EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52013XX0313(02)

Eindverslag van de raadadviseur-auditeur — COMP/39.847 — E-BOOKS

PB C 73 van 13.3.2013, p. 15–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

13.3.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 73/15


Eindverslag van de raadadviseur-auditeur (1)

COMP/39.847 — E-BOOKS

2013/C 73/06

(1)

Deze procedure heeft betrekking op een aantal vermeende onderling afgestemde feitelijke gedragingen met betrekking tot de verkoop van e-boeken aan consumenten.

(2)

In maart 2011 heeft de Commissie overeenkomstig artikel 20, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1/2003 (2) onaangekondigde inspecties uitgevoerd bij een aantal uitgeverijen in de EER.

(3)

Op 1 december 2011 heeft de Commissie op grond van artikel 11, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1/2003 en artikel 2, lid 1, van Verordening (EG) nr. 773/2004 van de Commissie (3) een procedure ingeleid tegen 5 uitgeverijen (4) en Apple Inc.

(4)

Op 13 augustus 2012 heeft de Commissie een voorlopige beoordeling in de zin van artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003 vastgesteld. Deze beoordeling betrof het gedrag van vier uitgeverijen (Hachette, Harper Collins, Holtzbrinck/Macmillan en Simon & Schuster), alsook van Apple, met betrekking tot de verkoop van e-boeken aan consumenten. De Commissie was in haar voorlopige beoordeling van mening dat de vier uitgeverijen en Apple, door gezamenlijk voor de verkoop van e-boeken op wereldwijd niveau over te stappen van een groothandelsmodel op een agentuurmodel met gelijkaardige basisvoorwaarden, zich schuldig hadden gemaakt aan een onderling afgestemde feitelijke gedraging die ertoe strekte of ten gevolge had dat de detailhandelsprijzen van e-boeken in de EER werden verhoogd dan wel dat het vaststellen van lagere prijzen voor e-boeken in de EER werd verhinderd, in strijd met artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst.

(5)

De voorgenoemde vier uitgeverijen en Apple hebben toezeggingen gedaan om aan de bezwaren van de Commissie tegemoet te komen (5). Op 19 september 2012 publiceerde de Commissie overeenkomstig artikel 27, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1/2003 een bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie waarin de zaak en de toezeggingen werden samengevat en belanghebbende derden werden verzocht hun opmerkingen over het voorstel te maken (6). Het marktonderzoek bevestigde dat de toezeggingen geschikt zijn om de mededingingsbezwaren van de Commissie weg te nemen.

(6)

In haar besluit overeenkomstig artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1/2003 verklaart de Commissie de door de vijf ondernemingen gedane toezeggingen verbindend en concludeert zij dat er in het licht van de voorgestelde toezeggingen voor haar geen reden tot optreden meer is en dat de procedure in deze zaak moet worden beëindigd.

(7)

Aangezien Pearson, de moederonderneming van de Penguin-groep, geen toezeggingen heeft gedaan, zet de Commissie haar onderzoek naar het gedrag van Pearson en de verenigbaarheid daarvan met artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-overeenkomst voort.

(8)

Ik heb van geen van de partijen bij de procedure in deze zaak een verzoek of klacht ontvangen (7). Ik ben dan ook van mening dat de daadwerkelijke uitoefening van de procedurele rechten van alle betrokken partijen in deze zaak is geëerbiedigd.

Brussel, 27 november 2012.

Michael ALBERS


(1)  Overeenkomstig de artikelen 16 en 17 van Besluit 2011/695/EU van de voorzitter van de Europese Commissie van 13 oktober 2011 betreffende de functie en het mandaat van de raadadviseur-auditeur in bepaalde mededingingsprocedures (PB L 275 van 20.10.2011, blz. 29).

(2)  Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 1 van 4.1.2003, blz. 1).

(3)  Verordening (EG) nr. 773/2004 van de Commissie van 7 april 2004 betreffende procedures van de Commissie op grond van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 1).

(4)  De vijf uitgeverijen zijn: Hachette Livre SA, HarperCollins Publishers, L.L.C., HaperCollins Publishers Limited, Georg von Holtzbrinck GmbH & Co. KG en Verlagsgruppe Georg von Holtzbrinck GmbH, Simon & Schuster, Inc. Simon & Schuster (UK) Ltd, Simon & Schuster Digital Sales, Inc. en Pearson Plc.

(5)  De door de vier uitgeverijen en Apple gedane toezeggingen zijn beschikbaar op http://ec.europa.eu/competition/elojade/isef/case_details.cfm?proc_code=1_39847

(6)  Bekendmaking van de Commissie overeenkomstig artikel 27, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad in zaak COMP/39.847/E-BOOKS (Kennisgeving geschied onder nummer C(2012) 6552) (PB C 283 van 19.9.2012, blz. 7).

(7)  Overeenkomstig artikel 15, lid 1, van Besluit 2011/695/EU kunnen partijen bij de procedure die overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1/2003 toezeggingen doen, in elk stadium van de procedure van artikel 9 een beroep doen op de raadadviseur-auditeur om te verzekeren dat zij hun procedurele rechten daadwerkelijk kunnen uitoefenen.


Top