This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document C2006/261/05
Case C-484/04: Judgment of the Court (Third Chamber) of 7 September 2006 — Commission of the European Communities v United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland (Failure of a Member State to fulfil obligations — Social policy — Protection of the health and safety of workers — Directive 93/104/EC — Organisation of working time — Article 17(1) — Derogation — Articles 3 and 5 — Right to minimum daily and weekly rest periods)
Zaak C-484/04: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 7 september 2006 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (Niet-nakoming — Sociale politiek — Bescherming van veiligheid en gezondheid van werknemers — Richtlijn 93/104/EG — Organisatie van arbeidstijd — Artikel 17, lid 1 — Afwijking — Artikelen 3 en 5 — Recht op dagelijkse en wekelijkse minimumrusttijden)
Zaak C-484/04: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 7 september 2006 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (Niet-nakoming — Sociale politiek — Bescherming van veiligheid en gezondheid van werknemers — Richtlijn 93/104/EG — Organisatie van arbeidstijd — Artikel 17, lid 1 — Afwijking — Artikelen 3 en 5 — Recht op dagelijkse en wekelijkse minimumrusttijden)
PB C 261 van 28.10.2006, p. 3–3
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
28.10.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 261/3 |
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 7 september 2006 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland
(Zaak C-484/04) (1)
(Niet-nakoming - Sociale politiek - Bescherming van veiligheid en gezondheid van werknemers - Richtlijn 93/104/EG - Organisatie van arbeidstijd - Artikel 17, lid 1 - Afwijking - Artikelen 3 en 5 - Recht op dagelijkse en wekelijkse minimumrusttijden)
(2006/C 261/05)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: G. Rozet en N. Yerrell, gemachtigden)
Verwerende partij: Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, (vertegenwoordigers: M. Bethell en E. O'Neill, gemachtigden, K. Smith, barrister)
Voorwerp
Niet-nakoming — Schending van artikel 17, lid 1, van richtlijn 93/104/EG van de Raad van 23 november 1993 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd (PB L 307, blz.18) — Draagwijdte van afwijking — Implementatie van bepalingen betreffende rusttijden
Dictum
1) |
Door de afwijking voorzien in artikel 17, lid 1, van richtlijn 93/104/EG van de Raad van 23 november 1993 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd, zoals gewijzigd bij richtlijn 2000/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 2000, toe te passen op werknemers wier arbeidstijd gedeeltelijk niet wordt gemeten of vooraf bepaald, of door de werknemer zelf kan worden bepaald, en door niet de nodige maatregelen ter uitvoering van het recht van werknemers op dagelijkse en wekelijkse rusttijden te treffen, is het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland de krachtens de artikelen 17, lid 1, 3 en 5 van deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet nagekomen. |
2) |
Het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland wordt verwezen in de kosten. |