Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62006CA0002

Zaak C-2/06: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 12 februari 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Willy Kempter KG/Hauptzollamt Hamburg-Jonas (Uitvoer van runderen — Restituties bij uitvoer — Definitief geworden besluit van bestuursorgaan — Interpretatie van arrest van Hof — Gevolgen van na dat besluit gewezen prejudicieel arrest van Hof — Heronderzoek en intrekking — Beperkingen in tijd — Rechtszekerheid — Beginsel van samenwerking — Artikel 10 EG)

PB C 79 van 29.3.2008, p. 3–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

29.3.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 79/3


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 12 februari 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Willy Kempter KG/Hauptzollamt Hamburg-Jonas

(Zaak C-2/06) (1)

(Uitvoer van runderen - Restituties bij uitvoer - Definitief geworden besluit van bestuursorgaan - Interpretatie van arrest van Hof - Gevolgen van na dat besluit gewezen prejudicieel arrest van Hof - Heronderzoek en intrekking - Beperkingen in tijd - Rechtszekerheid - Beginsel van samenwerking - Artikel 10 EG)

(2008/C 79/03)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Finanzgericht Hamburg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Willy Kempter KG

Verwerende partij: Hauptzollamt Hamburg-Jonas

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Finanzgericht Hamburg — Uitlegging van artikel 10 EG, zoals uitgelegd door het Hof in zijn arrest van 13 januari 2004, Kühne & Heitz, C-453/00 — Heronderzoek en herziening door een bestuursorgaan van een definitief geworden besluit om rekening te houden met de uitlegging die het Hof inmiddels aan de relevante bepaling van gemeenschapsrecht heeft gegeven, terwijl de adressaat van het besluit de schending van deze bepaling niet had aangevoerd in het kader van zijn aanvankelijke beroep in rechte en zijn verzoek om heronderzoek pas 21 maanden na dit arrest heeft ingediend

Dictum

1)

In het kader van een procedure voor een bestuursorgaan strekkende tot heronderzoek van een bestuursbesluit dat ingevolge een arrest van een rechter in laatste aanleg definitief is geworden, welk arrest, gelet op een latere uitspraak van het Hof, op een onjuiste uitlegging van het gemeenschapsrecht berust, vereist het gemeenschapsrecht niet dat de verzoekende partij in het hoofdgeding zich op dat recht heeft beroepen in het kader van het beroep in rechte dat zij naar nationaal recht tegen dat besluit heeft ingesteld.

2)

Het gemeenschapsrecht voorziet niet in een beperking in de tijd voor de indiening van een verzoek tot heronderzoek van een definitief geworden bestuursbesluit. Het staat de lidstaten evenwel vrij om in overeenstemming met de communautaire beginselen van doeltreffendheid en gelijkwaardigheid redelijke beroepstermijnen vast te stellen.


(1)  PB C 60 van 11.3.2006.


Top