EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52008XR0380

Resolutie van het Comité van de Regio's over de prioriteiten van het Comité van de Regio's voor 2009 op basis van het wetgevings- en werkprogramma van de Europese Commissie

PB C 76 van 31.3.2009, p. 66–69 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

31.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 76/66


Resolutie van het Comité van de Regio's over de prioriteiten van het Comité van de Regio's voor 2009 op basis van het wetgevings- en werkprogramma van de Europese Commissie

(2009/C 76/14)

BELEIDSPRIORITEITEN

HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

1.

Het CvdR beklemtoont het belang van een nieuwe dynamiek met het oog op structurele hervormingen in de EU, teneinde oplossingen uit te werken om de huidige financiële crisis en de gevolgen daarvan op de Europese en de wereldeconomie te boven te komen. Hoewel urgentiemaatregelen belangrijk zijn om Europa op korte termijn over de huidige crisis heen te helpen, zijn ook langetermijnacties geboden om duurzame werkgelegenheid en groei te genereren. Kwaliteitsinfrastructuur, openbaar vervoer en investeringen in energie-efficiënte technologieën zijn daarbij van cruciaal belang.

2.

Het CvdR verwijst in dit verband naar zijn resolutie over de financiële crisis, waarin het aangeeft welke stappen op Europees, nationaal, regionaal en lokaal niveau moeten worden genomen om de crisis het hoofd te bieden en de negatieve gevolgen ervan zoveel mogelijk te beperken.

3.

Het CvdR vindt het een goede zaak dat de uitdrukkelijke wil aanwezig is — en ook al voorstellen zijn geformuleerd — om de territoriale dimensie en het democratische karakter van de EU te versterken. Het is dan ook voornemens verder werk te maken van het uitbouwen van zijn politieke en institutionele rol in het Europese besluitvormingsproces, en deelt in dit verband alvast mede dat het in de loop van 2009 een witboek over multilevel governance zal uitbrengen.

4.

Het CvdR bevestigt zijn voornemen om de herziening van de EU-begroting op de voet te volgen teneinde bij te dragen tot een betere integratie en coördinatie van EU-maatregelen op lokaal en regionaal niveau. Bij dit proces moet rekening worden gehouden met de behoeften van alle bestuursniveaus en moeten de kwaliteit, billijkheid, stabiliteit, zichtbaarheid en vereenvoudiging van EU-maatregelen worden bevorderd. Met het oog daarop is het wenselijk om de begrotingsperiodes af te stemmen op de mandaatsperiodes van het Europees Parlement (op een 5+5-jaarbasis), doeltreffende steun te bieden aan de minst ontwikkelde regio's om hen te helpen de andere bij te benen, de begroting meer in lijn te brengen met de bevoegdheden van de EU, en te voorkomen dat bepaalde beleidsterreinen opnieuw worden genationaliseerd, wat de doeltreffendheid van het Europese integratieproject in het gedrang zou brengen (1).

Voor meer banen en groei

5.

Er moeten maatregelen komen om het vertrouwen van de EU-burgers te herstellen nu dezen worden geconfronteerd met onzekerheid, dreigende werkloosheid, schommelende energieprijzen, financiële instabiliteit en wantrouwen in de banksector. Voorts moet ook worden gekeken naar mogelijke instrumenten om dergelijke crisissen in de toekomst te voorkomen.

6.

Voor de burgers en de toekomstige generaties is duurzame ontwikkeling een noodzaak. Ook belangrijk is een sociaal Europa. Deze doelstellingen mogen niet op de helling worden gezet, maar de EU, de lidstaten en de lokale en regionale overheden moeten hun krachten bundelen om deze doelstellingen te kunnen verwezenlijken. Lokale en regionale overheden moeten daarom verder door de EU worden aangemoedigd, o.m. door een minder strenge toepassing van de regels voor begrotingstekorten, om een eigen bijdrage te leveren via ambitieuze investeringen in onderwijs, opleiding, onderzoek en innovatie, en de ontwikkeling van kwaliteitsinfrastructuur, openbare vervoersnetwerken en energie-efficiënte technologieën.

7.

Het CvdR vindt het een goede zaak dat de Europese Raad heeft besloten om de economie te ondersteunen door meer aandacht te schenken aan langetermijnbehoeften als energie-efficiëntie, innoverende groene technologie en maatregelen ter vereenvoudiging en vermindering van de administratieve rompslomp met als uiteindelijk doel de wetgeving te verbeteren.

8.

Het CvdR steunt de nieuwe EU-strategie voor groei en werkgelegenheid na 2010, die, met het oog op de huidige crisis, tot doel heeft nieuwe banen te creëren via een gezamenlijke inspanning op het gebied van overheidsinvesteringen en ondersteuning van onderzoek, innovatie, duurzame technologie en MKB, en door middel van een brede sociale dialoog, een gezonde financiële regelgeving, niet-protectionistische regelingen voor het handelsverkeer en nauwe samenwerking inzake fiscaal en monetair beleid.

9.

Op alle bestuursniveaus moeten acties worden ondernomen — die onderling moeten worden gecoördineerd — om het MKB te helpen het fundamentele onderzoek beter te laten aansluiten bij het toegepaste onderzoek, en om de samenwerking tussen MKB en particuliere sector te stimuleren teneinde innovatie en technologisch leiderschap te bevorderen. Bijzonder welkom zijn maatregelen ter bevordering en ondersteuning van op creativiteit en innovatie gerichte initiatieven, en dan vooral maatregelen die tot doel hebben de samenwerking tussen universiteiten en bedrijven te stimuleren. Innovatie en creativiteit zijn immers de drijvende krachten achter verandering en zijn ook van cruciaal belang voor het concurrentievermogen van de regio's. Zij zijn bovendien van invloed op de levenskwaliteit en de economische samenhang.

10.

Lokale en regionale overheden vervullen daarbij een belangrijke rol omdat zij ook investeerders en kopers zijn. Samen met de bedrijven en universiteiten leveren zij een cruciale bijdrage tot de totstandkoming van actieve netwerken en een Europees clusterbeleid.

11.

Van essentieel belang is ook dat wordt geïnvesteerd in jongeren. Alleen op die manier zal de EU haar doelstellingen met betrekking tot de inzetbaarheid en sociale integratie van jongeren kunnen realiseren.

12.

Verder moet worden gezorgd voor gelijke kansen op de arbeidsmarkt. Het CvdR wijst in dit verband op de potentiële bijdrage van ouderen, die met hun kennis en ervaring een belangrijke rol kunnen spelen op het gebied van product- en systeeminnovatie.

13.

Het is een goede zaak dat de Europese Commissie op de komende Voorjaarstop een analyse van de demografische toekomst van de EU zal presenteren. Het CvdR dringt er bij de Commissie op aan dat zij in deze analyse ook nagaat hoe het best rekening kan worden gehouden met de behoeften van de vergrijzende bevolking. Ook wijst het erop dat de demografische tendensen op het niveau van de regio's, steden en gemeenten op een meer gedifferentieerde wijze moeten worden benaderd, omdat de situatie varieert naargelang van de regio's, o.m. als gevolg van de migratiestromen waarmee zij worden geconfronteerd. In het kader van de „Sociale agenda: kansen, toegang en solidariteit” moet bijzondere aandacht worden geschonken aan en gerichte actie worden ondernomen voor kwetsbare bevolkingsgroepen.

14.

Het CvdR pleit ervoor het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering te hervormen om het doeltreffender te maken. Dit kan gebeuren door flexibeler drempels te hanteren, de middelen ervan te combineren met die van andere EU-instrumenten die bij massaontslagen kunnen worden ingezet, en het budget ervan te verdubbelen tot 1 miljard euro.

15.

Voor de burgers is het, met name in het licht van de financiële crisis, van cruciaal belang dat kwalitatief hoogstaande overheidsdiensten worden gegarandeerd. Het CvdR betreurt daarom dat in het werkprogramma van de Commissie geen aandacht wordt geschonken aan de huidige situatie van rechtsonzekerheid voor de lokale en regionale overheden, die vaak dergelijke diensten verlenen.

Voor cohesie

16.

Het CvdR betreurt dat in de prioriteiten van het werkprogramma van de Commissie niet tot uiting komt hoe belangrijk het cohesiebeleid is, ondanks het financiële en politieke gewicht van deze beleidssector, waardoor deze tot de belangrijkste beleidsterreinen van de EU is gaan behoren. Het pleit daarom voor een brede discussie over de toekomst van het cohesiebeleid binnen het kader van de herziening van de EU-begroting met als doel deze cruciale beleidssector te consolideren rond de centrale doelstelling ervan, nl. de harmonische ontwikkeling van alle EU-regio's, en met name het terugdringen van economische, sociale en territoriale verschillen. Het verwacht dat de Commissie in 2009, na afloop van de consultatieronde over haar Groenboek, ook een Witboek over de territoriale samenhang zal publiceren.

17.

Een ambitieus cohesiebeleid, d.w.z. een beleid dat er werkelijk op gericht is om de doelstellingen op het gebied van territoriale samenhang in concrete beleidsmaatregelen te vertalen, zal het mogelijk maken het Europese integratieproces te consolideren en het hoofd te bieden aan de uitdagingen van de toekomst, die gevolgen zullen hebben voor álle EU-regio's. Het CvdR is in dit verband van oordeel dat de beschikbare middelen op een flexibele manier moeten worden „geoormerkt” om het cohesie- en structuurbeleid af te stemmen op de sterk uiteenlopende lokale en regionale omstandigheden.

18.

Het cohesiebeleid is uitgegroeid tot een van de opvallendste succesverhalen in de EU. Het is zonder meer duidelijk dat dit beleid een aanzienlijk hefboomeffect heeft op de ontwikkeling van de regio's. Gelet op deze positieve impact is het CvdR van oordeel dat in 2009 meer ideeën moeten worden uitgewisseld en nauwer moet worden samengewerkt rond nieuwe benaderingen en methoden op het gebied van regionaal ontwikkelingsbeleid. Het stelt voor dat het met de Commissie om de tafel gaat zitten om samen adequate mechanismen voor dergelijke initiatieven uit te werken. Het vestigt er in dit verband de aandacht op dat het ook tijdens zijn volgende Top van Steden en Regio's, op 5 en 6 maart 2009 in Praag, en in het kader van zijn volgende Open Dagen, van 6 tot en met 9 oktober 2009, een debat over de toekomst van het cohesiebeleid zal organiseren.

19.

Territoriale samenwerking is van cruciaal belang als men de territoriale samenhang daadwerkelijk wil versterken. Het CvdR wijst er nogmaals op dat het nieuwe instrument daarvoor, de „Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking”, veel ten goede kan veranderen. Het dringt er dan ook op aan dat de lidstaten alles in het werk stellen om de EGTS-Verordening in praktijk te brengen.

Voor een effectieve bestrijding van de klimaatverandering en voor een duurzaam Europa

20.

Het CvdR dringt er bij de Commissie op aan dat zij een belangrijke plaats blijft inruimen voor de energie- en klimaatproblematiek en dat zij de lokale en regionale overheden nauw bij het opstellen en implementeren van nieuwe regelgeving op dit gebied betrekt.

21.

De EU moet een prominente rol spelen bij de onderhandelingen in het kader van de komende VN-conferentie over klimaatverandering, in 2009 in Kopenhagen, waar de internationale gemeenschap overeenstemming moet zien te bereiken over maatregelen die moeten leiden tot een aanzienlijke vermindering van de broeikasgasemissies vanaf 2012.

22.

Het CvdR stelt voor dat in de discussies over de herziening van de EU-begroting prioriteit wordt toegekend aan de problematiek rond emissiereductie en aanpassing aan de klimaatverandering. Verder dringt het erop aan dat wordt gestreefd naar complementariteit tussen maatregelen ter versterking van de territoriale samenhang en initiatieven ter bestrijding van de klimaatverandering en dat daarbij ook gebruik wordt gemaakt van de bestaande financiële instrumenten.

23.

De regio's spelen een belangrijke intermediaire rol bij de uitvoering van nationale en lokale energie-efficiëntieplannen en bij het promoten van hernieuwbare energie. Zonder de steun van de regio's zouden de lidstaten wellicht niet in staat zijn om hun verbintenissen ten aanzien van het terugdringen van broeikasgasemissies tussen nu en 2020 na te komen. Het CvdR is dan ook van oordeel dat de onderhandelingen over een internationaal „post-Kyoto”-klimaatverdrag niet alleen op emissiedoelstellingen maar ook op het beleid in het algemeen — en de tenuitvoerlegging daarvan — gericht dienen te zijn. Het breekt in dit verband nogmaals een lans voor initiatieven als het Burgemeestersconvenant en stelt voor om ook de regio's daar rechtstreeks bij te betrekken.

24.

Het CvdR wijst er nogmaals op dat het zich zal blijven inzetten voor het tegengaan van de teloorgang van de biodiversiteit. Het hoopt dat de tussentijdse evaluatie van het communautaire biodiversiteitsactieplan het beleid op dit terrein een nieuwe impuls zal geven.

25.

Het CvdR dringt er met klem op aan dat naar meer synergie tussen het plattelandsontwikkelingsbeleid en de andere onderdelen van het EU-beleid, en met name het cohesiebeleid, wordt gestreefd. Het verzoekt de Commissie om de gevolgen van de wereldwijde economische crisis op de landbouwmarkten en in de agrarische sector te analyseren, zodat adequate maatregelen kunnen worden genomen om deze sector tegen verdere aftakeling te beschermen en de voedselonafhankelijkheid veilig te stellen.

26.

Verwijzend naar zijn bijdrage aan het maritieme actieplan van de Commissie herhaalt het CvdR zijn verzoek om bij de uitwerking en tenuitvoerlegging van het nieuwe integrale maritieme beleid van de EU te worden betrokken.

27.

Het CvdR is zeer te spreken over de initiatieven van de Commissie op het gebied van „groen vervoer”. Het wijst in dit verband op het belang van ondersteunende maatregelen die de impact van het vervoer op het milieu terugdringen. Daarbij moet voorrang worden gegeven aan het scheepvaartbeleid en aan het opstellen van een ambitieus actieplan over stedelijke mobiliteit.

28.

Het CvdR vindt het een goede zaak dat de Commissie de TEN-T-projecten in Europa nieuw leven wil inblazen. Het dringt er in dit verband op aan dat de lokale en regionale overheden bij een en ander worden betrokken en dat de lokale, regionale en nationale planninginstrumenten binnen dit Europese kader worden gecoördineerd om de trans-Europese netwerken te optimaliseren.

Voor een Europa van de burger

29.

Het CvdR beklemtoont dat het een cruciale rol vervult in het streven van de EU om met de burger te communiceren. Het herinnert de Commissie eraan dat het via zijn leden rechtstreeks in contact staat met de lokale en regionale overheden en zo fungeert als een waardevolle bemiddelaar die de burgers informatie kan verstrekken over de voordelen van de EU en daarnaast ook oor heeft voor wat bij die burgers leeft. Het wijst de Commissie en de lidstaten erop dat de EU-instellingen en de nationale, regionale en lokale overheden, die het dichtst bij de burgers staan, er samen voor moeten zorgen dat Europa deel gaat uitmaken van het dagelijkse leven en dat de EU zich in begrijpelijke taal tot de burger richt.

30.

De Europese verkiezingen in 2009 moeten worden aangegrepen om werk te maken van een decentraal Europees communicatiebeleid. Via een permanente dialoog moeten de burgers attent worden gemaakt op de gemeenschappelijke waarden van de EU en op de toegevoegde waarde van de Europese integratie.

31.

Het CvdR zal blijven ijveren voor een betere erkenning op Europees niveau van de rol van de lokale en regionale overheden in de verdere ontwikkeling van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, in het bijzonder met het oog op de uitwerking en uitvoering van de opvolger van het Haags programma. Het staat achter het streven naar een geïntegreerde en algemene aanpak van migratie en asiel, aangezien dat de enige manier is om tot een stabiel en duurzaam Europees immigratiebeleid te komen. In dit verband moet worden gewezen op het belang van initiatieven op het vlak van de interculturele dialoog. Het CvdR kan het nieuwe programma ter versterking van de Europese ruimte van vrijheid, veiligheid en recht — het zgn. „Stockholm-programma” — dan ook alleen maar toejuichen.

32.

Het CvdR staat volledig achter het streven om terrorisme en gewelddadige radicalisering een halt toe te roepen om de veiligheid van de EU-burgers te vergroten. Het wijst op de cruciale rol van de lokale en regionale overheden in de tenuitvoerlegging van de EU-strategie ter bestrijding van het terrorisme. Het beklemtoont evenwel dat deze strijd alleen kan worden gewonnen als de grondrechten en fundamentele vrijheden ten volle worden geëerbiedigd.

33.

Het CvdR vindt het een goede zaak dat in de „Derde strategische evaluatie voor betere regelgeving” verslag zal worden uitgebracht over de drie hoofdpunten van de agenda voor betere regelgeving, nl. effectbeoordeling, vereenvoudiging en terugdringen van administratieve rompslomp. Het vestigt de aandacht op zijn bijdragen aan het debat in de „Groep op hoog niveau van onafhankelijke belanghebbenden inzake administratieve lasten” (Stoiber-groep), met name waar het gaat om het terugdringen van de uitgaven door lokale en regionale overheden. Het CvdR is ook nog steeds voorstander van de toepassing van een gemeenschappelijke methode voor de evaluatie van administratieve lasten, waarbij expliciet rekening moet worden gehouden met de lokale en regionale dimensie. Het verbindt zich ertoe zich te blijven inzetten voor interinstitutionele samenwerking om de doelstellingen op dit gebied te verwezenlijken.

34.

Het CvdR wijst erop dat de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid tijdens het wetgevingsproces de basis vormt voor een doeltreffende en democratische vorm van multilevel governance. Als men de besluitvorming wil verbeteren, is het bijgevolg van het grootste belang dat binnen de instellingen aan een subsidiariteitscultuur wordt gewerkt.

Voor een sterker Europa in de wereld

35.

Zoals reeds vaker gezegd spelen de lokale en regionale overheden een sleutelrol in het uitbreidingsproces. Het CvdR zal zijn samenwerking met de lokale en regionale overheden in (potentiële) kandidaatlidstaten dan ook voortzetten.

36.

Het CvdR staat volledig achter de oprichting van de Unie voor het Middellandse Zeegebied, waarmee het Euromediterrane partnerschap een nieuwe impuls heeft gekregen, en wijst op de belangrijke bijdrage van de lokale en regionale overheden aan dit initiatief. Het merkt in dit verband ook op dat er een Euromediterrane Vergadering van Lokale en Regionale Overheden (ARLEM) gaat worden opgericht, een permanent politiek orgaan dat de lokale en regionale overheden gaat vertegenwoordigen. De bedoeling is dat de ARLEM als adviesorgaan deel gaat uitmaken van het institutionele bestel van de Unie voor het Middellandse Zeegebied.

37.

Er moet worden gestreefd naar een evenwicht in de betrekkingen met de oostelijke en zuidelijke buurlanden van de EU. Het CvdR is ingenomen met het nieuwe oostelijke partnerschap en verzoekt de Commissie in dat verband meer aandacht te besteden aan lokale en regionale samenwerking.

38.

Het CvdR is tevreden over de toenemende waardering van de Commissie voor de methoden en activiteiten op het vlak van decentrale samenwerking. Het verbindt zich ertoe om eind 2009 „EU-dagen voor decentrale samenwerking” te organiseren om de contacten en de politieke dialoog tussen de lokale en regionale overheden in de EU en in de ontwikkelingslanden te stimuleren. Het is ook ingenomen met de oprichting van een platform voor informatie-uitwisseling — een soort „beurs” — die lokale en regionale overheden in de EU en in de ontwikkelingslanden met elkaar in contact moet brengen met als doel samen nieuwe decentrale samenwerkingsprojecten op te zetten.

39.

Het CvdR benadrukt nogmaals dat het zich wil blijven inzetten voor de lokale en regionale democratie, niet alleen in Europa maar ook in derde landen, en dat het zal blijven deelnemen aan verkiezingswaarnemingsmissies met vertegenwoordigers van het Congres van Lokale en Regionale Overheden van de Raad van Europa. Het wil ook nauwer worden betrokken bij waarnemingsmissies die worden georganiseerd met de steun van de Commissie.

40.

Het CvdR verzoekt zijn voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Commissie, het Europees Parlement, de Raad, het Franse voorzitterschap en de lidstaten die in 2009 het voorzitterschap van de EU zullen bekleden (Tsjechië en Zweden).

Brussel, 27 november 2008

De voorzitter

van het Comité van de Regio's

L. VAN DEN BRANDE


(1)  CvdR-advies 16/2008 fin „De Europese begroting hervormen — Europa veranderen”, rapporteurs: Van den Brande en Delebarre.


Top