt nagekomen.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 1993.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Luxemburg, 29 juni 1993.

Voor de Raad

De Voorzitter

S. AUKEN

(1) PB nr. L 388 van 31. 12. 1992, blz. 1.

Top