Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52007XC0223(04)

    Bericht van inleiding van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van gewalste platte producten met georiënteerde korrel van siliciumstaal (GOES) uit Rusland

    PB C 39 van 23.2.2007, p. 26–27 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    23.2.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 39/26


    Bericht van inleiding van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van gewalste platte producten met georiënteerde korrel van siliciumstaal (GOES) uit Rusland

    (2007/C 39/12)

    Op grond van artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) (hierna „de basisverordening” genoemd) heeft de Commissie op eigen initiatief besloten een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek te openen. Het nieuwe onderzoek heeft alleen betrekking op de dumpingmarge voor twee Russische producenten/exporteurs, Novolipetsk Iron & Steel Corporation (NLMK) en Viz Stal.

    1.   Product

    Het onderzoek heeft betrekking op gewalste platte producten met georiënteerde korrel van siliciumstaal uit Rusland (hierna „het betrokken product” genoemd), momenteel ingedeeld onder GN-codes 7225 11 00 en 7226 11 00. Deze GN-codes worden slechts ter informatie vermeld.

    2.   Geldende maatregelen

    Momenteel is op de invoer van gewalste platte producten met georiënteerde korrel van siliciumstaal uit Rusland een definitief antidumpingrecht van toepassing dat is ingesteld bij Verordening (EG) nr. 1371/2005 van de Raad (2). Bij Besluit 2005/622/EG van 5 augustus 2005 (3) heeft de Commissie een door Novolipetsk Iron & Steel Corporation aangeboden verbintenis aanvaard. Als gevolg daarvan is de invoer van het betrokken product afkomstig van deze onderneming overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1371/2005 vrijgesteld van het definitieve antidumpingrecht.

    3.   Motivering van het nieuwe onderzoek

    De Commissie is ervan in kennis gesteld dat Viz Stal voor 100 % door NLMK is overgenomen. Bovendien is bewijsmateriaal verstrekt betreffende de productie, de verkoop en de distributie van het betrokken product in het kader van de nieuwe bedrijfsstructuur. Gezien dit bewijsmateriaal lijken de omstandigheden op grond waarvan maatregelen werden vastgesteld, op duurzame wijze te zijn veranderd.

    Uit het beschikbare bewijsmateriaal blijkt ook dat de dumpingmarge in het kader van de nieuwe bedrijfsstructuur een aanzienlijk verschil zou vertonen met het niveau van de bestaande maatregelen.

    Uit het voorgaande vloeit voort dat de individuele rechten die gelden voor NLMK (hoewel om de hierboven in punt 2 vermelde reden momenteel geen rechten worden geïnd voor de invoer van producten afkomstig van deze onderneming) en Viz Stal, niet langer passend zijn en dat ex officio een nieuw onderzoek moet worden ingeleid om één enkele maatregel voor de nieuwe gezamenlijke onderneming te berekenen.

    4.   Procedure voor het vaststellen van dumping

    a)   Algemeen

    Na overleg in het raadgevend comité is de Commissie tot de conclusie gekomen dat er voldoende bewijsmateriaal is om een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek in te leiden. Derhalve opent zij hierbij op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening een nieuw onderzoek.

    Onderzocht zal worden of de bestaande maatregelen ten aanzien van NLMK en Viz Stal in het kader van de nieuwe bedrijfsstructuur moeten worden gehandhaafd, opgeheven of gewijzigd. Daarbij zal worden uitgegaan van de gegevens die zijn verzameld tijdens het onderzoek dat heeft geleid tot het instellen van de bestaande maatregelen.

    Indien blijkt dat de maatregelen ten aanzien van de bij dit nieuwe onderzoek betrokken ondernemingen in het kader van de nieuwe bedrijfsstructuur moeten worden opgeheven of gewijzigd, kan het noodzakelijk zijn het recht te wijzigen dat momenteel overeenkomstig artikel 1, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1371/2005 van toepassing is op de invoer van het betrokken product afkomstig van andere producenten/exporteurs.

    b)   Het schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie

    Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en informatie en bewijsmateriaal toe te zenden. De Commissie moet deze gegevens en dit bewijsmateriaal binnen de in punt 6, onder a), genoemde termijn ontvangen.

    Verder zal de Commissie de partijen horen die hierom verzoeken en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. Dit verzoek moet binnen de in punt 6, onder b), genoemde termijn worden ingediend.

    5.   Termijnen

    a)   Om zich aan te melden en andere gegevens toe te zenden

    Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, dienen binnen veertig dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, tenzij anders vermeld, contact met de Commissie op te nemen, hun standpunt uiteen te zetten en alle overige informatie in te dienen. De aandacht wordt erop gevestigd dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de belanghebbende zich binnen de genoemde termijn bij de Commissie kenbaar maakt.

    b)   Om een mondeling onderhoud aan te vragen

    Binnen dezelfde termijn van veertig dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.

    6.   Schriftelijke opmerkingen en correspondentie

    Alle opmerkingen en verzoeken moeten schriftelijk (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) worden toegezonden onder opgave van naam, adres, e-mailadres en telefoon- en faxnummer van de belanghebbende. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie, en correspondentie die door de belanghebbenden op vertrouwelijke basis worden verstrekt, moeten zijn voorzien van het opschrift „Limited (4) en overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie met de vermelding „FOR INSPECTION BY INTERESTED PARTIES”.

    Correspondentieadres van de Commissie:

    Europese Commissie

    Directoraat-generaal Handel

    Directoraat B

    Kamer: J-79 5/16

    B-1049 Brussel

    Fax (32-2) 295 65 05

    7.   Niet-medewerking

    Als een belanghebbende binnen de vastgestelde termijnen de toegang tot de nodige gegevens weigert, geen informatie verstrekt of het onderzoek ernstig belemmert, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening aan de hand van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken in zowel positieve als negatieve zin.

    Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende informatie heeft verstrekt, wordt deze informatie buiten beschouwing gelaten en kan van de beschikbare gegevens worden gebruikgemaakt overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening. Als een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijke medewerking verleent en bijgevolg van de beschikbare gegevens wordt gebruikgemaakt, kunnen de resultaten voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

    8.   Tijdschema voor het onderzoek

    Het onderzoek zal overeenkomstig artikel 6, lid 9, van de basisverordening binnen 15 maanden na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden voltooid.


    (1)  PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2117/2005 (PB L 340 van 23.12.2005, blz. 17).

    (2)  PB L 223 van 27.8.2005, blz. 1.

    (3)  PB L 223 van 27.8.2005, blz. 42.

    (4)  Dit betekent dat het document uitsluitend voor intern gebruik bestemd is. Het document is beschermd krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Het is een vertrouwelijk document in de zin van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-Overeenkomst inzake de tenuitvoerlegging van Artikel VI van de GATT 1994 (Antidumpingovereenkomst).


    Top