Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62006CA0212

Zaak C-212/06: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 1 april 2008 [verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Grondwettelijk Hof (voorheen Arbitragehof) — België] — Regering van de Franse Gemeenschap, Waalse regering/Vlaamse regering (Zorgverzekering ingesteld door gefedereerde eenheid van lidstaat — Uitsluiting van personen die wonen op deel van nationaal grondgebied dat niet onder bevoegdheid van die eenheid valt — Artikelen 18 EG, 39 EG en 43 EG — Verordening (EEG) nr. 1408/71)

PB C 128 van 24.5.2008, p. 4–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

24.5.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 128/4


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 1 april 2008 [verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Grondwettelijk Hof (voorheen Arbitragehof) — België] — Regering van de Franse Gemeenschap, Waalse regering/Vlaamse regering

(Zaak C-212/06) (1)

(Zorgverzekering ingesteld door gefedereerde eenheid van lidstaat - Uitsluiting van personen die wonen op deel van nationaal grondgebied dat niet onder bevoegdheid van die eenheid valt - Artikelen 18 EG, 39 EG en 43 EG - Verordening (EEG) nr. 1408/71)

(2008/C 128/06)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Grondwettelijk Hof (voorheen Arbitragehof)

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Regering van de Franse Gemeenschap, Waalse regering

Verwerende partij: Vlaamse regering

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Grondwettelijk Hof (voorheen Arbitragehof) (België) — Uitlegging van artikelen 18, 39 en 43 EG-Verdrag en van artikelen 2, 3, 4, 13, 18, 19, 20, 25 en 28 van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op loontrekkenden en hun gezinnen, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 149, blz. 2), zoals gewijzigd — Toepasselijkheid van Vlaams stelsel van zorgverzekering op personen die tewerkgesteld zijn in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en die ofwel hun woonplaats hebben in één van die twee gebieden, ofwel in een andere lidstaat, met uitsluiting van de personen die hun woonplaats hebben in een ander deel van het nationale grondgebied

Dictum

1)

Uitkeringen betaald op grond van een stelsel zoals de zorgverzekering die is ingesteld bij het decreet van het Vlaams Parlement van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, in de versie voortvloeiend uit het decreet van het Vlaams Parlement van 30 april 2004 houdende wijziging van het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, vallen binnen de materiële werkingssfeer van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, zoals gewijzigd en bijgewerkt bij verordening (EG) nr. 118/97 van de Raad van 2 december 1996, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 307/1999 van de Raad van 8 februari 1999.

2)

De artikelen 39 EG en 43 EG moeten aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staan aan een regeling van een gefedereerde eenheid van een lidstaat, zoals de zorgverzekering die door de Vlaamse Gemeenschap is ingesteld bij bovengenoemd decreet van 30 maart 1999 in de versie voortvloeiend uit het decreet van het Vlaams Parlement van 30 april 2004, die de aansluiting bij een socialezekerheidsstelsel en de uitkeringen waarin dat stelsel voorziet, beperkt tot personen die hetzij wonen op het grondgebied waarbinnen die gefedereerde eenheid bevoegd is, hetzij een beroepsactiviteit uitoefenen op dat grondgebied maar in een andere lidstaat wonen, voor zover door die beperking staatsburgers van andere lidstaten of eigen staatsburgers die gebruik hebben gemaakt van hun recht van vrij verkeer binnen de Europese Gemeenschap, minder gunstig worden behandeld.

3)

De artikelen 39 EG en 43 EG moeten aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staan aan een regeling van een gefedereerde eenheid van een lidstaat, die de aansluiting bij een socialezekerheidsstelsel en de uitkeringen waarin dat stelsel voorziet, beperkt tot personen die wonen op het grondgebied van die gefedereerde eenheid, voor zover door die beperking staatsburgers van andere lidstaten die een beroepsactiviteit uitoefenen op het grondgebied van die gefedereerde eenheid, of eigen staatsburgers die gebruik hebben gemaakt van hun recht van vrij verkeer binnen de Europese Gemeenschap, minder gunstig worden behandeld.


(1)  PB C 178 van 29.7.2006.


Top