Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014CN0217

    Zaak C-217/14: Beroep ingesteld op 2 mei 2014 — Europese Commissie/Ierland

    PB C 223 van 14.7.2014, p. 6–7 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    14.7.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 223/6


    Beroep ingesteld op 2 mei 2014 — Europese Commissie/Ierland

    (Zaak C-217/14)

    2014/C 223/09

    Procestaal: Engels

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: P. Hetsch, L. Flynn, K. Herrmann, gemachtigden)

    Verwerende partij: Ierland

    Conclusies

    Verzoekster verzoekt het Hof:

    vast te stellen dat Ierland de definities van artikel 2, punten 8, 18, 21, 22, 32, 33 en 34, van richtlijn 2009/72/EG (1) van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG en de vereisten neergelegd in artikel 9, leden 1 tot en met 7 en 12 juncto lid 11, artikel 16, tweede en derde volzin, artikel 16, leden 2 en 3, artikel 38, lid 1, tweede volzin, artikel 39, leden 1, 4 en 8, en artikel 40, leden 1 tot en met 3, 5 en 7, op 3 maart 2011 niet had omgezet in nationaal recht, of althans de Commissie niet in kennis had gesteld van uitvoeringsmaatregelen in die zin, en dus de krachtens artikel 49, lid 1, van die richtlijn op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen;

    Ierland overeenkomstig artikel 260, lid 3, VWEU te veroordelen een dwangsom van 20  358 EUR per dag te betalen op de rekening „Eigen middelen van de Europese Unie”, vanaf de datum van het arrest van het Hof, wegens niet-nakoming van zijn verplichting om maatregelen ter omzetting van een volgens een wetgevingsprocedure aangenomen richtlijn mee te delen, en

    Ierland te verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    De termijn voor omzetting van de richtlijn in nationaal recht is op 3 maart 2011 verstreken.


    (1)  PB L 211, blz. 55.


    Top