Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018CN0115

    Zaak C-115/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal correctionnel de Saint-Brieuc — Chambre détachée de Guingamp (Frankrijk) op 12 februari 2018 — Procureur de la République / Tugdual Carluer e.a.

    PB C 152 van 30.4.2018, p. 17–18 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    30.4.2018   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 152/17


    Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal correctionnel de Saint-Brieuc — Chambre détachée de Guingamp (Frankrijk) op 12 februari 2018 — Procureur de la République / Tugdual Carluer e.a.

    (Zaak C-115/18)

    (2018/C 152/21)

    Procestaal: Frans

    Verwijzende rechter

    Tribunal correctionnel de Saint-Brieuc — Chambre détachée de Guingamp

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Procureur de la République

    Verwerende partijen: Tugdual Carluer, Yann Latouche, Dominique Legeard, Thierry Leleu, Dimitri Pinschof, Brigitte Plunian, Rozenn Marechal

    Prejudiciële vragen

    1)

    Is verordening (EG) nr. 1107/2009 (1) in overeenstemming met het voorzorgsbeginsel, wanneer deze verordening nalaat precies te definiëren wat een werkzame stof is, waarbij het aan de aanvrager wordt overgelaten wat hij in zijn middel als werkzame stof wil vermelden, en hij de mogelijkheid heeft het gehele dossier van zijn aanvraag op een enkele stof te richten terwijl het in de handel gebracht eindproduct uit verschillende stoffen bestaat?

    2)

    Worden het voorzorgs- en onpartijdigheidsbeginsel bij de toelating voor het in de handel brengen gewaarborgd, wanneer de voor het onderzoek van het dossier noodzakelijke testen, onderzoeken en beoordelingen alleen door de aanvragers die bij hun presentatie partijdig kunnen zijn, worden uitgevoerd, zonder enige onafhankelijke contra-expertise?

    3)

    Worden het voorzorgs- en onpartijdigheidsbeginsel bij de toelating voor het in de handel brengen gewaarborgd, wanneer de verslagen van de aanvragen tot toelating niet openbaar worden gemaakt, onder voorwendsel dat het bedrijfsgeheim moet worden beschermd?

    4)

    Is verordening (EG) nr. 1107/2009 in overeenstemming met het voorzorgsbeginsel, wanneer daarin geen rekening wordt gehouden met het feit dat er vele werkzame stoffen zijn en zij gecombineerd worden gebruikt, in het bijzonder wanneer deze verordening niet voorziet in een volledig specifiek onderzoek op Europees niveau van de combinatie van werkzame stoffen binnen eenzelfde middel?

    5)

    Is verordening (EG) nr. 1107/2009 in overeenstemming met het voorzorgsbeginsel, wanneer de hoofdstukken 3 en 4 van deze verordening pesticiden in de commerciële formulering waarin zij in de handel zijn gebracht en waaraan de consument en het milieu worden blootgesteld, vrijstellen van toxiciteitsonderzoeken (genotoxiteitsonderzoeken, carcinogeniteitsonderzoeken, onderzoek van de hormoonontregelende eigenschappen, etc.), en deze slechts aan summiere testen die altijd door de aanvrager worden verricht, onderwerpen?


    (1)  Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB 2009, L 309, blz. 1).


    Top