This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52015XG0214(05)
Communication from the Minister for Economic Affairs of the Kingdom of the Netherlands pursuant to Article 3(2) of Directive 94/22/EC of the European Parliament and of the Council on the conditions for granting and using authorisations for the prospection, exploration and production of hydrocarbons
Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruikmaken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen
Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruikmaken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen
PB C 55 van 14.2.2015, p. 12–12
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
14.2.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 55/12 |
Mededeling van de minister van Economische Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden op grond van artikel 3, lid 2, van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruikmaken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen
(2015/C 55/07)
De minister van Economische Zaken deelt mee dat een aanvraag voor een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen is ontvangen voor het blok L3, zoals is aangegeven op de kaart, die als bijlage 3 is gevoegd bij de Mijnbouwregeling (Stcrt. 2002, nr. 245).
De minister van Economische Zaken nodigt hierbij een ieder uit tot het indienen van een concurrerende aanvraag voor een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen voor het blok L3 van het Nederlands continentaal plat, onder verwijzing naar de in de aanhef genoemde Richtlijn en artikel 15 van de Mijnbouwwet (Stb. 2002, nr. 542).
De minister van Economische Zaken is voor de verlening van de vergunning bevoegd gezag. De criteria, voorwaarden en eisen, genoemd in artikel 5, leden 1 en 2, en artikel 6, lid 2, van de hierboven genoemde Richtlijn, zijn uitgewerkt in de Mijnbouwwet (Stb. 2002, nr. 542).
Aanvragen kunnen worden ingediend gedurende 13 weken na de publicatie van deze uitnodiging in het Publicatieblad van de Europese Unie en dienen gericht te zijn aan:
De minister van Economische Zaken |
ter attentie van mevrouw J. J. van Beek, directie Energiemarkt |
Bezuidenhoutseweg 73 |
Postbus 20401 |
2500 EK Den Haag |
NEDERLAND |
Aanvragen die na afloop van deze termijn zijn ontvangen, zullen niet in behandeling worden genomen.
De beslissing op de aanvragen wordt uiterlijk twaalf maanden na afloop van deze termijn genomen.
Nadere informatie is verkrijgbaar bij mevrouw J. J. van Beek, onder telefoonnummer: +31 703796326.