Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CA0680

    Gevoegde zaken C-680/15 en C-681/15: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 27 april 2017 (verzoeken om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesarbeitsgericht- Duitsland) — Asklepios Kliniken Langen-Seligenstadt GmbH/Ivan Felja (C-680/15), Asklepios Dienstleistungsgesellschaft mbH/Vittoria Graf (C-681/15) (Prejudiciële verwijzing — Overgang van een onderneming — Behoud van de rechten van de werknemers — Richtlijn 2001/23/EG — Artikel 3 — Arbeidsovereenkomst — Wettelijke regeling van een lidstaat op grond waarvan bedingen mogen worden vastgesteld die verwijzen naar collectieve arbeidsovereenkomsten die dateren van na de overgang — Tegenwerpbaarheid aan de verkrijger)

    PB C 202 van 26.6.2017, p. 6–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    26.6.2017   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 202/6


    Arrest van het Hof (Derde kamer) van 27 april 2017 (verzoeken om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesarbeitsgericht- Duitsland) — Asklepios Kliniken Langen-Seligenstadt GmbH/Ivan Felja (C-680/15), Asklepios Dienstleistungsgesellschaft mbH/Vittoria Graf (C-681/15)

    (Gevoegde zaken C-680/15 en C-681/15) (1)

    ((Prejudiciële verwijzing - Overgang van een onderneming - Behoud van de rechten van de werknemers - Richtlijn 2001/23/EG - Artikel 3 - Arbeidsovereenkomst - Wettelijke regeling van een lidstaat op grond waarvan bedingen mogen worden vastgesteld die verwijzen naar collectieve arbeidsovereenkomsten die dateren van na de overgang - Tegenwerpbaarheid aan de verkrijger))

    (2017/C 202/08)

    Procestaal: Duits

    Verwijzende rechter

    Bundesarbeitsgericht

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partijen: Asklepios Kliniken Langen-Seligenstadt GmbH (C-680/15), Asklepios Dienstleistungsgesellschaft mbH (C-681/15)

    Verwerende partijen: Ivan Felja (C-680/15), Vittoria Graf (C-681/15)

    Dictum

    Artikel 3 van richtlijn 2001/23/EG van de Raad van 12 maart 2001 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij overgang van ondernemingen, vestigingen of onderdelen van ondernemingen of vestigingen, gelezen in samenhang met artikel 16 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moet aldus worden uitgelegd dat bij de overgang van een vestiging het behoud van de rechten en verplichtingen die voor de vervreemder uit een arbeidsovereenkomst voortvloeien, zich uitstrekt tot een door de vervreemder en de werknemer op basis van de contractvrijheid overeengekomen beding op grond waarvan hun arbeidsverhouding niet alleen wordt beheerst door de op het ogenblik van de overgang geldende collectieve overeenkomst, maar ook door latere overeenkomsten waarbij die overeenkomst wordt aangevuld, gewijzigd of vervangen, wanneer het nationale recht zowel in consensuele als in eenzijdige aanpassingsmogelijkheden voor de verkrijger voorziet.


    (1)  PB C 118 van 4.4.2016.


    Top