This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62008TN0096
Case T-96/08: Action brought on 22 February 2008 — Global Digital Disc v Commission
Zaak T-96/08: Beroep ingesteld op 22 februari 2008 — Global Digital Disc/Commissie
Zaak T-96/08: Beroep ingesteld op 22 februari 2008 — Global Digital Disc/Commissie
PB C 107 van 26.4.2008, p. 37–37
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
26.4.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 107/37 |
Beroep ingesteld op 22 februari 2008 — Global Digital Disc/Commissie
(Zaak T-96/08)
(2008/C 107/62)
Procestaal: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Global Digital Disc GmbH & Co. KG (Dresden, Duitsland) (vertegenwoordiger: E. Stein, Rechtsanwalt)
Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen
Conclusies
— |
de beschikking van de Europese Commissie van 7 december 2007, COMP/C-3/38.803 — Global Digital Disc (GDD)/Philips, nietig verklaren; |
— |
de verwerende partij verwijzen in de kosten van de procedure. |
Middelen en voornaamste argumenten
Verzoekster komt op tegen de beschikking van de Commissie van 7 december 2007 in de zaak COMP/C-3/38.803 — Global Digital Disc (GDD)/Philips. Bij deze beschikking heeft de Commissie krachtens artikel 7, lid 2, van verordening (EG) nr. 773/2004 (1) afwijzend beslist op verzoeksters klacht betreffende een aantal schendingen van artikel 82 EG door Philips in verband met het verlenen door deze laatste van licenties op het gebied van CD-R.
Ter ondersteuning van haar beroep stelt verzoekster in de eerste plaats dat de Commissie de motiveringsplicht niet is nagekomen. Verder zou de Commissie inbreuk hebben gemaakt op verzoeksters rechten van verdediging. Ten slotte voert zij aan dat de argumenten op grond waarvan de Commissie tot de slotsom is gekomen dat de feiten waarop de klacht betrekking had, geen communautaire dimensie hadden, op beoordelingsfouten berusten.
(1) Verordening (EG) nr. 773/2004 van de Commissie van 7 april 2004 betreffende procedures van de Commissie op grond van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 123, blz. 18).