Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62013TN0270

    Zaak T-270/13: Beroep ingesteld op 21 mei 2013 — SACBO/Commissie en TEN-T EA

    PB C 207 van 20.7.2013, p. 46–47 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
    PB C 207 van 20.7.2013, p. 11–11 (HR)

    20.7.2013   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 207/46


    Beroep ingesteld op 21 mei 2013 — SACBO/Commissie en TEN-T EA

    (Zaak T-270/13)

    2013/C 207/77

    Procestaal: Italiaans

    Partijen

    Verzoekende partij: Società per l’aeroporto civile di Bergamo Orio al Serio SpA (SACBO SpA) (Grassobbio (BG), Italië) (vertegenwoordigers: M. Muscardini en G. Greco, advocaten)

    Verwerende partijen: Agenzia esecutiva per la rete transeuropea di trasporto, Europese Commissie

    Conclusies

    het bestreden besluit nietig verklaren voor zover daarbij is geoordeeld dat sommige externe kosten niet voor vergoeding in aanmerking komen zodat de verschuldigde cofinanciering wordt verminderd en om terugbetaling van 158 517,54 EUR wordt verzocht, met alle daaruit voortvloeiende rechtsgevolgen;

    verweerster verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Het onderhavige beroep is gericht tegen het besluit van 18 maart 2013 van het Uitvoerend Agentschap voor het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-T EA) betreffende de „Sluiting van de actie 2009-IT-91407-S- „Studie met het oog op de intermodale ontwikkeling van de luchthaven van Bergamo-Orio al Serio” — Besluit C(2010) 4456 (1) van de Commissie”, voor zover daarin is vastgesteld dat de kosten die betrekking hebben op de activiteiten 1, 2.1, 4, 5, 6 en 7, die reeds sinds geruime tijd zijn voltooid, niet voor vergoeding en dus niet voor financiering in aanmerking komen, en terugbetaling van het bedrag van 158 517,54 EUR wordt gevorderd.

    Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster vijf middelen aan.

    1.

    Schending van artikel 13, lid 1, van verordening (EG) nr. 680/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 alsook van de artikelen III.4.2.2 en III.4.2.3 van besluit C(2010)4456 van de Commissie van 24 juni 2010.

    In dit verband wordt aangevoerd dat de procedure van „aangifte” van artikel III.4.2.3 van het besluit houdende toekenning van de financiering niet is gevolgd.

    2.

    Schending van artikel 17, leden 2 en 6, van richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004, van artikel 296, lid 2, VWEU en van artikel 41, lid 2, sub c, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, alsook van artikel II.2.3 van besluit C(2010) 4456 van de Commissie van 24 juni 2010.

    Verzoekster voert in dat verband aan dat:

    de motivering tegenstrijdig is waar deze enerzijds vaststelt dat er een ongerechtvaardigde „opsplitsing van de overeenkomsten” heeft plaatsgevonden, maar anderzijds stelt dat „het voorwerp van de overeenkomsten”„zodanig verbonden” was dat deze in één enkele gunningsprocedure hadden moeten worden behandeld;

    ten onrechte is vastgesteld dat sprake is van een opsplitsing van één enkele opdracht, aangezien dit door de inhoud van besluit C(2010)4456 van de Commissie van 24 juni 2010 wordt tegengesproken;

    er geen sprake is van enige „splitting up” van overeenkomsten of van enige „onderverdeling van projecten”;

    richtlijn 2004/17/EG niet van toepassing is op de overeenkomsten beneden de drempel wegens het ontbreken van grensoverschrijdend belang.

    3.

    Schending van artikel I.3.1 van besluit C(2010)4456 van de Commissie van 24 juni 2010, van artikel 41, lid 2, sub c, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en van artikel 296 het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, alsook van het vertrouwensbeginsel.

    Verzoekster voert in dat verband aan dat:

    de motivering tegenstrijdig is omdat zij in strijd is met de omstandigheid dat TEN-T EA reeds haar erkenning en goedkeuring heeft gegeven aan het strategisch actieplan (SAP) en aan het voortgangsverslag (ASR);

    de activiteiten van SACBO overeenstemmen met die waarop de cofinanciering betrekking heeft.

    4.

    Schending van artikel 40, lid 2, sub b, c en d, van richtlijn 2004/17/EG

    Verzoekster voert in dat verband aan dat:

    richtlijn 2004/17/EG niet van toepassing is op de overeenkomsten waarop de cofinanciering betrekking heeft omdat zij betrekking hebben op „studie” en „onderzoek”;

    de gunning via een aanbesteding niet mogelijk was wegens de in het besluit van cofinanciering opgelegde termijnen.

    5.

    Schending van het evenredigheidsbeginsel

    Volgens verzoekster heeft verweerster het evenredigheidsbeginsel geschonden door op de aangevoerde schending een strengere regeling toe te passen dan die welke is voorzien voor gevallen van beëindiging van de cofinanciering.


    (1)  „Closure of Action nr. 2009-IT-91407-S- „STUDY FOR BERGAMO-ORIO AL SERIO AIRPORT DEVELOPMENT INTERMODALITY” — Commission Decision C(2010) 4456”


    Top