This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52022IE1516
Opinion of the European Economic and Social Committee on Emergency preparedness (own-initiative opinion)
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over paraatheid bij noodsituaties (initiatiefadvies)
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over paraatheid bij noodsituaties (initiatiefadvies)
EESC 2022/01516
PB C 75 van 28.2.2023, p. 13–21
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
28.2.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 75/13 |
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over paraatheid bij noodsituaties
(initiatiefadvies)
(2023/C 75/03)
Rapporteur: |
Paul RÜBIG |
Besluit van de voltallige vergadering |
24.2.2022 |
Rechtsgrond |
Artikel 52, lid 2, van het reglement van orde |
|
Initiatiefadvies |
Bevoegde afdeling |
Interne Markt, Productie en Consumptie |
Goedkeuring door de afdeling |
7.10.2022 |
Goedkeuring door de voltallige vergadering |
26.10.2022 |
Zitting nr. |
573 |
Stemuitslag (voor/tegen/onthoudingen) |
184/8/9 |
1. Conclusies en aanbevelingen
1.1. |
Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) verzoekt de Europese Commissie en de lidstaten dringend een plan uit te werken om de autonomie/soevereiniteit van de interne markt van de EU op het gebied van energieopwekkingsinstallaties, voedsel- en waterproductie en de winning van de benodigde grondstoffen aanzienlijk te vergroten, met inbegrip van soevereiniteit/autonomie voor de technologieën die daarvoor nodig zijn. Deze autonomie/soevereiniteit van de EU moet de desbetreffende O&O, de materiaalverwerking, ontwerp, de fabricage, de installatie, de inbedrijfstelling en het onderhoud van de installaties binnen de interne markt van de EU omvatten, om energiearmoede en werkloosheid onder EU-burgers en -consumenten te voorkomen. De meest efficiënte paraatheid bij noodsituaties is gebaseerd op veerkracht, zowel technisch als sociaal. Voortdurende verbetering van de veerkracht van energiesystemen ten aanzien van natuurlijke, politieke of andere bedreigingen moet een aandachtspunt zijn in het hele energiebeleid. |
1.2. |
Het EESC beveelt aan dat de EU met spoed maatregelen voor de korte termijn vaststelt voor de bouw van faciliteiten voor energieproductie binnen de interne markt van de EU, teneinde de EU-doelstelling op het gebied van autonomie/soevereiniteit te verwezenlijken. |
1.3. |
Volgens het EESC kunnen wijdverbreide en langdurige energietekorten in Europa worden voorkomen door de volgende maatregelen te nemen:
|
1.4. |
Om te voorkomen dat de tijdschema’s voor de Green Deal moeten worden herzien, en ter wille van een realistisch energiebeleid, moeten de opties en impact- en risicobeoordelingsprocedures voor de Green Deal en het energiebeleid van de EU niet alleen betrekking hebben op het effect van de maatregelen op het klimaat, maar ook op het effect op de koopkracht van de consumenten in de EU en het effect op het concurrentievermogen van de economie van de EU, zodat de werkgelegenheid in de EU behouden blijft. |
1.5. |
Gezien de ernst van de crisis is het EESC van mening dat er bij de aanpak van deze crisis geen enkele maatregel mag worden uitgesloten. |
1.6. |
In het kader van de te nemen maatregelen zou een deel van de respons volgens het EESC moeten bestaan uit de uitvoering van het SET-plan (Strategic Energy Technology) van de EU en het REPowerEU-plan, met name:
|
1.7. |
Het EESC beveelt aan dat consumenten worden aangemoedigd en ondersteund om te investeren in hun eigen energieproductie en -efficiëntie. Hiervoor zijn voorlichtingscampagnes en fiscale prikkels nodig. |
1.8. |
Voorts is het EESC van mening dat de EU nieuwe infrastructuur moet aanleggen voor het vervoer van energie en energiebronnen (pijpleiding van Noord-Afrika naar Spanje) en voor hernieuwbare energiebronnen zoals waterstof, biomethaan en ammoniak (Campfire). |
1.9. |
Als reactie op de crisis beveelt het EESC een reeks kortetermijnmaatregelen aan:
|
1.10. |
Naast de maatregelen voor de korte termijn beveelt het EESC ook een reeks maatregelen voor de middellange en lange termijn aan: |
1.10.1. |
Het EESC verzoekt de Europese Commissie plannen te ontwikkelen en de volgende in de hele EU gecoördineerde maatregelen en acties uit te voeren:
|
1.10.2. |
De beroepsopleiding en de vaardigheden van elektriciens en landbouwers verbeteren en banen scheppen op het gebied van waterbeheer. |
1.10.3. |
Het EESC beveelt aan om het aantal Europese STEM-studenten (STEM = Science, Technology, Engineering, Mathematics) te verhogen, aangezien hun aantal in Europa stagneert, terwijl landen in Azië hun aantal studenten natuurkunde, ICT en techniek aanzienlijk hebben verhoogd. Het EESC pleit voor initiatieven en stimulansen om het aantal extra ingenieurs, technici en hightechbanen in Europa te vergroten teneinde de doelstellingen op het gebied van technologische soevereiniteit/autonomie te verwezenlijken. |
1.10.4. |
Ten slotte is het belangrijk om de koopkracht van de EU-burgers en -consumenten hoog te houden door in te zetten op de technologische soevereiniteit/autonomie van de EU, zodat de afhankelijkheid van de EU van invoer (van technologie en energie) daalt en het aantal hightechbanen in Europa toeneemt. |
1.11. |
Een belangrijke vraag, als synthese van onze conclusies en aanbevelingen, luidt of de volgorde van prioriteiten in de ogen van de consument is veranderd van: 1 milieu, 2 prijs en 3 voorzieningszekerheid naar: 1 voorzieningszekerheid, 2 prijs en 3 milieu. |
2. Algemene opmerkingen
2.1. |
Definitie van “beheer van noodsituaties”: onder “beheer van noodsituaties” wordt verstaan de organisatie en het beheer van de middelen en verantwoordelijkheden voor de aanpak van alle humanitaire aspecten van noodsituaties, d.w.z.:
|
2.2. |
Niemand weet hoelang de gruwelijke oorlog in Oekraïne zal duren, hoeveel infrastructuur er zal worden verwoest, of hoeveel miljoen Oekraïense vluchtelingen naar de EU-lidstaten zullen vluchten — waardoor miljoenen nieuwe consumenten aan de interne markt zullen worden toegevoegd. |
2.3. |
De oorlog in Oekraïne zal zeker dramatische gevolgen hebben voor de EU, aangezien de EU sterk afhankelijk is van fossiele brandstoffen en grondstoffen die uit Rusland en Oekraïne worden ingevoerd. Investeringen in eigen ontginnings- en productiefaciliteiten voor stroom zijn dringend gewenst om autonomie/soevereiniteit te bereiken — een van de hoofddoelstellingen van de EU. |
2.4. |
In 2021 importeerden sommige Europese landen 100 % van hun aardgas uit Rusland, en sommige ongeveer 70 % van hun olie uit Rusland. In september 2022 zijn sommige EU-landen (bv. Polen, Bulgarije en de drie Baltische staten) gestopt met de invoer van gas uit Rusland, en waren veel EU-landen erin geslaagd hun invoer van Russisch aardgas aanzienlijk te verminderen door de gasinvoer uit andere landen, voornamelijk LNG via LNG-terminals, te verhogen. Als gevolg hiervan zijn de gasprijzen in de EU sterk gestegen en blijven ze nog steeds stijgen. In juli 2022 waren de gemiddelde gasprijzen in de EU ongeveer acht keer hoger dan in de VS, wat negatieve gevolgen heeft voor het concurrentievermogen van de EU. |
2.5. |
Bijgevolg neemt het risico van massaal banenverlies in de EU toe. Volgens Eurofer biedt de staalindustrie in de EU rechtstreeks werk aan 330 000 hooggekwalificeerde mensen en onrechtstreeks aan nog eens 2,2 miljoen anderen. Ook de aluminium-, cement-, papier-, glas- en chemische industrie biedt direct en indirect werk aan honderdduizenden mensen. Binnen de interne markt zouden de productiefaciliteiten voor energieproductie honderdduizenden nieuwe, goedbetaalde banen kunnen opleveren, waardoor de koopkracht van de EU-consumenten zou toenemen. |
2.6. |
Wat betreft voedselzekerheid zullen de Europese landen zich systematisch inspannen om minder afhankelijk te worden van tarweaanvoer uit Oekraïne en Rusland. Er moet worden gekeken naar subsidies voor meststoffen, land moet worden gereserveerd voor de productie van voedsel en diervoeder, en landbouw- en voedselafval moet worden gebruikt voor de productie van biogas. |
3. Paraatheid bij rampen (4)
3.1. |
De EU heeft veel gedaan om zich op noodsituaties voor te bereiden, maar de oorlog in Oekraïne heeft de EU laten zien dat zij haar inspanningen moet voortzetten en zelfs moet opvoeren op de volgende gebieden:
|
3.2. |
Noodsituaties en rampen benadrukken het belang van de 17 duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN (5). “Rampen” omvatten natuurrampen (6), rampen ten gevolge van industriële of technologische ongevallen (door de mens gemaakte machines, NBC-rampen), oorlog en politieke en civiele rampen (7), epidemieën en hongersnoden, en de gevolgen van de productie van levensmiddelen en diervoeders. |
4. Belangrijke organisaties binnen de Europese Commissie
4.1. |
Het ontbreekt de EU niet aan bevoegde en gespecialiseerde instanties om het debat en de voorbereidingen inzake “paraatheid bij noodsituaties” te helpen sturen. Het gaat onder meer om:
|
5. Actuele voorbeelden van potentiële kritieke noodsituaties voor de EU-lidstaten, met name op het gebied van energieproductie-installaties
5.1. |
Onderbreking in de bevoorradingsketen voor de productie van fossiele energie (steenkool, aardolie, aardgas, uranium). In 2021 maakten fossiele brandstoffen ongeveer 80 % uit van alle primaire energie die in de EU werd gebruikt; het grootste deel daarvan was ingevoerd. |
5.2. |
Stroomuitval en daaropvolgende communicatiestoringen ten gevolge van technische storingen, cyberoorlog of terreuraanslagen. De productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen is onregelmatig: de wind waait niet altijd en de zon schijnt niet altijd wanneer de EU grote hoeveelheden energie nodig heeft; derhalve moet elke toename van de productiecapaciteit voor wind- en fotovoltaïsche energie in de EU gepaard gaan met de bouw van enorme faciliteiten voor energieopslag. |
5.3. |
Het vermogen om de aanvoer van kritieke grondstoffen (koper, lithium, kobalt, zeldzame aardmetalen enz.) veilig te stellen door middel van nieuwe internemarktstrategieën van de EU inzake mijnbouw, recycling enz. |
5.4. |
Het vermogen om een concurrerende interne markt voor de levering van halffabricaten veilig te stellen (zo heeft de auto-industrie in de EU sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne een ernstig tekort aan in Oekraïne geproduceerde kabelbomen). |
5.5. |
De materiaalbehoefte voor het enorme aantal windturbines dat nodig is om de doelstellingen inzake het koolstofvrij maken van de elektriciteitsproductie te halen, overtreft de jaarlijkse mondiale koperproductie met een factor 14 (25 miljoen ton tegen 350 miljoen ton nodig), de jaarlijkse mondiale aluminiumproductie met een factor 7,2 en de jaarlijkse mondiale productie van het speciaal staal dat nodig is voor windturbines met een factor 3,9. Zonnepanelen worden voornamelijk in China geproduceerd. |
5.6. |
Er zijn dringend grote voorraden fossiele brandstoffen nodig totdat in de EU voldoende productiefaciliteiten voor installaties voor hernieuwbare energie zijn gebouwd. |
6. Respons
6.1. |
Gezien de omvang van het energieverbruik van de EU zal de groene transitie van de EU ongeveer twee decennia in beslag nemen. Op zijn vergadering in Versailles heeft de Raad aanbevolen de transitie te versnellen, hetgeen een zeer moeilijke opgave zal blijken te zijn. |
6.2. |
Het grootste knelpunt dat een snellere transitie in de weg staat, heeft niet alleen te maken met geld, maar veeleer met de materialen die nodig zijn voor de ongeveer 700 000 grote windturbines van 5 MW die in de hele EU nodig zijn, evenals de miljoenen fotovoltaïsche installaties en de faciliteiten voor fusie-energie, waterkracht en energieopslag. Bovendien moeten er geothermische faciliteiten en faciliteiten voor de opslag van waterstof, ammoniak en CO2 worden gebouwd. Om de massaal toegenomen hoeveelheid decentraal opgewekte elektriciteit te kunnen distribueren, zullen de hoogspannings- en middenspanningstransmissielijnen op enorme schaal moeten worden uitgebreid. |
6.3. |
Elk van deze 700 000 grote windturbines van 5 MW (die gewoonlijk 12,5 GWh elektrische energie per jaar produceren) heeft een hoogte van ongeveer 200 meter, een fundering van ongeveer 2 000 ton gewapend beton, en vereist ongeveer 600 ton speciaal staal, 20 ton koper en een voorraad zeer schaarse zeldzame aardmetalen die voornamelijk uit China of Rusland moeten worden ingevoerd. Als deze tonnen benodigde materialen worden vermenigvuldigd met de ongeveer 700 000 windturbines die in de EU nodig zijn, wordt duidelijk dat enorme hoeveelheden beton, staal, koper en andere materialen nodig zullen zijn, waarvan de productie een enorme extra CO2-uitstoot zou veroorzaken. Voor zeldzame aardmetalen (voor elektrische generatoren en batterijen), neodymium, dysprosium enz. is het schaarsteprobleem nog nijpender, en dit probleem zal tegen 2050 waarschijnlijk zeer moeilijk op te lossen zijn. |
7. Beperking
7.1. |
Als Duitsland windturbines blijft bouwen in het tempo van 2021, zou het 160 jaar duren om de 70 000 windturbines te bouwen die nodig zijn voor de Green Deal. |
7.2. |
Kortom, veel ingenieurs stellen dat het zeer moeilijk is om de doelstellingen van de Green Deal tegen 2050 te halen vanwege tekorten aan materialen (zeldzame aardmetalen, koper, staal enz.) en aan ingenieurs en geschoolde werknemers (bv. elektriciens), terwijl beide noodzakelijk zijn voor de Green Deal. |
8. Preventie
8.1. |
Veel energie-intensieve industrieën, zoals de staalindustrie, de chemische industrie en de cementindustrie, moeten uiterlijk in 2050 zijn overgeschakeld op hernieuwbare groene waterstof of ammoniak, geproduceerd met hernieuwbare elektrische energie. Veel mensen zijn zich er niet van bewust dat voor de transitie van al deze energie-intensieve industrieën ongeveer tien keer meer hernieuwbare elektrische energie nodig is dan voor de transitie naar e-mobiliteit en het koolstofvrij maken van de staalindustrie. |
8.2. |
De ijzer- en staalproductie is verantwoordelijk voor een kwart van alle industriële CO2-emissies wereldwijd. In 2020 werd wereldwijd ongeveer 1 870 miljoen ton staal geproduceerd, waarvan ongeveer 57 % in China en 7 % in de EU. Van de 1 870 miljoen ton staal die wereldwijd wordt geproduceerd, wordt ongeveer 1 300 miljoen ton (65 %) gemaakt via geïntegreerde hoogovens, waarbij ijzererts wordt gereduceerd met cokes, hetgeen een zeer hoge CO2-uitstoot met zich meebrengt (ongeveer 1,4 ton CO2 per ton staal). |
8.3. |
In de 27 lidstaten van de EU wordt ongeveer 150 miljoen ton staal per jaar geproduceerd, waarvan ongeveer 90 miljoen ton via de hoogovenroute. Om de productie van deze 90 miljoen ton ruwijzer (gereduceerd in de hoogoven met cokes) om te schakelen naar groen ijzer op basis van hernieuwbare waterstof, zou ongeveer 360 TWh per jaar aan hernieuwbare elektriciteit nodig zijn (tegen 2050). 360 TWh per jaar is een enorme hoeveelheid hernieuwbare energie! Dat is meer hernieuwbare elektriciteit dan er nodig is voor de elektrificatie van alle personenauto’s in de hele EU. Er zijn niet minder dan 30 000 grote windturbines nodig om deze hernieuwbare elektriciteit voor de staalindustrie van de EU te produceren. |
8.4. |
In het geval van de EU bedroeg de elektriciteitsproductie in 2019 ongeveer 2 904 TWh, waarvan slechts ongeveer 35 % uit hernieuwbare bronnen afkomstig was. Ongeveer 38 % (1 112 TWh) werd geproduceerd uit fossiele brandstoffen en ongeveer 26 % (765 Twh) uit kernenergie. Slechts 13 % werd geproduceerd uit windenergie, 12 % uit waterkrachtcentrales, 4 % uit zonne-energiecentrales, 4 % uit bio-energie en 2 % uit geothermische bronnen. Het grootste deel van de elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen in de EU in 2019 (1 005 TWh) was afkomstig van windenergie (367 TWh, 42 % van alle hernieuwbare energiebronnen). Waterkrachtcentrales waren goed voor nog eens 39 % (345 TWh), zonne-energiecentrales voor 12 % (125 TWh) en bio-energie voor de resterende 6 % (55 TWh). |
8.5. |
De uitbreiding van pompcentrales is noodzakelijk om het net te stabiliseren in geval van een dreigende black-out. |
8.6. |
Waterkracht moet een prominentere plaats krijgen op de agenda van het energie- en klimaatbeleid. Duurzaam ontwikkelde waterkrachtcentrales moeten worden erkend als hernieuwbare energiebronnen. Regeringen moeten grote en kleine waterkrachtcentrales opnemen in hun langetermijnstrategieën voor de uitrol van hernieuwbare energie, in hun energieplannen en in hun stimuleringsregelingen voor hernieuwbare energie, op gelijke voet met variabele hernieuwbare energiebronnen. |
Brussel, 26 oktober 2022.
De voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité
Christa SCHWENG
(1) Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators.
(2) https://www.entsog.eu/
(3) https://www.entsoe.eu/
(4) https://ec.europa.eu/echo/what/humanitarian-aid/disaster-preparedness_en
(5) https://sdgs.un.org/goals
(6) https://www.conserve-energy-future.com/10-worst-natural-disasters.php
(7) https://www.samhsa.gov/find-help/disaster-distress-helpline/disaster-types/incidents-mass-violence
(8) https://ec.europa.eu/echo/index_en
(9) https://erccportal.jrc.ec.europa.eu/
(10) https://civil-protection-knowledge-network.europa.eu/
(11) https://ec.europa.eu/echo/what/civil-protection/eu-civil-protection-mechanism_nl
BIJLAGE
Onderstaande passages uit het ontwerpadvies zijn verworpen n.a.v. de goedkeuring door de voltallige vergadering van wijzigingsvoorstellen dienaangaande, maar vóór het behoud van de oorspronkelijke formulering stemde meer dan een kwart van de aanwezige leden:
“1.3. |
Volgens het EESC kunnen wijdverbreide en langdurige energietekorten in Europa worden voorkomen door de volgende maatregelen te nemen:
|
Stemuitslag
Voor: |
95 |
Tegen: |
67 |
Onthoudingen: |
25 |
“1.6. |
In het kader van de te nemen maatregelen zou een deel van de respons volgens het EESC moeten bestaan uit de uitvoering van het SET-plan (Strategic Energy Technology) van de EU en het REPowerEU-plan, met name:
|
Stemuitslag
Voor: |
104 |
Tegen: |
61 |
Onthoudingen: |
18 |
“1.10.1. |
Het EESC verzoekt de Europese Commissie plannen te ontwikkelen en de volgende in de hele EU gecoördineerde maatregelen en acties uit te voeren:
|
Stemuitslag
Voor: |
96 |
Tegen: |
66 |
Onthoudingen: |
30 |
(*1) Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators.””