This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52011XC0729(05)
Notice of initiation of a partial interim review of the anti-dumping measures applicable to imports of tartaric acid originating in the People's Republic of China
Bericht van opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China
Bericht van opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China
PB C 223 van 29.7.2011, p. 16–18
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
29.7.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 223/16 |
Bericht van opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China
2011/C 223/09
De Europese Commissie („Commissie”) heeft op grond van artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”) een verzoek ontvangen om een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek te openen.
1. Verzoek om een nieuw onderzoek
Het verzoek werd door de volgende producenten in de Unie ingediend: Distillerie Bonollo SpA, Industria Chimica Valenzana SpA, Distillerie Mazzari SpA, Caviro Distillerie S.r.l. en Comercial Quimica Sarasa s.l. („de indieners van het verzoek”).
Het nieuwe onderzoek is beperkt tot het aspect dumping en tot twee Chinese producenten-exporteurs, namelijk Changmao Biochemical Engineering Co., Ltd, Changzhou City, en Ninghai Organic Chemical Factory, Ninghai.
2. Onderzocht product
Het onderzochte product is wijnsteenzuur met uitzondering van D-(-)-wijnsteenzuur met een negatieve optische rotatie van ten minste 12,0 graden, gemeten in een wateroplossing volgens de in de Europese Farmacopee beschreven methode en van oorsprong uit de Volksrepubliek China („het onderzochte product”).
3. Geldende maatregelen
Momenteel geldt een definitief antidumpingrecht, dat werd ingesteld bij Verordening (EG) nr. 130/2006 van de Raad betreffende de invoer van wijnsteenzuur uit de Volksrepubliek China (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 150/2008 van de Raad (3). Deze maatregelen zijn nog steeds van kracht als gevolg van een lopend nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen (4).
4. Motivering van het nieuwe onderzoek
Het verzoek op grond van artikel 11, lid 3, is gebaseerd op door de indieners van het verzoek verstrekt voorlopig bewijsmateriaal dat, wat de twee Chinese producenten-exporteurs betreft, de omstandigheden waarop de bestaande maatregelen zijn gebaseerd, zijn gewijzigd en dat deze wijzigingen van blijvende aard zijn.
Uit het door de indieners van het verzoek verstrekte voorlopige bewijsmateriaal blijkt dat, wat de twee Chinese producenten-exporteurs betreft, handhaving van de maatregelen op het huidige niveau niet langer volstaat om de gevolgen van schade veroorzakende dumping te neutraliseren. De indieners van het verzoek beweren met name dat de beide Chinese producenten-exporteurs betrokken zijn bij recente overheidsprogramma's die voordelen opleveren waardoor de reële kostenbasis van hun productie wordt vertekend en de vraag rijst of de ondernemingen nog als marktgerichte onderneming behandeld kunnen worden. Uit de vergelijking van de normale waarde van de producenten-exporteurs — gebaseerd op de door berekening vastgestelde normale waarde in de Volksrepubliek China of op de binnenlandse prijzen in een referentieland (in dit geval Argentinië) — met hun prijzen bij uitvoer naar de Unie blijken de dumpingmarges hoger dan het huidige niveau van de maatregelen.
Handhaving van de maatregelen op het huidige niveau, dat is gebaseerd op de eerder vastgestelde dumpingmarge, lijkt daarom niet langer voldoende om de gevolgen van dumping te neutraliseren.
5. Procedure voor het vaststellen van dumping
Daar de Commissie na overleg in het Raadgevend Comité tot de conclusie is gekomen dat er voldoende bewijsmateriaal is om een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek te openen, opent zij hierbij overeenkomstig artikel 11, lid 3, van de basisverordening een nieuw onderzoek.
Onderzocht zal worden of de huidige maatregelen ten aanzien van de betrokken producenten-exporteurs moeten worden gehandhaafd, opgeheven of gewijzigd.
a) Vragenlijsten
Om de informatie te verkrijgen die zij voor het onderzoek nodig acht, zal de Commissie de bovenvermelde producenten-exporteurs en de autoriteiten van het betrokken land van uitvoer een vragenlijst toezenden. De Commissie moet deze informatie en het bewijsmateriaal binnen de in punt 6, onder a) i), vermelde termijn ontvangen.
b) Schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie
Alle belanghebbenden worden uitgenodigd hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en ook andere informatie dan de antwoorden op de vragenlijst, alsmede bewijsmateriaal te verstrekken. De Commissie moet deze informatie en het bewijsmateriaal binnen de in punt 6, onder a) i), vermelde termijn ontvangen.
Bovendien kan de Commissie belanghebbenden horen indien zij hierom verzoeken en kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. Dit verzoek moet binnen de in punt 6, onder a) ii), vermelde termijn worden ingediend.
c) Behandeling als marktgerichte onderneming/individuele behandeling
De normale waarde wordt overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening vastgesteld indien de producenten-exporteurs voldoende bewijsmateriaal verstrekken waaruit blijkt dat zij onder marktvoorwaarden opereren, d.w.z. dat zij voldoen aan de criteria van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening. Hiertoe moet hij een met bewijsmateriaal gestaafd verzoek indienen binnen de in punt 6, onder b), van dit bericht vermelde termijn. De Commissie zal een aanvraagformulier toezenden aan de producenten-exporteurs en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China. Dat formulier kan door de producenten-exporteurs ook worden gebruikt om te vragen om een individuele behandeling, in welk geval moet worden voldaan aan de criteria van artikel 9, lid 5, van de basisverordening.
d) Selectie van het land met een markteconomie
Indien de producenten-exporteurs geen behandeling als marktgerichte onderneming wordt toegekend, maar zij wel voor een individuele behandeling in aanmerking komen overeenkomstig artikel 9, lid 5, van de basisverordening, zal overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder a), van de basisverordening een geschikt derde land met een markteconomie worden gekozen om de normale waarde voor de Volksrepubliek China vast te stellen. De Commissie is voornemens hiervoor weer Argentinië te gebruiken, zoals bij het onderzoek dat heeft geleid tot de instelling van het antidumpingrecht op het betrokken product uit de Volksrepubliek China. Opmerkingen over deze keuze moeten binnen de in punt 6, onder c), van dit bericht vermelde bijzondere termijn worden toegezonden.
Indien aan de producenten-exporteurs een behandeling als marktgerichte onderneming wordt toegekend, kan de Commissie bovendien de bevindingen over de normale waarde, vastgesteld in een geschikt land met een markteconomie, zo nodig gebruiken, bijvoorbeeld voor de vervanging van onbetrouwbare kosten- of prijselementen in de Volksrepubliek China die nodig zijn voor de vaststelling van de normale waarde, indien de nodige betrouwbare gegevens niet beschikbaar zijn in de Volksrepubliek China. De Commissie is voornemens ook hiervoor Argentinië als referentieland te gebruiken.
6. Termijnen
a) Algemene termijnen
i)
Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, moeten, tenzij anders vermeld, binnen 37 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen, hun standpunt uiteenzetten en hun antwoorden op de vragenlijst en andere informatie verstrekken. De aandacht wordt erop gevestigd dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de genoemde termijn bij de Commissie kenbaar maakt.
ii)
Binnen dezelfde termijn van 37 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.
b) Bijzondere termijn voor de indiening van verzoeken om behandeling als marktgerichte onderneming en/of een individuele behandeling
Het met bewijsmateriaal gestaafde verzoek van de producenten-exporteurs om als marktgerichte onderneming te worden behandeld, als bedoeld in punt 5, onder c), van dit bericht, moet binnen 15 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie door de Commissie zijn ontvangen.
c) Bijzondere termijn voor de selectie van het land met een markteconomie
De belanghebbenden kunnen opmerkingen maken over de selectie van Argentinië als geschikt land met een markteconomie om de normale waarde voor de Volksrepubliek China vast te stellen (zie punt 5, onder d)). Deze opmerkingen moeten uiterlijk tien dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie door de Commissie zijn ontvangen.
7. Instructies voor schriftelijke opmerkingen en de verzending van ingevulde vragenlijsten en correspondentie
Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie, ingevulde vragenlijsten en correspondentie waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten zijn voorzien van de vermelding „Limited” (5).
Belanghebbenden die informatie met de vermelding „Limited” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 19, lid 2, van de basisverordening een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding „For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de essentie van de als vertrouwelijk verstrekte gegevens. Als een belanghebbende die vertrouwelijke inlichtingen verstrekt, geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan verstrekt met de vereiste vorm en inhoud, kan deze vertrouwelijke informatie buiten beschouwing worden gelaten.
Voor dit onderzoek zal de Commissie gebruikmaken van een elektronisch systeem voor het beheer van documenten. Belanghebbenden dienen alle opmerkingen en verzoeken elektronisch toe te zenden (niet-vertrouwelijke opmerkingen via e-mail, vertrouwelijke op cd-r/dvd) onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer. Volmachten en ondertekende certificaten ter staving van de antwoorden op de vragenlijst of bijwerkingen ervan moeten echter op papier, per post of eigenhandig, op onderstaand adres worden ingediend. Volgens artikel 18, lid 2, van de basisverordening moet een belanghebbende de Commissie onmiddellijk op de hoogte brengen als hij niet in staat is zijn opmerkingen en verzoeken elektronisch in te dienen. Nadere informatie over de correspondentie met de Commissie vinden belanghebbenden op de volgende pagina van de website van het directoraat-generaal Handel: http://ec.europa.eu/trade/tackling-unfair-trade/trade-defence/
Correspondentieadres van de Commissie:
Europese Commissie |
Directoraat-generaal Handel |
Directoraat H |
Kamer: N105 04/092 |
1049 Brussel |
BELGIË |
Fax +32 22920480 |
E-mail: TRADE-AD-TARTARIC-DUMPING@ec.europa.eu |
8. Niet-medewerking
Indien een belanghebbende binnen de vastgestelde termijnen toegang tot de nodige gegevens weigert of deze niet verstrekt, dan wel het onderzoek aanmerkelijk belemmert, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening aan de hand van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin.
Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende informatie heeft verstrekt, wordt deze buiten beschouwing gelaten en kan overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening gebruik worden gemaakt van de beschikbare gegevens. Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en gebruik wordt gemaakt van de beschikbare gegevens, kunnen de resultaten voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.
9. Tijdschema voor het onderzoek
Het onderzoek moet overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de basisverordening binnen 15 maanden na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden afgesloten.
10. Verwerking van persoonsgegevens
Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (6).
11. Hearing
Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de voor hearings bevoegde ambtenaar van het directoraat-generaal Handel wordt ingeschakeld. Deze fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de onderzoeksdiensten van de Commissie. Hij behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en verzoeken van derden om te worden gehoord. De bevoegde ambtenaar kan een hearing met een individuele belanghebbende organiseren en als bemiddelaar optreden om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen.
Een verzoek om door de bevoegde ambtenaar te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Voor een verzoek betreffende de latere stadia van het onderzoek gelden de termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt.
Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de webpagina's van de voor hearings bevoegde ambtenaar op de website van DG Handel: (http://ec.europa.eu/trade/tackling-unfair-trade/hearing-officer/index_en.htm).
(1) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.
(2) PB L 23 van 27.1.2006, blz. 1.
(3) PB L 48 van 22.2.2008, blz. 1.
(4) PB C 24 van 26.1.2011, blz. 14.
(5) Een „Limited”-document wordt als vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51) en artikel 6 van de WTO-overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst) beschouwd. Het is ook een beschermd document krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).
(6) PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.