Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009XC0613(06)

    Kennisgeving aan de persoon die is toegevoegd aan de lijst bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al Qaida-netwerk en de Taliban, op grond van Verordening (EG) nr. 490/2009 van de Commissie

    PB C 134 van 13.6.2009, p. 42–43 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    13.6.2009   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 134/42


    Kennisgeving aan de persoon die is toegevoegd aan de lijst bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al Qaida-netwerk en de Taliban, op grond van Verordening (EG) nr. 490/2009 van de Commissie

    2009/C 134/09

    1.

    Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB (1) roept de Gemeenschap op de tegoeden en economische middelen te bevriezen van Usama bin Laden, de leden van de Al Qaida-organisatie, de Taliban en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten, als bedoeld in de lijst die is opgesteld op grond van Resolutie 1267 (1999) en Resolutie 1333 (2000) van de VN-Veiligheidsraad, die regelmatig dient te worden bijgewerkt door het VN-Comité dat is ingesteld bij Resolutie 1267 (1999) van de VN-Veiligheidsraad.

    De lijst die is opgesteld door het VN-Comité omvat:

    Al Qaida, de Taliban en Usama bin Laden;

    natuurlijke personen en rechtspersonen, entiteiten, organen en groepen die banden hebben met Al Qaida, de Taliban en Usama bin Laden; en tevens:

    rechtspersonen, entiteiten en organen die in handen zijn of gecontroleerd worden door, of op enige andere wijze ondersteuning bieden aan deze personen, entiteiten, organen of groepen.

    Handelingen of activiteiten die erop wijzen dat een persoon, groep, onderneming of entiteit „banden onderhoudt met” Al Qaida, Usama bin Laden of de Taliban, zijn:

    a)

    deelnemen aan het financieren, plannen, faciliteren, voorbereiden of uitvoeren van handelingen of activiteiten van, in samenhang met, uit naam van, ten behoeve of ter ondersteuning van Al Qaida, de Taliban of Usama bin Laden, of een cel, afdeling, splintergroepering of afsplitsing daarvan;

    b)

    leveren, verkopen of overdragen van wapens of daarmee verband houdend materiaal aan bedoelde personen of organisaties;

    c)

    aanwerven van personeel voor bedoelde personen of organisaties; of

    d)

    op andere wijze ondersteunen van handelingen of activiteiten van bedoelde personen of organisaties.

    2.

    Het VN-Comité heeft op 27 mei 2009 besloten één natuurlijke persoon toe te voegen aan de bedoelde lijst. De betrokken natuurlijke persoon kan te allen tijde een verzoek aan het VN-Comité richten, met ondersteunende documentatie, tot heroverweging van de gronden waarop hij op de bovengenoemde VN-lijst is geplaatst. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

    United Nations — Focal point for delisting

    Security Council Subsidiary Organs Branch

    Room S-3055 E

    New York, NY 10017

    United States of America

    Zie voor meer informatie: http://www.un.org/sc/committees/1267/delisting.shtml

    3.

    Naar aanleiding van het in punt 2 genoemde besluit van de VN, heeft de Commissie Verordening (EG) nr. 490/2009 (2) vastgesteld, tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al Qaida-netwerk en de Taliban (3), overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Verordening (EG) nr. 881/2002.

    De onderstaande maatregelen van Verordening (EG) nr. 881/2002 zijn derhalve van toepassing op de betrokken natuurlijke persoon:

    1.

    alle tegoeden, andere financiële activa en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van of in het bezit zijn van de betrokkene worden bevroren, en er worden geen tegoeden direct of indirect aan of ten behoeve van de betrokkene ter beschikking gesteld (artikel 2 en artikel 2 bis (4); en tevens:

    2.

    er wordt een verbod ingesteld op de directe of indirecte verstrekking, verkoop, levering of overdracht aan de betrokkene, van technisch advies, bijstand of opleiding in verband met militaire activiteiten (artikel 3).

    4.

    De natuurlijke persoon op wie de lijst van Verordening (EG) nr. 490/2009 betrekking heeft, kan de Commissie verzoeken om een toelichting bij de gronden waarop hij in de lijst is opgenomen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

    Europese Commissie

    Beperkende maatregelen

    Wetstraat 200

    1049 Brussel

    BELGIQUE/BELGIË

    5.

    Tevens wordt de betrokken natuurlijke persoon erop geattendeerd dat hij Verordening (EG) nr. 490/2009 kan aanvechten voor het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen, overeenkomstig artikel 230, leden 4 en 5, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.

    6.

    Persoonsgegevens van de betrokken natuurlijke persoon op de lijsten van Verordening (EG) nr. 490/2009 worden behandeld overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 45/2001 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (5). Alle verzoeken, bijvoorbeeld om verdere informatie of met het oog op de uitoefening van rechten op grond van Verordening (EG) nr. 45/2001 (bijvoorbeeld wat betreft de toegang tot of rectificatie van persoonsgegevens), moeten worden gericht aan de Commissie, op hetzelfde adres als in punt 4 hierboven.

    7.

    De in bijlage I genoemde natuurlijke persoon wordt erop geattendeerd dat hij een verzoek kan richten tot de bevoegde autoriteiten van de lidstaat of lidstaten, als vermeld in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 881/2002, om een machtiging te verkrijgen om bevroren tegoeden, andere financiële activa of economische middelen te gebruiken voor essentiële behoeften of specifieke betalingen, in overeenstemming met artikel 2 bis van die verordening.


    (1)  PB L 139 van 29.5.2002, blz. 4. Gemeenschappelijk standpunt laatstelijk gewijzigd bij Gemeenschappelijk Standpunt 2003/140/GBVB (PB L 53 van 28.2.2003, blz. 62).

    (2)  PB L 148 van 11.6.2009, blz. 12.

    (3)  PB L 139 van 29.5.2002, blz. 9.

    (4)  Artikel 2 bis werd ingevoegd bij Verordening (EG) nr. 561/2003 van de Raad (PB L 82 van 29.3.2003, blz. 1).

    (5)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.


    Top