EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52006TA1219(11)

Verslag over de jaarrekening van het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding betreffende het begrotingsjaar 2005, vergezeld van de antwoorden van het Centrum

PB C 312 van 19.12.2006, p. 60–66 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

19.12.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 312/60


VERSLAG

over de jaarrekening van het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding betreffende het begrotingsjaar 2005, vergezeld van de antwoorden van het Centrum

(2006/C 312/11)

INHOUD

1-2

INLEIDING

3-6

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING

7-14

OPMERKINGEN

Tabellen 1 t/m 4

Antwoorden van het Centrum

INLEIDING

1.

Het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (hierna het „Centrum” genoemd) werd opgericht bij Verordening (EEG) nr. 337/75 van de Raad (1). Hoofdtaak van het Centrum is bij te dragen tot de ontwikkeling van de beroepsopleiding op communautair niveau. Hiertoe moet het Centrum documentatie over de systemen voor beroepsopleiding samenstellen en verspreiden.

2.

Tabel 1 geeft een overzicht van de bevoegdheden en activiteiten van het Centrum op basis van de gegevens die het heeft verstrekt. Essentiële gegevens uit de door het Centrum opgestelde jaarrekening over het begrotingsjaar 2005 zijn opgenomen in de tabellen 2, 3 en 4.

BETROUWBAARHEIDSVERKLARING

3.

Deze verklaring is krachtens artikel 185, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (2) aan het Europees Parlement en aan de Raad gericht; krachtens artikel 248 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap is zij opgesteld na onderzoek van de rekeningen van het Centrum.

4.

De rekeningen van het Centrum over het per 31 december 2005 afgesloten begrotingsjaar (3) werden overeenkomstig artikel 12 bis van Verordening (EEG) nr. 337/75 opgesteld door de directeur en naar de Rekenkamer gezonden, die haar oordeel moet uitspreken over de betrouwbaarheid ervan en over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen.

5.

De Rekenkamer heeft haar controle uitgevoerd overeenkomstig haar beleidslijnen en normen, welke berusten op internationale controlenormen die zijn aangepast aan de communautaire context. De controle werd gepland en uitgevoerd om redelijke zekerheid te verkrijgen dat de rekeningen betrouwbaar en de onderliggende verrichtingen wettig en regelmatig zijn.

6.

De Rekenkamer heeft redelijke gronden ter onderbouwing van het navolgende oordeel.

Betrouwbaarheid van de rekeningenDe rekeningen van het Centrum over het per 31 december 2005 afgesloten begrotingsjaar zijn op alle materiële punten betrouwbaar.Wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingenBehoudens de situatie beschreven in paragraaf 13, zijn de onderliggende verrichtingen bij de jaarrekening van het Centrum over het geheel genomen wettig en regelmatig.Voorts vestigt de Rekenkamer de aandacht op de in paragraaf 11 vermelde opmerking.

OPMERKINGEN

7.

De begroting van het Centrum vertoont voor het begrotingsjaar 2005 een uitvoeringsgraad van 90 % bij de vastleggingskredieten en ongeveer 85 % bij de betalingskredieten. Bij de beleidsactiviteiten doet zich een onderbesteding van de begrotingsmiddelen voor (bijna 15 %, 20 % en 15 % annuleringen voor respectievelijk de vastleggingskredieten, de betalingskredieten en de overgedragen kredieten), die met name het gevolg is van een reorganisatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten. Het Centrum moet de programmering van zijn werkzaamheden verfijnen en zorgen voor een strikter toezicht daarop. In dit verband constateert de Rekenkamer dat er geen activiteitengeoriënteerd management is opgezet, hoewel het financieel reglement van het Centrum de invoering daarvan voorschrijft teneinde de prestaties beter te kunnen volgen.

8.

Met de software voor de boekhouding (FIBUS) van het Centrum kunnen verplichtingen waarvan de geldigheidsduur is verstreken niet worden geblokkeerd en de procedure voor elektronische ondertekening van de betalingsopdrachten stemt niet overeen met de geldende voorschriften. De traceerbaarheid van de verrichtingen in het FIBUS-systeem is niet goed gewaarborgd. Het Centrum zou de geconstateerde tekortkomingen moeten verhelpen en zich gaan instellen op het zo spoedig mogelijk vervangen van de huidige boekhoudsoftware door het nieuwe systeem dat de Commissie de agentschappen heeft voorgesteld.

9.

Sommige taken van de rekenplichtige worden verricht door diensten van de ordonnateur. Zo zijn op initiatief van de ordonnateursdiensten in de rekeningen afsluitende aanpassingen ten bedrage van circa 700 000 euro aangebracht zonder dat deze diensten dit hebben gedocumenteerd. Was het beginsel van scheiding van de functies van ordonnateur en rekenplichtige toegepast, dan had dit kunnen worden voorkomen.

10.

Het Centrum heeft nog geen risicoanalyse verricht en heeft de aard en frequentie van de verificaties achteraf niet omschreven, en het ontbreekt aan beschrijvingen van de beheersprocedures en de internecontrolesystemen. In 2005 had de rekenplichtige de financiële informatiesystemen nog steeds niet gevalideerd.

11.

Voor de behandeling van de klachten van het personeel heeft het Centrum in 2000 een comité van beroep ingesteld. In één geval trad dit comité buiten zijn bevoegdheden en kende het vergoedingen toe waarin de geldende regelgeving niet voorzag. Om dergelijke gevallen in de toekomst te vermijden, dient de directeur zich het recht voor te behouden om deze besluiten te herzien en zo nodig in te trekken.

12.

In 2005 is een belangrijke leidinggevende post vervuld door middel van een interne selectieprocedure, terwijl een externe procedure een grotere keus aan kandidaten biedt. In feite heeft slechts één kandidaat deelgenomen aan de selectie, en deze is benoemd op deze post. Overigens zijn twee van de ter beoordeling van de sollicitaties gehanteerde criteria (4) niet voldoende strikt toegepast om de kwaliteit van de betreffende selectie te waarborgen. De Rekenkamer herhaalt de opmerking uit haar vorige jaarverslag over de noodzaak, de wervingsprocedures van het Centrum te versterken.

13.

De Rekenkamer heeft zes aanbestedingen met betrekking tot het begrotingsjaar 2005 onderzocht; in alle gevallen op één na was er sprake van onregelmatigheden (5). In twee van de onderzochte gevallen waren de mededingingsregels niet nageleefd (6). De Rekenkamer neemt nota van de maatregelen die het Centrum het laatste kwartaal van 2005 heeft getroffen om de gebreken te verhelpen die werden geconstateerd in de organisatie van de aanbestedingsprocedures.

14.

Het Centrum heeft 17 internet- en intranetsites opgezet die op uiteenlopende technologieën zijn gebaseerd. Het beheer van deze sites en van de onderliggende informaticasystemen is versnipperd: sommige systemen worden beheerd door de informatica-afdeling, andere door de operationele diensten en weer andere door consultants. Deze versnippering leidt tot technische risico's en buitensporige kosten.

Dit verslag werd door de Rekenkamer te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 28 september 2006.

Voor de Rekenkamer

Hubert WEBER

President


(1)  PB L 39 van 13.2.1975, blz. 1.

(2)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(3)  Deze jaarrekening is op 30 juni 2006 opgesteld en op 4 juli 2006 bij de Rekenkamer ingekomen.

(4)  Studie (filosofie en internationale betrekkingen) hield geen verband met de te vervullen functie en de rechtstreeks met de te vervullen functie verband houdende beroepservaring bedroeg minder dan 50 % van de in de kennisgeving van vacature vereiste duur; voor het overige hield de beroepservaring van het betrokken personeelslid slechts gedeeltelijk verband met de te vervullen functies.

(5)  De keuze van de procedure en van de uitgenodigde inschrijvers was niet gemotiveerd en de gemaakte keuzen waren onvoldoende gedocumenteerd.

(6)  Vertaaldiensten (376 000 euro) en informaticadiensten (146 000 euro).


Tabel 1

Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Thessaloniki)

Communautaire bevoegdheden volgens het Verdrag

Bevoegdheden van het Centrum zoals omschreven in de artikelen 2 en 3 van Verordening (EEG) nr. 337/75

Organisatie

Ter beschikking van het Centrum gestelde middelen2005 (2004)

Geleverde producten en diensten 2005 (2004)

De Gemeenschap legt inzake beroepsopleiding een beleid ten uitvoer waardoor de activiteiten van de lidstaten worden versterkt en aangevuld, met volledige eerbiediging van de verantwoordelijkheid van de lidstaten voor de inhoud en de opzet van de beroepsopleiding.

Het optreden is erop gericht:

de aanpassing aan veranderingen in het bedrijfsleven te vergemakkelijken, met name door beroepsopleiding en omscholing;

door verbetering van de initiële beroepsopleiding en van bij- en nascholing, de opneming en de wederopneming op de arbeidsmarkt te bevorderen;

de toegang tot beroepsopleidingen te vergemakkelijken en de mobiliteit van opleiders en leerlingen, met name jongeren, te bevorderen;

de samenwerking inzake opleiding tussen onderwijs- of opleidingsinstellingen en ondernemingen te bevorderen;

de uitwisseling te bevorderen van informatie en ervaring omtrent de gemeenschappelijke vraagstukken waarmee de opleidingsstelsels van de lidstaten worden geconfronteerd.

(Samenvatting van artikel 150 van het Verdrag)

Opdracht van het Centrum

Als referentiepunt van de Europese Unie inzake beroepsopleiding en -onderwijs biedt het Cedefop aan bewindslieden, onderzoekers en veldwerkers informatie die moet bijdragen tot een beter inzicht in de ontwikkelingen, zodat beslissingen over toekomstige acties beter onderbouwd zijn.

Het Cedefop staat de Europese Commissie bij teneinde de beroepsopleiding en het beroepsonderwijs op communautair niveau te bevorderen en te ontwikkelen.

Taken

Een gerichte documentatie samenstellen en gegevensanalyse verrichten;

bijdragen aan de ontwikkeling en coördinatie van onderzoek;

relevante informatie benutten en verspreiden;

een gecoördineerde aanpak van kwesties in verband met de beroepsopleiding bevorderen en steunen;

een forum bieden voor een uitgebreid en gevarieerd publiek.

1. Raad van bestuur

Per lidstaat:

een staatsvertegenwoordiger,

een vertegenwoordiger van de werkgeversorganisaties,

een vertegenwoordiger van de werknemersorganisaties,

drie vertegenwoordigers van de Commissie en waarnemers van de geassocieerde landen (Noorwegen en IJsland).

2. Directeur

Door de Commissie benoemd aan de hand van een kandidatenlijst die door de Raad van bestuur wordt ingediend; geeft uitvoering aan de besluiten van de Raad van bestuur en is belast met de dagelijkse leiding van het Centrum.

3. Interne controle

Interne auditdienst van de Commissie

4. Externe controle

Rekenkamer

5. Kwijtingverlenende autoriteit

Parlement, op aanbeveling van de Raad

Definitieve begroting

17,1 (16,6) miljoen euro

waarvan 96 % (99 %) communautaire subsidie.

Personeelsbestand per 31 december

91 (88) posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten,

waarvan 85 (81) bezet,

andere dienstverbanden (arbeidscontractanten, gedetacheerde nationale deskundigen).

Totaal aantal werknemers: 123,

waarvan er

85 uitvoerende

33 administratieve en

5 gemengde taken vervullen.

Conferenties en seminars: 90 (90) met gemiddeld 24 deelnemers.

Studies: 26 (2004: 55 (niet vergelijkbaar)). Studies over hetzelfde project, met verschillende actoren (verschillende contracten), zijn telkens als één studie gerekend.

Projecten: 29 (waarvan 2 administratieve) plus 20 virtuele gemeenschappen (waarvan 1 administratieve) (2004: 38 (niet vergelijkbaar)).

Bijdragen aan:

Follow-up van Maastricht, programma Onderwijs en opleiding 2010, Leonardo da Vinci-programma, gemeenschappelijke maatregelen van de sociale partners, Raadgevend Comité voor de beroepsopleiding, directeuren-generaal voor de beroepsopleiding, coördinatiegroep Onderwijs en opleiding 2010.

Publicaties: 60 (62)

3 nummers van Cedefop info (3),

1.

4 (3) nummers van het Europees tijdschrift voor beroepsopleiding.

2.

Distributie van documenten:

 

8 582 (10 293) op aanvraag,

 

2 462 (2 034) abonnementen op het European journal,

 

7 493 (8 460) abonnementen op Cedefop info.

Elektronische publicaties:

3 160 (2 427) abonnementen op newsletter ETV,

60 440 (53 167) geregistreerde gebruikers van ETV,

3 366 490 (3 306 920) aantal bekeken ETV-bladzijden,

3.

7 553 in de virtuele gemeenschappen geregistreerde leden.

Deelnemers aan het studiebezoekprogramma: 762 (730).

Bron: door het Centrum verstrekte gegevens.

EUROPEES CENTRUM VOOR DE ONTWIKKELING VAN DE BEROEPSOPLEIDING

Bron: Gegevens van het Centrum — Deze tabellen vormen een samenvatting van de gegevens die het Centrum in zijn jaarrekening heeft verstrekt.

Tabel 2

Begrotingsuitvoering voor het begrotingsjaar 2005

(1000EUR)

Ontvangsten

Uitgaven

Herkomst van de ontvangsten

In de definitieve begroting van het begrotingsjaar opgenomen ontvangsten

Geïnde ontvangsten

Bestemming van de uitgaven

Kredieten van de definitieve begroting van het begrotingsjaar

Uit het vorige begrotingsjaar overgedragen kredieten

Kredieten van het begrotingsjaar en het vorige begrotingsjaar

opgevoerd

vastgelegd

betaald

over-gedragen

geannu-leerd

beschikbaar

betaald

geannu-leerd

beschikbaar

vastgelegd

betaald

overgedragen

geannuleerd

Communautaire subsidies

16 418

16 418

Titel I

Personeel (NGK)

9 468

9 075

8 862

213

393

466

395

72

9 934

9 541

9 257

213

465

Titel II

Administratie (NGK)

1 372

1 158

865

334

214

542

503

39

1 914

1 700

1 368

334

253

Andere ontvangsten

140

36

Titel III

Beleidsactiviteiten (GK)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

— VK

5 578

4 774

0

71

804

0

0

0

5 578

4 774

0

71

804

— BK

5 718

 

4 585

0

1 133

0

0

0

5 718

0

4 585

0

1 133

Bestemmings-ontvangsten (Phare)

535

535

Bestemmingsontvangsten (Phare en andere)

535

283

68

467

0

312

175

93

847

596

243

467

93

Totaal

17 093

16 989

Totaal VK

16 953

15 290

0

1 085

1 411

1 320

0

204

18 273

16 611

0

1 085

1 615

Totaal BK

17 093

0

14 381

1 014

1 740

1 320

1 073

204

18 413

0

15 543

1 014

1 944

GK

:

gesplitste kredieten (de vastleggingskredieten kunnen afwijken van de betalingskredieten).

VK

:

vastleggingskredieten bij een systeem van gesplitste kredieten.

BK

:

betalingskredieten bij een systeem van gesplitste kredieten.

NGK

:

niet-gesplitste kredieten (de vastleggingskredieten zijn gelijk aan de betalingskredieten).


Tabel 3

Economische resultatenrekening over het begrotingsjaar 2005 (1)

(1000EUR)

 

2005

Exploitatieontvangsten

Communautaire subsidies

15 020

Overige subsidies/ontvangsten

290

Totaal (a)

15 310

Exploitatieuitgaven

Personeelsuitgaven

9 091

Administratieve uitgaven

1 962

Beleidsuitgaven

5 021

Totaal (b)

16 074

Exploitatieresultaat (c = a – b)

– 764

Overige opbrengsten (d)

0

Overige kosten (e)

4

Economisch resultaat (f = c + d – e)

– 768


Tabel 4

Balans per 31 december 2005 en 31 december 2004 (2)

(1000EUR)

 

2005

2004

Activa

Vaste activa

5 359

5 702

Vorderingen op korte termijn

369

182

Kasmiddelen

3 344

1 948

Totaal

9 072

7 832

Passiva

Gecumuleerde resultaten uit vorige begrotingsjaren

5 856

5 856

Resultaat van het jaar

– 768

0

Schulden op korte termijn

3 984

1 976

Totaal

9 072

7 832


(1)  De gegevens over het begrotingsjaar 2004 zijn niet weergegeven omdat zij, vanwege wijzigingen in de toegepaste boekhoudmethoden, niet vergelijkbaar zijn met die over het begrotingsjaar 2005.

(2)  Om de gegevens over het begrotingsjaar 2004 vergelijkbaar te maken met die over het begrotingsjaar 2005, zijn ze opnieuw bewerkt.


ANTWOORDEN VAN HET CENTRUM

7.

Het Centrum neemt kennis van de opmerking van de Rekenkamer. In het laatste trimester van 2005 nam het Centrum onverwijld maatregelen teneinde strikte toepassing van de voorschriften met betrekking tot aanbestedingsprocedures te waarborgen. Tevens werd het gebruik van onderhandelingsprocedures rigoureus beperkt. Deze maatregelen alsmede de tekortkomingen van de aanbestedende dienst beïnvloedden de uitvoeringsgraad van de begroting. Het Centrum heeft nu de regelmatigheid van de procedures zeker gesteld, vorderingen gemaakt met de verbetering van planningsactiviteiten en zal op activiteiten gebaseerde budgettering invoeren.

8.

Het Centrum overweegt FIBUS te vervangen door de door de Commissie voorgestelde software. Boekhouding op transactiebasis bevindt zich echter nog in een proefstadium. Het Centrum volgt de ontwikkelingen op de voet via zijn deelname aan ICTAC, CSS en het netwerk van accountants van de agentschappen.

9.

Er zijn al maatregelen getroffen om de dienst Financiën/Aanbestedingen te reorganiseren, als gevolg waarvan tevens een duidelijker scheiding van functies wordt gewaarborgd, overeenkomstig de wens van de Rekenkamer. Het Centrum weet dat de correcte procedure zou zijn dat de aanpassingen in kwestie door de ordonnateurs (middels delegatie) worden voorgesteld aan de accountant. Het Centrum werkt aan verbetering van de situatie.

10.

Begin 2006 vond validatie van delen van het financieel systeem plaats. De documentering van de procedures moet afgerond zijn, voordat verdere voortgang kan worden gemaakt met de validatie. Het Centrum zal regelmatige risicobeoordeling invoeren. Dit proces wordt ondersteund door de interne auditor die op dit moment wordt aangeworven.

11.

Het Centrum neemt kennis van de opmerkingen van de Rekenkamer. Het Comité van beroep is door de Raad van bestuur ingesteld als een van de directeur onderscheiden orgaan voor afhandeling van klachten, teneinde de objectiviteit te vergroten. Dit is een waardevol hulpmiddel gebleken en heeft geleid tot meer vertrouwen bij het personeel. Het Centrum is van mening dat dit rechtmatig is en dat het hier een redelijk gebruik betreft van het recht om tot aanstelling bevoegd gezag (TABG) te benoemen, een recht dat iedere organisatie overeenkomstig het personeelsstatuut heeft. De Rekenkamer verwijst naar één specifiek geval: het Comité van beroep nam een met uitgebreide redenen omkleed besluit waarin werd uitgelegd dat het een bedrag naar billijkheid toekende. De Gemeenschapsrechters en het tot aanstelling bevoegde gezag van de andere instellingen doen dit regelmatig. Het Centrum heeft echter om een officieel standpunt en een officiële beoordeling van de zijde van de juridische dienst van de Europese Commissie gevraagd.

12.

De aanwerving was in juni 2005 van start gegaan, met een interne fase, zoals voorzien in het Statuut. Met het oog op meer mededingers besloot het Centrum eind 2005 tot de organisatie van interne/interinstitutionele en externe fasen, om meer bekendheid aan de aanwerving te geven en om de EPSO-normen voor selectie van personeel in acht te nemen. Wat betreft de twee genoemde criteria staat in de jurisprudentie dat het aan de jury is om te beoordelen of de criteria beantwoorden aan het vereiste niveau.

13.

Het Centrum heeft alle aanbestedings- en gunningsprocedures herzien en verscherpt en de noodzakelijke maatregelen getroffen om de organisatie aan te passen. Controles staan borg voor de regelmatige afhandeling van de procedures. Voor de vroegere procedures en contracten die de Rekenkamer of de dienst Interne audit bekritiseerden, daar deze risico’s bevatten, zijn specifieke maatregelen getroffen, zoals opschorting van betalingen en speciale controles.

14.

Het Centrum is het eens met de opmerkingen van de Rekenkamer. Het Centrum heeft de desbetreffende diensten reeds gereorganiseerd, teneinde het probleem op te lossen.


Top