EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52021AG0019(02)

Motivering van de Raad: Standpunt (EU) nr. 19/2021 van de Raad in eerste lezing met het oog op de vaststelling van een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1286/2013

PB C 198 van 26.5.2021, p. 18–19 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

26.5.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 198/18


Motivering van de Raad: Standpunt (EU) nr. 19/2021 van de Raad in eerste lezing met het oog op de vaststelling van een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1286/2013

(2021/C 198/02)

I.   INLEIDING

1.

De Commissie heeft op 8 juni 2018 bij de Raad en het Europees Parlement het voorstel ingediend voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen (1) (het “programma”), met de artikelen 114 en 197 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) als rechtsgrondslag. Het voorstel maakt deel uit van de sectorale voorstellen ter aanvulling van het pakket horizontale voorstellen betreffende het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021 tot en met 2027 (het “MFK”).

2.

Op 17 oktober 2018 heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité advies uitgebracht (2). Op 4 december 2018 heeft de Commissie economische en monetaire zaken (ECON) van het Europees Parlement het verslag aangenomen en in januari 2019 heeft de plenaire vergadering de aanneming bevestigd. Op 17 april 2019 heeft het Europees Parlement zijn wetgevingsresolutie over het voorstel aangenomen (3), waarmee de eerste lezing werd afgerond. Deze stemming maakte de weg vrij voor een vroegtijdig akkoord voor de tweede lezing tussen de twee wetgevers.

3.

Het voorstel werd besproken in de Groep belastingvraagstukken (Fiscalis). Op 28 november 2018 heeft het Comité van permanente vertegenwoordigers overeenstemming bereikt over een partieel mandaat (4) voor informele onderhandelingen met het Europees Parlement, waarbij enkele bepalingen tussen haken bleven staan omdat zij verbonden waren aan de algemene MFK-besprekingen, of wegens hun horizontaal karakter.

4.

Op 23 januari en 21 maart 2019 vonden trialogen plaats en werden inhoudelijke kwesties opgelost met compromissen van beide partijen. Na de trialoog van 21 maart 2019 kwam het voorzitterschap met de vertegenwoordigers van het Europees Parlement een gemeenschappelijke lezing overeen, die op 27 maart 2019 door het Comité van permanente vertegenwoordigers werd bevestigd (5). Sommige elementen werden buiten de onderhandelingen met het Europees Parlement gelaten, aangezien de onderhandelingen over het MFK moesten worden afgerond opdat de Raad zijn standpunt kon bepalen.

5.

Het partiële onderhandelingsmandaat werd geactualiseerd om rekening te houden met de conclusies van de Europese Raad over het MFK 2021-2027 en het op 21 juli 2020 aangenomen herstelpakket (6), hetgeen leidde tot een volledig onderhandelingsmandaat dat op 8 januari 2021 door het Comité van permanente vertegenwoordigers werd goedgekeurd (7).

6.

Aan het einde van de verdere informele interinstitutionele onderhandelingen, die plaatsvonden van januari tot en met maart 2021, hebben de medewetgevers een voorlopig akkoord bereikt over het voorstel. In de Raadsnotulen zal een verklaring van de Raad worden opgenomen. Besloten werd dat een laatste politieke trialoog niet nodig was. In plaats daarvan hebben de twee wetgevers de resultaten van de informele onderhandelingen schriftelijk afgerond.

7.

Op 24 maart 2021 werd het voorlopig akkoord schriftelijk voorgelegd aan de leden van de Groep belastingvraagstukken (Fiscalis), die geen bezwaar hadden tegen de tekst van het akkoord.

8.

Op 31 maart 2021 heeft het Comité van permanente vertegenwoordigers de definitieve compromistekst bevestigd, en is het overeengekomen de verklaring van de Raad bij de vaststelling van de verordening in de Raadsnotulen op te nemen (8).

9.

Deze tekst is op 22 april 2021 ter stemming voorgelegd aan de Commissie economische en monetaire zaken (ECON) van het Europees Parlement, met het oog op bevestiging. Op 23 april heeft de voorzitter van ECON een brief aan de voorzitter van het Comité van permanente vertegenwoordigers (2e deel) ondertekend, waarin zij verklaart dat, indien de Raad zijn standpunt zoals verwoord in de bijlage bij die brief formeel aan het Europees Parlement toezendt, zij de plenaire vergadering van het Europees Parlement zal aanbevelen het standpunt van de Raad, bijgewerkt door de juristen-vertalers, zonder amendementen in de tweede lezing van het Europees Parlement aan te nemen.

II.   DOEL

10.

De algemene doelstellingen van het programma bestaan erin de belastingautoriteiten en de belastingheffing te ondersteunen om de werking van de interne markt te verbeteren, het concurrentievermogen van de Unie en eerlijke concurrentie in de Unie te bevorderen, de financiële en economische belangen van de Unie en haar lidstaten te beschermen, onder meer tegen belastingfraude, belastingontduiking en belastingontwijking, en de belastinginning te verbeteren.

11.

De specifieke doelstellingen van het programma bestaan erin het fiscale beleid en de tenuitvoerlegging van het Unierecht met betrekking tot belastingen te ondersteunen, de samenwerking tussen belastingautoriteiten — waaronder de uitwisseling van fiscale informatie — te bevorderen, en de bestuurlijke capaciteitsopbouw — ook ten aanzien van competentieontwikkeling en de ontwikkeling en exploitatie van Europese elektronische systemen — te ondersteunen.

12.

Het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen zal in de plaats komen van het Fiscalis 2020-programma om de voortzetting ervan na 2020 te waarborgen.

III.   ANALYSE VAN HET STANDPUNT VAN DE RAAD IN EERSTE LEZING

13.

Het Europees Parlement en de Raad hebben onderhandeld met het oog op een akkoord in de fase van het standpunt van de Raad in eerste lezing (“vroegtijdig akkoord voor de tweede lezing”).

14.

De tekst van het standpunt van de Raad in eerste lezing weerspiegelt het billijke en evenwichtige compromis dat het Europees Parlement en de Raad tijdens hun onderhandelingen met de hulp van de Commissie hebben bereikt.

15.

De belangrijkste elementen van het met het Europees Parlement bereikte compromis worden hieronder toegelicht:

de looptijd van het programma, namelijk van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2027, en de retroactieve toepassing van de verordening zijn overeengekomen;

de algemene en specifieke doelstellingen van het programma zijn uitgewerkt;

de acties die voor financiering in aanmerking komen, zijn nader gespecificeerd en er is met name een niet-volledige lijst van prioritaire thema’s voor acties beschikbaar;

de selectieprocedure voor externe deskundigen is verduidelijkt;

het programma wordt uitgevoerd door middel van meerjarige werkprogramma's die bij uitvoeringshandeling door de Commissie worden vastgesteld;

de Commissie is bevoegd gedelegeerde handelingen vast te stellen om de indicatoren te wijzigen en de verordening aan te vullen met bepalingen inzake de vaststelling van een monitoring- en evaluatiekader;

de evaluatiecriteria en -regeling zijn aangescherpt;

er is een bepaling inzake de rapportageverplichting met betrekking tot de bevoegdheidsdelegatie en de verlenging van die delegatie toegevoegd.

IV.   CONCLUSIE

16.

Het standpunt van de Raad in eerste lezing over de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het Fiscalis-programma voor samenwerking op het gebied van belastingen komt volledig overeen met het compromis dat de Raad en het Europees Parlement tijdens hun onderhandelingen met de hulp van de Commissie hebben bereikt. Het standpunt van de Raad in eerste lezing biedt een goed evenwicht en de nieuwe verordening zal, zodra deze is vastgesteld, de doelstellingen ervan verwezenlijken. Dit compromis is bevestigd door de brief van 23 april 2021 van de voorzitter van de Commissie ECON aan de voorzitter van het Comité van permanente vertegenwoordigers.

(1)  Doc. 9932/18 + ADD 1-3.

(2)  PB C 62 van 15.2.2019, blz. 118.

(3)  Doc. 8575/19.

(4)  Doc. 14208/18 en 14209/18.

(5)  Doc. 8000/19.

(6)  Doc. 10/20.

(7)  Doc. 14197/20.

(8)  Doc. 7204/21.


Top